llaaf den Afgrond
HET NOTARIEËL EN NIJVERHEIDS ANNONCEN BLAD
Nieuwsblad voor Poperuighe en Omstreken.
ELECTRICI TUT
Fragment mtree uiaminch
De eiectriscne energie
in oe verwoeste oewesiee.
Zondag 20 Januari 1924.
15 Centiemen
21' Jaar. - 3.
Apotheek Frans hu de Plas
GEDACHTEN.
TRAMSIN
Abonnemeatprijs
Sansen=Vanneste,
Uit het herlevend Vlaanderen.
|p|S
mÊmÊÊËimÈËËÉSÊÈm
I>E
GEMEENTEHUIS
Oorlogssch a de
P olitiek O verzieh t.
De identiteitskaart.
Het verlof der bezettingssoldaten.
Gedenkteeken in Holland.
Geheime Dossiers.
Getalsterkte der officieren.
Het antwoord van Belgie.
Voor de Veldwachters.
Duitsche verzekeringsmaatschappijen.
Het proces Coppée
Hoeveel ze kosten
Nog het Separatisme.
En onze frank
Het proces der opgeëischten.
Militaire bezuiniging.
Normaalscholen.
LICHT - DRIJFKRACHT
De Lotdagen
Alle Bankverrichtingen aan de beste voorwaarden
Geldbelegging op zicht, op kort en lang termijn
Vreemde munten aan de voordeeligste koersen.
BEURSORDERS - INLICHTINGEN - KOEPONS.
per Jaar
In Stad fr. 6.50
In Belgie &rt 8.50
Buitenland 13.00
Uitgever
Drukkerij,
Papierhandel,
15, Gasthuisstraat,
POPERINGHE
Telefoon nr 9.
Po8tch»okr»ksning
nr 15570.
PRIJS
BERICHTEN,
VERKOOPINCEN,
Eene inlassching
0.60 ctn per regel.
2 en 3 inl. o.5o ctn
VGHBISSEI,
i 5o ir. per regel.
ROUWBERICHTEN,
5 fr. voor 10 reg
Herhaalde Annoncen
prijzen op aanvraag
Alle annoncen zijn
vooraf te betalen
en moeten voor den
Vrijdag ingezonden
worden. Kleine
berichten tegen
den Vrijdag noen.
PEBMENMR
Een weinig teenegaar was de Vlaamsche
gedachten nu tot in de Volkslage doorge
drongen ze werd er besproken en verhan
deld, doch voortdurend metonverschilligheid,
als entwat dat geen eerde aan dendijk brengt.
Zelfs in Kamer en Senaat waren de Vlaamscne
grieven te berde gekomen. Eenige tuitjes
wet werden zelfs de Vlamingen als mond-
stoppers toegeworpen, doch de vier gene
raals, de vijf magistraten, de zes advokaten,
de zeven bankiers en de acht Brusseieers,
die Belgie aiover de koppen van koning en
ministers willen bestieren, hadden om die
tuitjes Vlaamsche wetjes zoodanig gehuild,
dat de ministers een verregaande kolieke
betrapten var. schrik en de tuitjes wetjes in
de dooze staken en ze'r lieten, tot de jongen
tjes uit Vlaanderen vanher zouden moeten
gepaaid worden met een suikertuitje door
een traliehekken.
Het kiesstelsel had toch groote verande
ringen ondergaan nu waren er te lande al
veel kiezers, zelfs onder de werkende klas.
in de groote centers liep er een kudde naar
de socialistische klakmolens, een kudde
naar de katholieke prêekers en een bendeke
naar de liberale feticheurs, maar te lande
bleef het oud stelsel in zwang 't was er
voor de goêof voor de slechten.
Nu was het geen mijnheer markies de la
Ferblanterie meer, die tot het boer en het
werkman sprak, maar rasvlamingen, die
prachtige redevoeringen aidopten, de
Vlaamsche zaak ophemelden en er den
zegepraal van voorspelden, doch eindigden
met godsdienst, vlaamsche beweging en
politieke in één koeke te slaan, den eeuwigen
katholieken koekc, om tot de broodnoodige
eenheid te komen in de partij, tot meerder
welzijn van onze moeder de H. Kerk.
Hieruit volgt natuurlijk, dat het doordrij
ven der Vlaamsche gedachten per sneltrein
botste tegen den wil en de weerdigheid van
de gekozenen, die de Vlaamsche zaak met
den koffiemolen voerden, om persoonlijke
ongevallen te vermijden. Vandaar banvloe
ken, dwang, muilebanden, ontstemming,
verlamming en ontmoediging. Vandaar ook
de belemmering van een prachtig, levensge-
vend en zielesterkend ideaal, dat ns Vlaam
sche volk, als geëlictriseerd, uit ellendige
geestesversultheid, tot hooger leven, weer-
digheidsbesef en fierheid hadden kunnen doen
oprijzen en hem ontmaken van dat vervloekt
heidensch sport en uitstalling van brutale
macht en kracht waarom het overal gekend
en uitgebuit werd, hier en in den vreemde,
en waarom het alleen kroonhalst.
Nu waren de gazetten, zelfs dagbladen,
tot de kortwoonsten toe ingedrongen. Om
van de mode te zijn, dienden de bladen ook
nu en dan een schoteltje Vlaamsche gedac te
op in een suikerwatersauske men slaapkop
pen toebreid, maar de oogen van de landsche
menschen zochten eerst het verslag op van
moorden en branden,dan deze van de baan-
koersen, om te eindigen met de Vlaamsche
aangelegenheden te lezen, omdat ze toch
hun blad betaalden en de volle maat ware
voor hun eens en half wilden hebben.
Al het geweld en de geestdrift voor Vlaani-
schen aard, Vlaamsche zeden en herwording,
zat in de studeerende Jeugd, dit met eene
overtuiging en een geloof om bergen te ver
zetten, doch, veel studenten, eens in den
levensstrijd gewikkeld, vergaten hun ideaal
voor de korste broods, die in Vlaanderen
zoo lastig te winnen was, zoo vaak over-
jeucd was, en, zelfs, voor een niet onttrokken
werd. En daarom waaiden veel idealen af
van prachtige jongens, die mettertijd onbe
nullige doch pratische mannen werden,
mannen die aten en dronken, hun geld be
tastten en met hun vervlogene zieleschoon-
heid schimpten, als met kinderspel.
Niets stond hooger aangeteekend in be
stuurlijke middens, dan een vlaamsche
zonde voor een niet werden de edelste
menschen gebroken, gekraakt en achteiuit
gegooid als mul. Groote verstanden-in-wor-
ding en rijkbegaafde geesten ontvankelijk
voor hoogere wetenschappen, werden onder
den domper gedouwen en te midden hun
opgaan stopgezet. Dit liet de landsche men
schen koud ze wisten of ze 'n wisten niet,
en, als ze 't wisten en dat komt altijd uit
staken ze eens de koppen bijéén en
fezelden wat zit er daaronder Maar, deze
uit de bovenlaag, die het wisten, ruiden en
knulden vol wrok in het stille, zwegen in het
openbaar uit dwang of plicht, doch sloten
de vuisten en raasden tusschen de tanden
nog een martelaar 1
Er ging een echte diepen haat uit de frans-
kiljonsche middens tegen alle bevorderaars
der Vlaamsche gedachten en die-n haat zette
zelfs hooggeplaatste mannen die in zich
de grootmoedigheid hadden moeten verzelf
standen aan tot de grofste laagheden
bespieding, belaging, verklikking, aankla
ging tot het doeleinde broodroof en af
braak, lijden, marteling,endoodend verdriet,
't Was of de kristelijke liefde in sommige
middens niet meer bestond, maar enkel den
haat voor alwie Vlaanderen en 't Vlaamsche
volk uit deleelijke diepte naar omhoog wilde
helpen. Warden Oom.
Mengelwerk van «De Poperinqhenaar» 21
ROMAN
door C. VERVAKCKË.
De aandoening was zoo hevig dat zij kon
gevaarlijk worden voor de lijderes.
Deopgewondenheid duurde evenwel voort,
zooveel te meer daar er zich in hooge mate
wraakzucht mede vermengde.
De weduwe Dillac was van in hare jeugd
ijverzuchtig, ja wraakzuchtig geweest, en dat
gebrek was met de jaren niet verminderd,
wel integendeel.
Nu, natuurlijk vervulde de wraakzuchthaar
hert en waarlijk niet zonder reden.
Zij spande hare hersenen om eene straf te
vinden, die overeenkwam met het kwaad,
maar het duurde tamelijk lang, eer zij iets
vond, dat haar beviel.
Zij kon de plichtige wel doen op straat
werpen door hare dienstboden, maar dat
scheen haar niet voldoende.
Er moest iets ernstigers plaats hebben.
Maar wat Dat was de moeilijke vraag
die de zieke wilde oplossen.
Ha zegde zij na eenige minuten, ik
geloof dat ik het vast heb.
Zij richtte zich half op en keek onderzoe
kend naar eenen hoek van de kamer.
Ja, ging zij voort, 't is er gelijk voor
gemaakt Nu geenen tijd meer verloren
Zij belde.
Karline verscheen.
zieke liet 'haar ëe« loodigen tijd niet,
Vbrvolo.
De electrische energie, wordt in mekani-
sche energi t t.z. in nuttige arbeid omgezet
door den electrischen motor. Deze bestaat
hoofdzakelijk uit twee deelen, namelijk een
cylindervormig stilstaand omhulsch, langs
binnen bekleed met een drievoudig goed
geordend stelsel van geïsoleerde koper
draadwindingen, en een draaibaar binnenge-
d»elt', tevens ook voorzien van drie
afzonderlijke koperdraadwindingen, of van
rondom geplaatste koperen staven voor de
zeer kleine motoren. Het eerste deel noemt
men stator, het tweede rotor. Bij het toela
ten van den snel veranderenden electrischen
wisselstroom, komende van de buitenleidin-
gen, in de koperdraad windingen van hel
stilstaande gedeelte of stator van den motor,
ontstaan en in deze omwikkelingen electrische
krachtlijnen die zich sluiten door de koper
draadwindingen van het draaiende gedeelte
of rotor. Deze krachtlijnen verwekken in den
rotor, eene electromotorische kracht, die een
nieuwen stroom schept gansch onafhankelijk
van den eersten. Deze nieuwen wisselstroom,
verwekt op zijne beurt krachtlijnen die zich
in tegenovergestelde richting sluiten van de
eerste zoo ontstaat er tusschen deze beide
gansch afzonderlijke krachtlijnen, eene
reactie of tweestrijd, waardoor het draaibaar
gedeelte in beweging gebracht wordt, en
aldus het aantedrijven werktuig medesleept.
Deze uiterlijke abstracte werking van den
motor, een natuurlijk gevolg zijnde van de
verborgen eigenschappen van de electrische
energie, geschiedt dus zonder eenige tus-
schenkotnst, alleenlijk door het sluiten van
den stroomonderbreker die den motor elec-
triscn niet het leidingsnet verbindt. Van daar
dus dat de electrische motor uiterst geschik t
is om zonder buitengewone hulpmiddelen
welkdanig werktuig zoowel rechtstreeks als
bij middel van tusschenas aan te drijven.
De bijzonderste vraag nochtans blijft te
beantwoorden. Welke der bijzonderste
krachtbronnennamelijk mensch, paard,
explosie motor of electrische motor verdient
de voorkeur Nemen wij als vergelijkende
eenheid v >or het meten der geleverde kracht,
de paardesterkte, of 75 kilogrammeters per
seconde, t t.z. als een paard een zwaren
last op den wagen voortrekt, met eene snel
heid van een meter per secondeen een
krachtmeter gespannen tusschen den wagen
en het peerd, 75 kilogrammen aanduidt, aan
oefent dit paard een arbeidsvermogen uit
van 75 kilogrammeters per seconde of een
paardekracht, welke als eenheid van arbeid
aangenomen wordt. Houdt dit paard dit
werk vol gedurende één uur dan treeft het
een arbeid verricht van 75 x 3600 of
270 000 kgr. meters of een paardekrachiuur,
hetgeen gelijk staat tntt liet omhoog brengen
op een meter hoogte van 270.000 kgr. De
kostprijs der velschillende krachtbronnen
zal ter vergelijking berekend worden voor
een paardekrachiuur geleverde arbeid
Het werk dat een man kan leveren aan
den zwingel gedurende acht uren per dag,
wordt als gemiddelde aangenomen op een
tiende paardekracht, t.t z. üat tien mannen
draaiende aan den zwingel van een werk
tuig, in een uur, een atbtidsvermogen uit
oefenen van een paardekrachiuur. Nemen
wij aan dat ieder werkman 2 fr. per uur
verdient dan kost het aldus geleverd paarde-
krachtuur 20 franken. Het arbeidsvermogen
dat een paard trekkende in een rosmolen,
tot nuttige arbeid kan brengen aan de kop
pelstang van het werktuig is gemiddeld op
2/3 paardekracht te stellen. Nemen wij bij
voorbeeld eene dorsctimachieri, door twee
paarden gedreven trekkende te zamen in
den rosmolen geduiende 8 uren per dag.
Zij zullen dus samen 2/3 X 2 X 8 10,66
paardekrachturen nuttige arbeid verricht
hebben.Ieder paard vereischt daarvoor min
stens 9 kgr. haver aan 70 franken, 't zij dus
een totaal haver verbruikt van 18 kgr. of
12,60 fr. en geduld door het aantal paarde
krachturen bekomen wij 12,60/1066= 1,18fr.
per paardekrachtuur. Daarbij komt nog den
paardengeleider, met een loon van 2 fr. per
uur 't zij 16 ir. en gedeeld door het aantal
geleverde paardekrachturen 'tzij 16/10,66=
1,50 per paardekrachtuur. Aldus kost een
nuttig geleverd paardekrachtuur 1,18
1,15 2,68 fr.
De watergaz motoren, waarvan het ge
bruik slechts mogelijk is, op de plaatsen
waar de gazleidingen aangebracht zijn, ver
bruikt gemiddeld 600 liters gaz per paarde
krachtuur. Daar de stadsgaz 0,65 fr. de ku
bieke meter kost, bedraagt de prijs van het
paardekrachtuur 0,600 X 0,65 39 centie
men. (Slot Volgt).
W EST*- It O O S K It JK I* M
Groote keus van jachtstoven,
luxe-calorifères voor salons en her
bergen, keukenstoven (cuisinièren).
bij Camiel DEZEURE-PAUWELS-
Priesterstraat, 5, POPERINGHE.
om te vragen wat er te doen was, maar zegde
Karline gij weet den weg naar het com
missariaat van policie, niet waar
Ja, mevrouw.
Welnu gij zult er u onmiddelijk naartoe
begeven.
Goed, mevrouw, om wat te doen
Eerst en vooral moet gij mij beloven,
dat gij aan niemand een enkel woord over
uwe zending zult toevertrouwen.
Niemand zal iets weten.
Gij vraagt aanstonds om den hoofdcom
missaris te spreken in mijnen naam. Gij zult
hem verzoeken twee politieagenten in bur-
gerskleederen naar hier te zenden.
Zullen zij willen komen
Voorzeker, maar onderbreek mij niet,
want ik begin vermoeid te worden, en ik zal
mijne krachten noodig genoeg hebben... Gij
moet zeggen dat er kwestie is van eene zeer
belangrijke zaak en dat de mannen moeten
voorzichtig en slim zijn.
Goed, mevrouw.
Dan zult gij de zaken zoodanig schik
ken, dat de twee mannen hier in mijne kamer
geraken zonder opgemerkt te worden.
Zal dit niet moeilijk zijn
Gij moet uw best doen, Karline... Ik
stel al mijn vertrouwen in u.
Op dat oogenblik werd de dokter aange
meld.
De meid bezag hare meesteres ondervra
gend.
Deze legde den vinger op den mond tot
teeken van geheimhouding.
De geneesheer onderzocht de lijderes, en
kon zijne verwondeting niet verbergen.
Uw toestand is heel en al veranderd,
mevrouw, zegde hij. Er is wat koorts bijge
komen, eo van eenen anderen kant bespeur
I 4 t -1: :'i L
2322
West-Rooseheke door den oorlog in puin
hopen gebracht is verrezen, prachtig dorp
wat meest den reiziger en de bevolking
aanstaat is de prachtige golhisc^e kerk,
waarvan de plannen opgemaakt wierden
door M. Antoon Dugardyn, bouwmeester
van Brugge en waarvan het werk meester
lijk uitgevoerd wierd door M. Walraevens
van Gent. De stevige toren 48 m hoog die
zacht en slank ten hemel stijgt, staat voor
aan de kerk rond den toren prachtige
gaanderij met vier hoektorentjes vers'erd
het gansche gebouw met zijne zrs vensters
langs elke kant in bloeiende gothiek, zal
1* I E U W K
-- K E H k
zes-en-veertig meters lang op 20 meiers
breed zijn.
Die prachtige kerk is nu bijna opgedaan,
met Paschen zal zij voorzeker gereed zijn
wat zal het een schoone dag zijn voor de
West- Roosebekenaarsals wanneer de Koning
der Koningen, Jesus, zal de schamel barak
waarin Hij nu sedert jaren woont, verlaten
om naar zijn prau'4% nieuw huis te trekken;
wat zal de bevolking geestdriftig zijn als
wanneer, het mirakuleus beeld van O. L.
Vrouw.dat binst den oorlog vluchten moest
naar Roeselaere en van daar naar Hamme
(Oost-Vlaanderen) hare intrede zal doen in
de nieuwe kerk.
II ET
HMItKOlATO
naar de plannen van
M. Antoon Dugardyn.
^IjPgPiPgl t
Het Mirakeibeeld van O. L. V.
]n 1914 wierd het mirakuleus beeld van
O.. L Vr. te West-Roosebeke in 't midden
ditr Kerk geplaatst en gedurig kwam het
volk bidden.
In October 1914 vluchtten al de Roose-
beeknaars en lieten alles in brand; het beeld
bleef te midden de Duitsche soldaten tot op
den dag op denwelken het overgebracht
wierd naar Roeselaere naar de dekenij.
De Z E. H. Deken Desaegher deed het
mirakuleus beeld overbrengen naar de
Kerk van St-Michiel. Groot was de toeloop
\an 't volk en als E P. Bouchaut, Redemp
torist, zijn prachtig Sermoen deed over O
L Vr. van R ipzebeke, was de ontroering
algemeen.
Daar verbleef het beeld tot in 1917, de
Roosebeke Ommegang, wierd er jaarlijks
gevi rd en groot was de menigte die bij het
mirakuleus beeld kwam om hulp en troost.
In 1917 wierd het mirakuleus beeld over
gebracht naar Hamme en op 1 Juli 1919
wedergebracht naar Roeselaere waar het
verbl ef tot 1920.
25 April 1920 groote dag het beeld
wierd naar West-Roosebeke overgebracht,
Z. E. H. Deken van Roeselaere schonk het
beeld teru gaan West-Roosebeke.Geen men-
schenwoord kan de ontroering en geestdrift
beschrijven van de Roeselaersche bede
vaarders en nog meer van de West-Roose-
beeksche bevolking.
Maria is dus weer in Roosebeke om
gunsten en weldaden uit te deelen. Brave
menschen komt ze vereeren met het grootste
betrouwen.
Te Roosebeke staat thans een Poperinghe-
naar als pastoorE. H Gustaaf Desaegher.
In de laatste zitting der Scheidsrechter
lijke Kommissies werd de schade op len Au-
gasti 1914, als volgt vastgesteld voor de
hier never melde geteisterden
LANGEMARCK.
Bril S.loïs en deelgenooten
Vanmarcke-Vermeersch Cyrille
Tangfe Richard
Baccara e-Van el slande Joannes
Bril-Veifïiillie Charles
Carrein A/thur
BOESINGHE.
Vandainme-.6waenepoel Henri
YPER.
Moerman Henri
Woussen Joséphine
Vanspranghe Jules
Coene-Mis-iaen
Victoor Gustave
Peeters Karei
Hooghe Broeders
Detaver Gérard
Uyttenhove Cyriel
Murville Berthe
19 550
4.350
7.702
7.530
18.235
2.250
525
4.765
525
1.300
13.255
15.985
2.40
1.845
15.390
975.
39.030
ik eenige beternis. Gansch het gestel is meer
opgewekt.
is er beternis, mijnheer?
Dat is moeilijk vast te stellen mevrouw...
Oppervlakkig beschouwd zou men kunnen ja
zeggen, maar...
Bij het uitspreken van dit laatste woord,
kreeg het gelaat van den dokter eene zeer
onheilspellende uitdrukking.
De lijderes verstomd zijn oordeel op de
volgende wijze
Het vergift heeft reeds eene zekere
werking teweeg gebracht, welke hij niet
raadt, maar die zou kunnen gevaarlijk wor
den, zoo ik er meer innam.
Om zich nog meer te verzekeren vroeg zij
Is er onmiddelijk gevaar, mijnheer
Neen mevrouw, maar ik moet u eenen
anderen drank voorschrijven, waar gij alle
uren eenen lepei van nemen zult
De geneesheer vertrok en Karline ging uit,
om hare zonderlinge boodschap te volbren
gen.
't Was waarlijk die boodschap niet alleen,
die hare verbazing opwekte, maar wel, al
wat zij sedert den nacht gezienen gehoord had
Schoorvoetend trad zij het eomniisariaat
binnen, en was verheugd daar eenen goed-
aardigen politieagent te zien staan, dien zij
kende.
Zij legde hem de zaak uit en werd weldra
bij den hoogen ambtenaar gebracht.
Mijnheer, zegde zij, ik ben de dienst
meid van mevrouw weduwe Dillac.
Gekend, zegde de commissaris.
Zij ligt tegenwoordig ziek te bed en
verzoekt, u twee agente" der geheime policie
naar hare woning te wiilen zenden.
De policieoverste keek de meid met onver-
holene, verbaasdheid aan, ais hij dat hoorde.
Gryson Petrus
ZILLEBEKE
WAESTEN.
Cnockaert-Bonte Louis
Verkruy*se-Roose Henri
Hessel Sylvie
Mahieu-Cousin Jules
Deconinck-Bondue Thomas
Casier-Dewaele Louis
Vandelannoitte Guillaume
Devroede Jules
Breyne-Accou
NEERWAESTEN.
Vandendorpe-Samijn Charles
PLOEGSTEERT.
Marichal-Meersdom
Lindeboom-Lalau
Schouteten-Desouter
W' Liebaert-Gillon
25.437,50
9.014
1.030
340
2.153
40.481
2 880
1.678
61.545
1.020
1.768
718
626
1.256
594
Opvolger van S. VANDEN BERGHE,
Bertenplaats 8, (Kleine Markt),
Wij zijn allen verplicht onze identiteits
kaart bij ons te hebben.
Het Tribunaal van Bergen vindt echter
dat zulks een misbruik is, in strijd met de
persoonlijke vrijheden der grondwet
Het verbrekingshof herstelt de wettelijk
heid van die verplichting met een vonnis in
den aard van dat van Bergen te verbreken.
Als wij nu die verplichting naar de letter
willen uitvoeren zien wij dat er spraak is
van de kaart bij ons te hebben, niet van ze
te toonen.
De miliciens van het bezettingsleger krij
gen de volgende verlofdagen
1. Een dag verlof per maand werkelijken
dienst.
2. Vijf dagen verlof in plaats en ter ver
vanging van de wekelijksche permissie, die
hun niet kunnen toegestaan worden omdat
zij te ver van huis liggen.
3. Bij uitzondering en wanneer de dienst
zulks niet belet, kan de militaire overheid
nog acht verlofdagen toestaan.
Op de Roomsch Katholieke begraafplaats
te Eindhoven, in Holland, zal een gedenk
teeken opgericht worden voor de vele aldaar
overleden Belgische vluchtelingen en geïn
terneerden gedurende den oorlog
Er was een tijd dat geheime dossiers
uitgespeeld werden tegen de Vlamingen.
Tijdens de processen D' De Beuckelaere en
D1 Daels werd daarover eene ondervraging
gedaan in de Kamer.
Onze franskiljons en Beulemans lieten
maar begaan, ja, juichten al die onwelrie
kende praktijken toe. Maar nu het bestaan
an geheime dossiers in het proces Coppée
gekend is zijn allen eens om zulks ten volle
af te keuren.
Volgens het wetsontwerp op de Kader,
door Minister Forthomme ingediend zullen
er voortaan 5720 officieren van ons leger
deelmaken. De legereenheden zijn met de
helft verminderd en het aantal officieren
blijft gelijk Een officier voor 11 man Voeg
daarbij nog dat al die officieren dik en duur
betaald worden en van bijwinsten zooveel
verdienen als aan eigenlijke wedde.
Zoo springt onze militaire slokop met de
centen der belastingbetalers om.
Het antwoord van 't Belgisch Gouverne
ment op de jongste nota van Duitschland
werd aan het Duitsch landbestuur medege
deeld.
Dit antwoord stemt in hoofdzaak overeen
met het antwoord van Frankrijk.
Ditmaal is het gelukt. Tijdens de zitting
van den Senaat werd de weddeverhooglng
voor de Veldwachters gestemd.
Minister Berryer is met ai zijne tegenkan
tingen van een kale reis te huis gekomen.
Het voorstel werd gestemd met 101 stem
men tegen 8 en 3 onthoudingen.
Pater Rutten deed geheel juist opmerken
dat het niet aan te nemen is dat een veld
wachter minder verdiend dan den vagebond,
die per dag 11,75 fr. kost aan den Staat.
Het is jammer voor de veldwachters dat
deze oplossing zoo lang aangesleept heeft,
zoodat zij thans, gezien de grootere levens
duurte dan vroeger, geene volledige vol
doening schenkt.
Vóór den oorlog waren een groot aantal
Belgen verzekerd bij Duitsche maatschap
pijen. Thans hebben een aantal verzekerden
een proces ingespannen tegen den Belgischen
Staat nm schadevergoeding.
Het Beroepshof van Brussel heeft echter
beslist, dat noch uit de wet van 21 Maart
1920, noch uit het verdrag van Versailles
blijkt, dat de Staat de schade van deze
verzekerden moet dragen. De vergoeding
werd daarom geweigerd.
Baron Coppée wilde van den Voorzitter
van het Assisenhof niet weten. Toen dit
mislukte trachtte hij geheel den raad van
gezworenen der Provincie Brabant verdacht
te maken.
Ditgetwist dient al om het proces verdaagd
en door het op de lange baan te schuiven de
belangstelling van het volk erin te vermin
deren. Baron Coppée is hierin gelukt.
De zitting van het Assisenhof, welke op
14 Januari moest beginnen, is gesloten ver
klaard en de zaak Coppée wordt verschoven
tot een anderen zittijd.
Het zal onnoodig zijn er op te wijzen dat
noch het Belgisch Gerecht noch de beschul
digde met veel eer uit dezen warboel komen.
Twee geheime agenten I herhaalde hij.
Ja, mijnheer, mijne meesteres vraagt
dat, en ik zal dan moeten maken dat zij on
bemerkt in de woning geraken.
Zonderling I Is uwe meesteres niet een
weinig van haar verstand
Neen, mijnheer in 't geheel niet.
Wat zouden die mannen daar moeten
verrichten.
Ik weet het waarlijk niet, mijnheer...
Mijne meesteres hepft mij de strikste ge
heimhouding opgelegd, zonder mij den
grond van haar gedacht te verklaren.
Denkt zij dat er dieven in hare woning
zijn
Ik kan het u niet zeggen, mijnheer zij
meende dat gij hare vraag gereedelijk zoudt
ingewilligd hebben.
Welnu ik zal er voor zorgen, zegde hij,
plotseling een besluit nemende.
Dank u, mijnheer, zullen de mannen
met mij medegaan
Neen, ik denk dat zij binnen een goed
half uur aan uwe deur zullen zijn.
Kent gij het adres, mijnheer
Ja, heel goed.
Ik mag dan heengaan
Voorzeker.
De meid keerde naar hare woning terug,
en vertelde aan hare meesteres hoe de zaken
stonden
Intusschen ging de commissaris naar hot
justiciepaleis, en trad er het kabinet van den
onderzoeksrechter binnen.
Deze zat gansch alleen vóór zijne schrijf
tafel.
Wel, mijnheer Monthoye zegde hij.
Reeds aan ben arbeid
Ja, mijnheer.
Er is nochtans niet veel werk.
M. Nolf, heeft een krediet aangevraagd
van 247 duizend frank t^-n einde de kosten
te dekken van het inrichten van de Vlaam
sche lessen te Gent.
Ten gevolge van den moord op den heer
Heinz, voorzitter van separatisch bestuur
van de Palts, is de aandacht der verbondenen
nogeens gevestigd op de separatische wer
king in Duitschland.
Tussehen Londen, Parijs en Brussel wor
den gedachtenwisselingen gehouden om te
onderzoeken in hoever die beweging ont
staat uit den wensch der bevolking of door
den invloed van het buitenland.
Het zijn vooral de Engelschen die deze
beweging zeer wantrouwig bezien.
Nu zullen zij een oog in 't zeil houden om
alle verdere moeilijkheden te beletten.
Zoo diep als hij nu i3 heeft onze frank tot
nu toe nooit gezonken. Het schijnt dat er
eene werking uit verschillige groote landen
uitgaat tegen den Franschen frank. En ons
arm frankske wordt erg medegesleept.
Het bittere van de zaak is dat de massa
der bevolking onder dien onhoudbaren toe
stand zwaar begint te lijden. De menschen,
die geen oorlogsspaarpot hebben, klagen
putten in de steenen over de schrikkelijke
toeneming der duurte van het leven. Zij zienf
geen kans meer om de twee eindjes aaneen
te knoopen.
Men kan den toestand niet verhelpen met
naar de oorzaken ervan te zoeken. Die lig
gen soms zoo ver.
Aan de vruchten kent men den boom. Al
dat lijden, al dat verdriet en God weet wat
er ons nog aan weedom en ellende te wach
ten staat, dat al zijn vruchten van den oorlog.
Dat men den boom met die giftige vruchten
uitroeie. Dat de haat aan den oorlog, want
die haat mag er zijn, alle menschen dicht
aaneensnoere om eensgezind den oorlog te
verklaren aan den oorlog.
Deze week werd het proces gepleit te Pa
rijs dat door 160 000 opgeëischte Belgische
arbeiders wordt ingespannen tegen Duitsch
land.
Dit proces heeft de aandacht der" gansche
beschaafde wereld gaande gehouden.
Er zijn 40 duizend dossiers gevormd van
880 duizend zaken. Maar daar er hier eene
rechtskwestie in het spel is heeft men enkel
tien processen geheet te onderzoeken. De'
uitspraak der andere zal steunen op het oor-
deel dat geveld zal worden over deze tien
zaken.
Van Belgische zijde wil men juist bepalen
welke de rechten ziin van den bezetteen
deze van den bezetter De vraag of de be
zetter die den oorlog verloren heeft alleen
den bezetten Staat schadeloos moet stellen
dient opgelost te zijn.
Van Duitsche zijde houdt men staan dat
de Belgische Staat de weggevoerden moet
schadeloos stellen. Duitschland beweert dat
in de 132 milliard, die aan de geallieerden
toekomen, de sommen begrepen zijn voor de
schadeloosstellingen zoowel van zaken als
van personen.
Men verwacht de uitspraak voor het begin
van Februari.
De opeisrhing onzer werklieden, gepleegd
tegen het internationaal recht en het volken
recht in, is een der monsterachtigste on-
Indien men zijn eigen geluk niet betrachten
kan, hoe kan men zoo vermetel zijn te betrouwen
dat anderen, die er geen het minste voordeel in
vinden, het voor u zullen doen
De aarde is het rad van de fortuin waaraan
slechts de onrechtveerdigen en de ikzuchtigen
zich zondei wroeging va tklampen.
Groote schreeuwers hebben veel kans door de
wereld te gaan zonder kommer, omdat ze door
hun verwaaid optreden de ootmoedigen en de
vreesachtigen verpletteren.
Wees matig in uwe woorden, want eensdaags
kunnen deze tegen u getuigen door den mond van
een ander.
Met schoone beloften gooit men niemand builen.
rechtvaardigheden door den bezetter tegen
over ons volk gepleegd.
Duitschland moest ten allen prijze nieuwe
strijdkrachten sturen naar alle fronten. En
om de leemten te vullen die op al de fronten
waren ontstaan vonden de Duilschers er
niets beters op, dan de Belgische werklieden
op te eischen.
Geen enkele stad, geen enkel dorp dat
geen slachtoffers kent dier onmenschelijke
wreedheid.
Er werden 160 duizend Belgen ontvoerd.
Zooveel slaven die op eene barbaarsche wijze
behandeld werden. Zoovelen stierven in
ballingschap. Zoovelen kwamen terug ge
broken, geknakt voor hun heele leven. On
telbaar zijn de slachtoffers die reeds op de
kerkhoven rusten, gestorven nadat ze enke
le dagen of maanden uit hun ballingschap
terugkwamen.. &Ê&4
De Belgische regeering heeft de wegge
voerden schadeloos gesteld, maar op on
voldoende wijze.
Duitschland moet nog eene nadere scha
deloosstelling bezorgen in den vorm van
pensioenen of anders. Dat zal van de uit
spraak in dit proces afhangen.
Naar het schijnt gaat men te Zedelghem,
tusschen Brugge en Torhout, een nieuw ka
zerne bouwen, de grootste van het land.
Andce kazernen zouden ginder ook nog ge
bouwd worden.
Het ministerie van landsverdediging
werkt flink aan den financieelen ondergang
van het land.
M Theunis heeft gelijk dat hij vertrouwen
vraagt in den belgischen frank hij heeft er
veel noodig.
Uit de offic'eele normaalsscholen kwamen
tijdens de jaren 1921-22 23 606 Onderwij
zers en Onderwijzeressen. Uit de gemeente
lijke en provinciale normaalschen kwamen
er 783. Samen dus 1389.
Daartegenover kwamen er uit onze vrije
Katholieke normaalscholen gedurende die
zelfde jaren 2489 onderwijzers en onder
wijzeressen.
Deze cijfers toonen eens te meer welk
groot vertrouwen de Belgische bevolking
stelt in het vrij Katholiek onderwijs
Guido.
Wanneer krijgen wij de
te POPERINGHE.
Van onzen jaarlijkschen weervoorspe'ler,
kregen wij de volgende opgave, voor het
jaar 1924, volgens de lotdagen.
Januaritot den 20 der maand winterwe
der met sneeuw daarna dooi met regen en
en sneeuw.
Feb-uari omtrent gedurig regen en
sneeuw.
Maarteerste helft afwisselend regen en
vorstdaarna smoor, tamelijk koud.
April veel regen en wind.
Mei zomerweer met wat onweerwolken
en een weinig regen.
Banque pour favoriser les transactions Internationales
Bank tot bevordering van Internationale handelszaken.
Naaml. Venn.
Maatsch. Zetel GENT.
Neen, 't is als een dood seizoen voor
ons...
Zoodat gij verlangt om meer werk te
hebben
Inderdaad.
Welnu er isrnisschien iets op handen.
Zoo gij maakt mij nieuwsgierig.
Ik kom hier om twee geheime agenten
die zich naar een huis moeten begeven waar
eene rijke weduwe ziek ligt.
Om wat de doen
Dat is niet geweten.. Ik denk dat er
een geheim mede bemoeid is... Hebt gij
geenen lust om te gaan
Dat ware misschien niet slecht.
De twee magistraten waren aanstonds 't
akkoord en de zaak was dra geregeld.
XVIII.
Karline was nog niet lang tehuis, als er
gebeld werd. Zij ging openen, en zag twee
mannen vóór de deur staan, welke zij niet
kende.
Een van hen zegde
Gij weet van onze komst
inderdaad, mijnheeren, gelief binnen te
komen.
Zij leidde de twee bezoeker* in eene kleine
spreekplaats en zegde
ik zal eens zien indien het oogenblik
geschikt is om ongemerkt boven te geraken.
Geene twee minuten waren verloopen, als
zij haastig terugkeerde en sprak
Volgt mij, alles is goed
Zij trokken naar boven en de ziekenkamer
binnen.
De lijderes opende de oogen en deze von
kelden koortsachtig.
De twee mannen groetten.
Algemeene Bestuurder voor West-Vlaanderen FORREST L.
AGENTSCHAPPEN
POPERINCÏIIE, Groote Markt, 28, tel. 89 90.
VEL'RNE, Ooststraat, 64, tel. 76.
DIXMEOE, Wylgendyk, tel. 44.
MOESKROEH, Toerkoenjestraat, 109, tel. 179.
Wytschaete en omliggende, Agent Heer FOURNIER, Burgemeester.
Beveren HeerTAHON.Gemeentesekretaris.
Noordschoote Heer M. BAILLEUL,
Ledeghem HeerG. DELANNOO,
Westoutre Heer A. DECLERCQ.
Rousbrugge Heer A. CLAEYSOONE. Gem.-ontv.
Loo Heer V. CAMERLYNCK,
^^IIJKANTORENNleuwpoort, Proven, Watou, Leysele, Stavele, Alveringhem^^
Ha zegde zij, komt nader, Karline zal wat gij hier zult zien gebeuren... Wilt gij
de deur sluiten. Parbleu, wij zijn daarvoor gekomen I
De heer Monthoye en zijn onderhoorige—Welnu, neemt dan plaats in dat kamertje
keken,zooals men denken kan.nieuwsgierig^en zegt aan den meid, wat gij zoudt kunnen
toe en wachtten.
De zieke vroeg
Heeft iemand u gezien
Niemand, madame antwoorddede rech
ter.
Dan is het goed... Karline open de deur
van dat kamertje.
in eenen hoek van de kamer opende de
meid eene glazen deur, waaraan een door
schijnend groen gordijn hing.
o "v" "lv,u
noodig hebben. Zij zal u alles bezorgen.
Kort nadien had de ziekenkamer haar ge
woon uitzicht hernomen. De twee heeren be
vonden zich op hunnen post, en hadden de
deur langs binnen gesloten, zoodat niemand
hen kon verrassen.
Esther had eenige boodschappen afgelegd,
en was vervolgens eens binnengegaan bij
hare vriendin.
Deze was in 't huwelijk getreden met eenen
Gelief daar binnen te gaan, heeren. apotheker
Wilt gij ons eerst zeggen, madame, watt Nauwelijks had zij de dame begroet, of zij
gij van ons verlangt vroeg de rechter. S vroeg
Aanstonds, mijnheer, maar ga daarf Welnu, Esther, gij hebt mij toch geene
eerst binnen en zeg mij indien gij van uit dat poets willen spelen, niet waar met mijn
plaatsje, zonder gezien te worden alles kunt fleschken mede te nemen.
opmerken, wat hier gebeurt
i. De zaak werd beproefd en de mannen ant-
VVoerdden bevestigend.
Zoudt gij geduld genoeg hebben vroeg
de zieke, om daar eenige uren te verblij
ven
Als er kwestie is van belangrijke zaken,
ja, madame, wedervoer de rechter.
Ik geloof dat de zaak al niet veel be
langrijker kan zijn, mijne heeren. Er moeten
hier personen in huis zijn die mij willen ver
giftigen.
De drie personen sidderden, als zij die
vreeselijke woorden, zoo kalm uit den mond
der lijderes hoorden komen.
Hoe zou dat mogelijk zijn vroeg de
rechter ongeloovg.
Als 't u belieft, mijnheer, vraag mi;
daar nu geenen uitleg over, maar volbreng
mijne begeerte en bespied nauwkeurig alles .kommerd ben.
Uw fleschken, Louisa Daar weet ik
niets van...
Weet gij niet, dat wij bij uw laatste be
zoek gesproken hebben over mijne oogen die
mij soms erg doen lijden
Ja, dat herinner ik mij.
Heb ik u dan geen fleschken getoond
van dat groot vergift, waarmede ik ze wasch.
Ik geloof ja inderdaad, er komt mij zoo
iets te binnen. Welnu, wat is er van
Het is niet meer te vinden.
Zoo, dat is zonderling... Maar gij gaat
u toch niet inbeelden dat ik het gestolen heb.
Als gij het zelve niet zegt, neen...
Ikweet er niets van, Louisa, maar, zeg,
uw man heeft nog zulke fleschkens, niet
waar
Natuurlijk, Esther, ook is het onder dat
Opzicht niet, dat ik over die verdwijning be-
(Wordt voortgezet).