WEGWIJZER DER STAD IJPEREN gen om die Maatschappij roemrijk te maken. Het derde is gansch nieuw en bevat zulke schoone zedelessen, dat wij niet twijfelen of het publiek zal zich uitermate beloven over dien keus. Mochten de goede uitslag en een groote toeloop van volk onze tooneelliefhebbers over hunne pogingen beloonen. Deze belangrijke maatschappij heeft haar Sl Ceciliafeest waardiglijk gevierd met Zater dag een schoon banket en woensdag een prach tig concert aan hare werkende- en eereleden te bieden. Het banket was bijgewoond .door een veer tigtal leden en eenige uitgenoodigden. Men moet in zulke feestjes tegenwoordig zijn om te kunnen begrijpen wat eene maatschappij is, waar eensgezindheid en broederlijkheid be staan. Na het banket, dat onder alle opzicht over heerlijk was, ging men over, tot het zingen van romancen kluchtlieden en het uivoeren van eenige schoone stukken voor symphonie, die al de reeds opgeruimde gasten zeer wel hebben bevallen. Het feest van woensdag heeft eene perel te meer bijgebracht aan de kroon der maatschap pij- De inrichters van deze twee feesten hebben blijken gegeven hunner lijne gevoelens en geesteskracht. Maatschappij de Vrije Bolders. Zondag 11. was het feest in het lokaal der Vrije Bolders, Tête de bronze, een prachtig noenmaal vergaderde de leden dezer maat schappij rond eene met smaak opgedischte tafel; en na de maaltijd, die lekker en vrolijk was ging men in de bolbaan om een aantal schoone prijzen te verhollen, welke door ver scheidene leden gegeven waren. Société des Ghoeurs. La Soiree de Mercredi aux Choeurs a bien tenu les promesses de son programme. Depuis zien of alles wel in orde' is. Dat past opperbest! sa, laat ons optrekken, want gaarne zou ik den trein hebben die om half negen in ÏJperen komt. Dus kijk, jandorie! ik vergeet het te vragen, hoestellen wij 't nog?... Reeds gewoon? Wel ja, zei Adolf, zoo stillekens aan. ik ben ör met moeite een paar dagen. O! 't zal wel gaan. Gaan? wel gij jandoorsche jongen! Ik geloof 't wel dat liet gaan zal. Dat is hier een perel van een dorpken, man. Treffelijk volk, ziet gij. Negen klanten heb ik er, die alles bij mij nemen en betalen: Wilt gij geld, kom maar bij". Ha, 't is een recht vermaak, zulke lui aan zijne koord te krijgen. Ik doe er zooveel zaken als alle de kollegas te zamen, zonder stoffen, hoort ge, want daar is niets aan te winnen.... Neen, zei Adolf, en dat ligt ook in den aard der kooplièn niet Deugniet! zei de andere en lachte uit volle keel. Maar toch, gij zult er u gewennen, Dolf. Wilt gij 's a- vonds, bij voorbeeld, een muddeken pakken, gij vindt er altijd een flink gezelschap in de Nieuwe Leute. Gij hebt daar onder anderen, de sekretaris, de doktor een braaf man de doktor Daar doet hij zeer wel aan, weêrvoer Adolf, die van 's doktors braafheid maar heel aardige blijken had gekregen. Hewel, dat zeg ik ook en de sekretaris dat is een ware godsblok, hij zegt en doet al wat de pastor hem gebiedt ha, de pastor, ziedaar een ongelikten beer, die kent gij zeker niet? Ja wel, zei Adolf, en zijn getrouwen discipel, de groote rosse magisterszoon ken ik ook, van faam ten minste. Zoo, zoo, gij kent hem ook, die ongeschaafde plank. Gij moogt het zeggen, hij is in ruwheid het even beeld van zijn patroon. Maar mij dunkt, M. Lintmans, dat de zuster van den pastor wel een heel ander mensch is kent gij ze longtemps pareil Concert n'avait eu lieu et le nombre de personnes présentes a prouvb que la société pouvait encore espérer quel- ques beaux jours. MUe Mahieux, qui avait prêté son bienveillant concours, a recueilli des applaudissements justement mérités. Avec quelle ampleur, quelle puissance de voix elle a clianté Arioso du Prophéte morceau d'une facture si originate et si large. Comme elle a détaillé avec grace et fine coquetterie l'air des Bijoux de Faust Dans 1 Epave de Coppée, elle nous a relevé un talent drama- tique de premier ordre et plus d'un a senti sa paupière se mouiller au récit si bien dit de cette touchante composition. N'est-ce pas tomber dans des redites que de faire l'éloge de notre excellente phalange symphonique elle nous a habitué depuis longtemps a ne plus devoir compter ses succès. Les applau dissements ne lui ont pas manqué et M. A. G. pout en revendiquer une large part pour son exécution vraimcnt magistrale, du solo d'Er- nani. Nos félieitationsles plus sincères a M. G. Dumon, qui a interprêté fort bien une char mante romance de Rupès. M. Dekemper, qui nous était revenu avec un nouveau choix de chansonnettes, a bien été le comique le plus désopilant que l'on puisse trouver et les bis et les ter qui l'ont rappelé ont dü lui prouver quel plaisir on trouve toujours a l'entendre. S. Concert in de Concorde. Donderdag 11., ln December, heeft het mu ziekkorps der Pompiers, in het lokaal der Concorde, een schoon concert gegeven, welk de muzikale kennissen van zijnen bestuurder, M. Wittebroodt, meer en meer doet waar deren. La patrouille turque en la Polka des Bébés zijn beide gebisseerd geweest. Bij het eindigen van het concert heeft M. Carton, Voorzitter van de Concorde, den heer "Wittebroodt hartelijk gelukwenscht over de uitvoering der verschillige stukken, en de mu ziekanten aangemoedigd om voortdurend mede te werken tot het behouden van den roem welken het muziek der Pompiers verkregen heeft. Deze aanmoedigende woorden, werden door niet? Of ik zij loopt daar al twintig jaar sinds ik ze ken. Veel te braaf is zij, Dolf, en zonder karakter, anders ware zij daar nu niet gebleven met de trekmuts van Sint-Katrien op. Dat was, jandorieeen flinke meid in haar tijd. Dolf. Daarbij, zij koutte als een advokaat dat kan zij nog, wel te verstaan en zij had zoowat vijftig duizend medaljen klinkende specie, 't geen altijd zeer wel te pas komt, zeggen de verstandige vrijers en ik ook. Toon Delbaere, de rijke goudsmid gij kent hem wel, dat wandelend geraamte daar, uit de Slach tersstraat hij had er graag Mev. Delbaere van ge maakt, maar 't ging niet, want Toon's gezicht is geen meesterstuk en zijn paar oogen willen nooit tegelijk naar dezelve kant zien. Ten anderen, daar zat een fijne re aap in de mouw; juffrouw Klara had kennis met een officier, dien zij heel goed lijden mocht en die Met een officier, onderbrak Adolf Wel zeker wat trekt gij daar zulke barmhartige groote oogen om Nu, kijk, ik moet u dat eens ver tellen, want gelui, kerels van uwe eerste broek, wordt nieuwsgierig ais een roodborst, zoohaast gij iets ver neemt dat naar 't artikel liefde riekt. Zoo zegde ik dan, dat de juffer verliefd was op den officier en vice- versa den officier op haar, dat verstaat zich. De geheele historie heb ik van naald tot draad te weet gekregen. En hier trok M. Lintmans met zelftevredenheid aan zijn bakkebaard. Ziehier, ging hij voort, hoe de zaak af liep. Gij kent wel mijn schrijver, die ook al eens op reis gaat, wanneer ik soms overkomst van vrienden heb, aan armen en beenen, anders gezeid, wanneer ik kor tom ik moet u zeggen, om van huisaf te beginnen.dat ik, in 't jaar twee, en drij-en-vijftig, juist bezig was met mijn vrijwilligerstijd te doen bij het le lanciers ik moest ook nog dien ezeitrek uitmeten en dat mijn vader dan, om mij te vervangen, een jongeling in dienst had een gezonde, flinke kop, Dolf die, toen ik mijn verlof bekwam, natuurlijk buiten dienst was, en ook het muziekkorps met algemeen handgeklap begroet. Sinte-Barbarafeest. Heden, 4 december, vieren de Pompiers hunne patrones, Ste-Barbara. Naar wij vernemen, zal er ten 11 ure eene inspectie plaats hebben; vervolgens geeft het muziek, van middag tot één uur, in de groote Hallezaal, een Concert-Promenade. 's Avonds, vriendelijke bijeenkomst voor geheel het korps, en prijskaarting. Programma der stukken die zullen uitge voerd worden in het concert-promenade 1° Ouverture du Tannhaüser de Suppé. 2° Romania, Polka-mazurka Wittebroodt. 3° La Reine de Saba, fantaisie Gounod. 4° Polka des Bébés Boucher. Buroerwacht. Volgens hetgeen wij reeds gelezen hebben belooft de nieuwe kleeding der burgerwacht uittermate schoon en gemakkelijk te zijn, binnen eenige dagen zullen wij er over kun nen oordeelen, daar men bij M. G. Mailliard, meester kleermaker, in de Dixmudestraat, een geheel uniform zal kunnen beschouwen. Reeds in de vitrien van M. Myle, Rijselstraat, zijn er twee hoeden tentoongesteld. Iedereen is het eens om te zeggen dat het een bevallig en gemakkelijk hoofdkleedsel zijn zal. Om te verschijnen mot T5 DECEMBER naast: en Jaarboekje van bet Kunst-en Letterminnend gezelschap: "IFLTJST IVIQIRQ--EIST voor 1882. IJperen bij K. Deweerdt, Rijselstraat 59. Sinds 1836 zag geen Wegwijzer van IJperen het licht meer. Nogtans blijkt het dagelijks, hoe hoogst nuttig, en dat bijzonderlijk voor den buiten, een werk je van dien inhoud zijn moet. Wil men, 't is gelijk welken overheidspersoon, gelijk welken ambtenaar, gelijk welken neringdoener in stad komen vinden, zoo heeft men enkel den weg wijzer open te slaan, terwijl men, bij gemis aan zulk eens met de soldatensoep wou kennis maken. Hij deed goeden dienst bij 't leger en werd daarbij door ik weet niet welken majoor op sleeptouw genomen, zoodat hij van graad tot graad sprong en in betrekkelijk korten tijd, als onderluitenant te paard zat. Nu, eer ik bet zou vergeten, hij was de broeder van mijn huidigen schrijver en lag met zijn regiment in Brugge. Daar moet hij er gens de deerne in 't oog gekregen hebben, want toen hij naar onze stad afgezonden werd, beving Klara ook juisj de lust tothetbuitenleven en kwam zij haren beminlijken broeder, destijds hier onderpastor, gezelschap houden. De officier van zijnen kant vond de dorpslucht van B.... uitermate gezond, want hij was er verscheidene malen 's weeks zichtbaar.In een woord,dat ging zoo een tijd lang, maar wat er al gebeurde, zei de rakker niet, hoe wel hij dagelijks hij ons aanzeilen kwam. Hij kreeg eindelijk de dubbele streep op de mouw en terzelver tijd een ontzettenden trek voor het huiselijk leven; hij wilde trouwen. Hoe dat aan boord gelegd? Dat was heel klaar, dacht hij; hij hoefde slechts de toestemming van Klara en die van haar oom, een oud rentenier, te bekomen. De eerste was hem voorop geschonken, dat wist hij, maar de tweede.... ha! nu ging de kat op de koord, want onze trouwer had zonder den waard gerekend! Broer onderpastor had lucht van de zaak gekregen en het viel hem nu eens in, zuster Klara met dat opgevuld uniform zoo noemde hij den luitenant niet te laten trouwen. Waarom? dat wist hij zelf niet; hij isalijd half gak geweest. De officier dacht dat het zou geweest zijn, omdat Hij van geringe afkomst was,maar ik raadde hem wel honderd maal aan, wat meer den kwezel uit te hangen en in zake van politiek zoo vrij niet om te springen, wilde hij de tortelduif in zijn hok krijgen. Een groote schaterlach en een afscheidsgroet was telken male m:jn antwoord en nogtans, daar lag het paard gehouden, want de jongen geloofde te veel, dat elkeen zoo als hij het hart op de hand droeg. Wat dunkt er u over, Dolf; gelooft gij niet dat ik gelijk had

HISTORISCHE KRANTEN

De Kunstbode (1880-1883) | 1881 | | pagina 2