YERSCHILLIGE TIJDINGEN. f Gij ziet er nog alles zoo wonderlik aan (Een kusje aan P. Pol Denys Zoon). Rijmelaar en rammelaar. (Een brief.) pensais-tu done? Je rêvais, reprit-il avec un léger tremblement dans la voix. Et quel était ton rêve? demanda-t-elle en s'as- seyant a cóté de lui. Tu veux le savoir, Léonie? Oui, je suis un peu curieuse, fit la jeune fille avec un sourire. Je voyais dans mon rêve, dit Alfred, deux enfants que la nature avait séparés, mais que Dieu avait créés l'un pour l'autre. Je les voyais jouant dans les prés et les bois, elle et lui. Ils se chérissaient. L'une était devenue une belle jeune fille, bonne, tendre et pieuse. Et puis, c'était par une magnifique matinée de printemps, je la vis, vêtue de blanc, agenouillée au pied de l'autel du village. Un jeune homme tout ému lui tenait la main, en tremblant. La bénédiction de Dieu par la voix austè- re du vieux prêtre descendit sur eux!... Et puis, ld, plus loin, dans une jolie maison ombragée d'arbres touffus, entourée de fleurs et de verdure, au pied d'une char mante colline, je vis un berceau reconvert d'une gaze légère comme le vent, transparente comme 1,'eau!... Une jeune femme, la fiancée de tantót, était assise a cóté du berceau, regardant avidement, et semblant en receuil- lir chaque souffle, un petit ange rose reposant douce- ment.... Mère, mère, soupira soudain le petit être en ouvrant les yeux et en tendant, avec un sourire, ses petits bras potelés!... Mère, mère!... Et le père ravi serrait avec amour la mère et l'enfant sur son coeur.... Et sais-tu, Léonie, qui était ce couple fortuné, ainsi entrevu ii travers les voies de l'avenir? Non, soupira-t-elle timidement. Cette mère, reprit Alfred avec une exaltation croissante, amie, c'était toice père, moi!... (A continuer.) Dr G. Paret. Een lied aan mijne moeder. Getoondicht door Fr. Laumans. Nous apprenons avec plaisir qu'aujourd'hui, de midi a une heure de relevée, la musique du 4e régiment de lanciers, fera entendre sur la Grand'Place quelques- uns des plus beaux morceaux de son répertoire. Puisse le temps favoriser cette charmante fète musicale Moord te Diekebusch. De genaamden Dewit en Willemet, hopplukkers, beschuldigd van de wreede moord te Diekebusch op Maria Leuridan, oud 50 jaar, weduwe Dochy, gepleegd den 18 September laatst, zijn van de gevangenis van IJper naar die van Brugge overgebracht, om voor de aanstaande assissen te ver schijnen. Men weet dat zij ook beschuldigd zijn van diefstal van 2000 fr. en de juweelen van het slachtoffer. Markt van Veurne. Te rekenen van Woens dag 3 Mei aanstaande, zullen de granen, tegenwoordig op de markt van Veurne verkocht per 145 liters, moeten verkocht worden per 100 kilogrammen. De rosse maan is den 17 April, met regenachtig weder begonnen zij eindigt den 17 Mei. Als wij tot dan toe slecht weder moeten hebben, dan ziet het er goed uit. Zaak Peltser-Vaughan. Het is van nu af zeker dat de zaak der Wetstraat te Brussel voor de assisen van Braband zal onderzocht worden in de eerste dagen der maand Augusti. Verjaardag. Den 21 April was het de 100ste verjaardag der geboorte van Proebei, don schepper der kindertuinen. Hij werd geboren den 21 April i782 te Oberweissbach, waar zijn vader predikant was. Honig. Het getal bloemen, die eene bie moet bezoeken om haren honig te vervaardigen, is overgroot daar elke bloem maar eene zeer kleine hoeveelheid suiker bevat. Van 125 klavertoppen kan men nooit meer dan één gram suiker bekomendus moet men 125,000 klavertoppen hebben om één kilogram suiker te verkrijgen. Elke top bevat gemiddeld 60 bloemen, dus heeft men zeven millioen en half klaverbloemen noodig. Daar de honig maar 75 ten honderd suiker be vat, moet eene bie vijf millioen zes honderd-duizend bloemen bezoeken, alvorens zij éénen kilogram honig heeft verzameld. Klachten. Er worden sedert lang vele klachten geuit over de millioenen die verslonden worden aan 't bouwen van het nieuw justitiepaleis van Brussel zoo wat vijftig millioen in ronde cijfers, 't Is zeker een schoone stuiver, doch de wetgevende Kamers, die men te New-York op dit oogenblik bouwt, zullen nog meer geld kosten. Dit gebouw kost heden reeds 65 millioen en de voltooing er van zal nog ten minste 35 millioen eischen. In het geheel 100 millioen dat is te zeggen eens zooveel dan het nieuw Gerechtshof van Brussel. Bij koninklijk beffluit van den 19 April is de heer Alf. Diegerick, adjunct-bewaarder van de stads archieven te IJp sren, benoemd tot adjunct-bewaarder van de staatsarchieven te Gent. Overleden. Te Niza stierf de verleden week de heer Th. Valkenaere, de geestige schrijver van het kluchtspel Pompiers n Rifleman, en menig vroolijk ander tooneelwerk, dat nog in handschrift ligt. Harte lijk verkleefd was hij aan de vlaamsche taal. Vooral Blankenberge had hij Lef, waar hij alle jaren naartoe kwam en voor zijne talrijke diensten aan onze zaak bewezen als Eerevoorzitter van het Consciences-ge- nootschap uitgeroepen werd. Zijne stoffelijke overblijfsels zullen naar Blankenberge overgebracht worden. Bevolking in Frankrijk. De Journal officiel heeft een document afgekondigd dat hoogst belangrijk is, namelijk de beweging der bevolking in Frankrijk gedurende het jaar 1880. Gedurende het jaar 1880 zijn erin Frankrijk 920,177 geboorten geweest, 851,950 wettige en 68,227 onwet tige. Het voorgaande jaar waren er 869,561 kinders wettig geboren en 66,968 onwettig. Zoo dat het getal wettige geboorten in 1880 verminderd is met 17,611, terwijl het getal onwettige kinders, met 1559 is toe genomen. Er werden in 1880 te zamen 16052 kinderen min geboren dan in 1879. Het getal overlijdens is toe genomen met 18,455. De overlijdens beliepen 858,337. Het jaar 1880 was dus dubbel ongunstig. Er zijn 61,840 sterfgevallen meer dan geboorten geweest. Dit cijfer is echter minder dan in 1876. Gedurende 1879 waren er 96,647 meer sterfgevallen dan geboorten. Wat het getal huwelijken betreftin 1879 werden er 282 776 gesloten en in 1880 maar 279,035. Die toestand is niet verblijdend. Vragen des tijds. Wie is hij vraagt een meisje van twintig jaar. Wat is hij vraagt zij als zij dertig is. Waar is hij vraagt de veertigjarige onge huwde. Brugge. In zijne geheime zitting heeft de ge meenteraad de volgende benoemingen gedaan Be stuurder van het vlaamsch tooneel voor 1882-83 de heer Van de Water; bestuurder van het fransch tooneel voor 1882-83, de heer Barbe. Jubelfeest. Woensdag, werd in den Nederland- schen Schouwburg te Antwerpen feest gevierd en wel het 42 jarig jubelfeest als tooneelspeler van den heer Victor Driessens. Verscheidene maatschappijen van Antwerpen en el ders zullen hem hulde komen betuigen en zelfs uit Brussel, Gent en Holland zijn deputatiën verwacht om Driessens blijken van vereering te brengen. Hij zal dien avond optreden in twee zijner beste rollen in het drama, ÜJ Kruiwagen van vader Marten en in het blijspel Twee Katten voor eene doode Musch. Negenden zoon. De kinderen zijn de zegen der huisgezinnen, zegt het algemeen spreekwoord. Zoo dit waar is, dan schenkt God mild zijnen zegen aan den officie elen onderwijzer eener gemeente van het kanton Puers die deze week zijnen negenden zoon ten doop heeft doen dragen. De koning is van den zevenden peter geweest. De zeerlooper. L'homme-vapeur, gelijk hij zich noemt, zal den weg van Antwerpen naar Brussel heen en weder, zijnde eene lengte van 80 kilom iters ir 7 ZZ f r'nuten afle!Fe,n' voor eene wed('ing van 1000 liI IJ za. gevolgd worden door 4 paarden ge plaatst op 20 iaiometers afstand van elkander. Zondag aanstaande gaat hij naar Gent, om in dim Skatmg-R.uk, m de Bagettestraat, om 3 uur 's namid dags, 100 keeren rond de zaal te loopeijinmin dan 50 minuten. Veranderingen van garnizoen. De verande ringen van garnizoen voor het paardenvolk, zullen den 15 Mei plaats hebben. Het 2" gidsen regiment zal de nieuwe kazerne van Brussel betrekken en het 4e lan ciers zal Yperen en Audenaarde verlaten om tenm te keeren naar Doornijk. De eerste aldeeiing van het le Het is u schandelijk bedriegen; Want hadde't puitgeslacht Weieens een aapje voortgebracht, Gij zoudt het niet betreuren: Men zag het alle dage nog gebeuren! De puit van twisten moê, En ziende 's apen woê, Sprong duiklend in het water Al roepend met geschater: Mijn waarde Heer, Dezelfde leer, Dat puiten tot geene apen wassen Is op u zeiven toe te passen! Ik roep het luid: Gij blijft een aap, en ik een puit! En daarmede is het uit; Want heel het nieuwe stelsel Is slechts een ezeldwaas vertelsel Werken, den 15 April 1882. P. P. Denys. Gij ziet er nog alles zoo wonderlik aan Een vogel, een bloemken, 't is u om het even. U wemelt de ziele, u ligt gansch het bestaan In één lach, in één zoentje, in één peerlenden traan... O, Zalig-verrukkend, o, schuldeloos leven Gij blikt in mijne oogen. gij vlekkeloos kind Gij blikt in mijn harte, die sombre woestijne... Geen vogel des wouds, die zoo blijde is gezind Gij kent nog geen lijden hebt niets dan bemind Geen liefde dan deze uwer moeder, de reine. Gij ziet er nog alles zoo wonderlik aan, Gij dartelt, de handjes vooruit, in de wereld En wilt uwe ontluikende ziele verzaan, Vraagt 's morgens de zonne, wilt 's avonds de maan, Vindt alles zoo schoone, zoo kleurig bepereld... O, mocht die gezichteinder nevelloos zijn Ik wensch het u,,kind, uit den grond mijner ziele. En mochte de wereld bedrog noch venijn, Maar rozen bieden, maar amberozijn U schenken Dat nooit u het masker ontviele II Doch waar is 't oog dat nimmer droef of zeur zag, De roos, die niet een avond zonder geur of kleur lag; Waar 't edel menschenkind, dat niet zijn mildsten fleurlach Een morgend wislen moest voor bittren treurlach? ach IJperen. Hippoliet De Quéker. En durft gij mij van dichten spreken, die nimmer zijt in staat twee reken te rij men dat het gaat GuiDO Gezelle. Rijmelaar en rammelaar, loop uw zagend drafjen maar wat ge knoeit en is geen haar uit den dunst begroeiden baard van den kaalsten kikvorsch waard Als een nuchter hoen te kaaklen, silben achtereen te schaaklen, dat ze, in haar metriekgebrom, rinklen als een keteltrom homlen, schomlen, romlen, tromlen, 't dichterlijkst gedacht verfromlen, of 't doen zuchten, onder sneden op uw' vingers afgemeten korten, kieinen, kappen, kerven, woordensmeden, taalbederven wat een enkel woord kan zeggen, in een geeuwend vers beleggen immeraan, in leed en lief, als een rollend lok'motief, op gelijk gemeten voeten loopen, dat wij hijgen moeten, eer ons, aan 't verlangde punt, rust en adem wordt gegund 't dramatiek in 't luimig keeren, ons met stalen regels leeren plan en orde en tijd verwildren, en de zon met houtskool schildren dat is, buitenkijf en vrij, geniale poëzij Zoo is de uwe, o groote dichter En al schijnt mijn werk u lichter dan de bleeke rookkolom stijgend uit de keukenschouw, 'k iaat u, zonder naberouw, 't machtig monopolium van trompet en groote trom Dixitneem het mij niet kwalijk, mijn beginnend vers herhaal ik Rijmelaar, rammelaar, loop uw zagend drafjen maar IJperen. H. Van Beveren. De moeder voor het wiegje zit, Zij doet het schommelend gaan. De kleine sluimert moeder bidt En blikt het kindje aan. Zij bidt de goede, teedre vrouw, Voor Edward, die met hare trouw Laf huichelt En Edward in het bierhuis drinkt Met meidekens lief en schoon. Het bierken schuimt, het lïeken klinkt, Hij denkt niet aan zijn' woon Waar zijne brave vrouw hem wacht Vol bangen schroom O neen hij lacht Beschonken. En buiten aan den blauwen trans Met sterrekens overzaaid Verbleekt des maantjes zilvren glans De Haan heeft reeds gekraaid Nog zit de arme moeder daar... Het kind ontwaakt, en vraagt stil Waar Is Vader En weenend kust de moeder 't wicht Uw vader kind zoo snikt ze luid Vergeet ons beide, en wellicht «jaagt hij ons flus den huizen uit Maar kindje gij, gij blijft toch mijn, Niet waar mijn schat, mijn engelkijn O moeder Th. Caluwaert. lp

HISTORISCHE KRANTEN

De Kunstbode (1880-1883) | 1882 | | pagina 2