1 Weekblad voor deLandbouwcomicenvaiBnigge, Theurout, Ghistel, Dixmude en Veaine. N* 34, met bijvoegsel Negenden- veertigste] aar Zondag 20 Augusti 1011. Aangesloten bij het Verbond der Belgiesche Periodieke Drukkers, Wckelijksche Aanwijzer HET, KALK Gedurende verschillige maanden van het jaar staat het Beheer der ijzerenwegen, door de tusschenkomst van dit van Landbouw, het vervoer van landbouwkalk toe aan verminder den prijs. Het is een middel sedert eenige jareh aangewend, ten einde het gebruik van kalk uit te breiden en nogthans maken weinig land bouwers er gebruik van. Over ouds bestond een spreuk, luidende: «het kalk verrijkt den vader maar verarmt den zoon», wat door menigeen verstaan wordt, als dat het kalk den grond uit put en verslecht. Met de hedendaagsche land- bouwkennissen en de middelen om de bemes ting van den bodem te doen, moet men geens zins het gebruik afkeuren en nog veel min ver bieden. In het algemeen Wordt er eene te zui nige aanwending van kalk gedaan. Velen schij nen ier nog de goede hoedanigheden als mest en verbeteringsstof niet van te kennen. Nu dat de landen beginnen ledig te kómen en dat mien lover het vervoer aan verminderden prijs kan genieten, zullen wij de lezers aandach tig maken pp de bijzondere werking van Jiet kalk, alsmede op de wijze van toepassing. Het kalk is een voedend bestanddeel dat mten in de planten, evenals in de dierenweefsels aantrefthet heeft zelfs óp den akker eene dub bele rol te vervullen, te weten: dat het dient als plan ten voedsel en als verbeteriugsmiddel voor de landen. Het gebruik van kalk op de landen heeft een onrechtstreeksch uitwerksel Alle stukken betreffende den Op stel moeten vrachtvrij toegezonden worden aan Mme We Jan Cuypers, St-JacObstraat, 18, Brugge, en dit ten laatste den Woensdag middag van iedere week. »o« BEKENDMAKINGEN. - Bekendmakingen, per drukregel 20 cent. Groote of langdurig verschij nende bekendmakingen alsmede re- klaamartikelen betalen volgens over komst. »o« Het bureel van. M. L. Van Haver- beke, Secretaris van het Cornice van Brugge, gevestigd in de nieuwe Gent- weg, Nr 25, te Brugge, is open alle Zaterdagen van 9 tot 11 u. voormid dag. De leden der Comicen van Brugge, ihourout, Ghistel, Dixmude, Veur ne ontvangen het blad kosteloos. Alle klachten of aanmerkingen door hen te doen, betrekkelijk -een der Comicen, moeten gedaan worden aan deszelfs Secretaris. Al degenen die begeeren lid van een der Comicen te worden, of die een nieuw lid aan te bieden hebben, moeten zich te dien einde wenden bij den Sekretaris van het Cornice in welks omschrijving zij wonen. Zich voor alle inlichtingen te be vragen in het bureel van De Land man, te Brugge. COMICE VAX BRUGGE KAS VAN BELOONING AAN LANDBOUWWERKLIEDEN. »o« De afgevaardigden der Kas Op de gemeen ten, de Gemeentebesturen, die zich in den loop van het jaar met inteekeningslijsten hebben be last, worden verzocht dezelven (met hun be drag), tegen 1' September te willen inzenden bij den Secretaris der Kas, M. Cóppieters, St-Joo- risstraat, 15, te Brugge. Indien er voorstellen Van werklieden te doen zijn,'of aanvragen ten voordeele der werk lieden, gelieve men terzelfder tijd de stukken hiertoe op hetzelfde adres en vóór gezegden dag insgelijks in te zenden. SPREEKOOAl» V 204. BESPREKING IN DEN SENAAT VAN DE LANDBOUW-BEGROOTING. »o« De heer ’t Kint de Rpodebeke vraagt maatre gelen tegen de muil- en pootplaag. De heer Hanrez vraagt beschutting voor de insektenetende vogeltjes. De heer Cotteau onderbreekt om de maatre gels over den invoer van vreemd vee in Belgie te zien vergemakkelijken. De heer della Faille d’Huysse maakt den lof van onzen nationalen veestapel en bevecht de maatregels die (hem zouden kunnen benadee- ligen. Die heer iCouiller vraagt behoedingsmaatre- gels aan de grenzen om den invoer van ziek vee in Belgie tegen te houden. De heer ’tKint de Roodebeke zou begeeren volgens de besluiten van de Commissie, dat het Staatsbestuur tusschenkome in het ver voer der materialen dienende om de landbouw- wegen te herstellen. De muil- ien pootplaag neemt toe langs de kanten van Luik en in de Vlaanderen. Men be weert dat de heer Doktor Doyen eene entstof - ZONDAG 20 AUGUSTI - WESTCAPELLE: om 4 u. namiddag, open bare en kostelooze les over bieënkweek, door M. H. Danneels, van Sysseele, in het Gemeen tehuis; onderwerp gevolgen van het zwermen; moederloosheidhet rooven. - MAANDAG 21 AUGUSTI - FOore te Isenberge en te Kortrijk. Foore en Peerdenmarkt te Wervik. WOENSDAG 23 AUGUSTI - Peerdenmarkt te Mouscroen. - DONDERDAG 24 AUGUSTI - Peerdenmarkt te Dixmude. - VRIJDAG 25 AUGUSTI - Foöre te Roeselare. - ZATERDAG 26 AUGUSTI - Peerdenmarkt te Lampernisse en Thourout. - ZONDAG 27 AUGUSTI - Foore te Alveringhem. Peerden- en Vee markt te Boesinge. Jaarmarkt te Jabbeke en te Lophieim. Peerdenmarkt te Reninge. WESTENDEMaatschappij «De Vereenigde Bloementelers der Kust»Vrije en kostelooze voordracht over bieënkweek, om 4 u. namid dag, bij de bieënhalle van M. Henri Dewulf, «In de Koningin der Bloemen», door M. H. Le- pez-Marant, bieënkweeker te Manniekensvere Onderwerp: Over de vermenigvuldiging van bieën, korven en kassen; doelmatige bewerking; inoögsten van het eerste zeem; uitlezing. VARSSENAREVoordracht over boschbouw, door M. Glorie, Algemeen Wachter van Waters en Bosschen, om 4 uren namiddag, in de Ge meenteschool; onderwerp: Schadelijke insec ten en ziekten voor de bosschen. Belgiesche boomgaarden»het heeft reeds zijne werkingen begonnen en voordrachten ingericht in verschillige gewesten van het Land. Het is vooral bij middel van prijskampen dat het zijn doel wil bereiken. Een eerste vlugschrift, waarvan de strekking is zijn doel en nut te doen kennen, komt veropenbaard te worden; anderen zullen volgen nopens het aanjagend uitbaten en de handelswaarde der boomgaar den. Ik neem de vrijheid de welwillende aan dacht des heeren Ministers in te roepen op het nut der prijskampen voor boomgaarden, die over eenigen tijd in Vlaanderen met veel voor deel hebben plaats gehad; ik vraag hem het Comiteit ruimschoots door toelagen te bevoor- deeligen, alsmede de landbouw- en hofbouw- maatschappijen, die in dien zin zouden mede werken. Neem maar eens aan dat door deze gezamenlijke werking van Comicen, Boeren bonden en Hofbouwmaatschappijen, de op brengst per hectare maai' van 100 franks zou kunnen vermeerderen, dit ware voor de natio nale landbouw eene winst van 6 millioen 500 duizend franks. De heer Berger herhaalt den wensch des heeren Steurs, om twee nieuwe premien voor de hengsten te zien invoeren. Hij vraagt ook nóg verbetering voor sommige wegen. Dë heer G. Vercruysse drukt den wensch uit dat de Staat zich meer zou bekommeren met de buurtwegen en dat de gemeenten krachtig hierin zouden geholpen worden. De heer Van de Vyvere, Minister van Land bouw, antwoordt zeer kortbondig op al de hem gestelde vragenhij strekt zich enkel wat breed voeriger uit over de zoogezegde schaarschheid van vee in Belgie en zegt dat de duurte van het vleesch een wederlandsch verschijnsel is, waarmede men zich overal bezig houdt. Het middel er tegen zoowel hier als elders bestaat niet in den invoer van vreemd vee, maar wel in de vermeerdering der inlandsche voortbrenging, zoowel in groen voeder als in vee. X. óp de dieren der hofstede, met hen in grootere maat dit onontbeerlijk mineraal bestanddeel te verschaffen en meer kloekte en stevigheid aan de beenderen te geven. Het heeft ook eene dubbele werking: eene natuurkundige en eene scheikundige. Onder natuurkundig opzicht maakt het den grond losser, droger en warmer zoodanig, dat men in het najaar later kan zaai en en in het voorjaar vroeger; onder dit op dicht is zijne (aanwending geheel aangewezen om de koude toeloopende blekkaardgronden opender te maken en te verbeteren. Onder scheikundig [opzicht ontbindt het de organieke stoffen snel en stelt de Voedende zelf standigheden, die zij bevatten, beschikbaar aan de planten. Het maakt ook dat de potasch van de klei Oplosbaar wordt (en neemt de zuurheid der zure humusgronden weg. Het heeft nog de eigenschap van de schade lijke insekten te verwijderen en doet op de weiden en het klaverland het mós en het ander onkruid verdwijnen. Men zal het diensvolgens in klei- en zure gronden als verbeteringsmiddel aanwenden en op lichte en zandgronden integendeel als voed sel. Een teeken dat de grond kalk noodig heeft, is de tegenwoordigheid van schaapzurkel, hondsrebbe of kattesteert. Men mag het kalk ten allen tijde gebruiken; best in den herfst en nooit te gelijk met stal mest, ale, superphosphaat of met het zaaien; voor de twee eersten zou het de stikstof vluch tig maken, de superphosphaat zou weder in on- oplosbaren vorm gebracht worden en het zaad zou zijne kiemkracht verliezen. Oude boeren der kleistreek aanzien als noo- dige hoeveelheid per gemet, 6 kruisen of 90 zakken van 45 kilos; een kruis 15 zakken zijnde, dat ware eene hoeveelheid van 4050 kilos per gemet. De hoeveelheid is eigenlijk niet noodig zoo groot, want dan geeft het eene werking ge durende minstens acht tot tien jaar en, inge zien de pachten gewoonlijk eerder vervallen, en de boer er geene prijzij óver geniet, ware het in zijn belang van omtrent 2000 tot 3000 kilos per gemet toe te dienen en de toepassing te her halen. Op de lichte gronden, waar het kalk als voed- stof aangewend wordt, moet men de 1000 kilos niet overtreffen. Het kalk, om op het land te kunnen werken, móet gebluscht zijn en men bluscht het op het land zelf. Diaarom le,gt men het kalk in kleine hoopjes op het land en bedekt zie niet aarde. Indien er spleten in de hoopjes vallen, zal men ze zorgvuldig toedekken om het blusschen ge- makkelijker volkomen te hebben. Na eenige dagen is het kalk gebluscht en gereed om uit gestrooid en ondergeploegd te worden. Men kan lal het kalk op éénen hoop blusschen en dan uitvoeren. Anderen nog, om het hand- ■s werk te besparen, dat hedendaags moeilijk en kostelijk valt, voeren het öngebluschte kalk op het,land, slaan de groote klompen met eenen hamer in stukken, ploegen het dan onder; de verdeeling is alsdan min regelmatiger. L. Van Haverbeke. zou Ontdekt hebben. Ik zóu geerne hebben dat de heer Minister mij daarover zou inlichten. Het schijnt dat deze entstof in Frankrijk met voordeel gebruikt is geworden. M. della Faille d’Huysse. De heer Hambursin in de kamer en de heer Giatteau in den Senaat, hebben gezegd dat de gezondheidsmaatregelen aan de grens geene goede uitslagen gegeven hebben. De waarheid is dat de maatregels van den heer de Smet de Naeyer, onzen veestapel vermeerderd hebben. Van 1880 tot 1908 is dezen aangegroeid van 478.597 stuks hoornvee. De vermeerdering is van 17.000 stuks per jaar. In 1880 waren er van het zwijnenras 646.357 stuks en in 1908, 1.161.761 stuks, dus eene ver meerdering van 515.386 stuks óf 18.000 per jaar. Dit is omtrent een zwijn voor 6 inwoners. De prijzen zouden in die voorwaarden moeten ver minderen. Ik zeg juist niet dat het de inkom- rechten alléén zijn die oorzaak zijn van het vermeerderen van ónzen veestapel.; zij zijn er eene van de redens van. Moet men herhalen dat de voortbrengst der haver, eene beschutte vrucht, die in 1880 slechts 388.000 kilos be reikte, in 1907 tot 660.000 kilos beliep. De niet beschutte artikelen hebben diezelfde evenre digheid niet gevolgd. Die rechten op het vee beschermen Ongetwij feld onzen stapel tegen de muil- en pootplaag, want het is bestatigd dat deze ziekte meest al tijd uit den vreemde voortkomt; wat zou het zijn indien de grens open ware. Mien zegt dat de voorstaanders dezer rechten uithongeraars zijn van het volk. Maar het vleesch is overal in prijs gestegen, zelfs in America, die geene uitzonderingen meer doet. Die inkomrechten zijn dus de ware reden niet van den opslag van het vleesch. Het is ook ten onrechte dat men zegt dat het hier duurder is dan te Londen en Parijs.. Indien het eene waar heid is voor Parijs, zóu dit nog komen bevesti gen dat de rechten hoe duurder ze zijn en in Frankrijk zijn zie zeer hoog hoe meer het vleesch van prijs vermindert. Engeland laat geen vreemd vee binnen. De hóóge prijs van het vee ien ten anderen van al onze eetwaren komt niet voort uit de inkomrechten. Voor wat het vleesch be treft, is de reden veeleer de duurte van het voeder en het toenemen van het verbruik. Iedereen wil vleesch eten; de wetenschap ver- eischt het. De voedingsscheikunde heeft meer malen zijne leerstelsels moeiten veranderen en men hoort nu kopstukken der wetenschap die het groensel eten als een ideaal der spijzing aan bevelen. Ik meen dat tusschen die twee inte resten, de waarheid in een middenstelsel be rust. Wij vragen het afschaffen der rechten niet, zoowel in het belang der landbouwbevolking als in dit der verbruikers. Zonder de rechten zou de Belgiesche kweeker het getal zijner beesten moeten verminderen en wij zouden van den vreemde [afhangen die, zich meester ge voelende, ons duur zijn vleesch zou doen be talen. Wat zóu ter gebeuren in geval van oorlog t tusschen Epgeland en America, indien wij geen zegl dat elke dag uitstel honderdduizenden fran- J- - 1 1- - 1 Cl ITT J T T B den zijn1 onze natuurlijke leveraars. Het ware voor ons Land ontbering van vleesch. Ik vraag nog eiens dat men de standregelen zou wijzigen, die den boterhandel regelen; de huidigen geven aanleiding tot veel processen en bevoordeeligen soms het bedrog. Dit is namelijk het geval voor de boter die eene zekere hoeveel heid water bevat en bij wijlen van 30 tot 40 ten honderd beloopt. Ik hoop dat de Minister dien toestand zal doen eindigen. Die heer van de Walle vraagt dat de heden daagsche prijs van de jachtvergunningen niet zöu verhoqgd worden. De heer de Renesse zou willen dat de land bouwers vergoed worden voor de schade hun door de jagers berokkend. De heer de Ménode beveelt proeven aan met de entstof tegen de muilplaag. De heer Vercruysse spreekt over de boom gaarden; dezen groeien alle jaar aan in belang en waarde. Hunne uitgestrektheid beloopt nu tot meer dan 65.000 hectaren. Ongelukkiglijk hebben zij vijanden van allen aard. Onder de bij zonder sten kan men noemen de bloedluis bij den appelaar, het spotten en bersten bij den peerlaar, en de gpmziekte bij den kriekelaar. Voorbehoedende middelen zijn sedert lang van doen. Een jstudiecomiteit heeft zich ingericht onder den naam van «Comiteit tot behoud der belangrijken veestapel bezaten? Want die Lan-Iken schade berokkent aan den landbouw en hij vraagt dat hem kennis zou gegeven worden van elk nieuw geval, dewijl hij zelf, op eigen hand en kosten, de ziekte afdoende wil bestrij den. Doktor Doyen, van Parijs, heeft door talrij ke proefnemipgfen, de hoeveelheid bepaald van de door hem uitgevondene entstof om de dieren tegen de kwaal te beschermen, volgens leef tijd en zwaarte. Zijn middel houdt tevens de ziekte tegen tijdens haai’ broeiïngstijdperk, evenals de verdere uitbreiding in de eerste drie dagen dat men de eerste plaatselijke verschijn selen waarneemt. Het broeiïngstijdperk der ziekte is gemakke lijk waar te nemen. De geneeswijze is gemak kelijk toe te passen en is in het bereik van al len die stipt de onderrichtingen volgen. De ontdekking is zioo belangrijk, van maat schappelijk, menschlievend en staathuishoud kundig oogpunt beschouwd, dat zij zoo gauw mogelijk zou dienen bekend gemaakt te worden. De entstof van Doktor Doyen is, volgens «La Campagne», tijdschrift der landbouwvereeni- ging van Nyvel, beproefd geworden door den heer Paheau, [veearts, te Orp-le-Grand. Die proef werd genomen op eene inlandsche koei van 5 j., in een stal te Autre-Eglise (Bra- band). De koei was erg aangetast in de muil en aan de hoeven. DE MUIL- EN POOTPLAAG. Er zijn voor helt oogenblik in Duitschland nagenoeg 20.800 (hofsteden door de muil- en, pootplaag besmet. Deze geesel berokkent ontzaglijke schade aan den landbouw en de reeds zoo hooge vleesch- prijzen, stijgen nog maar voortdurend. In Frankrijk woedt de plaag al even erg. Doktor Doyen zou een afdoende bestrijdings middel tegen de muilplaag ontdekt hebben en hetzelve ter beschikking der Regeering gesteld hebben. Deze laatste legt echter zulke lamlen dige onverschilligheid aan den dag in de zaak der bestrijding van de muil- en pootplaag, dat de uitvinder den Minister van Landbouw in harde woorden zijne onverschilligheid aan de ramp, verweten heeft. Die bedoelde heer Minis ter wil namelijk, eerst een berek samenstellen, om de zaak te onderzoeken. Doch de uitvinder DE LANDMAN WMM rwji» «O-»

HISTORISCHE KRANTEN

De Landman (1862-1914) | 1911 | | pagina 1