Weekblad voor de LandbouTOBicen m Brugge, T’aourout, Ghistel, Dixmude eu Veurne. 20, met bij reegeel Z<mdag 10 Mei 1012. Vijftigste jaar» 'Aangelaten bij het Verbond der Belgiesche P.erkxlieke Drukpers. (Wekelijksche Aanwijzer Nieuwe Leden het herhaaldelijk VEEKWEEKBOND ZEDELGHEM-DORP. PRIJSKAMP op 2“ Sinxendag, om 3 ure namiddag. 400 franks prijzen, verdeeld in reeksen. Ieder lid kan in een zelfde reeks maar één prijs bekomen. Dienst der Staatslandbouwknndigen. De heer Em. Van Godtsenhoven, Slaatsland- bouwkundige, te Brugge, CYNGELLAAN, 3, (buiten de Smedepoort) is sprekelijk den Zaterdag voormiddag van iede re week, van 10 tot 11 uren. DE TUINBOUW TE AALSMEER EN OMSTREKEN (1). Men kweekt ook te Aalsmeer planten voor de forceering, zooals Syringen, Sneeuwballen, Roze- struiken. Magnolia, Prunus triloba, Malus Schei- deckeri en Lelietjes der dalen (Mujjuet). Eene eigenaardigheid van Aal.smeer is de teelt van Buksboom (palm) en Taixus, di.e derwijze opge kweekt en geschoren worden dat men er alle soorten van vormen van bekomt zooals kogels, pyramiden, zuilen, stoelen, tafels, booten, dieren, enz. (1) Deze nota’s werden opffesteld .door M». Joosens, tuinbouw- consulent van den Staat te Vilvoord^ naar aanleiding van eene reis in Holland. De Tuinbouw-winterschool te Aalsmeer. Deze school werd gesticht met het doel aan de zonen van de tuinbouwers en andere kweekers de noodige theoretische en praktische kennis te ver schaffen om zich in hun vak te kunnen volmaken. Het onderricht is er theoretisch en praktisch. De school is gesteld onder het bestuur van M. P. De Vries, rijkstuinbouwleeraar voor de streek. Hij geeft er de scheikunde en de studie der meststoffen, de bloemteelt en den aanleg van tuinen. Hij is bijgestaan 1° Door een leeraar in moesteelt, fruitboomteelt, plantenkunde, plantenziekteleer en natuurkunde 2° Door een leeraar in dierkunde en in termino logie 3° Door een leeraar in Nederlandsch 4° Door een leeraar in engelsche briefwisseling 5° Door een leeraar in Duitsche briefwisseling 6° Door een leeraar in rekenkunde, boekhouden en handelsaardrijkskunde. De school bestaat uit twee studiejaren, gedurende den Wintersemester alleen in den Zomer zijn de leerlingen werkzaam in de praktijk hetzij bij hunne ouders, hetzij elders, onder het bestuur van den leeraar-bestuurder, die gedurig met hen in betrek king blijft. Het onderwijs wordt er gevolgd door een dertigtal leerlingen. Het onderwijzend personeel hangt af van den Staat en wordt door hem betaald. Het schoolgebouw is opgericht op de kosten der gemeente en de proeftuin er aan vastgehecht staat onder de bescherming van een comiteit en onder het bestuur van den leeraar in tuinbouw, bestuurder der school en gesubsidieerd door den Staat, de provincie en de gemeente. Al de openbare besturen dragen aldus bij tot het welgelukken van die instelling, die zeer groote diensten bewijst aan den tuinbouw te Aalsmeer. ite teüeu eter Comicen van Brugge, hourout, Ghistel, Dixmude, Veur ne ontvangen het blad kosteloos. Alle klachten of aanmerkingen door hen te doen, betrekkelijk een der Comicen, moeten gedaan worden aan deszelfs Secretaris. Al degenen die begeeren lid van een der Comicen te worden, of die een nieuw lid aan te bieden hebben, moeten zich te dien einde wenden bij den Sekretaris van het Cornice vragen in het bureel van De Land man, te Brugge. SPREEKDRAAD tfr 304. De Hollanders hebben sedert lang ingezien dat, in ’t belang van den tuinbouw zelf, het er niet zoo zeer op aankomt personen, aan den tuinbouw vreemd, tot dezen stiel te brengen, dan wel de bestaande teeltwijzen van degenen die er zich reeds mee bezighouden te verbeteren. Ook hebben ze in de tuinbouwcentrums met dit doel bijzondere scholen ingericht, namelijk Te Tiel, voor fruitboomteelt Te Naaldwijk, voor de teelt onder glas (druif- en moesteelt) Te Boskoop voor de teelt van sieraadplanteu Te Aalsmeer, voor bloementeelt Te Lisse, voor de teelt van bloembollen. HET STRUIKEN DER AARDBEZIEPLANTEN. Zondag 19 Mei Belangrijke voordracht over Zwijnenkweek, door M. C. Meersseman, in de Meisjesschool, te ZAND- VOORDE-bij-Oostende, om 3 1/2 ure namiddag al de boerinnen, boerendochters en werkvrouwen der gemeente en het omliggende worden tot deze vergadering uitgenoodigd. Zondag 26 Voordracht over fruitboomkweek door M. Van Rafelghem, in het beluik van den Boerenbond, (bij H. Feys), te JABBEKE, om 6 1/2 ure ’s avonds. Alle stukken belreffeiKie den om stel moeten vrachtvrij toegeaonden worden aan Mme We Jan Cuyperi» St-Jacobstraat, 18, Brugge, en dit teat laatste den Woensdag middag van iedere week. >o< BEKENDMAKINGEN. Bekendmaking^, per drukregel 20 cent. Groote of langdurig verschij nende bekendmakingen alsmede re- klaamartikelen betalen volgens over komst. »o<— Het bureel van M. L. Van Haver- beke, Secretaris van het Comice van Brugge, gevestigd in de Nieuwe Gent- weg, N1 25, te Brugge, is open alle Zaterdagen van 9 tot 11 u. voormid dag. COMICE VAN GHISTEL Voorgedragen door Jufvr. Eugenie Van Eenoo, (Stadhuis), Ghistel en M. Seraphin Lingier, Secretaris van het Cornice M. Jules SANDERS-AMELOOT, landbouwer, te Steene. De kassen of serren van Aalsmeer zijn meest van een zelfden bouw, met dubbele helling. De grondmuren der nieuw gebouwde kassen zijn in beton. Deze zijn 6 tot 7 meters breed en 2.50 tot 3 m. hoog. De kassen voor de forceering zijn in verschillende compartimenten verdeeldde verwarming ervan geschiedt bij middel van een groot Godinkachel wet coke gestookt. Het forceer en van Sy ringen. Op den datum van ons bezoek, 3 December, was men in het volle bloeitijdperk der eerste geforceerde Sy ringen. De teeltwijze der tuinbouwers gansch verschillend met die in ons De gemeente Aalsmeer is gelegen 15 kilometers Z.-W. van Amsterdam, tusschen deze laatste stad en Leiden, neven het oude Haarlemmermeer, in Noord-Holland. De grond is er veenachtig en rijk aan humus. Hij is verdeeld in strooken, die soms niet meer dan 20 meters breed zijn, door grachten waar de water stand zeer hoog is en die als verkeermiddel gebruikt worden. Men kweekt er vooral in open lucht groenblijvende planten, zooals Rhododendron, Buxus, Thuya, Aucuba en coniferen en dat dikwijls zonder andere meststof dan bagger (slijk der grachten). Daar al deze planten wonden uitgedaan met aardkluit, vermindert de diktn van de grondlaag spoedig en het is noodig hen» met bagger op te hoogen, ieder maal dat een veld vrij komt, hetzij door verkooping, hetzij door benuttiging der pro- dukten. Deze bewerking heeft plaats in het najaar. Gedurende den ganschen Winter, ondergaat de bagger de weldoende werking van de vorst en, in de Lente, wordt de grond, opnieuw bewerkt en beplant. De gewone doenwijze om het voortzetten der aardbeziestruiken te verzekeren tenzij men zocht nieuwe verscheidenheden te winnen is van daar toe de jonge plantjes te gebruiken welke op de ranken der moederplant groeien.. Reeds van in Mei kan men gewoonlijk daarmede beginnen. De jonge plantjes zijn echter allen niet even kloekde sterk- sten bevinden zich steeds bij de moederplantzij verflauwen naarmate zij ervan verwijderd zijn. Het is dus een misslag de ranken te lang te laten wor den, om zooveel plantjes mogelijk te kunnen be zigen. Men moet het ranken der struiken beletten tot dat de aardbeziën kunnen afgetrokken worden, anders gaat al het voedsel in de jonge scheuten, ten nadeele zekerlijk van het fruit, dat zeer klein zou blijven. Na het plukken der vruchten kuischt men de planten men neemt de doode en geel geworden bladen weg, alsmede de stengels die gedragen hebbenrond de plant omspit men de bovenste grondlage, om dezelve mulzig te maken en dient wat stikstofvette, beer, sodanitraat of ammoniaksulfaat toedit versterkt de nieuwe ranken en bevoor- deeligt het wortelen der jonge plantjes. Wil men nu schoone en kloeken struiken bekomen, dan knippe men de ranken af voorbij de eerste nieuw uitgekomene plantheeft men vele planten noodig, dan kan men ook eene tweede plant op eenzelfde rank laten uitschieten, doch men moet nooit verder gaan. Men kan het wortelen der nieuwe struiken bevoordeeligen met ze wat aan te aarden. In Augustiof beter nog in September snijdt men ae ranken af tegen de moederstruik en plant de nieuwe kweekelingen op de hun bestemde plaats, wel zorg dragende de aarde tegen de worteltjes een weinig toe te duwen met de hand. Wanneer de forceering gedaan is, worden de planten uit de kassen gehaald en bevrijd van de vorst in een schuur, b. v., en in de volgende Lente worden ze op vollen grond verplant. Den volgenden Winter, snoeit men zeer kort de kleine takken die zich ontwikkeld hebben in den Zomer. In den tweeden Zomer, worden de planten in <le maand Juli verplant en, voor den volgenden Winter, zijn ze opnieuw geschikt om geforceerd te worden. Men kan ze alzoo gedurende lange jaren bewaren. Wij hebben er gezien van 25 tot 30 jaar die nog altijd goede uitslagen geven. Het forceeren van den Sneeuwbal. Het meest wordt de Viburnum opulus sterile gebruikt. Men forceert ook de Viburnum tomen- tosum in potten gekweekt. De forceering geschiedt zooals voor de Syringeplanten. Maar het duurt eenige dagen langer eer ze bloeien. Men forceert ook op dezelfde manier de Prunus triloba en de Malus Scheideckeri. Men forceert eveneens in potten gekweekt Rhododendron, Deutzia gracilis, Wisteria Sinensis. De Lelietjes der dalen worden eveneens op tamelijk groote schaal vervroegd. Het forceeren van den Rozelaar. Het forceeren van den Rozelaar geschiedt in serren met dubbele helling, van een bijzonder stelsel. Ze zijn ongeveer 8 meters breed, in het midden 3 meters hoog en op de zijden l“50. De rozelaars in deze broeikassen geplant blijven er gedurende verschillende jaren. tot dat zij uitgeput zijn. Het forceeren van den rozelaar vangt aan rond den 15 Februari en de verwarming geschiedt door verschillende Godin-kachels. De gebruikte verscheidenheden zijn Caroline Testout. La France. Maman Cochet. Maman Cochet. (witte). Frau Karl Druschki. Kaiserin Augusta-Victoria. In den Zomer worden de ruiten een weinig aan gewit en de planten worden met zwavel behandeld om de ontwikkeling der witziekte te beletten. De chrysanthemen. Chrysanthemen worden veel gekweekt te Aals meer. Deze teelt geschiedt in vollen grond ofwel in pot. Voor de teelt in vollen grond, kweekt men op één stengel, en op afstand van 15 tot 20 centimeters. Het opkweeken der planten geschiedt in open lucht en in vollen grond bij het naderen van het slecht weer, wanneer de botten gevormd zijn plaatst men over de planten eene beweegbare broeikas, bij middel van ramen en door den tuinman vervaar digd. Hier heeft de verwarming eveneens plaats met Godinkachels. Voor de teelt in potten, kweekt men de planten op één of meer stengels in den Zomer worden deze potten in den grond geplaatst om het herhaaldelijk begieten wat te verminderen. De chrysantheembloemen aldus bekomen zijn niet altijd zoo groot als ze zou len kunnen zijn. Maar gezien de besparing van arbeid, is het een der meest winstgevende teelten. De eigenlijke bloementeelt. Niet enkel het forceeren van bloemen, maar ook de teelt van sommige serreplanten voor de bloemen versiering (vei vaardigen van bloemruikers, kronen, bloemkorven, enz.), heeft een zeer groote ont wikkeling gekregen te Aalsmeer, en dat vooral dank aan de tuinbouwwinterschool aldaar ingericht. Wij hebben inrichtingen bezocht aangelegd en uitgebaat door oudleerlingen der school, o. a. deze van M. Baarse, te Aalsmeer, waar wij de culturen hebben kunnen bewonderen van Begonia Gloire de Lorraine, van Cyclamen, van varens, van Asparagus Sprengeri en plumosus, van Medeola asparagoïdes, alles gekweekt op volmaakte wijze, in serren of onder ramen met termosiphon verwarmd die al de wenschelijke verbeteringen vereenigen. De verkoop der tuinbouw voortbrengselen. Men kweekt vooral voor den verkoop op de markten der groote steden van Holland Amster dam, Rotterdam en den Haag. De kweekers van Aalsmeer zijn wonderwel gelegen voor het vervoer hunner produkten over water, hetwelk een praktisch en goedkoop middel is- Zij kweeken ook veel voor den uitvoer, en ver zenden planten en bloemen naar al de omliggende landen. GOMICE VAN BRUGGE. Voorgedragen door M. L. Van Haver beke, Secretaris van het Cornice M. Pieter SCHOUTEETEN, landbouwer, te Nieuwmunster. Voorgedragen door MM. Leon Coppieters en Gustaaf Strubbe, landbouwer, beiden te Lophem: Vrouw Weduwe Louis TIMMERMAN, land bouwster, te Lophem. van Aalsmeer is land in gebruik. De planten zijn gegriffeld op Syringa vulgaris. De gebruikte soorten zijn vooral Marie Legraye .(witte bloem). Charles X (lila bloem). Het oculeeren wordt gedaan in den Zomer op in den Winter geplante wildelingen. In de volgende Lente, worden de jonge planten afgesneden en de scheut voortkomende van de griffe- ling wordt nogal vroeg ingenepen om de vertakking van den stam teweeg te brengen. Den tweeden Winter, worden ze op grooter af standen geplant. Men snoeit op enkele oogen de vertakkingen van den hoofdstam. Het gebeurt dat de planten reeds goed zijn om geforceerd te worden op het einde van dit jaar. Gewoonlijk nochtans moet men ze nog gedurende een jaar ter plaatse laten. Men snoeit dan de goede vertakkingen nogal kort, na de zwakke takken weggenomen te hebben. Gedurende den Zomer onderwerpt men de planten voor het aanjagen bestemd aan een bijzondere be reiding. Op het einde van Juni of het begin van Juli, wanneer de scheuten hun volle ontwikkeling hebben, worden de planten met aardkluit uitgedaan en onmiddellijk daarna verplant. De stilstand in den wasdom die er uit volgt vergemakkelijkt het vor men der bloem botten. Bij het aanvangen Sedert meer dan een eeuw, is Aalsmeer bekend om deze specialiteit. Deze planten worden veel gevraagd in Engeland en in Amerika, en tegen zeer hooge prijzen verkocht. Voor sommige teelten waarvoor het gebruik van mest noodig is, gebruiken de landbouwers van Aalsmeer uitsluitend koedrek, dien ze in den omtrek bij de veefokkers aankoopen. Het gebruik van scheikundige meststoffen is om zoo te zeggen onbekend. a a De teelt, die in het begin uitsluitend sierheesters en fruitboomen behelsde, is trapsgewijze veranderd. Om de vermenigvuldiging van Rhododendrons en sommige naaldboomen te vergemakkelijken, heeft men begonnen broeikassen te bouwen. De eerste dagteekenen van vóór ongeveer vijftig jaar. Zoodra de broeikassen bekend waren, heeft men al spoedig de teelt van allerlei bloemplanten ingevoerd. Men heeft begonnen met gemakkelijke planten, zooals geraniums, één- en tweejarige planten voor bloemperken, om te komen tot de planten waarvan de teelt winstgevender is, maar dikwijls ook moei lijke!', zooals Begonia Gloire de Lorraine, Cycla men, Pelargonium, Fuchsia, Petunia, Heliotropium, Primula obconica en P. sinensis, Cineraria, Ficus elastica, Asparagus Sprengeri, plumosus en tenuis- simus, Medeola asparagoïdes, enz. Men forceert er insgelijks Syriogen, Sneeuw ballen, Magnolia, Prunus triloba, Malus Schei deckeri, Deutzia gracilis, Wisteria sinensis, Roze laar, Lelietjes der dalen, Lelies, Tulpen, Hyacinten en Narcissen. Bij het aanvangen van den Winter, worden de planten met aardkluit uitgedaan en in de nabijheid der kassen gezet. Naar gelang der behoeften, worden ze in de afdeelingen der kassen gebracht en men bekomt alxoo een opvolging in den bloei van December tot Mei. De temperatuur in de kassen gaat soms, in het begin, boven 100° Fahr. (38* Celsius)wanneer de bloemen zich vertoonen, laat men de temperatuur dalen tot 80° Fahr. (27° Celsius). Na de maand Januari is het maximum in het begin der forceering 80» Fahr. DE LANIMAN ft - -- itr'bj -■■■iitii.Mi— 1 - if i— --- i».

HISTORISCHE KRANTEN

De Landman (1862-1914) | 1912 | | pagina 1