§i 1 H M r f V K f £ij Société Royale des Francs Arbalétriers. GEORGES STEPHENSON, - ti i Kaarten voorop te bekomen bij Ch. Deweerdt aan fr. 1-75 voor de 1 plaats 90 centimen voor de 2e plaats. Société de Gardes Civiques, Dimanche dernier, la société de gardes civi- ques a inauguré son nouveau local et a recom- mencé la série de ses tirs d'hiver. Cet établissement situé au centre de la ville, a la Tête de Bronzeest des plus satisfaisants. La salie des réunions est vaste, très-bien amé- nagée, et la cible est parfaitement disposée et éclairée. Les disciples de la carabine Jamar, fort nom- breux, discutaient les coups et les chances de succès avec beaucoup d'animationils se dis- putaient vaillamment les beaux prix offerts par leur honorable et sympathique Président, M. J. Iweins. Tous étaient heureux et fiers de re voir parmi eux celui qui, pendant de longues années déja, dirige la Société avec autant d'in- telligence que de distinction. C'est en grande partie grace aux efforts de M. J. Iweins, a son affabilité, a son dévouement et a ses sentiments généreux que les tirs sont si suivis, et que la Société est devenue si attrayante et si prospère. Nos félicitations chaleureuses a la Commis sion et particulièrement a son infatigable Secrétaire, M. Ernest Maurau. A voir celui-ci plein de vie et de santé, présidant a tous les détails, inscrivant allégrement le nombre de points obtenus, en un mot, s'occupant sans cesse et minutieusement des intéréts de cha- cun, on ne se douterait pas qu'il est l'un des rares représentants de cette phalange d'hom- mes courageux qui, en 1830, ont pris une si grande part a la conquête de l'indépendance et des libertés dont nous jouissons si large- ment. Voici le résultat du concours. ler Tir de la période d'hiver. 6 Novembre 1881. Tir au haut total. 1. Leclercq, Th. 2. Ligy, F. 3. Mailliard, G. 4. Yandendriessche, 15 25 20 20 25 105. 20 20 20 25 20 105. 25 20 20 20 20 105. 20 20 20 20 20 100. Maar Juffrouw, dit ook wilde ik u vragen. Hoe gij weet niet waar bij is Ik geloofde bem in zijne be diening of wel bij u te huis. Sinds bij met paaschen, als leeraar naar Brussel vertrokken is, heb ik hem niet meer teruggezien, en al die brieven, welke ik bij u, om zijn adres gezonden heb, zijn zonder antwoord gebleven. Hoe dit komt, zult gij mij best kunnen uit leggen. Neen, beste Juffer ik weet in 't geheel niets van uwen goeden broeder, en dat pijnt mij diep, geloof me vrij, want hij is mijn duurbaarste vriend. Heeft hij, maar neen, dat kan niet zijn. Er is dan een ongeluk gebeurd Die brave Edgard is zoo ver trokken, zonder zijne woonplaats te laten kennen Maar neen, ik bedrieg mij, niet waar Ja, gij zegt hetgij bedriegt u, mijnheer, sprak het meisje en zag bloozend neerwaarts ik ben de zuster niet van Edgard. Ik ben ik was... zijne verloofde, Mijnheer, maar nu. Ach gij zijt dat ongelukkig meisje. Wel, Juffer Leonie gij ziet, ik ken uw naam wat heeft Edgard mij van u toch niet gesproken Heeft hij u nooit gegroet, van wege zijn boezemvriend Verhoogen? Ja Wel, die ziet gij voor u staan ik ben sinds gisteren hier als onderwijzer in het dorp.... Maar het kan niet zijn neen, het u onmogelijk, dat n zijn verblijf onbekend is. Er moet iets gebeurd zijn Sinds gij hem laatst gezien hebt, zijn er inder daad droevige dingen gebeurd. Edgard is na twee maanden verblijf in Brussel, hier in het dorp, eenige dagen verlof komen slijten. Hij moet u gezegd hebben, hoe wij sedert onze teerste kindschheid, elkander ge negen waren. Zijne moeder en mijne tante hadden onder hen tweeën, het schoone ontwerp gevormd, ons toekomend jaar, als gade en bruid te vereenigen en onze verloving liep in het dorp van mond tot mond. Maar, helaas, pas drij maanden kwam een hevige, een onbegrijpelijke twist onze familiën verdeelen. Mijn vader, die schepene was, ging (naar men zegt, door toedoen van den Pastor) op eene andere' politieke lijst 5. Cuvclie, J. 20 20 15 15 25 95. 6. Ligy, Alb. 15 20 15 25 20 95. 7. Vannieuwcnhuyse 20 20 20 20 15 95. 8. LesaffVe, A. 25 15 20 20 15 95. 9. Podevyn. A. 20 20 15 15 20 90. 10 Swekels, L. 20 15 20 20 15 90. Hors Concours. M. Santy. Hector. 25 20 25 25 15. 110. Tliéatre d'Ypres. La Troupe d'opéra du Tbéatre de Bruges donnera demain, 14 Novembre, une belle representation, com- posée de: La Traviata, opéra en 4 actes, musique de Verdi; Le Chalet, opéra comique en un acte de Scribe, musique d'Adam. Ouverture des bureaux a 6 1/2 heures, bureau a 7 h. Prix des places: Premières, fr. 2,50; deuxièmes, 1,50, troisièmes, 50 centimes. Tir du lundi 7 Novembre 1381. AU CERCLE. Ducorney. Dez utter. 11. 12. 8. 9. 40. BAS TOTAL. 2. 5. 1. 3. 10. Tir du llercredi 9 Movenibre 1881. AU BLASON ORDINAIRE Brunfaut. 23. Dez ut ter. 6. (Vervolg en slot.) Indien men nu een oogenblik nadenkt op het uit werksel in al de landen der wereld, is men om zoo te zeggen verschrikt óver de grootte, de onmeetbare grootte der bekomene uitslagenEn liet is tevens met eerbied, liefde en fierheid, dat men zich buigt voor den grooten over. De doktor, Edgar's vader, werkte hem uit al zijne macht tegen en de mijne werd niet gekozen Nu zwoer hij, in zijne razende teleurstelling, aan alwie het hooren wilde, dat hij zich op M. Maltens zou wreken. Verscheidene hoogst kwetsende woordspe lingen en twisten hebben sinds dien in de Nieuwe Leute tusschen beiden plaats gehad, 't geen ze tegen elkaar zoo heeft opgehitst, dat de doktor Edgar be dreigd heeft, hem zijne vaderlijke genegenheid, ja zelfs bij verzet, het ouderlijke huis te ontzeggen, zoo hij nog ooit mij durfde aanspreken of verder naar mij uitzien. En hij heeft gehoorzaamd Hij heeft zoo kunnen afbreken Neen, uit liefde voor mij, heeft hij gezwegen, heeft hij dien doodelijken slag lijdzaam onderstaan, de arme jongen. Maar aan zijn hart kon hij niet gebieden en toen hij op een avond bij ons in huis kwam lieeft vader, in zinnelooze opgewondenheid, hem onbarmhartig aan de deur gejaagd en mij, daar ik in tranen uitborst, met bijzonder laag geschoren was, en door verscheidene kleine openingen uitzicht gaf, op de baan en op wijde meerschvlakte, ginds diep aan den overkant. Door een gevoel van onweêrstaanbnre nieuwsgierig heid voortgestuwd, naderde de jongeling op de toppen zijner voeten, zoo terughoudend, zoo zacht, dat het getril van het koeltje in het lindenloover, het gerucht zijner stappen verdoofde. Nu stond hij daar, met de eene hand op de linker borst en de andere op de lippen, alsof hij zijn hartsslag en zijne ademhaling onderdruk ken wilde, op een paar schreden afstand van de jonge vrouw. Strak voor hare voeten blikte zij, op een klein werkkorQe, waarin een liaakbreiwerk, onder hagero- zen, vergeet-mij-nietjes en roode wielekens, bijna ver doken lag. Eenige minuten bleef zij het in dien stand voihouden en de jongen bereidde zich, het droomendé meisje niet verder te storen en zich stil terug te trek ken, toen zij lichtjes het hoofd omwendde een fijn re gelmatig gelaat liet zien, maar dat er bleek en kwijn- zjek uitscheen. naam van den engelschen werkman die, door zijn genie en zijne volharding, zijn werk heeft weten te voltrek ken, een werk, welk in min dan 30 jaren, de staat huishoudkundige toestand van al de landen der wereld veranderen en omkeeren moest, en de beschaving der volkeren huiten verwachting vermeerderen, door de afstanden te veranderen, en als 't ware den tijd te vertienvoudigen. Door zijne talrijke werken, was Stephenson rijk geworden. Doch ondanks zijn fortuin, bleef hij altijd zijne eenvoudigheid, zijne goedhartigheid van weleer behouden. Vermoeid, en overigens uitmuntend door zijnen zoon vervangen, betrok hij een buitengoed in het midden van een groot park, waar hij met rust zijnen ouden hartstocht voor de vogelen en de dieren kon vol doen, voortaan zijnen hoogmoed plaatsend in het kwee ken van het edelste fruit, de schoonste bloemen en die ren. Aangenaam was het hem zich terug te vinden in het midden der werklieden, zijne oude gezellen. Gedurig was hij met hun lot bekommerd. Hij had voor hen eene school van leergasten doen bouwen, waar het onderwijs gansch kosteloos gegeven werd. Hij had voor hen boekerijen, maatschappijen van bijstand en spaarbanken opgericht, want hij kende door persoon lijke ondervinding de waarde van onderwijs en spaar zaamheid Het gezelschap van jonge lieden was hem vooral aangenaam, want in het jong geslacht is de toekomst gelegenen die man, eens zoo klein en thans zoo groot, eens zoo onwetend en thans zoo geleerd, eens zoo arm en thans zoo rijk, zoo misprezen en thans zoo bewonderd, die man schiep er behagen in, hun deze eenvoudige doch verhevene woorden, waarin gansch zijn leven besloten ligt, te herhalen Mijne vrienden, zegde hij, de volharding is alijd mijne kenspreuk geweest; zonder volharding zou ik tot niets gekomen zijn! Het leven van Stephenson was niet zeer lang. In 1848 namen zijne krachten spoedig af, en hij overleed, den 12 Augusti van dat jaar Hij was nauwelijks 67 jaar oud. Hij stierf overigens op het slagveld, het edelste va.n allen, het slagveld van het werkwant hij bezwei ik aan de gevolgen eener koorts, welke hij opgedaan had in Spanje, waar hij eenen ijzeren weg leggen deed. Na zijnen dood richtte men hem te Newcastle een standbeeld op, dat men op eene brug (Stephenson's Bridge) plaatste tusschen twee spoorweglinien in de nabijheid der twee werkhuizen, waar hij zijn genie en zijn fortuin had bewerkt: het eene, de fabriek waaruit zijne locomotieven en werktuigen kwan ien, het andere de boekerij, waar zijn zoon de wetensc) aap pen had gevonden, om die zijnen vader over te ma hen. Kiezingen. In Gent moeten in 1882 kiezingen voor de Kamers Adolf had het woord op de lippen, om zich te veront schuldigen, doch zij merkte hem niet, boog zich v oorover en nam van onder de bloemen een klein album i, dat zij koortsachtig in beide haar handen sloot en er ee n langen kus op drukte. Nu opende zij het aan de eer ste blad zijde en bleef droomend op een afbeeldsel stan jn. Adolf naderde nog een stap, boog zich, zoover hij kon, over de haag heen, trok plotselijk de armen terug,a Is iemand die een grooten schok ontvangt en deinsde een stap achterwaarts. Wat had hij gezien Verschooning, Jufvrouw, stamelde hij.— - Het meisje sprong recht. Mijnheerkreet zij, tegelijkertijd bea mgst, be schaamd en verontwaardigd; Mijnheer, gij do' et mij ver schieten - O, vergeving, Jufvrouw; ik wilde u niet storen; maar een woord, een enkel woord, als 't ui belieftZijt gij de zuster van mijn vriend Edgar.... Edp ar Maltens Gij hebt daar zijn portret, ik heb het gezien spreek... Ldgar riep het meisje, hoe, gij kent hem, gij zijt zijn vriend? Waar is hij, mijnheer Waa ir bevindt hij zich? O, zeg het mij, indien gij 't weet. He ©ft hij u her waarts geschikt? Laat mij nieuws van l?.e m vernemen; spreek toch, mijnheer, ik smeek u zijnen vloek bedreigd, zoo ik nog verder aan den zoon van zijnen vijand durfde denken. Den ga jnschen nach ieik geweend, neen, ik heb gehuild ei verscheidene dagen nadien als eene zinnelooze ro nd gedwaald, wan Edgard had aenzelven nacht zijn ontslag- als leeraai aan den Minister ingezonden en. was, zoo schreef lii aan zijne troostlooze moeder, e Oostei ide ingescheep en ïeeds te Ramsgate aangekomen var t waar hij naa het binnen and sporen wilde, ten einde en rust vergetelheid te zoeken. Aan mij, niets geen enkel woord - en wellich zie ik hem nooit nooit nieer weder Qr,Fn n+ -Sl°e^ 'J6 njaa8'd beide handen voo r hetgezich en borst in een harttreffend snikken los. Voort U i zetten.) idyl Al B I 1IAUT TOTAL. i HAUT TOTAL. BAS TOTAL. Cl

HISTORISCHE KRANTEN

De Kunstbode (1880-1883) | 1881 | | pagina 2