Aan onze
IDE
OP 500 EXEMPLAREN.
KUNST- EN LETTERNIEUWS.
Zondag 30 Mei 1880. 5 centiemen liet. nummer. lsle Jaar Nü 19.
fjÏPE^SC'H yV EEKBLAD,
DE KUNSTBODE VAN IJPEHEN, verschijnt den Zaterdag avond; men abonneert zich bij Charles
Beweerdt, drukker, Rijselstraat, 59, IJperen. De prijs van het abonnement is fr. 2-50 voor stad.
fr. 3-00 voor geheel het land. Alle artikelen, verslagen of mededeelingen moeten vrachtvrij aan het bovengemelde
adres gezonden worden. Aankondigingen den regel 5 centiemen. Reklamen den regel 15 centiemen. Insertion
bij akkoord aan geringen prijs.
Er kan geene te groote ruchtbaarheid gegeven
worden aafi alle verkoopingen, alsook aan feesten
voor doel hebbende, den smaak van het schoone en het
aangename te verspreiden.
Daarom hebben wij de eer onze lezers bekend te
maken dat de Kunstbode kosteloos zal inplaatsen
alle annoncen over Concerten, Tooneelvertooningen
enz, enz, alsook een verslag over dergelijke feesten.
De Aflichen, Circulairen wegens verkoopingen en
alle bijzondere bekendmakingen ten bureele van dit
blad gedrukt, worden gratis in de Kunstbode
opgenomen.
De Dronkaard.
Gij, dronkaard, die zoo meengen nacht
Al brassend daar zit door te brengen.
Weet gij dan niet wat lot u wacht
Wen zooveel tranen gij doet plengen?..
Gij hebt, 't is waar nu geld en goed .-
De navrucht van uw ouders zwoegen
Maar 't zal als rook vergaan met spoed.
Terwijl ge uw wellust zoekt ter kroegen
En daar treurt zij,| uwe arme vrouw
Ter woon te midden heurer kleenen
Die niets verstaan van moeders rouw,
Noch van heur overvloedig weenen
Maar zij weet wat de toekomst biedt
Zoo gij uw slempen niet wilt laten.-
Zij weet dat armoede en verdriet
U eens zal jagen door de straten!..
Zij weet dat haar des levens droom
In nare treurnis zal verzwinden
En dat zij in den onheilstroom
In niets geen troosting meer zal vinden
Zij
weet dat eens heur duurbaar kroost
In diepe ellende zal verkeeren,
En misschien ook zonder brood of troost
?-t Getal der weezen nog vermeeren
Keer weer dus op de rechte baan,
Of mijn voorspelling u treffen:
Nu is 't nog tijd weer op te staan,
En uit de schande 't hoofd te heffen
Ja, dronkaard!., die zoo meengen nacht
Al brassend daar zit door te brengen,
Dat is het onheil welk u wacht.
Zoo gij voort tranen durft doen plengen]
Komen, 1879.
P.-P. Denys.
AAN MIJNEN KUNSTVRIEND
-A_- J-. cos^risr,
Hoofdredakteur van de vl. Kunstbode te Antwerpen,
bij de geboorte zijner dochter
Annah-Hubertin a-Helen a
Alom ontzwachtelt Mei nu bloemen
Ja. bloemen lief en bloemen zoet,
Die haag en wei en tuin versieren,
En welke 't hart beminnen moet
En met een bloemenkrans beladen,
Verheft zich elke plant omhoog,
Als zeggend'k ga ook vruchten dragen
Bewondring zoekend uit elks oog
Ee heel de Schepping trilt van wellust
Ja, alles sprankelt, groent en bloost;
En zegt dat 's hemels milde zegen
Op 't aardrijk viel met vreugd en troost
En gij ook, vriend! Gij hebt een''bloeme
Zien spuiten uit uw rozelaar]
Een' bloeme rein, een' bloeme feeder
Een' bloeme lief en wonderbaar!
Mij dunkt, ik deel de zaligheden
Door welke uw hart is overstroomd
Mij dunkt ik zie den zegen dalen,
Dien Ge over uwe toekomst droomt
Mij dunkt ik zie de moeder lachen
En streelend kussen 't duurbaar kind,
Dat zij een engel meer dan bloeme
Een engel noemd dien ze eindloos mint!
Ahlaat de gansche Schepping juichen