DE TWEE VREDESFRONTEN 'I Hang! allemaal aaneen Fene Fran^aise Hoe werd er vroeger gevast? jfP uamrnmm De Hervorming van het Departement van Openbaar Onder wijs in de Senaatsbesprehingen KATHOLIEK WEEKBLAD VAN IEPER VREESELIJKE KOOLMIJNRAMP WEEKBLAD: 50 CENTIEMEN te Marchienne-au-Pont 25 Mijnwerkers door verstik king van den rook omgekomen INTERNATIONAAL OVERZICHT tfaf ^1WÊk Een Vlaamsch-Nationalist pleit voor verzoening Vlaanderen verwacht een rechtvaardige oplossing die vrede in het Land breng? Jaarlifhsche Geldinzamelingen voor de Katholieke Universiteit van Leuven 2CVT>*C tl FmttUARl 19iff. 8' T - Nr 8. DE HALLE Ktlbotiel Weekblad van leper. Barrel Boterstrant 58, IEPER. EEN POSTABONNEMENT 1040 IN BELGIE KOST: 1 Jaar 25,frank. 6 Maanden 13.50 frank. 3 Maanden 7,frank. iUa Uedawtrkerj aim i taal-aacdeUiS km» tun artiktb DruVVer-Uitgaver: SANSEN-VANNESTE. Poperinge. JP'HiH. -I»l TARIEF VOOR F 1TEN: Kleine berichten p-r r rel 1,fr. 2 fr. toe! v. ber. m. adr b-» Kleine ber<chten (mm-- 4,fr. Rouwber. en Bedank S,fr. Te herhalen aankond-'-ngen prijs op aanvT-.-i- TeL Poperinge Nr 9. Poatebeckrekening Nr 155.70. Annoncen zijn voorat te betalen er. moeten tegen den Wnen»-'-»* avond ingezonden worden "'eii*e be richten tegen den Dn-xWHig noen. In '17 ontving een Fransehe dame dit laconisch bericht: «Colonel X... porté dispara. Zij deed opzoekingen om het lijk van haren dierbaren echtgenoot te ontdekken, maar alle opzoekingen om den caveau in klljte te vinden ble ven vruchteloos. Twee en twintig jaar later, in Oogst 11.. ontving zij een briefje met een officieele nota: «Het lijk van den kolonel werd ontgraven uit een veld in Artois.Men kon de eenzelvigheid vaststellen door een ring waarop zijn naam gegraveerd was, en een medalie van O. L. Vrouw. Met hare twee zonen officieren zoekt ze de plaats op. Ondertusschen. geruchten van nieu wen oorlog en mobilisatie. Zij ondernam de moeilijke reis en ging in bedevaart naar het graf van haren man. Niet te beschrijven schouwspel. Zij gaf den ring aan haren oudsten zoon, kapitein, en de medalie aan den anderen, luitenant-vlieger. Mijn kinders, zegde ze. ik geef U dit van zijnentwege, als zijn laatsten wensch. De zonen weenden en verstonden. De oorlop riep hen op enkele uren later naar de Maginot-lijn. De doode wenkte. Vader, hier zijn wijwas hun antwoord. En zoo werd de fakkel voortgezet van den eenen oorlog naar den an deren. DECEMBER '39. In December 11. hoorde zij den brief van Kardinaal Verdier aflezen: Allen voelen dat ons land een bij zondere bescherming van den hemel iioodig heeft. In de haardsteden welke de solda ten verlieten weenen vrouwen en kin ders. Wij willen hun tranen drogen. God in zijn goedheid aanvaardt dat enkelingen en volkeren zich met Hem verbinden door toewijdingen waardoor ze Hem op bijzondere wijze toebehooren. Wij maken akkoord: «O mijn God, Indien Gij ons geeft wat wij vragen, onze dankbaarheid zal zich betuigen door een daad die uwe goedheid en onze erkentelijkheid zal bestendigen de eeuwen door. Parijs heeft Montmartre gebouwd na den oorlog van '70 en '14. In de Mariale hoofdstad Lourdes zullen wij een kerk oprichten bij de grot. Zij zond haar milde gifte. KERSTDAG. Na de Hoogmis op Kerstdag bad zij mee den akt van toewijding die in al de kerken op dien dag voorgelezen werd. Onbevlekte Maagd, onze Moeder, nederig nedergeknield voor uwe voe ten vertrouwen wij aan uwe moeder lijke teederheid en aan uwe almacht op het Hart van Jezus, onze perso nen, onze familiën, onze parochiën, onze bisdommen, onze legers... geheel Frankrijk. Wij plaatsen al onze hoop op U. In naam der priesters, paters en religieuzen die U zoo beminnen. In naam der soldaten die een groot betrouwen in U hebben. In naam van alle geloovigen, ouder lingen, vrouwen, kinders, zonder onze zieken te vergeten die overal zoo vu rig bidden. In naam van Frankrijk vertrouwen wij door dezen akt van toewijding geheel het land toe. En na de zegepraal om voor de toe komende geslachten de gedachtenis uwer bijzondere bescherming te be stendigen, beloven wij plechtig in onze stad Lourdes een kerk op te richten toegewijd aan de Onbevlekte Maagd, de Koningin van de Vrede. Vurig bad de Fransehe oorlogswe duwe mee, de weduwe van '14-18, de moeder der officieren voor '39-40, voor diegene die niet meer zullen weerekeeren en voor de dooden die men niet vinden zal. JANUARI 1940. Liefde acht geen moeite. Den 17 Januari ging zij in bede vaart naar Pontmaln. Zij ontmoette er vrouwen, moeders of echtgenooten van soldaten. Op dien datum in 1871, 17 Januari, toen Parijs belegerd was en de slag geleverd te Le Mans de baan opende naar de Mayenne in Bretagne, ver scheen O. L. Vrouw aan de kinders. Zij loech en droeg een opschrift in gouden letters: «Mijne kinders, bidt, God zal u verhooren na weinig tijd. Mijn Zoon laat zich ontroeren. Maria toonde een bloedig kruis beeld. lazsaBaaHssEszirRasBiRESEiai: En ziet, in den nacht van 17 tot 18 een bevel van den Duitschen Prins. Frederik-Karel zette het vooruitgaan de leger stop. ...en den 2811 was het wapenstil stand De vrouwen bidden. Niets te melden. La guerre des femmes. Het gebed houdt den oorlog tegen. FEBRUARI. Den 2 Februari, O. L. Vrouw Licht mis, gaat zij naar St-Loup in t bis dom Poitiers. Daar in de kerk wordt een Annamlet priester gewijd. In deze kerk werd gedoopt de Ge lukzalige Theophane Vénard die de marteldood stierf en voor wien het H. Treesje een bijzonder devotie had en ook een bijzonder gedicht. Toen hij gefolterd werd zei hij: Hoe langer het duurt hoe beter. De wijdeling, een andere Theo- phaan (Buu-Duong), ls afstammeling van den keizer die den heldhaftigen missionaris vervolgde en bloedver want van den huldigen keizer. Op dien dag werd de Zalige Vénard gemarteld en 't is in geest van een eerherstel vanwege zijn familie en zijn land dat die datum gekozen werd en die plaats. De doode wenkte, de nieuwe apos tel roept: «Hier ben ik.». De Fran?aise wil deze ceremonie bijwonen en zij hoopt dat God die zoo wonderbaar is in zijn werken, dat het bloed van den martelaar zaad werd van een nieuwen missionaris, ook het bloed van haren gesneuvel den man en desnoods van hare zo nen zaad zal zijn voor een nieuwe christenheid. A. B. In den nacht van Woensdag op Don derdag 1.1., in den mijnput Parent werd op een diepte van 1220 meter brand ver wekt in een der schachten doordat een elektrische kabel vuur vatte. In bedoelde schacht waren 30 mijnwer kers aan het werk, die korten tijd nadien moesten afgelost worden. (Zie vervolg 2' blad.) Een bladzij uit het boek van schoon volksgeloof. HEER GOFENCU Je Ro»me»n»che Minister van Buitenlandsche Zaken, even eens op de Balkanconferentie aanwezig. NOG DE BALKANCONFERENTIÏJ. Onze vorige bijdrage hebben we reeds gewijd aan de verhoudingen op den Balkan met het oog op de con ferentie, die intusschen gehouden werd te Belgrado. Be ultslaaen van deze bijeenkomst zijn geworden, wat we verwacht hadden: een bevestiging van de vrede en de neutraliteit in Zuid-Oost Europa. We hebben het reeds meer dan eens geschreven te gen de bij ons gangbare meening in: op den Balkan zal voorloopig niet ge vochten worden, en dat omdat Italië het niet wil en omdat Duitschland er alle belang bij heeft dat zijn voor raadschuren niet in brand opgaan. De Italiaansche pers heeft luide ge jubeld: Het is de bekroning van de diplomatieke arbeid van Italië!En dat is het inderdaad. We moeten maar even denken aan de bestendige zorg, die Italië sedert het uitbreken van den oorlog aan den dag gelegd heeft om alle mogelijke conflikten te rege len of op te schorsen. Denken we maar eens terug aan de bijeenkomst van de Hongaarsche Minister van Buitenlandsche Zaken Csaky met Graaf Ciano! Op de conferentie waren slechts de leden van de Balkanentente vertegen woordigd: Turkije, Roemenie, Grie kenland en Yougo-Slavie. Bulgarije en Hongarije maken geen deel uit van de Balkanentente. Nochtans heeft Bulgarije aan de conferentie de ver zekering gegeven, dat het voor den duur van de vijandelijkheden zijn territoriale eischen zon laten rusten. Dat beteekent dat het Roemenie voor loopig niet zal lastig vallen om de Wanneer een mensch gezond is voelt hij niet eens dat hij een lever heeft. Komt echter een ontreddering in de galwerking, dan klagen we van onze maag; we voelen onregelmatige hartkloppingen; 't hoofd is niet meer frisch en de beenen worden loom. Niet alleen weten we dan de juiste ligging der organen, maar we besef fen tevens dat er tusschen die orga nen een geheime solidariteit bestaat. Is het een geraakt, dan wordt ook het andere getroffen. ONDERLINGE SOLIDARITEIT. Die samenhang bestaat nu niet slechts in het lichamelijk organisme, zoo is het ook gesteld met de zede lijke organen, met de menschelijke gemeenschappen als: familie, gemeen te, volk, staat. Van de onderlinge so lidariteit der menschen zijn we ons ook niet klaar bewust, wanneer het allemaal goed gaat. Maar, wanneer een ongeluk de familie treft, bij een sterfgeval b. v., dan voelen al de aan verwanten hun onderlinge verbonden heid. Ze voelen zich meer zuster en broeder in het lijden dan in de vreug de. Nog meer verweven en Inniger is die samenhang in de materieele orde. Tusschen economie, flnantie en lands verdediging ligt zoo'n stevtee band, dat het eene het andere niet missen kan. Hier kan de oorlog ons veel leeren. Die internationale bandiet want dat is de oorlog onsteelt al zooveel aan de menschheid, dat we de kans niet mogen verkijken om datgene te leeren waartoe hij ons de gelegenheid biedt. VOORAL IN TIJD VAN OORLOG. In vredestijd, wanneer de zaken goed gaan, wanneer handel en nij verheid bloeien, dan meenen we dat de economie van het land een sector op zich zelf ls. Dan peinst men dat de flnanties van het land een onaf hankelijk leven hebben en dat de mi litaire organisatie een luxe is. Komt evenwel de oorlog dreigen, dan leeren de feiten ons dat we een verkeerde opvatting hadden, dat ook hier een 3 IBBB3n3BBBSBB3S3IBBES5BB3BE AMERIKAANSCHE ROOD-KRUIS-AUTO'S VOOR FRANKRIJK De Amerikaansche ambulancc-autot. door Amerikaanscbe-vrijwilliger! gevoerd, zijn deze week te Parijs aangekomen. We zien ze hier in défilé door de Triomfboog gijden, nadat de voerders een kroon hadden neergelegd op het graf van de» Onbekenden Soldaat, echte solidariteit bestaat. Het eene houdt het andere recht. Stuikt hot eene ineen, dan valt ook het andere. Overweeg maar eens goed; de mo bilisatie kost stukken van menschen, meer dan 10 millioen per dag! De Staat kan dat wel een tijdie vol hou den, maar 't is een kinderlijke naïeve opvatting te meenen, dat de regee ring in onuitputtelijke koffers geld kan blijven halen. De Staat heeft geen andere geldmiddelen, dan die welke de inwoners, van het land hem ter beschikking stellen. Het bewijs ligt toch voor de hand: deze week heeft de regeering de «Onafhankelijkheids- leening» uitgeschreven. Ze zou dit toch niet doen, indien ze 't geld maar voor 't grijpen had. EDELE BURGERZIN. 't Is een bewijs van goeden burger zin, zijn geld ter beschikking te stel len van den Staat, door in te schrij ven op die leening. Om het echter mogelijk te maken, dat de bevolking in zeer ruime mate zou deel nemen aan de Onafhankelijkheidsleenlng moet de economie van ons land bloei end blijven. Begint die te kwijnen, dan verschrompelt het bezit der bur gers en de leening zal er den ongun- stigen weerslag van ondervinden. Bo vendien verminderen bij een verlam de economie de belastingsinkomsten en de Staat geraakt zonder voldoende geldmiddelen. De leefbaarheid en de bloei van onze economie hangen niet uitsluitend af van den goeden wil der regeering en van de binnenlandsche verhoudingen. Een transformatieland als Belgie, dat voor een merkelijk deel zijn huishou den moet beredderen met de inkom sten van den arbeid aan het verwer ken van grondstoffen, als ruwe wol en erts, moet kunnen handel drijven met het buitenland. Gaat dit niet meer, dan vallen onze textielfabrie ken stil en de hoogovens dooven uit. ECONOMISCHE WEERBAARHEID. En zelfs wanneer we grondstoffen krijgen, mogen werken en veel bui tenlandsche klienteel hebben, dan moeten nog de noodige bedrijfsleiders en technlekers vrij zijn, om de fa- brikatie te kunnen aan den gang zet ten en aan den gang houden. De le gerleiding zal wel moeten sommige industrieleiders en arbeiders uit de koolmijnen en het landbouwbedrijf demobiliseeren. Doet de militaire over heid dit niet. dan ondermijnt ze haar eigen krachten, want de landsverde diging kan maar sterk blijven, indien zij geldelijk wordt recht gehouden door staatsinkomsten, en die zijn op hun beurt afhankelijk van den eco- nomischen bloei. Werkelijk 't hangt allemaal aaneen. We moeten dit leeren inzien en er rekenschap mee houden als we oor- deelen over de toestanden. Deze groo- te les kunnen ons de huidige lastige omstandigheden leeren: 't is allemaal niet zoo eenvoudig als velen het wel denken. Het leven van een volk en een staat is veel ingewikkelder dan men doorgaans denkt. Niet door kri tiek, maar door opbouwende samen werking geraken we door de zware moeilijkheden heen. De echte solida riteit tusschen leger en burgerbevol king. tusschen arbeiders, landbouwers, industrieelen en middenstanders, tus schen regeering en volk, het zal natt ig" Zie vervolsr biera«v«oa Dobroedsja. Weliswat liet Hongarije zich niet hooren, maar dit zwijgen beteekent allerminst iets noodlottigs. De verklaring naar aanleiding van de bijeenkomst Csaky - Ciano, waarb'j Hongarije eveneens zijn territoriale eischen uitstelde waren duidelijk ge noeg. DE BEPERKING VAN DEN OORLOG. Het bizonderste besluit van de Bal kanconferentie is zeker wel dit, waar door uitdrukkelijk de politiek van neutraliteit der Balkgnlanden beves tigd wordt. Dit gebeurde op zeer plechtige wijze, zoodat de ernst van de Jormuleering ontroerend aandoet. HEER METAXAS de GrJebscbe Minuter Tan Buitenlandsebe Zaken, die zijn land op de Ba'kanconfe- rentie vertegenwoordigde. Voor het behoud van den vrede in dat deel van Europa, zullen de be trokken landen, bestendig overleg plegen en mekaar helpen en raad plegen. De hernieuwing van de Bal kanentente voor den duur van zeven jaar, moet als het bewijs gelden, dat geen enkel der leden, speculeert op de evolutie van de vijandelijkheden om partij te kiezen aan eene of an dere zijde. Ook de bepaling betrekkelijk het bevorderen van de leédkrzijdsche han del door ruilovereenkomsten is niet van belang ontbloot. De Balkanlan- den behooren tot de deviezenarme landen, en kunnen moeilijk inkoopen doen bij de deviezenrijke landen, zoo als Frankrijk en Engeland, tenzij ze aan die landen evenwaardige hoeveel heden kunnen uitvoeren. Tengevolge van de oorlog en de leveringseischen van Italië en Duitschland, die even min over deviezen beschikken, zijn ze aangewezen op ruil- en clearingover- eenkomsten en zijn de betrekkingen met Engeland en Frankrijk zooniet onmogelijk geworden, dan toch her leid tot een zeer miniem gedeelte van de gewezen verhoudingen CIRCAR-MARKOWITSCH -* de Yougo-Slavische Minister van Buitenlandsche Zeken, die de Balkanconferentie bijwoon de als afgeveardigde van zijn land. De tweede kleinere groep is deze van de Skavdinaafsche landen met Noorwegen. Zweden, Denemarken en Finland Maar een van die landen, het laatste is in den oorion gewikkeld met Rusland. Ook hier is de evenwij dige actie van Noonoenen, Zweden en Denemarken opvaVend. waarbij ech ter de vrees voor Rusland de hoofd bekommernis vormt. EEN NOODZAKELIJKHEID. In het begin van den oorlog noch tans ziin al de Oslostaten herhaal delijk bijeengekomen om overleg te plegen en hunne houding tegenover de oorlogvoerenden te benalen. Ach teraf moesten ive een splitsing van de actie, zooals hierboven aangetoond, waarnemen. Het wordt tijd dat al de Oslolanden eens opnieuw, naar het voorbeeld van de Balkan landen, bij eenkomen om weer gezamenlijk de wil tot vrede door neutraliteit tegen over de oorlogvoerenden te bevesti gen. Het Zuid-Oosten zal hoogstwaar schijnlijk buiten den oorlog blijven. Het vormt een vredesfront. Maar ook het Noord-Westen moet een vredes front blijven, waar de beschaving van Europa gehandhaafd wordt. Het is trouwens in het algemeen be lang van de menschheid dat de oorlog beperkt blijve tot de huidige belll- gerenten. Hoe meer strijders hoe in gewikkelder de strijd wordt en hoe langer de oorlog zal duren. Als Duitschland, Engeland en Frankrijk alleen blijven tegenover mekaar, kan een vergelijk gemakkelijker mogelijk worden. (Nadruk verboden.) ROSKAM. We zijn weer de Vasten ingetreden. En ik denk onwillekeurig aan het Vasten verhaal van de oude men schen: hoe de vetpotjes scrupuleus werden uitgeschreept, den vleesch- tand uiteetrokken en deemoedig het hoofd gebogen voor 't Aschkruisje, in 't volwaardige besef van den deemoed van al de boete van dien volzaligen tijd: Van stof zijt gij, o mensch, gemaakt, van 't stof, waar voor uw voeten, de wind mee speelt; en weer in stof verkeeren zult gij moeten. Guido Gezette. Hoe heeft dit taaie Vlaamsche ge slacht toch steeds met vromen en vroeden zin zijn Vasten onderhouden. Volk met een harte, met wilskracht, met een ziele! Een blik in 't verleden van de Vas- tenviering moge ons, moderne men schen, leeren hoe luttel er van ons wordt gevraagd! De Middeleeuwen hebben ons zoo veel staaltjes van volksche wijsheid en aanschouwelijke voorstelling van tijd en zeden nagelaten in de zoo koleurige als treffende abele spelen, sotternijen. spelen in 't vroede of in 't amoureuze. met even vollen deem, i de Veertig- sche Vasten aan te vatten. Veertig dagen! Hebben de Joden geen veertig jaren in onthouding ge leefd, in spannende verwehtlng op de vreugde van het B^oo'de Land? Mozes vastte 40 dagen cc* v*j op den berg Sinaï Gods Wet v -eg. Elias vastte eveneens veertig d-~en op den berg Horeb... En de Zal'gmaker op zijn beurt vastte veertig dagen in de woestijn. Het Vasten is derhalve reeds vroeg in zwang geweest in het christendom. De eerste monniken onderhielden een strenge, zeer strenge Vasten. We kun nen een staaltje ervan aanhalen uit het leven van Sint A^t^on, den Ere mijt, die maar één k°er daags, na zonsondergang, een dro<»e korste brood verorberde met wat zo"t of assche op. Sint Bernardus getuigt d->t in de ja ren 1100 niet alleen de b'-^terlingeri doch ook de gewone o~'~ovlgen tot 's avonds vastten en wat brood en water gebruikten m°t den avond. Reeds vroeger, ten t"de van Karei den Groote, die stierf in Rt4, was het Vasten hoog in eere. I e-en we daar geen besluit in zijn beroemde eapituj lariën: «De doodstraf aan al wie in de Vasten durft vleesch eten, tenzij Op Aschwoensdag en die spelen uit noodzakelijkheid. werden meest op kerkelijke plechtig heden vóór, ja soms wat de mysterie spelen betreft, in de kerk opgevoerd ging in tal van steden het spel door: «Het Geding van Heer Karna val». De inhoud is te mooi om dien over te slaan: Pekelharing, die de advokaat is van den Heer Vasten, komt aan het hof verklaren dat het volgens de kerke lijke geplogendheden plicht is de Vas ten te middernacht aan te vangen. Daarbij ontspint zich dan een heel vinnige doch zeer leuke twist tus schen Pekelharing, advokaat rn den Heer Vasten, Prins Karnaval, die om hangen is met hespen en worsten; Dikbuik, raadsman van Karnaval; Klaagzak, advokaat der Vrouwen Naar gelang tijd en streke was het Vastengebruik al zeer -verschillend. De eenen onthielden zich van allé dierenvleesch, anderen *'an eieren, zelfs van brood en frr't. ♦erwijl men elders visch en gevogelde gebruiken mocht.Daar het scheppingsverhaal vermeldt dat de vogels in de lucht en de visch in het wat°r on denzelf den scheppingsdag werden geschapen, aanzag men ze dus als zeer nauw sa men hoorend. zoodat men gevogelte at, waar vleesch verboden was. De haring, dit smakelijke biefsteak van den arme, is de eeuwen door een zeer geliefde Vastenspijs gebleven. In oude kronijken staan kolossale getallen vermeld over de verbruikte haringen in de hospitalen in de 13« eeuw. On- Dubbelpint, advokaat der Drinke- der meer lezen we ergens: «De H. Lo broers; Valschgewicht, advokaat der Beenhouwers en anderen, waarin Pe kelharing het wint en Karnaval maar één dag krijgt en daarna op den troon de plaats moet ruimen voor de Vas ten. Zoo verstonden het onze voorouders, en zoo volbrachten zij het: eerst een dag volle Karnavalplezier om daarna HEER SARADSCHOGLU de Turkscbe Minister van Buiten'andsche Zaken, die even-en» a!s TurkscH afge vaardigde de Balkanconferentie bijwoonde De Balkanconferentie is de beves tiging van de algemeene tendens om de oorlog te beperken, in tegenstelling tot de vorige oorlog, waar ieder land, ongeduldig de gelegenheid verbeidde om in den dans te springen. DE OSLOGROEP. De Ballcangroep, die de kleine lan den van Zuid-Oost Europa vereenigt, vormt de tegenhanger van de Oslo- groep, die de kleine landen van Noord- West Europa verbindt. Het zijn onge veer eendere belangen die beide groe pen kenmerken, alleen zijn de landen van de Oslobond, veel dichter bij het oorlogsterrein gelegen. Door dat er zich eigenlijk twee afgescheiden oor logen afspelen, zijn de Oslolanden, volgens hunne ligging in twee klei nere groepen gesplitst, die voor het oogenblik afzonderlijk werken. Er is eerst en vooral de groep Belgie-Neder- land, die zich gekneld gevoelt tus schen Duitschland en Engeland- Frankrijk, alle aandacht aan het ver loop van deze oorlog wijdt en duide lijk samenwerking toont in zekere gevallen. Zondag 11 Februari, zal in alle ker ken van het land de jaarlljksche geld inzameling worden gehouden voor de ka tholieke universiteit van Leuven.» IBBBBBB3BZ9BBBESBBBS(13MBEflB3 welijks voldoende zijn om ons onaf hankelijk voortbestaan te verzekeren. Het wordt de tijd van grootmoedig heid en offerzin. Niemand blijve te kort aan zijn plicht. A. VERBIST, Voorzitter der li V. V. De bange gebeurtenissen rondom ons mogen ons niet beletten ons bezig te houden met wat er gebeurt binnen ons land. Thans wordt een hevige strijd gevoerd om de hervorming van het Departement van Openbaar Onderwijs. Vlaanderen betracht de splitsing ln een Vlaamsche afdeellng en een Fransehe afdeeling. Deze stelling wordt hevig bekampt meest door La Libre Belgique die steeds met misvormde Brusselsche gedachten blijft zitten. In de Senaatszitting van Donderdag voerde de heer Albert D'Haese, Vlaamsch' Nationalist, het woord en zijne redevoe ring werd herhaaldelijk door handgeklap onderbroken, zoo van de zijde der Vlaamsch-Nationalisten, als van deze der Katholieken. We geven hier tekst van die aanspraak overgenomen uit het Beknopt Verslag der zitting van den Senaat van Donder dag 1 Februari 1940. De heer D'Haese. Als eerste Vlaam sche nationalist die in dit debat tus- schenkomt, zal ik mij bezig houden met de hervorming van het departement van onderwijs, die de patriotische haren ln deze vergadering doet ten berge rijzen. Ik zou deze patriotische onrust willen stillen. (Handgeklap op vele Vlaamsche banken.) Ik zal zoo vrij zijn te beginnen met een persoonlijke anecdote. In 1922 liep iedere week een kleine jongen van nog geen twee jaar aan de hand van zijne moeder naar de gevangenis aan de Nieu we Wandeling te Gent, om er zijn vader te bezoeken, die daar opgesloten zat als verdacht van activisme. De kleine dreumes van toen is intus schen een stammige Jonge man geworden, en verleden Zaterdag stond hil op het eereplein van de militaire school met ln de linkerhand den zoom van de Belgi sche driekleur, en met de rechterhand op geheven om een eed van trouw af te leg gen als officier. (Zeer wel! zeer wel! en handgeklap op talrijke katholieke ban ken.) Indien deze ontwikkeling ln Vlaande ren mogeliik was. aan wie was het te danken? Was het aan de patriotten d'e telkens protesteerden toen de Vlamingen rechtmatige eischen naar voren brachten? Of ls het niet aan dezen die voortdurend voor activisten of stmlli-activisten wer den gescholden? Een tweede vraag. Hier zitten een aan tal monschen. Ik bedoel de Vaamsche na tionalisten. die een steen des aanstoots zijn voor sommige leden van deze verga dering. Maar wie heeft schuld aan het bestaan van een Vlaamsch nationalistische partij? Waarom heeft men tn 1919 de universi teit van Gent niet vervlaamscht ln nlaats van een hervorming te blüven weigeren die gij later toch als Nolf-barak moest toekennen? De heer J. De Cle-cq. Een veel radi- kaler oplossing zou beter geweest zijn. De heer DUaese. Wie heeft het Vlaamsche nationalisme verwekt in Vlaanderen? De Belgische patriotards. De heer Orhan. Zeer juist! De heer D'Haese. Zoo dat alles zeer juist is, zouden wil dan met den ouden boeman van de eenheid en van het pa triotisme niet eens opruimen en den wer- kaUjkea toestand in Vlaanderen en in. België onder oogen zien? Ik heb den Indruk dat wij in optimale voorwaarden verkeeren om een verzoening tot stand te brengen tusschen Vlaande ren en België. Baron Notliomb. Zeer goed! De heer D'Haese. Maar geloof niet dat men bereid is in Vlaanderen een stel ling bij te treden volgens dewelke de Staat hoofdzaak is en de volksgemeen schap slechts bijzaak. Zoolang gij niet Vlaanderen erkent als een substantieele volksgemeenschap zal alles ongedaan werk blijven. Aanvaardt gij dat niet, dan blijft ver zoening onmogelijk; dan blijft deze Staat de vijand. Moesten morgen internationa le verwikkelingen ontstaan, dan zou het land door uw schuld moeilijkheden ont moeten. Wij weten wat het activisme aan ons en onze kinderen, aan ons geheele volk heeft gekost. Maar gij zult ons geen twee de maal ln het vuur jagen, wij die ons iaten beheerschen door onzen hartstocht als leden van een volk. Op dit oogenblik, ik herhaal het, ver keeren wij in optimale voorwaarden om een verzoening tot stand te brengen. Want wat wij in 1914 niet zagen, zien wij thans. Aan onze Oostgrens vormt zich een macht die voor de gansche Neder landen een gevaar kan worden. In Duitschland werden 1,400,000 kin deren geboren, 300.000 meer dan in Frank rijk en Engeland samen. Verwijt ons geen Dultschgezindheid, want niemand van ons zou bereid zijn zijn Vlamingschap op te geven om onder de vleugels te gaan zitten van den grooten Germaanschen broer. (Handgeklap op de banken van de Vlaamsche nationalisten en de katholie ken Er ls een tweede feit. Ook wij zien de historische ontwikkeling. Frankrijk, de erfvijand van de Nederlanden tijdens zoo vele jaren, heeft veel van zijn gevaar- dewijk schonk leder Jaar een aalmoes van 68.000 haringen aan de godshui-* zen van zijn rijk. En., dat zullen onze plotten van heden niet gemakke'ük gelooven... ook de legers onthielden streng de wet van het vleeschderven. In den tijd der groote Hervorming, den Protestantentijd. worden de voor schriften nog strenger toegepast. On ze groote schrijver Erasmus, getuigt ln die 16" eeuw: «Men sleurt naar de strafplaats alwie ln plaats van visch varkensvleesch had gegeten. Heeft iemand zich verstout vleesch te proe ven dan roept ledereen: Och hemel, och wee, de Kerk ls in gevaar, de we reld krioelt van ketters! Ik zit te denken: wat zouden ze nu zeggen als ze eens moesten weerkeeren en het jammerlijke gesol met onze huidige Vastenvoorschriften moesten aanschouwen! Ook de Zaterdag was langen tijd een vrijwillige Vastendag onder het volk. Eerst ln Keizer Karel's tijd werd de se dag ook een verplichtende Vas tendag. bij beslissing van een Con cise. Gij allen die hunkert naar vrede en rast ln ons moegemarteld Europa moogt met aandacht den reden lezen van deze verplichting om God te bedanken, omdat Hij na lange Jaren van oorlog en rampspoed, welvaart, overvloed en vrede aan Frankrijk had teruggeschonken En zoggen dat er thans nog zoovele menschen gevonden worden die dur ven hun neus opsteken omdat ze dat beetje moeten Vasten: 's morgens een licht ontbijt, 's noens een groot maal buik sta bij, en 's avonds een sober maal!... Daartegen kan de moderne mensch niet meer. En lk hoor nog steeds mijn Grootmoederke zeggen: D'r zijn meer menschen dood van te veel te eten, dan van te weinig. Slemppartijen, nachthuüen, over daad in alles wat voor onze voorva deren als een heilige wet van schoons soberheid gold, daartegen kan hij niet... En nochthans de veertigdaag- sche Vasten zou er wellicht veel van de operatietafel weghouden, veel schoone besparing In 1 land brengen, en onze arme toch zoo schamele ziel tjes zoo veel, och zoo veel deugd doen. Kom, geen sermoen, we moesten nog een woordje zeggen over den duur van de Vasten. In het Oosten begon de Vasten zeven weken vóór Paschen. In heel Afrika en Palestina slechts zes weken. De oud Latijnsche monni ken onderhielden drie Vastentijden van 40 dagen ieder. En tot besluit een zeer persoonlijk vraagje: Hoe onderhoudt gij uw Vas ten? Want voor ieder van ons is 't Vas ten toch, tijd van rouw en boete, L. J. (Vervolg op 2* blaa) 4SBBBBBBB5BBEBBBBBBBBBBBEBII" SSBBflBBBBBIBBBBIUSBSSBBBBBB STEEDS VRIJWILLIGERS VOOR FINLAND Zweedscbe vrijwilliger» bebben in Finland dien.» genomen. We xien aa hu* pa» ie Fiaach uxUov» ««irhniiwd vordaa daar aca Fituch r- - j

HISTORISCHE KRANTEN

De Halle (1925-1940) | 1940 | | pagina 1