STADSNIEUWS. VERSCHILLIGE TIJDINGEN. en ganlbh bijzonderlijk aan den heer Julius Hoste, secretaris, en zijnen hulpschrijver den heer Vernieuwen. De heer Hoste vooral heeft alle eer van het feest van 25 Septemper en hij heeft zich verdienstelijk gemaakt jegens het vlaamsche land, welk het gewis niet vergeten zal. In Conscience's Tuin. Emanuel Hiel. Ge zijl cns lief. Emanuel Hiel. De Zomerwandelïng. Spaarkas. Sedert den 1 October is de postdienst der spaarkas ingericht als volgt Al de postbureelen zijn gelast stortingen te ontvangen en betalingen te doen voor de spaarkas. De bureelen zijn voor dien dienst open alle dagen, gedurende de uren bepaald voor den gewonen dienst. Aan eiken persoon, die eene eerste storting doet, wordt een genummerd boeksken afgeleverd, waarop de gestorte of afgehaalde sommen zullen opgeschreven worden. In geval van verlies van dit boeksken, zal er een duplicata van afgeleverd worden aan den prijs van 30 centiemen. Elke storting moet ten minste van één frank zijn; het maximum is bepaald op 5000 fr.behal ve eene bijzondere toelating. Men mag gebruik maken van postzegels van 5 en 10 centiemen, die op speciale formulen (spaarbulletijns) geplakt moeten worden, om alzoo stortingen van een frank uit te maken. De leerlingen der openbare en vrije lagere en middelbare scholen mogen ook gebruik maken van postzegels van 2 centiemen. De spaarbulletijns worden kosteloos door het bestuur afgeleverd. Het beloop der stortingen in postzegels gedaan door een zelfden persoon, mag niet meer bedragen dan 10 fr. per maand. Bij elke storting worden gedrukte ont- vangstkoupons afgeleverd: men mag geene geschreven ontvangstbewijzen afleveren of aannemen. De terugbetaling van elke som beneden de 100 Ir. wordt onmiddellijk gedaan tegen kwitancie; behalve eene bijzondere toelating, zal men slechts eenmaal per week van dit recht mogen gebruik maken. De intresten moeten zonder uitstel betaald worden. Voor de terugbetaling van sommen boven de 100 fr. moet men de spaarkas op voorhand verwittigen: 15 dagen voor meer dan 100 en minder dan 500 fr. 1 maand voor 500 en min dan 1000 fr.2 maanden voor 1000 en min dan 3000 fr.zes maanden voor 3000 fr. en meer. De stortingen in de spaarkas gedaan, brengen intrest op te rekenen van den 1 of van den 16 der maand vol gende op de storting. De intresten op 31 December bekomen, worden bij het kapitaal gevoegd. De intrest is thans van 3 p. h. voor de depots beneden de 12,000 fr. te rekenen van 1 januari 1882 zal hij gebracht worden op 2 p. h. voor bet gedeelte van zulke depots dat boven de 12,000 fr. komt. Alwie de Tentoonstelling van schoone kunsten, te Kortrijk bezocht heeft, heeft kunnen bestatigen dat onze ypersche artiesten niet ten achter gebleven zijn. Drij onder andere hebben een grooten bijval bekomen die hun tot eere strekt; namentlijk M. Ed. Lefever, met zijne lieve Picolo en Picola, en M. Ch. Vankem- mel, met zijne GeernaartvrouwBeide deze artiesten hebben hun gewrocht onmiddelijk verkocht. Be Kaartspelers, tafereel door M. Al. Boudry ver vaardigd heeft ook grooten bijval verworven. Dit ge wrocht is door de Commissie der tentoonstelling aange kocht. Eere aan onze ypersche kunstenaars Wij vernemen met de grootste voldoening dat de heer J. Rotiers, grooten bijval gehad heeft in zijne exaam voor den Jury Gent-Vilvorde. Die jonge student heeft in de verschillige vakken 77 punten gewonnen op 80; hij werd door den Jury geluk- wenscht en bekwam de grootste onderscheiding. De heer Rotiers is de zoon van den Bestuurder van het wezenhuis voor knechtjes, onzer stad. Hij was leerling van ons Stadskollegie. De heer Talon, agent van het Casernement te Yperen, heeft het herinneringskruis der Vrijwilligers van 1830 ontvangen. Société des sous-officiers, caporaux et brigadiers de la Garde Civique d'Ypres. Ouverture des réunions obligatoires de la période d'hiver. Tir a la cible offert par ie chef de la Garde, le Lieu tenant-Adjudant-Major honoraire et le Lieutenant-Adju- dant-Major, leLundi3 Octobre 1881. Aux balles et aux points. 1. Ligy, F.IJ.-Adj'.-Major honoraire, 2. Ligy, A.LVAdjb-Major,^ 3. Hof, A.M1, des Logis Chef, commisre, 4. Lombaert, Ch., Sergent, id., 5. Dumon, G.Fourrier, vice-Président, 6. Borry, A.Caporal, 7. Isaac, A.id., Au plus beau plomb. Van Nieuwenhuyze, Brigadier, Ce tir a été suivi d'une Tombola a laquelle ont pris part tous les sociétaires et d'un souper offert par le commissaire D. Mallet. 5 4 4 5 18 1 5 5 5 16 1 4 6 2 13 4 2 5 1 12 2 3 1 4 10 1 1 5 3 10 4 4 1 1 10 1 6 2 4 13 Concience-Feest. Bericht aan de inschrijvers. Het brusselsch Hoofd-Comiteit verzoekt ons medetedee- len, dat de heeren inschrijvers zoo gauw mogelijk de beloofde premiëen zullen ontvangen. Het overgroot getal portretten kan niet in eens gele verd worden, daar de steendrukker, de prachtige teeke- ning van M. Van Loo, slechts wekelijks op een paar honderd exemplaren kan trekken, wil hij niet in eens den steen bederven. De medaliën van Wiener, zullen terzelfder tijd Fanfaren. Feestaanhef. Meisjes In onze kleine woning Vloeit uwe zoete taal, Een bron van melk en honing, In menig schoon verhaal. Knapen In onze ruime woning Klinkt uwe rijke taal Als 't lied der zangers koning, Den koning nachtegaal. Te zamen Ge zingt om leed te linderen, En laaft met reinen lust Als moeder die, ons, kinderen, Vol warme liefde kust. Fanfarengeschal Mannen Weewee Welk bang geschreeuw... Wordt Vlaandren overvallen 1 Wee wee Duizend, duizend Gallen Woeden in ons midden. Wij siddren, wij knielen, Wij bidden... HeeHee Vlaanderen den Leeuw 't Recht moet ons bezielen Vrijheid dwang vernielen Vlamings opkampt allen... Hee de vreemden vluchten, vallen 't Recht moet ons bezielen HeeHee Vlaandren den Leeuw Marsch Die kreet uit vroegre tijden Herwekt gij op in ons. Gij leert ons handlen, strijden, Met vreugdig hertgebons. En eert gij bij de vrouwen, Der reinheid liefdekrans Door vaderlandsch vertrouwen Sticht gij den moed des mans. O, Vlaandrens misprijzen Door vreemden dwang en hoon, Dat durft gij stout verwijzen Gij, Vlaandrens braafste zoon, Gij, wekker onzer herten, Door vaderlandschen roem Gij plant voor onze smerten Der kunsten frissche bloem. En uit die bloem zal bloeien Het mildste, kloekste zaad En uit dit zaad zal groeien Een volk dat nooit vergaat. Welaan, wij zullen geven, Bezield door uwen geest, Uit eigen kunst, ons leven Dat tijd noch laster vreest. Knapen zwieren met lauwerbranken Meisjes schenken den dichter kransen en bloemtuilen. Knapen Neem onze lauwers aan, O Dichter uitgelezen Wij volgen de eerebaan Door u ons aangewezen. Jochij Jochij Vlaamsch en vrij Meisjes Neem onze bloemen aan, O Dichter nooit volprezen. Gij zegent ons bestaan, Als wij, u lievend, lezen. Jochij Jochij Vlaamsch en vrij Te zamen Door moeders vreugdgetraan, Wordt hier ons werk geprezen. Wij volgen uwe baan Waar kan men beter wezen Knapen Neem onze lauwers aan. Meisjes Neem onze bloemen aan. Te zamen O Dichter uitgelezen Wij volgen uwe baan. Jochij Jochij Vlaamsch en vrij Optocht. Allen Heil en eere Heil en eere U, die 't vaderland versiert. Dat uw geest de feest beheere, Die het volk voor u thans viert. Geest van liefdegeest van vreê Kom, Conscience, kom meê kom meê! Snoer thans in vreugdeband, 's Vlamings hert en 's Vlamings hand Kom meê kom meê Roem van 't vadei'lad Mannenkoor zonder begeleiding. Ge zijt ons lief, gelijk niet eenen Het is in 't Vlaaihsche Vaderland Ge deedt ons lachen, deedt ons weenen, Ge mint ons volk en gansch uw leven Was strijden tegen dwang en grief, Wat kunnen wij U wedergeven Och niets Wij hebben U zoo lief Uw roem verkonden, is het noodig? De wereld prijst Uw schoonen naam. De lof wordt hij niet overbodig, Waar 't werken stichtte de eêlste faam. Gij leert ons werken, leert ons denken, Gij leert ons minnen Vlaandrens eer Wat kunnen wij U wederschenken Och niets Wij minnen U zoo zeer Laat jaren doodend henenstrijken, Ze dooven niet Uw heerlijk licht Stout moogt gij in de toekomst kijken, Gij immers deedt altijd uw plicht. Waar Gij verschijnt daar voegt Ge samen. Daar jaagt Ge henen twist en nijd Uw voorbeeld moeten wij beamen. En dus wij minnen U altijd (Heengang. Het Veld. De Avondklok. Goede Nacht.) II. HET VELD. Het veld O, wat wonder ontrolt zich met een, Voor ons hêen. Zoover wij benêen kunnen kijken Een eindeloos leger van aaren, verlaan Door hun graan, Ligt daar als een schilderig duinstrand te prijken Wat rijkdom, wat weeldebelovende pracht. Die daar lacht, In ruischende, rollende plooien O Zomer, gezegend uw kwistende hand, Die op 't land, Die zeegroene en guldene schatten komt strooien. De landwereld jnbelt, de maaier komt aan Hoor hem slaan, Bij 't zingen van inheemsche toonen Want de engel des overvloeds kust hem het zweet En het leed Van 't voorhoofd, om 't volgens met halmen te kronen. De goede, in het lief en het leed hem getrouw, Zijne vrouw, Schenkt laving en liefdrijke blikken Vlug bindt zij het koren, in schoven gesnêen, Ondereen, Die grootvader langzaam in garven komt schikken. En ginder, waar de onschuld den halm die verloor In de voor, Met tengere handjes gaat rapen, Daar zwoegt op den landweg het schuimende paard, In zijn vaart Weerhouden, door dappere, lustige knapen. Op 't landlijke voertuig, dat slingert en kraakt, Zoo geraakt, Ter bergplaats het eerste voer koren, En bovenop huppelt de scherts en het lied Van Geniet Gezongen door maagden in bloemen verloren. En de opene schuur richt den veldschat het woord Spoed u voort; Geniet in mijne armen de ruste. Er vloog reeds een jaar, sedert hier 't guide feest Is geweest, Waar Franz 't blonde Mieken ten eerstenmaal kuste Dit jaar treden bashout en vedgl hervoor, Om in koor, Een blijde verloving te vieren, En eer nog de vlakte van rijpgeel en rood, Zich ontbloot, Wil 't maagdlijn heur goudvlecht met bruidranken sieren. Ons wordt ook, mijn Roosje dat heil eens verleend, En vereend Trêen wij later zoo blijde naar buiten, Door 't blozende graan van ons huwelijksveld Vergezeld.... Kom, laat om teruggaan, 'k hoor de avondstem luiden. H. Van Beveren. 9

HISTORISCHE KRANTEN

De Kunstbode (1880-1883) | 1881 | | pagina 2