HET NOTARIEEL EN NIJVERHEIDS ANNONCENBLAÜ Nieuwsblad voor Póperinghe en Omstreken. BanR vaq Foperlngiie Zondag1 241 October 1920. 15 Centiemen. 17e Jaar. - N' 43. PÓPERINGHE Zucht naar weelde. Schijn en waarheid. De Wederopbouw door den Staat. De Bedrijfsbelasting Dienst van Heropbouw. 1 Jaar in Stad tehuis besteld. buiten Stad met de post Buitenland 6.25 IV 7.50 fr. 10.00 fr. /Iiaiikoiidigiiigeii Stichtende cijfers. Perkament Karton voor Speldenwerksiers bruin en blauw, ter drukkerij dezer. POPERMGHENAAR Voor aankondigingen der provincie Oost-VIaanderen zich wenden tot E. DUQUESNE Zoon, Marnixstraat, 30, GENT. Telefoon 1669. /iLtiOËiiieiiieittpriiü» IJ i T Q E V E 81 Drukkerij Papierhandel, Gasthuisstraat, 15, POPERINGIIE, postcheckrekening tlr 15570. Berichten 50 cent. de regel.Notarieële berichten 50 cent. Rechterlijke Eerherstellingen en vonnissen 1 fr. 50 de regel.Rouwberichten, niet boven de 10 re ken 5 fr. Grootere herhaalde annoncen, prijzen op aanvraag. Alle annoncen zijn vooraf te betalen en moeten voor den vrij dag noen ingezonden worden. De lezers van De(n) Poperiughenaar weten dat de priesters ook hunne armtierige jaarwedde hebben zien verhoogen. Eerst aangevraagd door Mgr Keesen, dan overge nomen en voorgesteld door Minister Vande- velde, wierd die aanvraag om vermeedering door de kamers onderzocht en gestemd. De socialisten verklaarden dat zij zich bij die stemming zouden onthouden. Z'hebben wel gedaan. Voor den lezer nu die zou vragen of die socialiste Minister, die hevige doch sluwe Gods vijand, nu al met eens zoo innig bekeerd is dat hij de priesters wil beletten van hon ger om te komen, wil ik nu de woorden van Vandevelde zelve overschrijven om te too- nen wat sluwe, oneerlijke Judasziel dien vent leven doet. Doch alvoor daar van te spreken eerst een woordeke over dit pensioen zelve. Waarom worden de geestelijken door den staat betaald? Omdat de staat die jaarwedde aan de priesters schuldig is. De kerk op het einde der 18e eeuw bezat overvloedig veel goederen. Kerken en andere gebouwen, bosschen, hofsteden, uitgestrekte landerijen, renten enz. mieken haren rijkdom uit, en de opbrengst daarvan liet de priesters leven. Dan kwamen de Franschen en wat ze eerst in hun land gedaan hadden, deden zij hier ook. Ze legden de hand op den eigendom, en ontstolen de kerk alles. Die aangeslagene goederen noemde het volk zwart goed en menig ouderling kan nog hofsteden of landerijen toonen die eens zwart goed waren. De staat nu, die die aanslag pleegde, zag toch in dat hij een schurkentrek begaan had, en wat deed hij? Hij verklaarde dat hij zelf zou zorgen voor de geestelijken en hun in vergoeding 'n. jaarlijksche wedde geven. De kerk stemde daarin toe, en zoo betaal de Vrankrijk de priesters. Als wij na 1815 aan Holland gerochten deed Holland hetzel ve, en als we in 1830 vrij kwamen verklaarde het nationaal kongres dat de grondwet miek, dat het ook die schuld zou betalen omdat die schuld 'n waare staatsschuld is De staat, zoo zegde zij, moet die schuld betalen omdat hij het kapitaal in de handen heeft. Nu, een staat, al warehij lijkBelgie, door socialisten bestierd, 'n mag nog 'n kan juist niet vlakaf zeggen: Wij betalen u niet meerlZoo zou hij ook aan de menschen wiens geld hij ontleende kunnen zeggen Wij hebben nu uw geld, maar intresten krijg* ge nietDat ware een schurken streek. Dus ofwel de staat betaalt niet meeren dan moet hij het gestolen goed weergeven, ofwel de staat behoudt dit goed en dan moet hij betalen. Er is geen middenweg, en de liberale Jourez mag nog zoo luide roepen dat die re dens niet 'n gelden, die waarheid blijft toch zoo. Meer nog. Eertijds schreef een andere liberaal, Frick bij name, die eerlijk genoeg was om die schuld te herkennen Het budjet van den eeredienst beteekent dat de staat tus- schenkomt om 'n godsdienstige gezindheid waaraan menige burger behoefte heeft, in 't bestaan te houden. Zoo handelen is maar recht en redelijk niets meer. Eene vraag nu, lezer. Is de godsdienst noodzakelijk aan de sa menleving Ongetwijfeld! En hoe meer die stroom naar ontkristening en goddeloosheid onder de menschen voortrolt, hoe meer ook langs alle kanten benauwde stemmen opgaan, om de menschen toe te roepen toch te willen oplettente wil'en terugkeeren naar het oude geloof dat zoo voortreffelijk in den ouden TIJDENS DÉN OOK LOG. 4. Uit mijn dagboek. 19M. Zaterdag 12 December. - Betrekkelijk rustig in stad: toch nog immer eene groote garnizoenstad. Zondag 13 December. Nu en dan wat kanongeschut doch niet zeer hevig Generaal Joffre is weer in Póperinghe waar hij ver nacht in het huis Vandenbulcke. Men voor spelt ons aanstaande goed nieuws. Maandag 14 December. Het kanon is geweldiger. Franschejagers te peerd op; iets wat we sedert lang niet meer gezien hadden. De verbondenen vallen vandaag aan. Yper werd weer erg beschoten. Dinsdag 15 December. Wat geschut. Veel gekwetsten. Woensdag 16 December. Kalme nacht. Wat kanongedommel. Veel beweging van voorraadwagens. Een d. vlieger laat 2 bom men vallen te Rousbrugge. Donderdag 17 December. - Dezen nacht nog al veel beweging. De dag was stil. De bondgenooten gaan wat vooruit. Begin van brand in de poort van het nieuw stadhuis. 's Avonds zien wij lichtsignalen. katechismus neergeschreven staat, zoo niet dat vreeslijke ondergang te wachten staat! En ziet, dp stint hefjfoU «engjpifianppli- licmann'en," veldwachters, al mannen die moeten zorgen opdat de orde in de samenle ving zou blijven bestaan, en hij zou dezeniet betalen die aangesteld zijn om aan het volk, door hun woord en hunne werking, den godsdienst, bronne van vrede en ge'uk en welvaart aan te leeren De staat betaalt de onderwijzers. Die moe ten de kinders enkele jaren leeren lezen en schrijven en zorgt mede voor de opvoeding. Maar bestaat er ware opvoeding zonder diep gevoel van eerbied? En is de godsdienst niet de beste school waar eerbied voor eigen persoon, voor oversten, voor zijnsgelijken diep in het hert wordt geplant? Err verdie nen deze die aan de kinders dien godsdienst leeren ook niet eene vergelding? Och zegt niet: Waarom moeten menschen die niet gelooven betalen om nen godsdienst in stand te houden waarvan ze niet willen; als't zoo is: waarom moeten wij betalen voor goddelooze scholen de beste broeikas sen voor socialisten? Daar willen wij ook niet van! Waarom moeten wij betalen om theaters, museums, en andere openbare gebouwen waar we misschien nooit nen voet zullen zetten, te onderhouden? Waarom moeten wij helpen de twaalf duizend franken betalen aan de socialiste kamerleden 't En is waarlijk niet om van hunne geleerdheid of groote welsprekendheid te mogen genie ten Z' en hebben noch het eene noch het andere Neen alzoo spreken heeft geen zin. Ieder een moet het zijne bijdragen voor 't geen de gemeenschap in haar geheel of ten deele aanbelangt: en daar nu ook de godsdienst aan zoo menig leven hulpe en troost ver schaft; aan zoo menig jong herte eerlijke jeugd laat beievenzoo moet iedereen, welke ook zijne zienswijze weze, helpen om den godsdienst te bewaren en hem te onder steunen en zoo beneven het betalen eerier staatsschuld heeft dejaarweddeder priesters nog den zin eener schuld van dank voor bewezene diensten. Vervolgt. De ss 5 8 sn 3 lf jIs si waar «1st stelsel liet eerst weivl toegepast. Onze lezers weten hoe minister Jaspar, na lang talmen, zich eindelijk aangesloten heeft bij het stelsel van den wederopbouw door den Staat, door zijn voorganger den heer Renkin ingesteld. Nu overal in onze verwoeste gewesten aanbestedingen volgens deze grond slagen worden uitgeschreven, zal iedereen er ongetwijfeld belang in stellen te vernemen, met welke uitslagen dit stelsel voor het eerst in de provincie Luxemburg werd toegepast. Efe aan besteding voor de opruiming en den herbouw van de vernielde huizen in deze pro vincie had plaats op 27 Maart 1.1. In April werden de werken toegewezen aan de Na tionale Maatschappij der Bouwnijverheden Société Nationale des Industries de Con struction ofS. N. I. C welke verreweg den laagsten inschrijvingsprijs had gesteld. Da delijk werd overal het werk aangevangen en, toen de heer Renkin einde Mei als minister van Birinenlansche Zaken aftrad wasa! het puin der vernielde huizen opgeruimd, terwijl op vele plaatsen de fundeeringen reeds be gonnen waren. Gedurende het tijdperk van onzekerheid nopens de ministerieele voorschriften in zake wederopbouw, dat volgde op het ontslag van den heer Renkin en zijn opvolging door den heer Jaspar, ondergingen de werken in rijj< gen wil en dank der Maatschappij, die toen de beste harer arbeidsmachten naar Frank- za^nlhvijke.v ■:j Eerst na de vergadering der Hooge Ko ninklijkeKominissarissenop 14 Augustus 1.1. en waarop de heer Jaspar zijn beslissingen in zake wederopbouw der verwoeste gewes ten uiteenzette, konden de werken op groote schaal hervat worden. Hoe zij sedertdien vorderden, blijkt uit volgende cijfers, die ons van bevoegde zijde werden meegedeeld Op 21 Augustus was de toestand als volgt in de verschillende dorpen waar het herop- bouwingswerk niet geheel was stilgelegd: 17 huizen stonden onder dak; 41 huizen hadden hun romp in aanbouw; 33 huizen hadden hun fundeeringen vol tooid of aan den gang; 311 arbeiders waren aan deze werken bezig. Zeven weken later, op 10 October 1.1., was de toestand: 61 huizen stonden onder dak; 78 huizen hadden hun romp in aanbouw 61 huizen hadden hun fundeeringen vol tooid af aan den gang; 703 arbeiders waren daaraan werkzaam. Op 21 Augustus stonden er dus 91 huizen iri aanbouw zeven weken later was dit getal reeds gestegen tot 200, zonder te rekenen dat er op dien datum al 41 andere binnensgereed stonden. En men verlieze niet uit het oog dat de wederopbouw in Luxemburg veel ingewik kelder is dan elders, door dien schier al de geteisterde dorpen op groote afstanden lig gen van spoorwegen of buurttrams en een groot deel der bouwmaterialen van elders moet komen. De stijgende verhouding in de cijfers hier boven doet denken aan eene fabriek die ha ve produküe steeds-ukbrci R. Zoo ook voert de Nationale Maatschappij der bouwnijver heden als aannemersfirma elke week haar productievermogen op, om wellicht in de naaste toekomst duizenden huizen per jaar te kunnen herbouwen. Deze verrassende uitslagen zijn te danken aan een voortreffelijke methodische werkin richting; ter eere van de aannemingfirma S N. I C weze hier aan toegevoegd, dat zij steeds met de meeste nauwgezetheid het lastkohier naleeft en tevens de beste mate rialen gebruikt. Uit voorgaande gegevens blijkt ten andere dat de wederopbouw door den Staat de be ste uitslagen kan opleveren, zoo hij overal, even methodisch en met evenveel spoed uit gevoerd wordt gelijk de S. N. 1. C. het in Luxemburg doet. De wijze waarop deze maatschappij zich aldaar van heure taak kwijt is trouwens eene bevestiging op voor hand van de schitterende vooruitzichten die haar van bevoegde zijde voorspeld werden. Vrijgesteld Inkomstminimum In het Staatsblad van 16 October wordt een Kon. besluit opgenomen, te Sao Carlos (Brazilië) 11 October 1920 gegeven, waarbij het vrijgesteld inkomstminimuna wordt gewijzigd als volgt 2.100 frank in de gemeenten van minder dan 5,000 inwoners (vroeger l,80d,fr.) 2.400 frank in de gemeenten van 5.000 tot minder dan 15.000 inwoners (vroeger tb 100); 2.700 frank in de gemeenten van 15.000 tot minder dan 30 000 inwoners (vroeger 2.400); 3.000 frank in de gemeenten van 30.000 tot minder dan 60.000 inwoners (vroeger 2.700); 3.600 frank in de gemeenten van 60.000 Luxemburg een groote vertraging, zulks te- jinwöners en meer (vroeger 3.000) Vrijdag-18 December. Aanhoudend ge schut. Veeltroepen trekken op, bijzonderlijk cavalerie. Te lande hooren wij duidelijk de geweerschoten. Zaterdag 19 December. Veel beweging. Plechtigheid op de markt: Zouaven ontvan gen het eereteeken in 't aanzijn van gansch het regiment. Zondag 20 December. Heldere dag. Zes, zeven duitsche vliegers'kotnen over: geen bommen. Vliegersbominen in Woesten en in Rousbrugge. Maandag 21 December. We hooren he vig het kanon. Het gesticht van het H. Hert te Yper wordt hevig beschoten. Wezien van daag een paar honderd engelsche peerdega- sten. Dinsdag 22 December. Stilte. Geen nieuws. V/oensdag 23 December. We hooren het kanon meer dan naar gewoonte. De vijand geraakt niet nader, maar we beginnen ook te vreezen dat het spel nog zoo gauw niet zal gedaan zijn. Donderdag 24 December. Hevig en aanhoudend geschut. Zes groote nieuwe fr. kanons 120 lang) op. Weer militaire plech tigheid op de markt. Men zal eene tramlijn leggen van Póperinghe naar Dickebusch Vrijdag 25 December. Kerstdag. Gansch den nacht kanongebulder. Overal in de ka pellen middernachtmissen. Om 3 1/2 ure hooren wij de klokken die op nieuw mogen galmen. Dag van vrede? en op korten af stand van hier zijn de menschen bezig met malkaar uit te moorden, en hier dwalen duizenden ongelukkigen rond, zonder dak zonder brood... Vrede? Zeer groote bewe ging geheel den dag. 's Namiddags op de markt concert door 't muziek der zouaven. Zaterdag 26 Decegiber. Hevige koude. Vorst, sneeuw. Niets bijzonders. Zondag 27 December. Kalmte. Nog jeens concert op de markt. Maandag 28 December Geen taieuws. Dinsdag 29 December De soldaten zijn verminderd. Eenige soldaten komen van den strijd. Woensdag 30 December. De beweging was weer op zijn hoogste, eenlegerafdeeiing komt uit den strijd. Donderdag 31 December. Nog buiten gewone beweging. Gansch den dag hevig kanongeschut. Ook kanons worden terug gevoerd. I1H5. Vrijdag 1 Januari. Nieuwjaar! Gansch den dag hevig kanongeschut. Weinig bewe ging en weinig soldaten in stad. De brou wers slaan de prijs van het bier op. Zaterdag 2 Januari. Stilte. Omzeggens geen beweging. Ministerie van Binnenlandsche Zaken. PROVINCIE WEST-VLAANDEREN. De Gouverneur van West-VIaanderen heeft de eer de volgende maatregelen, door den Heer Minister van Binnenlandsche Zaken genomen, ter kennis van de door den Staat niet aangenomene gemeenten, te brengen. I. Voorschotten aan de geteisterden voor het in staat van bewoonbaarheid stellen of voor het wederopbouwen van door oorlogsfeiten be schadigde of vernielde onroerende goederen. Voor schotten kunnen toegekend worden voor het bewoon baar maken of voor het wederopbouwen van bescha digde gebouwen. Men moet de herstellingen bepalen bij de streng noodige werken, om het huis bewoonbaar te maken, met uitsluiting van alle uitgave voor te volmaakte voltooiing of weelde. Het bedrag van het toegestane voorschot mag de som van 30.000 fr. per gebouw niet overschrijden. Het te verleenen voorschot mag tot 30.000 fr. be dragen voor eene landbouwonderneming, waarvan de uitgestrektheid de 20 hectaren niet overtreft. Voor een belangrijker bedrijf mag er een bijkomend voor schot van 1000 fr. per hectare boven de 20 hectaren verstrekt worden, zonder dat het geheel bedrag hooger dan 50.000 fr. mag beloopen. Deze maatregel is zoowel voor de niet aangenomen als voor de aangenomen gemeenten van toepassing. In de niet aangenomen gemeenten, zullen de voor schotten toegestaan worden door den Gouverneur in overeenkomst met den Hoofdcommissaris bij de Rechtbank van oorlogsschade. De aanvragen tot voorschotten moeten ingediend worden bij de gemeentebesturen waar het geteisterde goed gelegen is. De aanvraag zal vergezeld gaan van eene kosten berekening der uit te voeren werken uitgaande van den aannemer, die de werken wil uitvoeren. Een be stek opgemaakt door een bouwmeester kan volstaan. De aanvragen zullen door de zorgen van het gemeen tebestuur aan den Gouverneur van West-VIaanderen Dienst van Heropbouw overgemaakt worden. De geteisterde die wenscht gebruik te maken van hierbovenaangehaalde schikkingen zal eene aanvraag moeten opstellen volgens hiernaaangeduid model. Er dient eene afzonderlijke aanvraag en een afzon derlijke kostenberekening der uit te voeren werken ingediend te worden voor ieder onroerend goed dat men wenscht te herstellen of wederop te bouwen. Voorschrift van aanvraag tot voorschöi. den19 Weledele Heer Gouverneur, Ik heb de eer Ued. krachtens de wet van 24 Fe bruari 1919, het koninklijk besluit van 9 April 1919, en de ministerieele omzendbrieven van 17 en 24 Augustus laatst, een voorschot op de vergoeding voor oorlogsschade, aan te vragen. A. Naam, voornamen, plaats en datum van ge boorte, nationaliteit en adres van den geteisterde B. Plaats waar de schade werd aangericht C. Bedrag van het gevraagde voorschot D- Bedrag van de schade 1° Bedrag van de som die op 1" Augustus 1914 zou noodig geweest zijn om het geteisterde goed te her stellen (of wederop te bouwen) 2° Som thans noodig voor het herstellen (of weder opbouwen) van het geteisterde goed E. Bijzonderheden die toelaten een oordeel te vellen over de werkelijke en dringende behoefte die de aanvraag wettigt F. - Wijzen waarop de voorgeschoten sommen zullen worden besteed G. Stukken gevoegd bij de oorspronkelijke aan vraag H. Bedrag der totale oorlogsschade ingediend bij de Rechtbank voor oorlogsschade. I. Nummer van het ontvangsbewijs Ik bevestig' dat deze documenten en verklaringen nauwkeurig en echt zijn. (Handteekening.) II Wederopbouw van woonhuizen vat: bijzonderen door den Staat Voor de niet aangenomen gemeenten moeten de in gang/zijnde contracten of genomen verbintenissen om door oorlogsfeiten vernietigde of beschadigde ge bouwen wederop te bouwen of te herstellennatuur lijk uitgevoerd worden Wat betreft wederopbouwingen of herstellingen door den Staat van onroerende goederen betreffende welke de Staat geene verbindtenis heeft aangegaan voor 15 Juli 1920, eene voorrang wordt verleend aan de door den Staat aangenomen gemeenten. Er dient echter een programma van heropbouw voor de door den Staat niet aangenomene gemeenten voorbereid te worden. Diensvolgens zal er nota gehouden worden van alle aanvragen tot wederopbouw die zullen opgestuurd worden naar den Gouverneur van West-VIaanderen Dienst van Heropbouw De uitvoering zal voorbereid worden. Vooraleer nieuwe onderrichtingen uitgevaardigd worden, zullen er echter geene contracten met de geteisterden geslo ten worden. Wij verzoeken nogmaals beleefd al onze abonnenten, voor verandering van verblijf of voor alle klachten, over niet-bestelling van nummers van ons bladzich rechtstreeks te wenden tot het post be heer. 1 "MH" Een zonderling verschijnsel van onzen tijdhoe meer men hoort klagen over de levensduurte, hoe meer ook de zucht naar weelde onder de menschen ontwaakt is. 't Is alsof er een soort wediever ontstaan ware om elkaar door uiterlijke praal te verblin den... en te verdooven Voorheen, in den goeden ouden tijd, waar van vele lieden nochtans met minachting of met een schouderophalen spreken, toen was ons Volk zoo weinig mogelijk bekommerd met den opschik. Wel was men proper en netjes afgeborsteld, maar bij de vrouwen kwam nooit de gedachte op zich derwijze te kleeden dat zij een voorwerp konden zijn van verergenis. Men zorgde eerst en vooral voor de maag wanttoen was het spreekwoord nog in eere Buikje vol, harteken lust!» Eerst dan, als iu die behoefte voorzien was, waagde men het te denken aan het tooisel, dat evenwel nooit de palen der welvoeglijk heid overschreed. De vrouwen beschouden zich toen als vrouwen niet als luxe paarden 't Was de tijd van de goede, eerlijke zeden, de echte goede tijd Wat heeft de wereld sinds dan een loopje genomen 1 En, ongelukkiglijk, niet in het voordeel der stervelingen die op onze planeet eiken dag een stap nader bij hun einde doen. De menschen laven zich thans met volle teugen aan den genotsbeker. De levensweg ligt thans bezaaid met allerlei hinderpalen, maar daarvoor heeft men geen oogen. Men wil, ondanks alles, pralen en pronken, zand in de oogen van zijne medemenschen gooien om voornaam» te kunnen schijnen. En zij, die dat doen, voelen niet eens dat ze juist het tegenovergestelde bewerken en doorgaan voor heel wat anders dan ze het wenschen en dat ze, misschien ook wel, eigenlijk zijn. Och beste menschen, sluit toch uw hart en zinnen voor de praal- en de genotzucht. Weest eenvoudig, zoo eenvoudig mogelijk, en ge zult ook niet gekweld worden door sommige hartstochten welke den zoeten vre de des gemoeds vergallen. En gij, beste meisjes, vrouwen, toont dat ge iets zijt uit u zelve en dat het niet noodig is door schoone kleederen iets van u te ma ken. Verbant de pronkzucht en den ijdelen tooi en vergeet niet dat, zoo gij al te veel beslag maakt van uwe kleeding, de openbare meening van u denkt dat gij in waarheid niets zijt. Zondag 3 Januari. Gansch deze week is uiterst kalm en stil Weinig geschut en weinig beweging. Een vluchteüngstrein ver trekt uit Póperinghe. De Zaterdag 9 Januari krijgt Oostvleteren een 35 tal obussen. Zondag 10 Januari. Groote beweging. Weer een trein voor vluchtelingen. Het is dringend maatregelen te nemen tegen de typhus Maandag 11 Januari. Vandaag trekt een Zeppelin over. De rechtbank van le aanleg van Yper wordt overgebracht naar de zaal van het Vredegerecht in de Vlaming straat. Eene optelling meldt nog 5000 vluch telingen in stad en 7000 te lande. Dinsdag 12 Januari. Bij plakbrief wor den de vluchtelingen bevolen de stad te ver laten. De gendarmen gaan van huis tot huis... op jacht! De typhus neemt uitbrei ding. 't Kasteel Dhondt wordt tot burgerlijk gasthuis ingericht. Wij hooren vandaag he vig het kanon. Woensdag 13 Januari. Nog het kanon. Om 8 uren moeten al.de herbergen gesloten. Donderdag 14 Januari en Je twee vol gende dagen is er nog al wat beweging van fr troepen. Weinig geschut. Alle dagen een vluchtelingstrein; 'de vluchtelingen minde ren nu nog al rap in getal. Z.ondag 17 Januari. Joffre, Foch enz. vaaMerris, Cosyoei Cie. SCHAALSTRAAT, 6. PÓPERINGHE. Loopende Rekeningen. Geldplaatsingen op korte en lange termijnen Beursbewerkingen. Wissel van vreemde gelden. Leeningen op titels. Bureelen open alle werkdagen van 9 tot 12 en van 2 tot 4 ure. Den Vrijdag van 8 1)2 tot 12 en van 2 tot 4u. Den Zaterdag van 9 tot 1 ure namiddag. Alle Stortingen op loopende rekening aan 3.50 Alle Stortingen op 6 maanden aan 4 Alle stortingen op langeren termijn over een te koinen. in stad. De fr. zanger Botrel komt zingen in het lokaal der Philharmonie. Vandaag en volgende dagen is er weinig beweging, soms een weinig kanongeschut. Vrijdag 22 Januari. Met het helder weder krijgen wij bezoek. Een zevental bom men vallen dicht tegen stad, bachten de hui zen en verrichten geen kwaad. Er waren verscheidene brandstichtende bommen bij. .Zaterdag 23 Januari. Heden nacht wat geschut. Bezoek van een vlieger die eene bom lost bachten 't Kollege. Onlangs werd in de Noordstraat n. 36 een Moederhuis op gericht; vandaag wordt de eersteling ge doopt. Zondag 24 Januari. We vernemen dat Duinkerke gisteren 80 vliegersboinmen kreeg! Z. E. H. De Brouwer, deken van Yper wordt door Z. H. de Paus aangesteld met bisschoppelijke macht voorhst onbezette Belgie. Op bevel van den Koning worden de vreemdelingen niet meer verontrust. De ze week weinig nieuws, gewone beweging, nu en dan wat geschut. De Zaterdag 30 Ja nuari lost een duitscher twee bommen rond de statie. Vervolgt.

HISTORISCHE KRANTEN

De Poperinghenaar (1904-1944) | 1920 | | pagina 1