IJ perscii VY eek blad
geheel het land 3,00. voor stad 2,50.
Zondag IT" December 1882. 5 centiemen het nummer. 3de jaar N1' 46.
DE KUNSTBODE VAN IJPEREN, verschijnt den Zaterdag avond; men schrijft in bij Karei Deweerdt, drukker, Rijsselstraat, 59, IJperen. De
inschrijvingsprijs is fr. 2-50 voor stad. fr. 3-00 voor geheel het land.Alle artikelen, verslagen of mededeelingen moeten vrachtvrij aan het bovengemelde adres ge
zonden worden Aankondigingen den regel 5 c. Reklamen 15 c.Voor alle aankondiging buiten de Vlaanderen, wende men zich tot het Office de Publicité, Madeleine-
straat, 46, te Brussel.
Diensteden.
Ter gelegenheid der zaak Bernays is weêrom veel
over de 'dienstbodenkwestie gesproken
Ve'e menschen gelooven als evangelie wat die lieden
voor het gerecht zijn komen verklaren.
Anderen, integendeel, noemen het alles leugen en
laster.
Ontegensprekelijk is het dat de oude, trouwe dienst
boden, die jaren achtereen in hetzelfde huis woonden,
schijnen uitgestorven te zijn.
Doch, is het niet voor een groot deel onze eigene
schuld?
De tijden zijn lastig en, om zijnen rang te houden
bespaart de burger op al wat hij maar kan, de dienst
boden uitgezonderd.
Maar, zal men zeggen, de loon is thans meer dan dub
bel bij over twintig jaar.
Volkomen, maar kan de diensbode het verhelpen dat
de kleederen die hij zich te verschaffen heeft, zooveel
duurder komen dan voorheen?
Mag zij ook niet zorgen voor den ouden dag?
Niemand toch kan haar daarvoor laken.
Het is ook eene treurige waarheid dat vele meesters
hunne dienstboden onmenschelijk behandelen.
Daar is, bij voorbeeld, eene wakke kamer in huis: zij
is voor de dienstbode.
De jicht, ziekten, enz. zijn er het gevolg van: wel het
gasthuis is daar!
Buiten den zwaren, lastigen arbeid dien den dienst
boden wordt opgelegd, wordt niet altoos gezorgd voor
gezond en genoegzaam voedsel.
Een keurig maal komt op 's meesters tafel, en de af
val, te dikwijls, is wel genoeg voor de dienstboden.
Uit dien staat van zaken is ontstaan eene veinzerij,
een bedekte oorlog tusschen dienstbode en meesters.
Wat zij niet krijgt neemt zij; ofwel zij verlaat uw
huis en gaat uwe schraapzucht verkondigen.
Gij rijdt op de tong, en dat is heel onaangenaam.
Maar gij, zegt gij immer goed van de dienstboden? Voegt
dan nog bij dit alles de zenuwen van madam.
Ach! die zenuwen! Wat heeft de meid dan toch te lij
den! Wat kan ze goed doen?
En welke verwijtsels!
Daartusschen komen ook nog, om der dienstboden
genoegen te vermeerderen, eenige kleine guiten die
eenen engel uit zijn vel zouden doen springen.
Voor papa en mama, natuurlijk, is dat eenvoudig kin
derachtigheid: en als de dienstbode klagen durft wordt
haar toegesnauwd dat zij niets verdragen kan.
Maar dat is ongehoord! roept eenige lezer; dat is las
ter, want nimmer heb ik mijne dienstboden slecht be
handeld, en immer, altoos ben ik er door bedrogen of
belasterd geweest.
Er zijn geene regels zonder uitzonderingen, maar
voor ons blijft het toch vast: Waren er min slechte
meesters, er zouden meer goede dienstboden zijn.
0 die Prospectussen!!!
Ja, ja, gij hebt gelijk, kamaraad, gij hebt volkomen
gelijk in uw gepeperd deuntje, en ik heb hier juist het
treffende bewjs van onder de oogen: Een keurig ge
schaafd prospectusken, vriend, iets d sensation, gelijk
onze zuidelijke naburen zeggen zouden,... een meester-
stuk!
Ik zou het tot doodzonde, rekenen daar den eersten
indruk van te verminderen, door voorafgaande bespie
gelingen. Hoort:
Wij hebben genoeg van al die ernstige lezingen die
ons aftobben. Een jong mensch is niet veroordeeld om
zich in zake van staatkunde het hoofd te laten vol-
praten. Er dient een tijdschrift uitgevonden te wor-
den waar al die ellendige partijpocherijen uitgebannen
zijn, welke een diepgevoelend lezer koud laten of hem
medelijdemi de schouderen doen ophalen. Heerschzucht
is wel in sommige voorwaarden niet gansch te rgis-
prijzen, maar het laat niettemin altijd de harten ledig,
alhoewel deze of gene komediant de massas behendig
weet te boeien en voor zijne stelsels weet in te nemen.
In de dagbladen de heerschzucht vleien en ophemelen
is dus eene taak die geenszins in waarde kan opwegen
tegen deze van den schrijver die zich tot gansch den
mensch, tot het hart rechtstreeks wendt.
Het moet ongetwijfeld iets edels zijn dat de opsteller
van dien prospeetus zich belooft te doen. Wil hij de
pratieke kant der redetwisten van 't Algemeen Vrede
verbond ondersteunen, en zoo bijdragen tot de verbete
ring van 't menschenras? Misschien....
De mensch werd geboren uit de liefde, hij ademt
niets dan liefde. Liefde! dit enkel woord vervult de
'«schoonste bladzijden uit de geschiedenis van het
menschdom, en onze hedendaagsche opvoed- en
geschiedkundigen schijnen het maar niet te bemerken.
Waarom? Ik vraag het mij:
Met den sterveling over iiefde te onderhouden, prik-
kelt men onbehendig de verbeelding? wekt men de
geilheid op? Kluchtigaards!... En met het tafereel der
heldendaden van menschenslachters voor onze oogen
te ontrollen, predikt gij zeker de... nederigheid en de
menschlievendheid aan? Ge zoudt geen beetje schreeu-
wen, moest men u aantijgen dat gij de dwingelandij
v vorenstaat. Dat is ook tot een streng besluit geraken;
maar denkt gij dat er meer reden bestaat een schrift
te doemen waar men de loutering der zeden betracht
door de schoonheid aan te toonen van dien drift, wel-
ke sommige misbruiken waar vindt men geene
misbruiken! in eene afschuwelijke ondeugd doen
verkeeren?
Drommels! Dat men bij het herdenken der liefde in
vuur ontsteekt, is licht te zien: Menschenhaters, dwin
gelandij, oef! Ce sont des coups d'eff'et!
Een dergelijk blad zou dus die leemte aanvullen.
De jeugd zou zich van hare dagelijksche bezigheden
uitrusten bij de lezing van iets dat het bloed sneller
vloeien doe, dat liet leven onder haar wezentlijk dag-
licht stelle. Geene menschenhaters meer, want het
blad zal lien naar die algemeene neiging terugwijzen,
hen door edele voorbeelden bewijzen dat in ieder
mensch iets ligt dat hem beminnelijk maakt. Geene
dweepers meer, want de geschiedenis van dezen of
genen rampzaligen droomer, eene gezonde bedenking
over de werkelijkheid zal lien op het rechte pad
terugbrengen. De minnende harten votiden er voedsel
in voor hun heilig gevoelen, de onverschilligen eene
vermaning, de ouden eene zoete herinnering aan ver-
vlogene dagen. Zoo kan iedereen uit dien nieuwen
schat eenen balsem of eene versterking putten.
Die nu niet overklapt is, mag hard van ooren heeten.
Wat mij betreft, van morgen reeds schrijf ik in op Lief
devuur, zoo heet het nieuw troetelkind van onze
koortsige lezers en lezeressen der bloedjeugdige high
life»: M. P. Trark kondigt hef aan in zijn nakomend
alinea.
Zulks waren mijne overwegingen toen ik het ge-
dacht opvatte met behulp van eenige vrienden een
dagblad te stichten voor de jeugd onder den naam van
Lièjdevuur.
En hij voegt erbij op lossen toon
Ons plan was spoedig gemaakt.
Waarlijk? Nu, ik heb er nooit aan getwijfeld, hoe
gestudeerd dit plan ook schijue:
A) Over den aard en de uitwerkselen der liefde (ziel-
leer).
B) De zuivere liefde. Studie op de oudheid.
- G) Uittreksels op groote schrijvers, die bovenal een
minnend hart bezaten. Bedenkingen; letterkundige
bijzonderheden over die ontleende stukken.
D) Statistiek der slachtoffers van onmatige liefde.
Oorzaken. Middelen ter bestrijding der kwaal.
E) Romanbeoordeelingen. Lijst der beste romans,
alsmede der nieuw uitgekomene.
F) Behandeling der verschillige moeielijkheden die
een huwelijk kunnen dwarsboomeu en oplossing dier
moeielijkheden. Echtscheiding.
N. B. Wet en recht wordt immer geraadpleegd.
G) Keus van omstandigheidsbrieven voor vrijers.
H) Romans over verschillige onderwerpen.
I) Symbolismus van bloemen, kleuren en geschen-
ken.
K) Verspreide gedachten en gedichten.
Alles zal in eene keurige taal zijn opgesteld.
M. P. Trark is een vindingrijk en verdienstelijk man.
Mijn vurigste wensch is dat de nieuwe uttgave van La
Rousse of Bénard's woordenboek zijnen naam melde
nevens dien van onzen grooten volkslievenden Antoine
Glesse, al liete men nog voortdurend de kleine vernufte
kens weg, in de wandeling Conscience, Ledeganck en
zelfs Bilderdijk geheeten.
Een nieuw bewijs van zijnen kraclitigen geest ligt in
de bijgevoegde N. B.:
Briefwisselingen over liefde worden opgenomen na
onderhandeling met de belanghebbenden, en dit aan
zeer genadige prijzen.
Weet ge wat er thans nog noodig is, om de toekomst
van M. P. Trark's blad te verzekeren? Een plaatsings
bureel voor belanghebbenden der twee geslachten die
drukke zaken te bepleiten hebben, zoo een tiental
spreekkamertjes, waarop verboden ingang voor het
gemeene. Vervolgens eene succursaal voor 't uitleveren
van schouwurgkaartjes (natuurlijk logiën): twee gelijke
verkenningsnummers door belanghebbenden op voor
hand genomen, en die de kennismaking verlichten, ver
re van moeders of vaders oogen. Dat maakte stellig al
de schouwburgbestuurders tot abonnenten. Kan men
het gelooven?.Zulks is tot nu toe zelfs in geen op hol
gebracht parijzer hoofd te binnen geschoten!
Niemand zal thans M. P. Trark durven tegenspreken
wanneer hij besluit:
Wij zijn verzekerd bij de jeugd veel bijval te vinden.
De zaak gaat hen immers van nabij aan, en de kost is
uitermate klein. ->
N, i, ni, fmi... Het is waarlijk spijt. Is er voor mij
geen middel, geachte Heer, van in de redactie van
't Liefdevuur opgenomen te worden?
Brussel (Laken). Albert Tendaele.
Doe stil voort.
(Naar aanleiding des zinnebeeldig en wapenschilds
van den heer De Seyn-Verhougstraete, uitgever
te Roeselare.)
De zonne zendt heur gulden stralen
Uit 't gloeiend Oosten door 't heelal;
De Lente komt en brengt herleving
In woud en veld, en berg en dal
De landman staat reeds op zijn akker
Hij zaait zijn graan met volle hand
Zijn aanzicht glanst van grootsche droomen,
Want vruchtbaar wordt zijn akkerland
DE KUNSTBODE
(LUIMIG PRAATJE.)
't Is waar we zijn in d'eeuw van 't licht.
Van al wat schoon is in 't gezicht,
In d'eeuw van speculatie!
(Speculatie. Volkslied.)