WOUMEN
INLICHTINGEN
-A.n.'t'woox’don
76
77
De ouders van een soldaat, ook in ’t
onbezet Belgie wonend, kunnen geene ver
goeding krijgen; maar hunne hooge ouder
dom zou kunnen reden geven om ze te ver-
leenen.
In ’t algemeen, wie meent min of meer
recht te hebben aan woonstvergoeding, sture
zijne aanvraag tot den Minister van binnen-
landsche zaken, zijne redens gevend en bij
zonderlijk zijnen nood klagend.
2. SCHADELOOSSTELLING
Een ander schrijftwij verbleven tot nu in
't onbezet Belgie, na onze eerste vluchtwij
hadden er een houten huisje opgetimmerd,
dat wij nu hebben moeten verlaten; de
krijgsoverheid heeft ons buiten gezet, zonder
dat wij recht hadden het af te slaan en me
de te nemen.
AntwoordAls wij Dixmude verlieten,
hebben wij, niet een houten, maar een stee
nen huis moeten verlaten; en, tot nu, laat
men ons toch niet weten of wij daarover ver
goeding zullen genieten.
Wie, nu, een dergelijk verlies ondergaat,
vrage een getuigschrift aan den burgemeester
der gemeente waar het stond, en zende het
met zijne klacht aan den minister van bin-
nenlandsche zaken Sie Adresse, Le Havre.
A. Ghyssaert, schepen.
DeWoumenaars zullen met droefheid ver
nemen dat hun dorpsgenoot, Emiel Desodt
onder het getal der gesneuvelden is. Op i
Mei had hij gekwetst geweest door eenen
kogel in de zijde en rond den 20 Juli is hij
overleden in ’t hospitaal van Cherbourg.
Aan zijne ouders en zijne familie onze innig
ste deelneming.
Ziehier eene lijst van gesneuvelde Wou-
menaren op het eereveld.
1Richard Couvreür, gevallen te Stuyvekens-
kerke in 1914 en begraven aan ’t Blauw
huis te Pervyse.
2. Jeróme Vanhee, gevallen rond Antwerpen
in 1914-
3. Henri Vandamme, gevallen rond Dixmu
de in October 1914, en begraven te Pervyse.
4. Henri Serryn, gestorven 18 April 1916,
bij zijne ouders te La Pallice, waar hij
sedert 6 maanden als gereformeerd ver
bleef.
naam van Onzen Heer Jesus Christus die
den smaad des Kruises heeft onderstaan en
tot den laatsten druppel van zijn bloed ver
goten heeft om onze zeden te veranderen en
te heiligenin den naam van het geloof uws
doopsels waardoor gij aan Satan, aan zijne
ijdelheden en aan zijne werken hebt verzaakt
in den naam van de reine harten die gij om
de wille van de liefde niet moogt kwetsen, en
en van de bedorven harten die gij uit liefde
moet trachten tot den eerbied voor het
Evangelie terug te winnenin den naam van
het treurende en rouwklagende vaderland,
dat u vraagt uwe lichtzinnigheid af te leggen
in den naam van uwe ziel, eindelijk, die
meer waard is dan eene wereld, naar het
woord van den goddelijken Meester: Wat
zou het baten de gansche wereld te winnen,
moest het ten nadeele uwer ziel zijn?
Wij smeeken er om, weest zedig in uwen
opschik, bescheiden in uwe houding, kuisch
in uwe bedoelingen.
In het Verbond der christelijke Vrouwen
in ons bisdom zijn twaalf duizend leden op
genomen. Wij weten dat wij op haar apostel
schap mogen rekenen, en, werklijk, wij
rekenen er op. Zij zullen het eene eer achten
de anderen met een goed voorbeeld voor te
gaan. Dat elk dezer twaalf duizend leden het
tot een plicht beschouwe geen andere dan
welvoeglijke, gesloten kleederen te dragen,
zonder kunstgrepen ter verleiding uitgedacht
dat allen aan het menschelijk opzicht het
hoofd bieden en zich trotsch toonen er het
hoofd aan te bieden om het Evangelie van
Onzen Heer Jesus Christus te vereeren,
en de christelijke zeden in ons dierbaar
bisdom zullen een schitterende zege aan-
teekenen.
Wij drukken dien wensch uit en wij bidden
God zijne gratiën en den zegen des hemels
uit te storten over de huisgezinnen die naar
onze woorden zullen luisteren.
-f- D. J. Kardinaal MERCIER.
Mechelen, 6 Juli 1917.
- -
Van alle gewesten schrijft men om inlich
tingen over vergoedingen.
i. WOONSTVERGOEDING
Eene jonge gehuwde, die in ’t onbezet
Belgie woont en haar man in ’t leger heeft,
zal geene vergoeding bekomen.
Eerwaarde Heer Onderpastoor
Daar ik verneem dat men vraagt naar
het juist adres van Philomène Ampe
Deceuninck van den kleinen Dijk, is het
zeker dat ze dood is van in het begin
van ’t bombardement van Dixmude.
Ik ben hier bij soldaten die in ons huis
hebben geweest als wij reeds gevlucht waren
en zij hebben mij dikwijls verteld over dat
wijveken. Wij woonden juist een huis ver
scheen. Nooit kon zij geene minute binnen
blijven, toen zij eindelilk getroffen wierd
van eenen obus en daarbij het leven liet.
En van Marie Swertvaegher uit het Beggijn-
hof kan ik u geheel goed laten weten waar
zij is, want zij woont bij mijne Moeder.
Zoodus haar adres is
Marie Swertvaegher
Chez Madame Ve Irma Matte Vanhulst
Réfugiée Beige
Rue Jules Ferrij nr 74
Pont Audemer
(Eure)
Eerwaarde Heer meteen laat ik u ook
weten als dat zij nog in de beste gezondheid
verkeeren, want ’t is juist vier weken geleden
5. E. H. Camiel Duron, gesneuveld in den
slag van Steenstraete in 1915, en begra
ven aan de Pypegalle.
6. René Vanstechelman, gesneuveld te Steen
straete in 1916, begraven teWest-Vleteren.
7. Valère Vandevenne, gevallen vóór Dix
mude op 3 Mei 1916, begraven in Adin-
kerke.
8. René Vancoppenolle, gesneuveld vóór
Dixmude in Oogst 1916.
9. Achiel Taveirne, gesneuveld in 1917 en
begraven te Adinkerke.
10. Oscar Desramaux.
11. Emiel Desodt, hierboven genoemd.
Deze lijst, alhoewel reeds zeer lang, is
ver van volledig te zijn. Wie kent er nog
soldaten van Woumen of van Jonckershove
die gesneuveld zijn? Wie kan nadere of
juistere inlichtingen geven over de dood en
begrafenis van bovengenoemde helden Die
schrijve naar den E. H. Kapelaan van Wou
men, nu pastor te Bazemont in Seine et
Oise, France.
C. Claeys, onderpastor, Woumen.
na drie eeuwen inspanning, het romeinsche
keizerrijk te beteugelen.
Uit dezelfde oorzaken ontstaan dezelfde
uitwerksels. De gratie ontbreekt ons niet.
De arm van den Almachtige is niet verkort.
Wilden de christelijke huisgezinnen zich
beslist aan het Evangelie houden, de terugkeer
tot het heidendom ware gestremdde Kerk
zou haar verloren terrein heroveren.
Jonge dochters, die de kern van onze
christelijke huisgezinnen uitmaakt, gij weet
niet wat kwaad gij stichten dat dient tot
uwe verontschuldiging; maar gij hebt voor
plicht dit kwaad onder de oogen te zien.
Gewetenlooze snijders trekken partij van
de laagste driften, zoeken de zinnen te
streelen en de verleiding algemeen te maken.
En gij, onbedachtzaam, toegevend aan de
belangen om te behagen en de oogen op u
te vestigen, gij moedigt de oneerbaarheid
aan, in stede van haar te bestrijdenin stede
van het peil der openbare zedelijkheid te
doen klimmen, draagt gij er, onbewust, toe
bij hetzelve te doen dalen. Immers al blijft
gij zelf binnen de uiterste grenzen waar de
onbeschaamdheid der mode aan de onzede
lijkheid paalt, toch zet uwe lichtzinnige
toegevendheid anderen, minder bescheiden
dan gij, aan de laatste schuts van den
eerbied voor zich zelf en voor de deugd van
den naaste schaamteloos te overschijden.
Het is tijd de helling weder op te gaan. Er
moet beslist worden tegengewerkt. Toont u
trotsch op het Evangelie en het Evangelie
waardig, zoowel in ’t openbaar en onder de
oogen des volks als in de innigheid uwer
zielenweest moedigbeeft niet voor den
dwingeland die mode heet en die, alles
ingezien, toch maar een naamloos en gemeen
snijder is.
Christelijke moeders, gij kent bij onder
vinding de gevaren der wereldlet op den
opschik uwer kinderen.
In deze smartvolle uren, nu uwe broeders,
uwe echtgenooten, uwe zonen aan God en
aan ons in rouw gedompeld vaderland hunne
vrijheid en hun leven opofferen, spot zekere
onfatsoenlijke en wereldsche tooi met den
ernst van de vaderlandsliefde zoowel als met
de zuiverheid van ’t Evangelie.
In den naam der goddelijke rechtvaardig
heid, welke wij verplicht zijn te verzoenen
in den naam der goddelijke barmhartigheid,
welke wij gelast zijn te verwervenin den
11