WOONSTVERGOEDING
en omstreken, op liet vreemde
VERSCHIJNENDE ALLE MAANDE
i
De Belgische vluchtelingen, in Frankrijk
verblijvende, weten waarschijnelijk niet dat
hun eene woonstvergoeding kan toegestaan
zijn, wanneer hun man of hun zoon is moe
ten soldaat worden; de vrouw' van dien sol
daat kan die vergoeding trekken zelf zonder
in Frankrijk te verblijven.
Een Koninklijk besluit van 29 September
laatst, stelt immers deze toelage vast op der
tig frank voor dezen die eene stad of gemeen
te bewonen van 8000 zielen, en op 20 fr.
in de mindere steden of gemeenten; deze
toelaag wordt verhoogd in deze grootste ge
meenten met 10 fr. per kind van min dan
zestien jaren, en met zeven frank en half in
de gemeenten beneden de 8000 zielen. Deze
toelaag werd reeds vergund van afi5n Okto
ber laatstdoch men zal geen achterstel ver
krijgen van meer dan drie maanden.
Ik wil niet wachten, dn nieuws aan de
Dixmudelingen ter kennis te brengen, tot
dat ik de juiste inlichtingen er over bezit,
want ’k weet dat er uitzonderingen bestaan
in ’t bekomen dezer vergoeding, maar ’k en
ken ze niet juist; moest ik dus nog een
maand wachten diemededeeling in ’t gazetje
te laten overdrukken, zouden vele huisgezin
nen daardoor kunnen de toelaag van een
maand verliezen daarom wakker ik
elk huisgezin aan, waar man of zoon sol
daat is seffens het noodige te doen om ze te
bekomen.
Wat wordt er dus vereischt?
Ten eersten schrijven naar den soldaat
dat hij, aan zijnen overste (commandant)
een bewijs vrage waardoor bevestigd wordt
dat de soldaatreeds meer dan drie maanden
dienst genomen heeft in ’t leger (divisie, re
giment, bataillon, comp. enz.)
De soldaat moet dan zonder uitstel dit aan
duidend stuk naar ouders of vrouw afsturen.
Ten tweeden in ’t stadhuis (mairie) van
de gemeente of stad waar men woont, voor
zichzelven en voor elk zijner kinders beneden
de 16 jaren een bewijs vragen yan inwoonst
in die gemeente of stad met ’t getal der zie
len, en met den staat van bloedverwantschap
bestaande tusschen den soldaat en elk van
dezen waarvoor de vergoeding gevraagd
wordt.
Ten derden; een brief schrijven aan den
minister van binnenlandsche zaken in dezer
voege, bij voorbeeld opgesteld.
Mijnheer de Minister,
Ik heb de eer Ued. de vergoeding te vra
gen van inwoonst toegestaan aan zekere bel-
gische vluchtelingen door een Koninklijk be
sluit van 29 September 1916.
Tot staving mijner aanvraag, voeg ik hier
bij het bewijs van inlijving van mijn man
(of zoon), het bewijs van inwoonst van mij
en van mijne kinderen beneden de 16 jaren,
alsook den staat van bloedverwantschap
tusschen den soldaat en elk van ons.
Mocht ik die vergoeding genieten van af
(men stelle hier een datum van minstens
drie maanden vroeger)
Aanveerd intusschen Mijnheer de Minister
de verzekering mijner hoogste achting.
Geteekent dan dit briefje en doetuwhand-
teeken wettigen (légaliseeren) in ’t stadhuis
of mairie en de date er op. Ware ’t dat ge
niet kunt teekenen, ga naar ’t stadhuis met
uw brief met twee getuigen (waarvan d’eene
JULIMAAND 1917
NUMMER 7
DIXJWUOE
i
i
Inschrijvingsprijs per jaar
Voor België en Frankrijk 2,00 frs.
Buiten België en i rankrijk 2,50 rrs.
UW VALLEN DIXMUDE WAS GROOT.
KLEINE STAD IN DE WEIDEN,
HEEL HET LAND GOLQ.UW LIJDEN
HET H EEF VRIJ DOOK UW D0OD.
C. V.
n Alles worde gezonden naar
E. tl; Joseph Van Ryckeghem
voor België te Leysele Dorp N° 2
Buiten België au Presbytère
a Hondschoote (Nord).