STADSNIEUWS. Société Royale des Francs Arbalétriers. RECHTERLIJKE KRöNIJK. in uw oogjes. Iets over de Aardappelteelt. Dit jaar begint de iente, zoo gewensclit mogelijk vooruit te komen. Wij mochten ons reeds over een tiental lachende dagen verheugen. Reeds heelt de tuin man schup en spade wat geslepen, en zijn hak-of' raak- getuig in staat van werkelijken dienst gesteld. Gisteren haalde mijn gebitur zijne gerimpelde plant aardappelen uit den muffen kelderhoek, en ontdeed ze van hunne voetlange winterschoten. Hierbij ging de man (tusschen haakjes gezegd) mijns dunkens, heel verkeerd te werk, en wilde mijne vrien delijke opmerkingen des aangaande, maar in 't geheel niét aannemen. Hierop vatte ik het gedacht, dengeach- ten Lezeren der Kunstbode, die op den buiten wonen, of den stedelingen dien er belang mochten in stellen, een woordje over den Aardappel en des zelfs teelt te onderhouden. Wat ik hierover neêrschrijf, komt geenszins uit mijnen duim voort, maar werd door ettelijke onder vindingen gestaafd. Ik ben ook wel geen landbouwer; doch mijn vader was liet van kindsbeen af, en gelijk de appel niet verre van den boom valt... ge verstaat mij? De geschiedenis van dat nuttig gewas komt iedereen; ik zal haar dus niet aanhalen doodgezongen liedjes zijn ie vervelend Door het onophoudelijk bebouwen des aardappels, is men er in gelukt, ongeveer twee honderd verschillige soorten tot stand te brengen, welke gewoonlijk door de deskundigen in drij klassen verdeeld worden ronde, eivormige en cylindrieke, begeven en ons aan de zielsfotteringen over te leveren. II. Aldus waren reeds voor den armen Quinten veel nachtne voorbijgegaan, sinds de ongelukkige hartstocht zich van hem had meester gemaakt, dat is sinds de vorige lent, wanneer hij eerst op den winkel van zijnen toenmaligen baas gekomen was, en het bekoorlijk beeld, dat daar recht over, hem zoo dikwijls aanzien had van uit haar venster of van op de straat. Wanneer de morgen aanbrak, drentelde hij opnieuw naar zijn zwaar dagwerk, en eindeloos, en hopeloos, zonder rustpunt, zonder uitzicht, stond hem zijne toe komst tevoren. Het eenigste licht, dat soms een straal op zijne sombere dagen schoot, was dan, wanneer op het. hemelsclie oogenblik, recht over zijn werkhuis, eene witte hand de vensters opende, en hij liet engelachtig gelaat, door bruine lokken omringd, die van achter met eene zilveren naald waren vastgemaakt tot aan een witten kanten halsdoek, zag' te voorschijn komen, zich over de straat zag buigen en met bezielde oogen heên- blikken. Dan was voor Quinten de hemel opengegaan, ja ver- ook weieens nieren genoemd.Bij iedere klas men treft vijf kleuren aan, waaronder de witgele en de roode meestal de voorkeur verdienen. De aardappel kan, evenals de graangewassen, in alle klimaten worden aangekweekt men teelt hem zoowel onder den Evenaar, als in het barre en steenige IJsland. Doch dat hij, bij zulke bui tengewone hitte of koude, zijne volle opbrengst niet leveren kan, zal wel niemand betwijfelen. Wie onder onze gematigde hemelstreek, een' oogst van circa 27 HeetoD, of zoo wat 2200 Kil., per are kan inzamelen, mag zich verzekerd houden, dat hij het maximum der opbrengst dicht nabij komt. Lichte, diepe gronden, welke bovendien veel or ganische bestanddeelen bevatten, zijn het best geschikt, tot het aankweeken der Aardappelplant kleigronden, in hunnen natuurlijken staat (d. i. zonder vermenging met kalk of steenkoolasch), en zandgronden (zonder be mesting met dier-of plantaardige grondstoffen), zijn haar het minst voordeelig. Op het planten valt dikwijls ook veel te zeggen. Men heeft de gewoonte een'zekere tusschensoort, plan ters genoemd, tot zaad over te houden, en men bedenkt niet, dat kleine teelers slechts dergelijke af stammelingen kunnen te weeg brengen. De ondervinding heeft geleerd, dat hetgene men bij 't planten tracht te besparen, op verre na het verlies van den oogsttijd niet vergoeden kan. Wilt gij er een bewijs van neem van een half-wild knolgewas, (wilde wortel of look b. v.) een der weelderigste planten kies het volgende jaar de kloekste der afstammelingen, uit het zaad dier moederplant gesproten, en handel zoo een zestal ge slachten voort. Gij zult eene soort hebben voortgebracht, die met de beste der tamme hofgroensels wedijveren mag. Neem dus nooit den afval ter voortzetting, maar kies de grootste individuen, en wees ook nimmer te schraperig in het snijden der stukken, opdat de jonge plant de eerste krachten ter ontwikkeling overvloedig vinden kunne. Nu een woordje over de ziekten en plagen des aard appels. Deze zijn drieërleile de ziekten van het loof2e de ziekten der knol en 3e, de Aardappelkever. 1De loofziekten worden gemeenlijk roest en Krol- blad geheeten. Zij doen bladen en stengels verkleuren en verdorren, en maken hen onbekwaam tot het voeden der wortelknol. Beide ziekten zijn veroorzaakt door een microskopische kleefplant, welke zich onder den invloed van mist en nevel, 's zomers graag ontwikkelt. Vele hulpmiddelen heeft men ter verwering aangeduid, doch allen bleven tot nu toe zonder uitslag. 2. De ziekte der knol is eene soort van kanker. Men onderscheidt drooge en natte kanker. De drooge kanker waarover reen in Duitschland reeds veel te klagen had, veroorzaakt harde, bruineplekken, die welhaast degan- sche oppervlakte der knol innemen, en tot het hart der vrucht doordringen. Zij wordt toegeschreven aan zekere, schier onzichtbare paddestoel (Champignon) en kan overgroote verwoestingen in een aardappelveld aanrichten. Voor beste behoudmiddel raadt men aan, die zieke planten uit te werpen, opdat de besmetting zich niet moge voortzetten. wordt voortgezet.) B. Q. H. Verdesling van hei kontingeni der lichting van 1881, tusschen de militiekantons van hel arrond. IJperen, IJperen, 33;Poperinghe, 32; Proven, 20; Elverdinghe, 27; Langemarck, 35; Gheluvelt, 29; West-Nieuwkerke, 23; Waasten, 25; Wervick, 30. Te zamen: 254. driet, vermoeidheid en hopeloosheid vergeten zijn oog hechtte zich op die schoone gestalte en sloeg hare min ste bewegingen gade zijne ziel sprak door zijne blik ken. Te vergeefs kraakte achter hem het vuur, klopten de hamers en zuchtte de blaasbalg van dit alles hoor de hij niets, hij zag niets anders dan de schoone schil dersdochter. Zijn geheel leven had hij vrolijk opgeofferd, om haar zoo een ganschen dag te mogen blijven aan schouwen, het dacht hem somwijlen dat zij ook naar hem keek en er een vriendelijke treurige lach op hare lippen zweefde <- maar dat is zinbedrog, zeide hij dan in zich zeiven, een spel der aangehitste verbeeldings kracht, of een gevolg van mijn onafgebroken staroogen, waar volgens de voorwerpen die men aanschouwt, hoe levenloos zij ook zijn, eene verandering van gedaante schijnen te ondergaan. Neen, zeide hij, zij kan mij niet opgemerkt hebben, en hadde zij het gedaan, dan zou zij slechts over mijne vermetelheid vertoornd zijn. Gij zijt een gek, Quintenruk u los, bedwing uwe drift Zij is schoon, rijk, van stand, en wat meer is, De Brindt, dat weet gansch Antwerpen, geeft zijne doch ter aan niemand anders dan aan een kunstschilder, en gil zijt, en blijft slechts een arme smidsgast. Wordt voortgezet. Écoles moyennes de l'État. Un arrêté ministériel nomme, a titre définitif, aux fonctions d'instituteur a l'école moyenne de l'Etat a Ypres, M. Gilis, professeur agrégé de fenseignement moyen du degré inférieur. Bal de la Mi-Carême. Le 3e bal masqué, organisé au bénéfice du denier des écoles laïques et des inondés, qui a eu lieu dimanche dernier, a été aussi animé que les deux autres Les. organisateurs de ces fêtes de bienfaisance ont complète- ment atteint leur but: Procurer de l'amusement et faire le bien. Nous remercions ces Messieurs de leur généreuse initiative et nous les félicitons de tout coeur du succès de leur entreprise. Le compte des différents bals s'établit comme suit Recettes fr. 855,07 Dépenses 359,30 c Bénéfice net fr. 495,77 Les organisateurs enverront done aux malheureux inondés Beiges la somme de 165 francs. Zondag 11. was de gemeente Zonnebeke volop in feest. Men had besloten, ter gelegenheid van Half-Vasten, nog eens den boertigen stoet te laten uitgaan, die den 27 februari zooveel bijval had verworven. Het schoon weder begunstigde deze onderneming, en de ontelbare menigte die van alle kanten was toegesneld bewees dat men niet onverschillig was aan de liefdadige pogingen der Zonnebekenaren. Het was immers ten i oordeele der behoeftigen dat de cavalcade ingericht werd. Ook is de omhaling zeer groot geweest. Men verzekert ons dat zij boven de 300 fr. heeft opgebracht. CLOTURE DE LA SA IS ON Iï ELVER. TIR TOMBOLA DU 28 MARS 1881. Prix donnés par le membres. N° 1. Maillard Gustave. 2. Dezutter Arthur. 3. Bafeop henri. 4. Deweerdt Charles. 5. Vandevyver Prosper. 6. Desramault René. 7. Vandendriesche Jules. 8. Brunfaut August. Assisenhof van Oost-Vlaanderen. Zaak Qmer Dobbeiaere. DUBBELE MOORD TE RIJSEL. De heer Voorzitter verklaart de debatten gesloten en doet lezing van de vragen waarop de jury te ant woorden heeftDie vragen zijn ten getalle van acht .- 4e Vraag HoofdfeitIs de beschuldigde Omer Dob beiaere plichtig den 15 augusti te Rijsel in Frankrijk met het inzicht om ter dood te brengen eene moord bedreven te hebben op wed. Wattine. 2e Is de gezegde misdaad met voorbedachten rade gepleegd. 3e HoofdfeitIs de beschuldigde Omer Dobbeiaere plichtig den 15 augusti te Rijsel met het inzicht om ter dood te brengen eene moord bedreven te hebben op mevr. Biondcau. 4e Is de misdaad vermeld in de derde vraag met voorbedachtheid gepleegd. 5e Is Omer Dobbeiaere plichtig bedriegelijk te Rijsel ontvreemd te hebben waarden in geld, en openbare fondsen, 6® Is de bedriegelijke ontvreemding met braak ge pleegd. 7e Is de misdaad vermeld in de eerste vraag bedre ven geworden om de diefte te vergemakkelijken en om er de strafloosheid van fe verzekeren. 8e Is de misdaad vermeld in de 3e vraag (manslag) bedreven om de diefte te vergemakkelijken. De jury verwijdert zich om te beraadslaagen. De beschuldigde wordt weggeleid. Het verhoor wordt geschorst. Het is half negen uur. Eene ontelbare menigte bevindt zich vóór het paleis, wachtende op de uitspraak. Om 9 uur 5 m. klinkt de bel. Plechtig oogenblik De jury treedt eerst binnen, daarna het hof. Diepe stilte. Men ziet aldra op het gelaat der juryleden dat Dobbeiaere veroordeeld is. Ik span in steeds al mijn kracht, Om niet lijk mijn maatjes doen, 's Zondags drinken tot den noen, .Ta tot laat soms in den nacht Want, 'k vergeet nooit mijnen zang Sparen doe ik sedert lang 's Zondags in mijn beste pak Ga ik wandelen naar buiten 'k Spaar zoo beter mijne duiten 'k Houd ze liever in mijn zak Daarom klinkt steeds mijn gezang Sparen doe ik sedert lang "k Vrees niet voor den ouden dag Noch voor slechte en dure tijden Geld verkwisten wil ik mijden, Lijk ik 't van mijn ouders zag Want tot aan 't graf galmt mijn'zang Sparen doe ik sedert lang Ieperen. G. Rotiers. I n uw oogjes ligt uw hert hl uw oogjes moet men kijken, Wil men liefdevuur zien blijken. Liefdevuur en zonder smert In uw oogjes lees ik, kind, Alhoewel gij het wilt bergen. Dat de min U straf komt. tergen, Dat ge mij oprecht bemint. O het is een lust gespeel Als ik voor TJ neergebogen Hoopvol blik in uwe oogen. Retha, lief, mijn aards juweel In uw oogjes ligt gevaar, Ligt. er vreeze, ligt er zorge Daarom, zie de dag van morge, Voer ik, liefje, U ten altaar Pu. C.u.:;wakkt.

HISTORISCHE KRANTEN

De Kunstbode (1880-1883) | 1881 | | pagina 2