Voor de Hotelhouders
NUTTIGE EN
AANGENAME
SNUIP
GEDACHTEN
De Jonkvrouw
van Lindendale
W. VAN HEILE.
ZEER BELANGRIJKE INLICHTINGEN
VERVANGT OP
VOORDEEUGE WIJZE
BOTER...
TISDE...
ENGDE STROOP
'T ROOS KRUIS
WEKEL1JKSCH
LITURGISCH BULLETIJN
LIEBIG BOUILLON BLOKJES,
VLEESCHEXTRACT BE
Eén mensch met God, la altijd de meer
derheid.
mm
•t Wordt maar een halve last geschat
al» 't kruis met vreugde wordt opgeval.
IJegt nooit, mijn beste vriende®
aï was het voor een noot.
Wie voor iets klein kan liegen
liegt ook wel voor iets groot.
bETMANtflKE
UIT DE
ANDER MOTTO:
't Kan alle weken niet hetzelfde zijn,
NIETS slimmer dan een mensch, maar
bij moet leven. Zoo zegt het spreekwoord
Maar onze kozijn Pallieter zegt: twee
menschen zijn slimmer dan eene Daarin
heeft Pallieter nu ook gelijk. Van
slim gesproken. Onze vriend Lamme
Goedzak is met een voorstel voor de
innen gekomen, waaruit blijkt dat
amme nog zoo dom niet is, als hij er wel
uitziet. En ziehier waarmeê Lamme voor
den dag komt.
Manneken, zegt hij, ik heb een
apliksplinternief vliegmasjlen ultgepelsd,
en 'k peis wel er een brevet voor te nemen.
Wat is dat voor 'n soort ba vet?
vraagt Marenta.
Een bavet da's ne zeeverlap, Marenta,
maar een brevet da's een ultvindlngs-
bewijs, zeg ik. Ga voort, Lamme.
Hewel, zegt Lamme, ge hebt het
reeds gezien van den botermolen?
Ja, Lamme!
Welnu, ge maakt twee zulke wielen,
en aan die wielen 'n koppel vleugels. In
ieder wiel zet ge een kat en een hond en
een muis. De muis loopt weg, de kat er
achter, de hond achter de kat... en dat
zal de bewegingskracht zijn.
DE WIELEN DRAAIEN
De vleugels zwaaien
En wij met hond en kat en muls
Vliegen honderd uur van huis.
Zoo gezegd, zoo gedaan, en vandaag
maken we aldus met onzen vliegenden
beddebak ons eerste reis. Ge zegt mis
schien, dat is niet mogelijk. Maar ik, 't
Manneken uit de Maan, halve trouwboek
van ons Marenta, naar wier geschuifel
ik moet dansen, ik zeg het TT: «In ons
gezegend land is niks onmogelijk
Toch wel! zegt Pallieter.
En dat is?
Gelijkheid in rechte en in feite voca
al de Vlamingen.
't Zal komen, Pallieter, 't zal komen.
En 'k voeg er bij:
Arm land, waar men op de menschen
Als zij hun moedertaal spreken, [scheldt
Ge zoudt hen met geweld
De nekke breken.
Maar 't geroep! 't Gezaag
Van franskiljonsche gazette®
Kan ons vandaag
Niet deren of letten.
Daarmeê stappen we in 't baksken en
Weldra een groot gedruisch.
De kat loopt achter de muis
En achter de kat loopt de hond
Het wieleken rond.
Lamme is kontent over zijn uitvindinge
en kijkt met verliefde schellevischoogen
naar zijn lief Pierelieneken, die ook den
tocht meêmaakt. 'k Weet zeker dat z'in
hun eigen peinzen: Manneken, 'k wilde
dat ge in slaap vielt. Maar hola! Zoo niet
geboerd zulle!
DE WIND jaagt naar 't Zuiden. In de
Walenstreek heerscht nog altijd die
fameuze ziekte waarvan 'k U overlest
sprak, namelijk: de hik. De doktoors
weten er geen raad meê, maar daar is
ergens te Fontainevlek een herbergier die
er een remedie op gevonden heeft: Ge
moet eerst,zegt die vent, een tas heel
warme koffie drinken en dadelijk daarop
een glas ijskoud Mar De doktoors ginder
beweren dat al dv aJccwe ziekten in 't
land worden gebra<*w door die vreemde
luizen die ginder rondloopen: Turken,
Russen, Italjeunders, en God weet wat
voor een soep nogal. Ze gaan nu een wet
maken dat al wie in 't land komt moet
ontsmet worden, en daarom gaan ze aan
al de grensstaties groote koperen ketels
maken: een voor 't mannenvolk, een voor
't vrouwenvolk, en een voor de kinders. In
elke ketel is er plaats voor 50 personen.
Gedurende vier en twintig uren moet ieder
den ketel in, die gedeeltelijk wordt gevuld
met retaw, een product dat op 100 graden
goed ontsmet. Alle microben zullen er
meê gedood zijn.
Behalve, zegt Pallieter
Mijn goeie kameraad,
De franskiljonsche microbe
Die daaraan goed weerstaat.
Voor die microob, Pallieter, is er niets
zoo goed als een ferme schrobbing met de
naaste kiezing. Want wat is een frans
kiljon anders dan een man die
Thans draagt gouden ringen
Met diamanten steen.
En loopt gelijk een stoefer
Dwaas langs de straten heen.
Nu noemt hij kleine menschen
Iets «van gemeene soort».
Maar hij vergeet dat zelf
Hij ook daarvan komt voort.
Hij droeg gelapte broeken
En had geen duit op zak.
En ergens op den zolder
Stond zijnen beddebak.
IBS
Mengelwerk van 12 Januari 1936. Nr 51.
door
Een advokaat! En Florts kreeg weer
hoop. Neen, hij gaf zich niet gewonnen.
Hij rechtte het hoofd weer op. Hij zag
hoe de rechter in het keldertje afdaalde,
Paula's gevangenis. Maar daar zou hij
niets vinden, over Wieze...
De magistraat liet licht halen. De oude
Delange had echter alle sporen van de
gevangenschap doen verdwijnen.
De rechter kwam weer boven.
Uit dit keldertje heeft Wieze Every
dus uw nicht bevrijd? vroeg hij aan den
'.r^ien boer.
Ik zeg niets meer. 't Zal zeker ook
>en misdaad zijn, als ik een meisje dwing
jch goed te gedragen!
Mf Misschien heeft Wieze haar medelij
den met den dood geboet. We zullen Pau
la opsporen en eens nauwkeurig ondervra-
"len. We weten nu, dat we met twee
^hurken te doen hebben.
De rechter liet vader en zoon terug
)engen bij de doode. Onverschillig keken
#a schelmen er naar. Ze wilden toonen
flat ze onbevreesd waren.
Floris, beken hier de waarheid I riep
de rechter uit.
Ik heb dat meisje niet vermoord!
klonk het stroef terug.
Haal nu eens haar vader! Zie of hij
ook zoo kalm blijft als wijl raasde De-
lange.
Da rechter sprak met een gendarm, die
zich verwijderde oir. een koets en een kar
te halen.
Delange en zijn zoon moesten in huis
terug, maar ze bleven geboeid. Een land-
En blij was hij als "s Zondags
Hij kreeg in zijnen bek,
Met kooien en patatten
Een simpel stuksken spek.
Op school dacht hij zich de slimst*
Al viel hij vaak in 't vuil.
Daarom werd hij geheeten
Van groot en klein nen uil a
Nu is hij een heele kerel,
Die vele centen won.
En denkt: 'k Doe lijk de groot en
Ik speel voor franskiljon
Dat staat hem vrij, k meneerken.
Maar 'k zeg het hem gewis,
Dat hij vergeet van waar hij
Ook voortgekomen ls.
Zij vader was een zwoeger,
Die werkte in de fabriek.
En binst zijn ledig' uren
Hanteerde schup en riek.
Zijn moeder was een menschken
Eenvoudig, braaf en vroom.
Hem deftig op zien groeien
Was steeds heur stille droom.
Zijn vader en zijn moeder
Verloochent hij alle twee.
Hij heult, die domme kinkel,
Met Vlaanderens vijand meê.
Denkt hij daarmeê te winneaA
Wel vriendje, pas dan op,
Of anders krijgt hij zekeg
Iets anders op zijn kop.
Met pint en pot trakteereh
In zeker staminee
Waar lieve meiskens zitten,
Dat gaat hem 't best nog meê.
Daar schreeuwen, vloeken tieren
Dat kan hij daar nog t best...
Of Fransche llekens zingen.
Ik spreek niet van de rest.
Daar schreeuwen op de Vlamen
Lijk een onnoozele snul.
Tot dat de menschen zeggen
Maar die ls zeker dul
Toe vriend, scheld niet op zaken
Waar dat ge niets van kent.
Ge weet dat z'u reeds heeten
Een domme voddenvent
EN TERWIJL we dat schoon portret
afgeschilderd hebben, zijn w'al over Thuln
aan 't vliegen. Hier haalt Marenta een
potteken zalf voor heur eksteroogen.
Niets zoo goed zegt Pierelieneken, om
eksteroogen weg te krijgen, dan de vol
gende remedie, die mijn zuster heeft ge
bruikt: Ge neemt een schijfken citroen
en legt dat op uw eksteroog, gelijk mijn
zuster deed... Dan wordt ze week. Niet
de zuster, maar de eksteroog, en dan kunt
ge ze uittrekkenIk weet een veel
simpelder remediezegt Pallieter. We
luisteren. Ge neemt wat witte verf en
maakt daarmeê uw eksteroog wit... dan
is 't een... kraalenoogDie kerel heeft
altijd gelijk.
MOEDER Spiegels had ook gelijk.
Vrouw, zei haar man, ge kunt er
meê lachen zooveel ge wilt, maar daar
zijn tegenwoordig meiskens te veel en ons
Julie zal nooit getrouwd geraken.
Toe, toe, zwijg ne keer, zei Madame
Spiegels, maak u maar niet ongerust. Ze
zal ook wel nen onnoozelen snul vinden
die haar neemt, gelijk Ik er in mijn tijd
een gevonden heb.
Bedankt, pelsde Spiegels, maar hij zei
niemendalle.
GROOTE beweging, nu we over Luik
vliegen. De Walen hebben hun koningin
gekozen. Die koningin heet Elviere Bien-
aimé. Twee en dertig jaar oud. Allee ze
mag er wezen, niet mottig,zegt Lamme
stillekens, zonder dat Pierelineken het
hoort. En 'k peis in mijn eigen: die man
nen hebben meer verstand van schoon
vrouwvolk dan van de Vlaamsche kwestie.
LAMME die met Pierelineken goed wil
staan zou even bij nen barbier willen
binnen wippen, om zijn eerlijk aangezicht
te laten scheren. We dalen in de om
streken van Hasselt, te Genk. Lamme
springt bij ne kwaffeur binnen, en terwijl
de kwaffeur hem aan 't inzeepen is, zegt
Lamme: Baasken, uw zeep stinkt naar
vlsch!
'k Vraag wel ekskuus, zegt de baard
schrapper, 't is mijn zeep niet, 't zijn mijn
vingers, 'k Heb daar sjustement nen ha
ring geëten met papatten met de pel!
Lamme betaalt en we zijn weg en ge
trouw zit Lamme weer bij zijn Piere
lineken.
GETROUW blijven is een schoon woord.
Men zegt dikwijls: de hond is getrouw
aan zijn meester en de kat is valsch,
Maar een kat kan ook getrouw zijn,
Zekere Leers van Hasselt had een kat
meêgenomen naar Brussel, waar zijn
schoonmoeder woont. Maar 's anderen
daags zat ze te Hasselt op den dorpel van
zijn huis op hem te wachten. Niet de
schoonmoeder, maar de kat. t Beest was
op een nacht van Brussel naar Hasselt
geloopen.
WAAR UW schat is zal ook uw hart
zijn, staat er in de H. Schriftuur. Jozef
van Hamel, van Sint Truiden, dacht ook
een schat gevonden te hebben te Luik, in
den vorm van een aangekleede modepop.
Hij ging er meê uit, maar 't duurde niet
lang, of hij kwam tot de concluzie dat
zijn schat des harten nogal lange vingers
had. Dat is een leelijk gebrek. Zoo con,
stateerde hij de verdwijning van zijn
brieventasch en van zijn horloge.
Zoo hoort men eiken dag
Van die klachten.
Waar zijn die kerels toch
Met hun gedachten?
Om zoo maar fluks op de baal!
Met 'n slenterkous op te gaan.
Ja, slenterkatten, 't is een plaag diejnet
den dag aangroeit.
Waarom geraakt zoo menig meisje
Den doolweg op? Och 't is klaar:
De modezucht verblindt heur oogen
En maakt ze blind voor het gevaar I
IB:3BSSBBJBBE9SBBE3BE2!S3B8fiB3
meter schetste plannen van de beide gra
ven en van het hof.
Daar, op eenigen afstand, bleef het volk
staan. De menigte groeide nog aan.
Vader en zoon Every zaten bewaakt in
een kamer van het nieuwe gedeelte der
woning, die eens als villa voor Floris en
Paula bestemd was.
De rechter besprak met de andere hee-
ren, hoe hij zich tot Walter Haverbeke te
Brugge zou wenden, om inlichtingen over
Paula's verblijf.
Deze eenzame hoeve verborg blijkbaar
nog geheimen.
Na een half uur verscheen een oude,
gesloten koets.
Delange, gij en uw zoon worden nu
naar de gevangenis ln de stad gevoerd, zei
de rechter, in huls tredend. Wenscht ge
nog Iets mee te nemen?
De vader begon te schelden en te vloe
ken. Maar dan zei hij, dat dieven nu zijn
geld konden stelen.
Draag uw waarden mee... die zuleln
in veiligheid worden gebracht, sprak d*
rechter.
Hij en een gendarm vergezelden de boer
naar een kast ln de slaapkamer.
De magistraat legde er beslag op een
bundel papieren. Delange keek wantrou
wend naar hem.
Die zal ik liever scheuren, zei hij.
Neen, neen... Ik wil ze eens Inzien. Ik
ben van plan ook het geval van uw nicht
eens ernstig te onderzoeken.
Ha, nu zijn we al met eens door
slechte menschen geworden I spotte de
boer.
Al met eens, neen... Ge hebt voorze
ker ncolt gedeugd maar het lang kunnen
wegsteken.
Intusschen was Verlaan met zijn kar op
het hof aangekomen. Men legde op stroo
het lijk van Wieze, en bedekte het met
een zeil uit de schuur. De kar reed heen,
naar het doodenhuis. Het volk was nu
zeer stil.
Dan duwden de gendarmen Delange en
zijn zoon ln de koets. Het huls werd ver
zegeld. De grafmaker en zijn zoon hadden
WTJ BEHANDELEN onze meld alsof
zij tot de familie behoorde, sprak de
kleine Marie van Finne Platvoet tót heur
vriendinnetje.
Dat mogen wij niet doen, antwoordt
deze, wij moeten altijd heel beleefd tegen
haar zijn.
BINNEN kort gaan we nieuws hebben
van ds planeet Mars. Mars ls een ster die
daar ergens tusschen de andere sterren
staat en nu willen de sterrekljkers per
foroe hebben dat daar menschen op
wonen. Ze hebben nu boven een berg in
Zwitserland hun sterrekijkersgerief neer
gezet en ze gaan nu trachten met de
inwoners van Mars ln koramunikasie te
komen.
'K WIL D'R HIER OP DRUKKEN
Tc Weet niet of het zal lukken.
Maar wat ik weet, ik zeg 't bedaard
Dat ls, dat de menschen op dees aard
Gedurig ruzie maken met elkaar.
Boven ons hoofd hangt er dus 'n nlef
[gevaar
Want wat zal het zijn, 'k vraag het zonder
[jokken
Als die van Mars iets in ons papje komen
[brokken?
IJDELHEID der ijdelheden! riep
Salomon uit ln zijnen tijd. IJdelheid der
ijdelheden roept 't Manneken uit... nu.
En weet ge waarom? Ze hebben nu een
nieuw manier uitgevonden om... kus
handjes te werpen I -
Weet ge hoe?
Ge houdt uw hand open en doet precies
of ge daar een... kersensteen ln... spuwt,
dan doet ge of ge dien kersensteen naar
den persoon werpt voor wie uw kushandje
is bestemd.
Vertel het nu maar in het ronde
Die mode werd te Brussel uitgevonden.
Een onnoozelheid meer, zegt Marenta,
wijl ze mij eens lief bekijkt.
JEFKEN Kleeroog heeft ook een lief
opgedaan, maar de Jongen is nog al be
nauwd en durft niet veel klappen. Lest
ging hij wandelen met zijn Marieken en
als ze zoo gingen met fatsoen door het
frissche groen, zei hij plots:
Mietje, de boter ls ook opgeslagen hé?
Ja Jefken, antwoordde Mietje.
Jef zweeg tot dat ze weêr aan Mieken's
deur kwamen.
Mietje, wanneer mag Ik u weer ne
beer komen halen om nog eens te gaan
wandelen? vraagt Jef.
Als de boter afgeslagen is! mijn
jongen, antwoordde Mietje.
'k Weet niet of Jef begrepen heeft 1
DE REIS IS GOED VERLOOPEN
't Is nu slechts nog t'hopen
Dat we bij 't dalen
Niet en falen.
Lamme Goedzak stelt ons al dadelijk
gerust, en zegt dat we binnen enkele
minuutjes op ons honderd gemakskens
van onzen eersten vliegtocht zullen mogen
uitrusten... daar 't toch Zondag is.
Maar ge moet nu niet denken dat de
Zondag voor alleman ne rustdag lsl Neen.
Da's goed voor ons, christene menschen.
Maar bij de Grieken ls de rustdag, de
Maandag. Bij de persen is hij den Dins
dag, den Woensdag ls die der Assysiërs,
den Donderdag die der Egyptenaren, den
Vrijdag die der Turken en den Zaterdag
die der Joden.
En uit het land der droomen
Zijn we weer op d'aarde gekomen.
Lamme trekt er van onder met zijn
Pierelineken, Pallieter met zijn kat, zijn
hond en zijn muls en 't Manneken met
zijn Marenta, niet zonder afgesproken te
hebben, d'eerste gelegenheid de beste
waar te nemen, om nog ne keer met ons
nieuw modisch masjien de wolken in te
vliegen... en fler da'k ben, want...
"k Ben dus als een adelaar de wolken
[Ingestegen
En heb gevoeld aan geest en lijf
Hoe dat het met het vliegbedrijf
Nu feitelijk ls gelegen!
't Manneken uit de I" in.
IBBBHBBBBBBBBBBBBBEIBHBUüiïiaaB
TOMAAT-bevat A.
B.C.-vltamines voor
't leven onmisbaar.
TOMAAT - koningin
d' kwalit. en onver -
getelijken smaak
TOMAAT - gezond
en natuurlijk pro-
dukt.
TOMAAT - NapolL
taansche zon direkt
op uw tafel.
ziene voorwaarden toestaan.
De Minister beslist op voorstel van het Bestuur»
comiteit van den Belgisch-Luxemburgschen Dienst
Zooals reeds gemeld verscheen op 28
Oogst 1935 een Koninklijk Besluit betref
fende de inrichting van de hotels en gast
hoven.
Daar deze kwestie van groot belang ls
voor de stad leper, en het K. B. voor de
kleine hoteliers bijzonder hard was, nam
de Heer Georges Van Raes, Secretaris van
den Hoteliersbond van leper, de zaak ter
harte en vroeg aan den Heer Minister van
Verkeerswezen enkele inlichtingen betref-
fnde het nieuw Statuut van het hotel
wezen.
Opdat alle hoteliers van de streek goed
op de hoogte zouden zijn van het getroffen
besluit en de gevoerde briefwisselingen,
drukken wij hieronder het bedoeld Ko
ninklijk Besluit, een verzoek van de stad
leper tot de hoteliers uit leper en de ge
wisselde brieven.
leper, den 21 Oktober ZP3S
KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE KONIVKL. ITTVOERINGSREGLEMENT
weigering of de onttrekking vin het bij artikel 4 voor-
aiene schild.
Art. 12. De Minister van Verke-.-rsweien kan,
ten einde in sommige gevallen met verworven of ge-
westelijke toestanden rekening te houden, aaa die I samen nijpt door een schroef aan te
exploitanten afwijkingen van de bij art,kei 1 voor- draaien, wat een ware marteling moet zijn
voor de lieve diertjes. Als men dan den
DUIVENRINGENKNOEIERUEN
IN WALLONIË
Oud-beroepsrenner erbij betrokken.
Te Gembloers woont de oud-beroepsren
ner Sellier, die over een 10-tal Jaren zeer
populair was, en hij hield er het stieltje
op na van het herringen der duiven. Hij
deed zich 20 tot 25 fr. per duif betalen.
Hij deed zulks met behulp van een
Dultsch machientje dat den poot der duif
poot vrij laat blijft hij een tijdje samen-
voor Toerisme, na raadpleging door dat Comiteit van I gedrukt, ZOOdat men er een rillg kan ever
de afdeeling Hotelwezenvan xijn Technischen schuiven, daar de diameter van het fol-
Rasd. tertuig dezelfde ls als van den ring.
Art. ju. Onze Minister van Verkeerswezen is Alle herringde duiven werden gewond en
belast met de uitvoering van dit besluit, hetwelk in dikwijls nog verminkt.
werking treedt van dag dat bet wordt bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel.
Van '5 Konings Wege:
De Minister van Verkeerswezen,
Minister van Posterijen, Telegrafie en Telefonie,
(iel.) P.-H. SPAAK.
IBOS
voor het besme
ren van boter
hammen.
Kost minder, Is
zeer voedzaam,
bevat 60 °|0 sui
ker.
COMMERCIEELE
APPELGELEI
in alle Kruidenierswinkels
IED33BB2223l239BE29IEB3BBB3B8Ka
de putten weer gevuld.
De koets met de gevangenen verliet het
hof.
Plots steeg een oorverdoovend. gehuil op.
Het volk, nu tot een dichte massa aange
groeid, drumde voorwaarts. De gendarmen
hadden de grootste moeite het tegen te
houden. Er vielen zelfs klappen.
O, dat ze ons toch niets doenl kermde
Floris, die doodsbleek was en over heel
zijn lichaam beefde.
Gemeen volk! zei zijn vader woedend.
En hoeveel staan er bij, die van uw geld
pinten hebben gedronken.
De koets reed snel en daverde over de
kalsijde, tot ze ver genoeg buiten bereik
der opgewonden menigte was.
Zoo werden de twee schurken wegge
voerd
xxvm
HERSTELD.
Walter Haverbeke was bijna hersteld en
mocht ln de ochtenduren al eens in het
besdhut hofje wandelen. Zijn zuster ver
pleegde hem nog altijd even trouw. Bert
Pycke kwam een paar keer in de week
over.
Tilde en hij vonden het vreemd, dat Flo
ra Winkels weg bleef. Ze had nog eens ge
schreven, Walter een spoedige genezing
toegewenscht, maar er bijgevoegd, dat een
voorname reden haar hinderde een bezoek
te brengen.
Bert wilde haar te Gent gaan spreken;
zijn vrouw verbood het hem echter. Ze
was fijngevoeliger dan hij.
We mogen ons niet te ver met die
kwestie bemoeien, zei ze. We Bullen wel
eens hooren, wat er Flora nu scheelt. Een
beetje geduld.
't Was een gure morgen en Walter bleef
daarom op zijn kamer. Hij kon wat lezen,
en zich zoo wat verstrooien.
Hij sprak nooit over Flora en eveneens
zijn zuster zweeg over het meisje, dat ze
gaarne tot Walters vrouw had bestemd.
Haar broer repte echter ook geen woord
over Paula Delanga,
DE UITVOERING DER STATUUT
VAN HET HOTELWEZEN.
Gezien het Koninklijk Besluit van 26 Augustus
1935 op het Statuut van het Hotelwezen,
Wij hebben besloten en Wij besluiten;
Artikel een. De inrichtingen als bedoeld in
artikel 1 van het koninklijk besluit van 26 Augustus
1935 moeten beantwoorden aan de volgende voor
waarden
i° Het gezamenlijke van de inrichting van dezer
installaties en van dezer materieel voldoet aan de
vereischten der hygiëne;
2® Zindelijk gekleed personeel;
3° Tafels der eetzaal bedekt met linnen;
4° Slaapkamers voor de reizigers voorzien van zin
delijk linnen en beddegoed, van vaste of verplaatsbare
lavabo's. In de localiteiten voorzien van een water
leiding, moeten de lavabo's zijn met stroomend water
en met verzekerden afloop;
5° In dezelfde localiteiten, ten minste een gemeen
schappelijke badkamer met stroomend water, indien
de inrichting minder dan 20 kamers telt; indien zij
20 tot 40 kamers omvat, ten minste 2 gemeenschap
pelijke badkamers; voor meer dan 40 kamers, ten
minste 3 gemeenschappelijke badkamers;
6° Gemeenschappelijke privaten metjjpoelinrichting
in het gebouw zelf, in de verhouding van ten minste
één per 12 kamers zonder particulier privaat;
7° Electrische verlichting. In de localiteiten zonder
electrische verlichting, een andere moderne verlich
ting. De verlichting moet steeds ter beschikking van
de reizigers staan;
8° Aansluiting van de inrichting met het telefoon
net.
Art. 2. De gewone huurvoorwaarden der in het
vorig artikel bedoelde inrichtingen mogen niet toe
laten dat de kamers ten behoeve van de reizigers voor
een korteren duur dan het tijdsbestek van den eenen
dag tot den andere, met inbegrip van den nachttijd,
verhuurd worden.
Art. 3. Het is den exploitant van zulke inrich
tingen alleen geoorloofd de klanten, waarvoor hij geen
slaapgelegenheid meer heeft, bij uitzondering bij par
ticulieren te logeeren.
Art. 4. Niemand mag een inrichting als bedoeld
in artikel 1 van het koninklijk besluit van 26 Augus
tus 1935 exploiteeren, tenzij hij hiervan, bij ter post
aangeteekenden brief, aah den Minister van Verkeers
wezen kennis heeft gegeven, het schild heeft verkregen
als bewijs dat zijn inrichting aan de bij dit besluit
gestelde vereischten voldoet, en dat schild op den
hoofdgevel, nabij de ingang, heeft bevestigd.
Voor de bestaande inrichtingen moet bedoelde ken
nisgeving ter post worden afgegeven binnen den ter
mijn van één maand, te rekenen van de bekendma
king van dit besluit.
Voor de later te openen inrichtingen behoort die
kennisgeving ten minste één maand vóór de inbedrijfs-
stelling ter post te worden afgegeven.
Art. 5. Wordt beschouwd als exploitant in den
zin van dit besluit de persoon die in de inrichting
voor eigen rekening of voor rekening van een ander
de werkelijke leiding en het werkelijk beheer van de
onderneming waarneemt.
Art. 6. De exploitant, die het bewijs levert dat
de in het artikel 4 voorziene kennisgeving werd op
gezonden, is gerechtigd ora zijn exploitatie voort te
zetten of te beginnen totdat definitief over de uitrei
king van het hem toe te kennen schild is beslist.
Art. 7. Het in artikel 4 bedoeld schild wordt,
door het Bestuurscomiteit van den Belgisch-Luxem-
burgschen Diénst voor Toerisme afgeleverd, na raad
pleging van de afdeeling Hotelwezenvan zijn
Technischen Raad.
Indien het schild wordt geweigerd, kan belangheb
bende, binnen de vijftien dagen na den datum van
den ter post aangeteekenden brief waarbij hem van
de beslissing kennis wordt gegeven, hiervan in beroep
komen bij den Minister van Verkeerswezen. Deze
doet uitspraak, na het advies te hebben ingewonnen
van een Gemengde Commissie, samengesteld uit drie
leden, te weten: een vertegenwoordiger van zijn De-
oartement,- een yertegem*4ord'Kèr van het Bestüurs-
.'rOmiteit van den Belgisch-Luxemburgschen Dienst
voor Toerisme en een vertegenwoordiger van de sectie
Hotelwezen van den Technischen Raad van dezen
laatsten dienst.
Art. 8. Onverminderd het recht dat de Minister
van Verkeerswezen heeft om, in geval van overtreding
bij toepassing van artikel 6 van het Koninklijk be
sluit van 26 Augustus 1935 de onmiddellijke sluiting
der inrichting te bevelen, wordt het aan een exploi
tant afgeleverd schild dezen onttrokken, indien zijn
inrichting niet meer aan de gestelde vereischten vol
doet.
De Minister, na het advies van de bij artikel y
voorziene Gemengde Commissie te hebben ingewon
nen, doet hierover uitspraak hetzij ambsthalve, hetzij
op voorstel van het Bestuurscomiteit* van den Bel
gisch-Luxemburgschen Dienst voor Toerisme. De ex
ploitant wordt altijd vooraf gehoord.
Art. 9. De prijs van het schild is vastgesteld,
voor de inrichtingen:
met minder dan 20 kamers op 25 frank;
met 20 tot 40 kamers op 50 frank;
40 60 75 frank;
meer dan 60 100 frank;
Buitendien moet de houder van een schild, elk der
jaren na dit der aflevering, tusschen den i»t®n en
15®° Januari, op de postcheckrekening nr 307037 van
den Belgisch-Luxemburgschen Dienst voor Toerisme,
48, de Brouckèreplaats, Brussel, storten voor de in
richtingen
met minder dan 20 kamers: 20 frank;/
met 20 tot 40 kamers: 40 frank;
met 40 tot 60 kamers: 60 frank;
met meer dan 60 kamers: 80 frank.
Voor de inrichtingen welke slechts gedurende een
gedeelte van het jaar open zijn, dient de in het vorig
lid voorziene jaarlijksche storting binnen de acht da
gen na den datum der opehing te geschieden.
Art. 10. De Dienst voor Toerisme zal een offi-
cieelen gids betreffende het hotelwezen en het toe
risme uitgeven, in welken gids inzonderheid de in
lichtingen omtrent elke hotelinrichting (aantal kamers,
badkamers, garage, enz.) versterkt overeenkomstig de
bij artikel 4 voorgeschreven kennisgeving, worden
vermeld.
Worden, evenwel, in bedoelden gids niet opgeno
men, de inrichtingen waarvan de exploitanten buiten
dien niet te bekwamer tijd de minimum- en maxi
mum-prijzen van de kamers en het pensioen, tijdens
en buiten het seizoen, zullen medegedeeld hebben.
Art. ir. De Burgemeester van de gemeente
waar inrichtingen als bedoeld in dit besluit worden
geëxploiteerd, is belast met het permament toezicht
op die inrichtingen.
Hij krijgt onverwijld kennis van de toekenning, de
3flES&3B2S2EBa&3BBMBBEEB9ËaflB
Walter zag nu het dagblad ln. Het leek
hem of hij een tijd uit de samenleving
verbannen was geweest en er nu stilaan
in* terugkeerde.
Plots ontroerde hij. Een lang bericht uit
Lindendale trof zijn aandacht.
En hij las met toenemenden afkeert
H)et anders zoo rustig dorpje Linden
dale bij Oudenaarde is opgeschrikt door
een gruwelijke misdaad, welke op een een
zame hoeve bedreven werd.
Op deze boerderij woonden een zekere
Delange en zija zoon Floris, en hun nicht.
Deze nicht is echter al eenigen tijd ge
vlucht, om aan de mishandelingen van
haar oom en kozijn te ontkomen. Perso
neel heeft Delange niet. De vader was al
tijd een schuwe man. Floris, de zoon,
leidde echter een lustig leven. Hij werkte
niet. Zijn vader is trouwens rijk, en had
het meeste land van de hoeve verpacht.
Floris was in de streek bekend om zijn
gulheid. Hij hieid er van, werklieden in
buitenherbergen mild .op bier te trac-
toeren. Op die manier won hij zekere po
pulariteit. Maar hij leidde ook een ver
borgen leven. Een arm meisje van Boekei,
Wieze Every, eischte van Floris, dat hij
haar zou huwen, en beweerde dat hij, we
gens haar toestand, daartoe verplicht was.
Floris Delange weigerde en zei dat het
meisje hem belasterde. Toch schijnt zijn
schuld vast te staan. Meermalen kwam
het meisje aan de eenzame hoeve. Op een
avond was ze daar weer en sedert zag men
haar niet meer. Wieze Every scheen spoor
loos verdwenen. Haar vader had haar in
dronkenschap uit huis gejaagd. In haar
wanhoop was ze weer naar het hof van
Floris Delange geloopen.
Haar vader kwam dit den volgenden
morgen te weten toen hij haar zocht en
berouw had over zijn strengheid. De De
lange's antwoordden hem, dat ze zijn
dochter den avond te voren verjaagd had
den, en ze niets verders van haar wisten.
Eenige dagen verliepen. De gendarme
rie stelde een onderzoek ln. Niemand had
Wieze Every nog gezien.
van het Statuut van het Hotelwezen
(26 Oogst 1935)
MIJNHEEREN,
Ik heb de eer U hiermede de bepaling te laten
kennen vervat in het Koninklijk Besluit van 26-8-1935
art. 4 als volgt:
Art. 4. Niemand mag een inrichting als be
doeld in art. x van het Koninklijk Besluit van 26
Oogst 1935 exploiteeren, tenzij hij hiervan, bij ter
post aangeteekenden brief aan den Heer Minister van
Verkeerswezen kennis heeft gegeven, het schild heeft
verkregen als bewijs dat zijn inrichting aan de bij dit
besluit gestelde vereischten voldoet, en dat schild op
den hoofdgevel, nabij den ingang heeft bevestigd.
Voor de beltaande inrichtingen moet bedoelde ken
nisgeving ter post worden afgegeven binnen den ter
mijn van één maand, te rekenen van de bekendmaking
van dit besluit.
Voor de later te openen inrichtingen behoort die
kennisgeving ten minste één maand vóór de inbe-
drijfstelling ter post te worden opgegeven.
Het is volstrekt noodig dat de bepalingen van het
K. B. betreffende het Hotelwezen ONMIDDELLIJK
en STIPT worden nageleefd.
Ik verzoek U dus, indien gij nog niet ln regel zijt,
U binnen den bepaalden tijd, te zeggen vóór 26 Ok
tober 1935 in orde te willen stellen, zooveel te meer,
Mijnheer de Minister me verzoekt uwe aandacht te
vestigen op de straffen welke de nalatige Hoteliers
kunnen oploopen zoo zij niet binnen den bepaalden
termijn voldaan hebben aan hetgeen art. 4 van hen
vergt.
Aanvaard, Mijnheer, de verzekering mijner hoog
achting.
De Burgemeester,
J. VANDERGHOTE.
BRIEF VAN HEER G. VAN RAES
Secr. van het Hoteliersverbond te leper,
aan den Heer Minister van Verkeerswezen.
EXCELLENTIE,
Naar aanleiding van het K. B. van 26 Oogst 11.
neem ik eerbiedig de vrijheid U in te lichten dat ik
nachtverblijf verschaf aan reizigers.
Ik ware U dankbaar de in te vullen formulier te
mogen ontvangen.
Ik neem tevens deze gelegenheid te baat om aan
Uwe Excellentie enkele toelichtingen te vragen nopens
de toepassing dezer wet; als secretaris van den Ho
teliersbond van leper, ben ik reeds door menige collega
gevraagd geweest naar nadere inlichtingen nopens die
wet:
In leper hebben we als toeristisch centrum een
ruim aantal Hotels die ten volle beantwoorden aan
de voorschriften dezer wet (loopende water op ieder
kamer, badkamers, electriciteit, enz.)er bestaat ver
der een tal van kleinere hotels die ook gansch ge
schikt zijn om toeristen te herbergen en die met uit
zondering van het feit dat ze op IEDER kamer geen
loopende water mitsgader afleiding hebben toch steeds
ten volle voldoening aan hunne Fransche, Engelsche
en vreemde klanten logist of pensioen kunnen ver
schaffen, inzonder dat de klienten ook ruimschoots
rekening houden met de prijzen die begrijpelijk in de
groote hotels met hunne modernste inrichtingen hoo-
ger zijn dan in de kleinere hotels.
Welnu tal van deze kleine logisthuizen kunnen de
onkosten die de door de wet beschreven zijn niet be
kostigen of voorzien dat ze niet genoegzaam afwer
pend zullen zijn en vragen zich dus af of ze die klan
ten die b. v. van 10.frank af een kamer verkregen
(waarover ze ten volle tevreden zijn) voortaan naar
die groote hotels moeten sturen waar ze natuurlijker
wijze met het oog op de kostelijker inrichting ook een
in vergelijking loopende meerderwaardige prijs zullen
moeten betalen.
Welnu het meerendeel dezer toeristen die zich nu
in die 2® klas hotels aanbieden voor de goede reden
dat de prijs voordeeliger voorkomt zullen daarom niet
de kostelijker iste klas hotels aankloppen maar weg
blijven.
Ik verhoop, Excellentie, dat U de goede bedoeling
mijner gedachtuitdrukkingen zult inzien en mij zal
UT ZIE VERVOLG HIERNEVENS.
Duiven worden herringd om ermede te
kunnen spelen samen met de jongen en
meest nog omdat zij gestolen zijn.
Een huiszoeking werd bij Sellier gedaan,
maar het Duitsch machientje werd niet
gevonden. In 1934 reeds werd Sellier voor
15 jaar uit den Duivenbond gesloten om
dat hij een eersten prijs had gewonnen
op 7 Juli met een duif die geringd was
met een ring die hem enkel op 24 Mei te
voren was afgeleverd.
Het gerecht onderzoek de zaak verder.
BROEDERMOORD te OET1NGEN
Te Oetlngen kwamen de twee broeders
Vierendeel, die samen wonen met hun
moeder, in twist bij het kaartenspel. Zij
gingen afzonderlijk naar huis. De eerste
die thuis kwam nam het jachtgeweer en
toen zijn broeder afkwam schoot hij de
zen neer en kwetste hem levensgevaarlijk.
De gewonde werd naar het gasthuis over
gebracht en de dader, die eerst de vlucht
had genomen, werd aangehouden.
De droefheid der moeder is ontzettend.
Waarom iijc!?n aan
HOOFDPIJN
MIGRAINE
TAND PI IN
GRIEP
RHEUMATIEK
ZENUWKOORTS
PIJN DER
MAANDSTONDEN
Jals de Wonderbare Bruine Poeder» vanj
der Apotheek DE POORTERE
Sint-Niklao»-Waal.
U oogenblikkelijk zonder •chadeUjh* («volgen
van deze pijnen sullen bevrijden.
doom o. 8 poedert 4 fr*^
De driedubbele docm
25 poeder» 10.00 fr
Te verkrijgen in alle
goede Apotheken of
vrachtvrij tegen
postmandaat.
Gebruikt ze eens, U
zult nooit geen an
dere meer gebruiken!
toelaten de noodige geruststelling aan mijne collegas
te verschaffen.
Inmiddels, teeken met diepen eerbied,
G. VAN RAES.
ANTWOORD VAN DEN H. MINISTER
AAN DEN HEER VAN RAES.
MIJNHEER,
Voor wat betreft de toelichtingen dien gij wenscht
te bekomen bij uw schrijven van ia-n-35, nopens de
toepassing der wet, verhaast ik mij er U op te wijzen,
dat het K. B. van 26-8 toepasselijk is aan alle in
richtingen, waarvan de uitbating geschiedt onder de
benaming van Hotel of Hostellerie zonder
onderscheid van belangrijkheid der bedoelde inrich
tingen.
Het is dus noodig dat dit tal van kleinere Hotels
nochtans geschikt zijnde om toeristen te herbergen,
moeten beantwoorden aan de voorschriften in boven
vermeld K. B. omvat. Voor wat de toepassing der
prijzen betreft, kan daarover van onzentwege geen
rekenschap worden gehouden. Het is dus in het be
lang van dergelijke inrichtingen aan de voorschriften
te voldoen om te kunnen genieten der talrijke voor-
deelen die er onvermijd.lijk zullen mede gepaard
gaan.
Voor diegene welke zich aan bedoelde voorschriften
niet zouden verplichten, wordt verbod opgelegd hunne
inrichting onder de benaming waarin het woord
Hotel of Hostellerie voorkomt, verder uit te
baten.
Hoogachtend,
Namens den Minister!
Voor den Algemeenen Sekretarb:
De Toeziener,
(get.) LEON DECQ.
JANUARI NIEUWJAARM.
12 Z H. Familie. H. Arcadius, martelaar
Ev.: Jezus verloren en teruggevonden
!3 M H. Veronica, maagd, H. Godefridu»
14 D H. Hilarius, biss. en kerkleeraar
15 W H. Paulus, kluiz., H. Maurus, abt
16 D H. Embertus, biss.
17 V H. Marcellus, paus en martelaar
18 Z H. Honoratus, biss.
ZONDAG 12 JANUARI
Feest der H. Familie, «Exsultet» - Wit
- 2" Gebed van den Zondag; 3e gebed
van het octaaf van Driekoningen,
Op den Zondag onder het Octaaf van
Driekoningegn viert de H. Kerk het Feest
van de H. Familie van Jezus, Maria en
Jozef. De laatste weken hebben we reed»
meermalen over dit voorbeeldige huisge
zin gehoord. Toch werd de bijzondere
aandacht in de liturgie er niet aan ge
schonken, daar deze geheel werd in be
slag genomen door het goddelijk Kind.
Toch past het de H. Familie bijzonder
te vieren en het prachtige voorbeeld te
beschouwen dat er én voor de ouders én
voor de kinderen in ligt. Want hoewel
de H. Evangeliën ons heel weinig zeggen
over de kinderjaren en de jeugd van
Christus en het intieme leven van de Hei
lige Familie, de enkele zinnen die de Hei
lige Schrijvers daaraan hebben gewijd zijn
toch voldoende om voor ons als een stich
tend voorbeeld en een groote les te dienen.
Dit is het geval met het H. Evangelie
van dit feest dat ook het Evangelie ii
van den Zondag onder het octaaf van
Driekoningen. Als overtuigde geloovige
Joden hebben Maria en Jozef het god
delijke Kind dat twaalf jaar was gewor
den voor de eerste maal naar Jeruzalem
geleid. Bij den terugtocht bemerken ze
dat Jezus niet meer bij hen is, bij geen
enkele groep. Vol onrust keeren ze naar
Jeruzalem terug en na drie dagen vinden
ze het Goddelijk Kind in den tempel te
rug, temidden der schriftgeleerden. Een
dubbele les sligt hierin voor de christe
lijke ouders besloten. De eerste is d*
plicht van de ouders om hun kinderen het
eerste godsdienstig onderricht te geven,
de tweede plicht om over hun kinderen
te waken met dezelfde bezorgdheid waar
mede Maria en Jozef over hun kind
hebben gewaakt. En voor de kinderen ligt
een prachtig voorbeeld besloten in die en
kele woorden van den Evangelist: «Hij
was hun onderdanig.». Jezus, de meester
van alles, beoefende gehoorzaamheid. We
zien hier dus in de H. Familie de twee
onmisbare factoren voor een gelukkig fa
milieleven waakzame liefde van de ouders
en onderwerping van het kind. Twee hoe
danigheden die in vele moderne gezinnen
ontbreken. De oorzaak van dit gebrek ligt
in het verzuimen van de godsdienstige
plichten, waardoor de genaden van staat
en Gods zegen onttrokken worden. Waar
echter het ideaal van de H. Familie van
Nazareth wordt nagestreefd, zal vrede,
orde, liefde en gehoorzaamheid heerschen,
zullen de bijna onvermijdelijke gebreken
en wrijvingen in de schaduw worden ge
steld.
lEiiiHimiiiiiiiiiiiinm
HEBT GE OOIT EEN GOED WOORDJB
GEDAAN OM EEN EN ANDER KENNI»
AAN TE ZETTEN TOT HET ABONNEE-
REN OP DIT BLAD.
DOE HET ZONDER UITSTEL.
IBBBBRflBBBBBBBBBaSRBaBRRBRBB
Beste Engelsch*
PEPERMINT
voorkomt
Hoofdpijn
N eus verstopping
Kortademlng
Zenuwverzwakking
enz. enz.
T* verkrijgen
enkel ln d*
BESTE WINKEL»
Vraagt
het doosje met bet
haantje.
t^EOiSTEB^0.
IBBBBBBBBBBBaaaflBliaBElBSaBBBBBBIBBBBIIEBBBBBSaflBflflBBflBBBBIBBBBBBBBBHiBBflBBBBRBBBIBBBBS
2 tabletten
Chromo's B<
zijn vereenigd in de
met Liebig Vleeschextract bereid.
7ij laten toe voor 60 centiem onmiddeb
lijk een liter uitmuntenden bouillon te
bekomen, welke den geur en den smaak
van vleesch en versche groenten bezit.
Het pakje van 5 Blokjes (met Liebig
Chromo's Bon) Fr, 3.—.
LIEBIG BOUILLON BLOKJES
Er werd reeds gefluisterd, dat Floris De
lange het meisje wel uit zijn weg kon ge
ruimd hebben, omdat zij hem hinderde.
Haar broer, Jan Every, kwam uit Frank
rijk thuis en zocht dan ook naar zijn
zuster.
Eergisterenavond bevond hij zich op de
hofstede der Delange's, meenend dat Wie
ze daar wel vastgehouden kon worden. Het
was immers uitgelekt, dat de vader en
zoon ook hun nicht gevangen hadden ge
zet, toen ze hardnekkig weigerde met den
jongen Delange te trouwen.
Jan Every bemerkte, dat vader en zoon
laat opbleven en hij vond dit verdacht.
Hij verklaarde hoe hij het voorgevoel had.
Iets gewichtigs te zullen ontdekken. Hij
bleef dus op het hof.
In den nadht kwamen vader en zoon
naar buiten. En tot zijn ontzetting zag
Jan Every, dat ze een doode uit den grond
bij de haag achter de hofstede haalden
en ze opnieuw begroeven onder een boom,
vlak voor him woning.
De arme jongen was overtuigd, dat ze
het lijk van zijn zuster nog beter wilden
verduiken. Hij had de meeste moeite zich
te beheersdhen. Hij spiedde alles af en
begaf zich 's morgens naar de rijkswacht,
om zijn ontdekking mee te deelen.
De kommandant verwittigde onmiddel
lijk het gerecht, dat dadelijk naar Lin
dendale kwam, en met een sterke afdee
ling gendarmen de hoeve bezette.
De twee Delange's beweerden nog steeds,
dat ae Wieze Every verjaagd hadden en
niet wisten waar ze zich bevond. Ze ver
klaarden dit op brutalen, onverschilligen
toon.
Da onderzoeksrechter liet onder den
boom graven, en tot ieders ontzetting
werd een lijk bovengehaald. Het bleek In
derdaad Wieze Every te zijn.
De wetsdokter stelde vast dat de onge
lukkige talrijke sporen van mishandelin
gen droeg. Vader en zoon Every herken
den haar onmiddellijk.
Delange en Floris waren onder bewaking
van gendarmen en werden bij de doode
geleld. Ze hielden vol onschuldig te zijn.
De oude boer durfde zelf vader Every be
schuldigen, zijn dochter vermoord en hier
begraven te hebben, om de schuld op Flo
ris te kunnen leggen.
Hij beweerde, dat hij in den laten
avond en 's nachts niet buitenhuis was
geweest. Zijn zoon, afzonderlijk onder
vraagd, had echter verklaard dat ze mest
hadden gevoerd... bij donker...
De rechter vond ook bloedig stroo in de
schuur en men veronderstelt, op goede
gronden, dat Wieze Every daar afgemaakt
is geweest. De schurken hadden ze eerst
begraven buiten de hoeve, achter een haag.
Ook dat kon nog vastgesteld worden,
Delange en hun zoon bleven hardnekkig
loochenen maar werden natuurlijk aan
gehouden. Ze beweren de verblijfplaats
van hun nicht Paula Delange niet te
kennenMen vraagt zich af, wat er
van dit meisje geworden is.
De menigte gaf uiting aan haar veront
waardiging door hevig gejoel en ge
schreeuw. Men moest de gevangenen
haastig wegvoeren.».
Walter Haverbeke las dit bericht. Hij
kende Wieze Every... hij kon zich de hoe
ve voorstellen... en hij voelde nu weer,
door welke doortrapte schurken hij be
dreigd was geworden.
Arm verdwaald kind, mompelde hij,
peinzend aan Wieze Every, slachtoffer van
haar verwaarloosde opvoeding, van een
losbandtgen kerel en dan van twee misda
digers.
En hij, Walter, was bespot en verdreven
geworden toen hij eens ln een herberg te
Boekei, tegen verbeesting protesteerde. Zij,
voor wie hij opkwam, beschouwden hem
als een vijand...
Maar ook de burgemeester had hem
uitgelachen en Floris Delange verdedigd.
Welke toestanden, zei Walter.
Maar nog een andere bijzonderheid uit
het dagblad bericht trof hem diep. Paula
had op de hoeve gevangen gezeten en was
gevlucht... En men scheen niet te weten
waar ze zich bevond. Men maakt* zich
ongerust over haar.
Plots sloeg angst ook over Walter...
Was Paula gedood door de schurken?
Of anders, waar zwierf ze nu?
Gejaagd stond hij recht. Op het portaal
riep hij driftig zijn zuster.
Tilde kwam vlug naar boven.
Wat is er toch? vroeg ze, verschrikt
door den rauwen toon en nu door het ont
steld gelaat van haar broer.
Kom mee! gebood Walter, terug keu
rend naar zijn kamer.
Maar wat scheelt er u?
Ge weet dien avond... toen ik meen
de de stem van Paula Delange te hooren...
Paula Delange... stamelde Tilde ver
ward.
Nu moet ik de waarheid weten! In
Gods naam... zeg het me: was Paula hier?
Zijn zuster kon niet meer liegen.
Ja, antwoordde ze. Maar ge waart
zoo erg ziek.
Bert heeft haar verjaagd...
Hij zei, dat ge haar niet kondt ont
vangen...
En hij maakte mij wijs, dat het een
wijnkoopman was die hem kwam spreken!
We handelden om uw bestwil, Jon*
gen...
Om mijn bestwil? Neen... om me aan
Flora Winkels uit te huwen! Maar lk heb
Paula lief. En ze ls van haar oom en nent
moeten weg vluchten... ZIJ zijn twe*
moordenaars... O, waar ls Paula dan
naartoe?
Dat weet ik niet. Ze heeft het nie
gezegd... Maar Walter, wind u zoo nie
op! Ge zult weer ziek worden, zei Tlld
onthutst.
O, Bert heeft ze ruw toegesproken...
Neen, neen...
Jawel. Ik ken hem... Hij meende, da*
ze me naliep... Ze was ongelukkig en 13c
had ze hulp beloofd. En nu sta lk hier
als een woordbreker... als een valschaard.
Ha, toen ze mij dezen Zomer hielp, be
wonderde Bert haar. En als zij om raa
kemt vragen, jaa^ff; hij ze bulten! Wa
heeft hij zich met mijn zaken te, be»
moeien!
<t V«5BPl