IJpersch Weekblad,
geheel het land 3,00. op 500 afdruksels. voor stad 2,50.
Zondag 17" September 1882. 5 centiemen het nummer. 3de jaar N' 33.
KUNST- EN LETTERNIEUWS.
DE KUNSTBODE VAN XJPEREN, verschijnt den Zaterdag avond; men schrijft in bij Karei Deweerdt, drukker, Rijsselstraat, 59, IJperen. De
inschrijvingsprijs is fr. '2-50 voor stad. fr. 3-00 voor geheel het land.Alle artikelen, verslagen of mededeelingen moeten vrachtvrij aan het bovengemelde adres ge
zonden worden vóór den Vrijdag avond. Aankondigingen den regel 5 centiemen. Reklamenden regel 15 centiemen. Inlijvingen bij akkoord aan geringen prijs.
De Plaag van Vlaanderen.
Alle weken ziet men in onze gazetten eene schrikke
lijke lijst van slagen, wonden, mishandelingen en
scheldwoorden die buiten of in stad mild uitgedeeld
worden.
Er heeft geene milicieloting, geene kermis, geene feest
plaats zonder dat er tusschen kannen en glazen, bij wa
fels en koekeboterhammen wat stokslagèn en messteken
bestierd worden.
Wij hebben het nog gezeid: onze vlaamsche buiten
lieden zijn goed, eerlijk, rondborstig van karakter. De
vlaamsche boer, zoo dikwijls beschimpt en gelasterd,
heeft soms meer gezond verstand in zijnen kleinen vin
ger dan de stadsclie blagueur in heel zijn corpus.
Onze boeren verdienen geacht en aanzien te worden, zij
zijn ook de eere van Vlaanderen, zoo wel fier op den
edelen naam van Vlaming als de eerste steêling de beste.
Men mag naar onzen buiten, in hofsteden, kortwoon
sten en werkmanshuizekens gaan, om daar deugdelijk
heid, braafheid en eenvoudige eerlijkheid te zien in 't
werk stellen.
Maar, altijd dien maarer is eene keerzijde.
Er zijn zekere gewoonten en zeden zoo diep ingeworteld
zoo hardnekkig, zoo onuitroeikaar, dat men wel kan
bespeuren hoe hunnen oorsprong verre in de nacht
der tijden te zoeken is.
Bij ons oud kerelenras was de veete eene nationale
gewoonte. Eerlijk, rechtschapen, werkzaam was de
oude Germaan, maar twee dingen kon hij niet laten:
vechten en drinken. Zoo is het nog met de boerejon-
gens. Daarbij, al wie eens beleedigd was geweest, ver
gat noch vergaf die nooit, die haat wierd aangetrokken
door gansche familiën, stammen en gemeenten of gil
den, men sloeg, men vocht, men stak, men doodde altijd
voort, die haat breidde meer en meer uit en nam elke
gelegenheid van joel of weifeeste, van zomer of winter,
oogst, of jachtvermaak om de heete koppen nog lieeter,
nog hitsiger, nog wraakzuchtiger te maken.
Dit is nu achttien honderd jaren geleden, meer of
min, en wij zijn tot aan de eeuw van beschaving gesuk
keld. Schermsaksen ziet men niet meer maar knipmes
sen nog wel, en overal, 't Is bij geene male noch rond
't woens vier, noch bij den joelnacht dat men vecht,
maar bij kermissen, feesten, gelagen en maaltijden.
Dus, er is eigenlijk in den grond geene verandering. En
zijn er nog dikwijls dooden, er zijn altijd nog gekwet
sten en slachtoffers. Gansche dorpen hebben eene veete
tegen andere. Daar is 't oud woord, bij ons ten anderen
nog in zwang, de vendetta die niet alleen in 't eiland
Corsika maar hier te lande nog zeer levendig bestaat.
Zoo worden er nog alle jaren eenige familiën in den
rouw of in de droefheid gedompeld, pijn en oneer vallen
op de huisgezinnen maar de drank werkt voort. Men
vecht ook wel in stad, doch't is vooral op den buiten
dat die betreurensweerdige aanvallen plaats grijpen.
Wat kan er die kwaal beteren? Niets anders dan de
opvoeding. Merk wel dat wij niet zeggen het onderwijs,
want het onderwijs is gansch de opvoeding niet, het is
er slechts een deel van. De opvoeding moet den mensch
zacht van aard, milde van gemoed, vreedzeam, denkend
en overwegend maken. De opvoeding zal de overdreven
heid verminderen, den haat koelen; vriendelijke manie
ren, hoofschheid, wellevendheid, aangenaamheid in de
betrekkingen bijbrengen. Aan den onderwijzer staat
die taak te vervullen. Hij kan ze niet vervullen zoo hij
alleen naar de letter onderwijst. Reken- aardrijks- of
meetkunde boezemen die gevoelens niet in. 't Is met te
redeneeren, te spreken, te overtuigen, met te doen ge
voelen en begrijpen, met vaderlijk en minzaam te spre
ken dat de onderwijzer zulke vruchten voortbrengt.
Mochte ons Vlaanderen nog vele zulke onderwijzers
tellen, niet voldaan met eenige uren op de plank te
slaan' en wat cijfers of letters te schreeuwen, maar vol
gevoel, vaderlandsliefde en gezond oordeel. Zij alleen
zullen de slechte overblijfselen van barbaarsche zeden
doen plaats maken voor verlichting, verstand, gevoel
van 't schoone, 'i ware en het goede.
S.
Met voldoening deelen wij onze lezers een artikel
mede uit "l'Etoile Beige" van 10 7er 11. waarin gehan
deld wordt over onzen stadsgenoot M. Ed. Leferver. Het
is een palm te meer aan de kroon van den talentvollen
IJperschen beeldhouwer.-
Quatorze des quarante-huit statuettes qui doivent sur
monter les piliers entourant le square du Petit-Sablon
sont exposées depuis quelques jours a la vitrine de la
Compagnie des Bronzes, rue d'Assaut.
On sait que toutes ces statuettes représenteront les
anciens métiers de la ville de Bruxelles.
Celles qui viennent d'être coulées par la Compagnie
des Bronzes sont:
1. Le blanchisseur de linge et 2. le Chaudronier.
par J. Lambeaux, l'auteur du Baiser, qui eut tant de
succès au dernier Salon de Bruxelles; 3. Passementier
et 4. Leboidanger, parNamur; 5. Le gantier, par
VanBisbroeck; 6. Le teinturier et 7. Le marchand
de poisson sec. par Cli. Geefs; 8. Le brasseur et 9.
L'arquebusier- 10. Le forgeron. par Louis Cambier
11. Le meunier, par Charlier, le vainqueur du con
cours de Rome; 12. Le boucher, par Ed, Lefèver, et
enfin 13. Ucirmurier et 14. Uarchitecte, par Gode-
froid Vande Kerkhove.
Ces deux dernières statuettes destinées a l'entrée ont
lm70 alors que les autres n'ont que lm30 de hauteur.
Parmi ces bronzes de caractère et d'allures trés diffé
rents, celui de M. Lefèver est le mieux réussi. La figure
est expressive et bien campée. On ne peut y reprendre
que le masque par trop césarien.
Nos bouchers flamands n'ont rien de commun avec les
Césars, bouchers aleurheure, mais bouchers d'hommes.
L'architecte qui personnifie le métier célèbre des
Quatre courronnés est un portrait rajeuni et assez res-
semblant de M. l'architecte Beyaert, l'auteur detous les
plans du square.
Sous peu, les statuettes so dresseront sur leurs socles
de pierre; en attendant on a placé du cóté du palais
d'Arenberg la grande grille monumentale en fer forgé
qui ferme l'une des entrees. La double rampe de l'esca-
lier menant au monument d'Egmont et de Hornes vient
également d'être inise en place.
N'oublions pas que les dessins des statuettes qui doi
vent orner les piliers entourant le square du Petit Sa-
blon, sont l'oeuvre de M. Mellery.
Nous nous faisons un plaisir d'insérer dans notre
feuille, la pièce suivante que vient de nous communi-
quer Monsieur Jean Mols, de retour en notre ville
après une absence de plus de 25 ans.
M. Jean Mols, ancien directeur d'höpital militaire et
membre de la Société Royale de S' Sébastien, avait lais-
sé parmi nous d'excellents souvenirsses travaux litté-
raires et patriotiques sont connus.
Flandre au Lion.
Redding!
Het Onderwijzerscongres.
Arlon 11 september.
Dit jaar vergadert het onderwijzerscongres te Arlon,
de hoofdplaats van Luxemburg.
DE KUNSTBODE
LAS X>'
Flandre au Lion, 6 Flandra glorieuse
Toi dont la vie est pleine de travers,
Relève-toine sois plus anx.ieuse
Dis d tes filsVenez bris/er mes fers.
Souvenez-vous de ce temps magnanime,
Oü tout pliait sous ma noble fierté;
Oü l'étranger m'appelaitnom sublime
Flandre au'Lion, terre de liberté
a L'antiquité prouva votre vaillanee
Rome connut la'force de vos bras,
Et vos aïeux, vivant dans l'ignorance,
Dans leurs forêts défiaient ses soldats.
- Vous devintes des géants en furie,
Preux chevaliers, pleins de sincérité,
Adorant Dieu, mourant pour la Patrie.
Flandre au Lion, terre de liberté
Au moyen-age, on'vous vit sous les armes
Avec ardeur travailler pour les arts:
Une autre gloire éloigne les alarmes:
Aux ornements servent les étendards
Le]peupie libre au commerce s'applique;
L'esprit s'élève a la maturité
L'or du Levant inondela Belgique.
- Flandre au Lion, terre de liberté
Mais vos succès aiguillonnant la rage
Du roiféal qui voulut les ravir,
Vos bons aïeux lirent un grand carnage
De chevaliers préts k vous asservir
DArtois, comptanUsur sa vaillante épée,
Tomba puni, de sa témérité....
Puis les flamands eurent une épopee'.
i Flandre au Lion, terre de liberté!
Corpsjde métiers, franchises communales,
Cloches, beffrois appelant aux travaux,
Grands monuments voilant les cathédrales,
- Oü du progrès l'on éteint les flambeaux:
La fourbe est ld, prêchant le sacrifice,
Tronquant la loi, brülant rhumanité!...
Mais vos aïeux ont lavéjl'injustice
Flandre au Lion, terre de Liberté!
- Ainsi parlait cette Flandre adorée,
A ses enfants folatrant de plaisir
Au bord des flóts, sous la voute azurée.
Jeunesse heureuse, espoir de 1'avenir!
Dans son travail elle n'a plus d'entraves:
Partout déja brille la vérité
Les libéraux ne sont pas des esclaves;
Flandre au Lion terre de liberté!
Ypres, 12 7™ 1882. Jean MOLS-
In een gezin van mijne kennis
Was 't alle dagen twist!
Langs hier was het van huwelijksschennis,
Langs daar, van ontrouw en van list
De vrouw verweet heur man zijn feilen
Van zijne jeugd tot heden toe,
De man wilde ook de daden peilen
Van zijne vrouw in dolle woê
Maar eens vroeg iemand vol bedaren
Of zij verlegen waren, dat
Men reeds van hen in heel de stad
Geen kwaad genoeg en zei!... En jaren
Gaan sinds voorbij, maar nooit een woord
Van twist wordt in 't gezin gehoord
Komen, 1882. P. P. Denys.