WETTELIJKE BESLUITEN. STADSNIEUWS. Royale des Francs Arbalétriers. YERSCHILLIGE TIJDINGEN. Een Winterwalzer op den sneeuw. Ingevolge een ministerieel besluit wordt pleister in bet algemeen met 1 April, volgens de prijzen en voor- main, Alfred et Marie iront jouer cliez toi, mignonne. Et maintenant, ajouta-t-elle, en l'embrassant tendre- ment et en passant doucement ses doigts amaigris dans sa blonde chevelure, Alfred va te reconduire, car tes parents pourraient s'inquiéter de ta longue absence. Oui, oui, viens, Alfred, viens vite! s'écria la petite fille; bonsoir, mère Gertrude. Et les voila bientót tous deux suivant, la main dans la main, le petit sentier qui conduisait a la maison de campagne. Pendant quelques instants, la vieille Gertrude les regarda d'un air joveux, mais soudain une larme brilla dans son oeil, et roula comme une perle sur ses joues desséchées. Pauvre orphelin, soupira-t-elle, comme il est heu- reux... II ne connait pas son malheur. II est si jeune encore, et l'adversité a déja failli briser cette frêle exis tence. Sans père pour la garder, sans mère pour 1'aimer! Sans mère?... mon Dieu que dis-je. Non, sa mère, n'est- ce pas moi? Je saurai aimer et garder ces pauvres enfants que, sur son lit de mort, ma fille m'a recommandés au milieu des douleurs et des larmes de l'agonie. Alors, songeant douloureusement a ceux qui n etaient plus, elle embrassa la petite Marie qui déja sommeillait doucement sur ses genoux, et qui tressaillit légèrement sous le baiser de protection et d'amour de celle qui, au seuil de la tombe, redevenait mère par affection et par devoir. Les yeux fixés sur cette frêle et innocente crea ture, Gertrude pensa au sort des deux orphelins qui seraientpeut-être bientót abandonnés, seuls, sans force, a toutes les misères lmmaines, au milieu des passions d'un monde corrompu!... Elle songea a leur avenir et a ses mystères!... Elle trembla devant l'énigme insonda- ble de la vie, et, soupirant: Pauvres enfants!... Pau vres enfants!. murmura-t-elle, tandis que les ombres de la nuit enveloppaient lentement de ténèbres la cham- brette de la pauvre femme. /A continuer.) DrC. Paret. waarden der 4° klas van tarief nr 3 op de Staatsspoor wegen ten vervoer aangenomen. Krachtens een ministerieel besluit van 10 Januari 1882, worden met 1 April 1882 de navolgende bepa lingen toegepast: De persoon, die goederenblijvend kantoor heeft af te halen, is verplicht die als de zijne te erkennen, alvorens hij ten kantore van aankomst de kosten betaald en het goed afgeschreven heeft. Bij koninklijk besluit van 25 Maart is de heer A. Carpentier benoemd tot rechter bij de rechtbank van eersten aanleg te Brugge; de heer J. Berghman. advocaat, is benoemd tot avoué bij de rechtbank van eersten aanleg te IJperen. Een wezenlijk tempeest heeft Zondag 11. over IJperen en omstreken gewoed. De schade door den wind ver oorzaakt is nog al aanzienlijk. Schouwen en daken hebben veel te lijden gehad, en men vreesde met reden dat men hetzelfde weder ging hebben als in Maart 1876. In de hoofdkerk zijn vorscheidene ruiten ingeslagen en meer dan een persoon werd door den wind ten gronde geworpen. Eenieder jammerde en klaagde, verlegenheid en angst stonden op aller aangezichten te lezen, des te meer dat het de dag der eerste Commu nie was en vele menschen met hunne kinderen op de been wai'en. Maandag laatstleden heeft een brand eene kleine woning vernield te Yoormezeele, men weet niet wat de ramp heeft veroorzaakt, maar een arm werkmans gezin bevindt zich thans zonder schuilplaats. Woensdag avond speelde een kindje van 2 jaar oud in nabijheid van den molen, welke buiten de Statiepoort bij de herberg het Geel huis zich bevindt, toen eens klaps het arme wichtje door een der moleneinden ge troffen en op den slag gedood werd. De vader, een bediende van den ijzerenweg, had het kind zien om verwerpen, en liep herwaarts om het te helpen opstaan, denkende, dat het slechts toevalliglijk al spelende gevallen was oordeel over de wanhoop van den ar men man wanneer hij het verminkte lijkje van zijn kind ontwaarde. De moeder is erg ziek ten gevolge van het verschot dat deze ongelukkige ramp haar ver oorzaakt heeft. Koormaatschappij. Deze maatschappij gaf Woensdag laatst in haar lokaal Gouden Arend eene Soirée-Tabagie, die lang in het geheugen zal blijven van allen die er te genwoordig zijn geweest. De stukken voor Symphonie, alsook de quatuor en de quintette, werden op eene magistrale wijze uit gevoerd. De uitvoering van den Chceur des Seigneurs de Lara en de duo Le chevalier et l'Ermite was zeer voldoende. De heer Dekemper heeft zijn publiek nogmaals harte lijk doen lachen. Het overgroot getal personen die dit avondfeest bijwoonden was vooral uitgelokt geweest, door het zien op het programma van de kluchtige tweespraken: Eene kamer met twee Beddendoor de heeren G. Mailliard en Ch. Deweerdt, en «Les deux aveugles door de heeren Dekemper en X. Beide stukken werden meesterlijk gegeven. Kortom, zeggen wij dat die heeren allerbest hunne rol gespeeld hebben en de aanwezige hartelijk doen lachen. Wij danken de commissie voor de zorg welke zij in het opmaken der programmas weet toe te brengen. s. Association agricoie. On nous prie de rappeler que la 2me conférence sur la culture maraichère, par M. Burvenich, aura lieu a l'liötel-de-ville, Samedi 9 Avril, a 2 1/2 heures de relevée. Ordre du jour De la culture des asperges tant pour la consommation privée que pour l'exportation. Des légumes fruit sec, pois et haricots. Tir du Sllercredi 15 Mars 1882. AU BLASON ORDINAIRE. HAUT TOTAL. Mahieu Louis. 6. 6. 6. G. 12. prix. BAS TOTAL. Santy Hector. 1. 4 1/2. 31/2. 2. 11. prix. Sterfgeval. Men meldt uit Antwerpen, 28 dezerDe heer Jos. Dierckx, de gevierde, de talentvolle artist van onzen nederlandschen schouwburg, waarvan hij thans een der medebestuurders was, is dezen nacht, rond 6 ure, na eene langdurige en smartelijke ziekte overleden, in den ouderdom van pas 46 jaar. Dat is eene onherstelbare ramp, voor zijne familie, die in hem haren steun, en voor onze vlaamsche tooneelkunst, die in hem een zijner talentvolste beoefe naars verliest. Men leest in de MeuseVolgens een verspreid gerucht, zou de heer Olin, vertegenwoordiger van Nijvel, den heer Sainctelétte als minister van openbare werken vervangen, die zijn ontslag zou geven voor gezondheidsredenen Volgens den Almanach royal, die onlangs ver schenen is, zijn er in ons land 1216 kloosters, bevatten de 2326 mannen en 13671 vrouwen, of 16997 klooster lingen. In 1846 telde Belgie maar 779 kloosters met 11,968 kloosterlingen van beider kunne. In 1866 waren er 18,196 kloosterlingen in ons land, altijd volgens gemelden Almanach. Burgerwacht. De nieuwe helm (casque) voor den staf der burgerwacht, is niet zooals de witte helm der officieren van het engelsch leger in Indië. Hij zal den zelfden vorm hebben, maar gemaakt zijn van donker blauw laken, met zilveren versiersels, en met de witte, roode en gele pluim. Er is geene spraak aan al de burgerwachten dezen helm op te zetten, in vervanging van den hoèd met hanevederen. Storm. Niet alleen in België, maar ook over gansch noord-westelijk Frankrijk, heeft er verleden zondag een verschrikkelijke storm gewoed. Te Parijs regende het zondag morgend pannen, leien en steenen, die met geweld op de straatsteenen verbrijzeld werden. Vele paarden weigerden vooruit te gaan. In de tuinen en openbare hoven was de grond als met booinen en boomtakken bezaaid. Een schip dat in de Seine op anker lag is gezonken, maar de manschap kon nog gered worden. Eene vrouw werd door een omvallenden boom gedood en een man door den wind zoo onzacht tegen de straatsteenen geworpen, dat hij met gebroken bil werd opgenomen en naar het gasthuis moest gebracht worden. Ook te Rijsel woedde de storm geweldig en kon slechts in hevigheid vergeleken worden met dien van 12 Maart 1876; hier ook lagen de straten vol afge waaide dakpannen en puin der schoorsteenen. Niemand durfde in de straat komen; dit was al te gevaarlijk. Bijna al de treinen kwamen met groote vertraging aan. Te Hhvre is een smartelijk ongeluk voorgevalleneene reddingsboot, die een schip ter hulp ging, werd door den wind omgeworpen en heel de bemanning, uit elf man bestaande, werd door de golven verzwolgen. Te Cherbourg werd de engelsche brick Tribort-Lebal op de kust geworpen. Krijgsoefeningen. Men stelt reeds het program samen voor de groote krijgsoefeningen, die in 1883 zullen plaats hebben. Men heeft daarvoor het noorden van Limburg, in de omstreken van het kamp van Beverloo, gekozen. De krijgsoefeningen van dit jaar zullen plaats hebben in de provincie Luxemburg, in de maand September. Midden-Afrika. De heer doctor Van den Heuvel, die langen tijd te Taborah (Midden-Afrika) verbleven heeft, is te Brussel teruggekeerd. Toekomende week vertrekt luitenant Storms, van Mechelen, naar Midden- Atrika. Allerlei. Een grafschrift. In deze koude aarde rust Wil lem de doodgraver, die verstand had van alle zaken. Helaasde goede man heeft noch vriend noch vijand met zijn laatste verhuizing willen bekend maken. Jeremiade van een muziekmeester. Ut, re, mi, fa, sol Mijne dochter ging op hol; Ik had mij niet vergist, 't Was met een pianist. O lieve, schoone Karolien Zal ik u nimmer wederzien Met weemoed staar ik u na, Ut, re, mi, fa, sol, la! Voor de Balie. De Rechter: Meneer en mevrouw! Ik moet tegen u beiden als rustverstoorders in een gehoorzaal proces-verbaal opmaken. Geeft mij uw namen op! Terwijl hij zuchtteodat goud Dwaas Mieken Van der Molen Voor haar deurlcen in de schaduw frisch, Ons Mieken te spinnen zat. Maar lang voorbij was nu de kerremis, En traagzaam ging het rad Hüre, hüre, hüre. Zij dacht aan Ivo die niet meer verscheen, En aan den heer uit de stad. Achdeze was met Miekens' eere heen... En traagzaam ging het rad Hüre. hüre Pu. Caluwaert. (Op liet muziek van een bekend duitsch Walzerlijn.) I. Soi.o. Al fluit de Noordwind vlaag op vlaag, Al geeselt hij ons neusje en oor. Al piept geen vogel meer in d'haag, Toch zingen wij duchtig door Tra, la, la Koor. Komt, jongens, en joelen wij hand in de hand! Wie blokt bij de stoof is 'ne magere klant Wij minnen zoo'n weêrken, dat kil is maar goed De winterlucht zuivert het bloed: O, ja! II. S. Vervrozen Piet, een asschemol, Heeft immer 't lijf van ziekten vol; Hij groeit noch bloeit, eet bijna niet Wat bezemsteel voor 'ne Piet!... Ha, ha, ha III. S. Mijn broeder Fritz... ziedaar een vent! Die is aan koud en heet gewend; Ook heeft hij blosjes op de koön, Zijn liedje klinkt kloek en schoon La, la, la. IV. S. Vlug, maatjes, springt er rond in trans; Een geestig lied, een hupsche dans Verlicht het hoofd, maakt 't hartje blij: Sa knapen wij springen bij Ho, la, la! V. S. Wij worden, walsend, nimmer ziek, Dat is gezonde gymnastiek Dus, niemand mag te bibbren staan: Hij moet meê de flikker slaan Hop, sa, sa Slotkoor. En nu nog, om 't einden, een walsjen op pas En dan, zonder dralen, met moed naar de klas; Mijnheer heeft voorzeker wat prettigs in 't hoofd; Hij heeft ons een maarken beloofd O, ja! IJperen, 1882. H. Van Beveren.

HISTORISCHE KRANTEN

De Kunstbode (1880-1883) | 1882 | | pagina 2