De Wilde Ruiter Zitting van den Gemeenteraad O verstroomiii gen MAAN HSBBHEBWWSOHJ ggdachltis M De tien gebodén Gods zijn alleen in staat de maatschappij uit de afgron den, die voor haar wagenwijd open staan, te redden. M I J Wanneer moet men de opvoeding en opleiding yan het kind beginnen? vroeg men aan Napoleon. jb Twintig jaar voor zijne geboorte te Toeten, ipet de opvoeding der moeder, was. zijn antwoord. Kr zijn geen huwelijken in den He mel, zegt het H. Schrift, en de onder vinding der menschen zegt dat er geen hemel in vele huisgezinnen is HETMANNEKE UIT DE Drie Koningen! Drie Koningen! Geef mij nen nieuwen hoed... Mijn ouwe is versleten Een nieuwe staat me goed Dat zong het Manneken uit de Maan toen hij nog maar nauwelijks onder en boven de broek uitkwam en langs de huizen liep met een ster op een stok zooals dat het gebruik was in de streek. Er werden koningskoeken ge bakken en wie aan tafel een stuk kreeg waarin een boontje stak die was koning of koningin. Maar ach die goeie tijd Komt nimmer weer... En al die ouw gebruiken Verdwijnen meer en meer. DE MENSCHEN zeggen dikwijls: de tijd gaat snel voorbij. Daar zijn ge leerden die zeggen dat de tijd niet voorbijgaat, maar dat wij het zijn die voorbijgaan... En dat kan ook waar zijn. Alzoo heb ik in een abdij van de paters Trappisten een horlogie ge zien zonder wijzers. De plaat waarop de uren stonden geteekend, die draai de rond. En wat was er dan om de uren aan te wijzen? vraagt Marenta. Hewelvoor die wijzerplaat stond het geraamte van een dooie mensch en met een vinger wees het geraamte naar de wijzersplaat en de uren schoven daar langs voorbij. Ik zou dat niet gaarne zien, gaat Marenta voort. Geen nood, schaap liefvrouwen mogen bij de Trappisten niet binnen. In dat klooster was er een Trappist van bij de honderd jaar, die bij de tachtig jaar in 't kloos ter was. Sedert tachtig jaar had die man geen vrouw mensch meer gezien en hij was er niet ongelukkiger om Een trein of een auto of velo had hij ook nog nooit gezien... En iederen dag t neemt hij een schup aarde uit zijn graf want ge weet het, he, alder- liefste Lezeres en beste Lezer, dat de Trappisten hun eigen graf maken. Maar Manneken, zegt Marenta, als die Trappist van bij de honderd jaar, iederen dag aan zijn graf werkt, dan moet zijn graf zoo diep zijn als een houilleput. Och, schaap toch, als 't graf ne keer diep genoeg is, dan nemen ze van daag een schupken aarde en ze werpen dat er in en morgen halen ze er dat schupken weer uit! Begrepen... En wat de menschen niet begrijpen Dat is dees Eet meer vruchten en ook groenten En minder vleesch. Professor Harwig van Londen heeft de proef genomen in verschillende huishoudens. In eenige huisgezinnen liet hij de menschen vleesch eten a volonté, zooveel ze wilden en hij be taalde dat uit zijn zak. In andere huis houdens liet hij groenten en vruchten vooral appelen eten... veel appelen. En 't resultaat. Hewelin de huishoudens waar veel vleesch op tafel kwam wa ren de menschen lastig van humeur... en was er gedurig ruzie, terwijl in de huishoudens waar er veel appelen werden gegeten, iedereen tevreden was. Daar klonk bij lach Het blijde lied... Verliep de dag Zonder verdriet Mengelwerk v. "De Poperinghenaar,, 24 ROMAN door A. HANS. Bakelandt! En ik hoor steeds, dat hij een lafaard is. Hij heeft ge hoopt door medeplichtigheid van mijn knecht gemakkelijk binnen te kunnen dringen. Nu, dit mislukt is, behoef, ik geen gevaar meer te vreezen. En in den Wilden Ruiter heb ik een goeden waker. Maar ik moet een dienstbode hebben. De notaris scbudde het hoofd Ik wil oprecht zijn, sprak hij, ik moet... 't is mijn plicht jegens uw ouders, wier nagedachtenis mij zoo dierbaar is. Er wordt veel over u ge praat. Mijnheer Lamoens is op reis... En nu verblijft gij daar alleen met zijn dochter... En gij kent dat meisje niet... Ge weet niets over haar reputatie... Voorzichtig, mijnheer Cainpens, zeg geen onaangename dingen van mijn verloofde... 't Was of een schok door de drie aanwezigen voer. -Ik pen met Jacqueline Lamoens verloofd, vervolgde van Maere kalm. Niet mogelijkstamelde de no taris. Gij, een edelmanszoon. Toch is het een feit... Ik heb dat standsverschil op zij gezet... Ge weet al dat ik nieuwe denkbeelden heb en Geen wonder dat Marenta zegt: 's morgens als gij opstaat, 's avonds als ge slapen gaat, voor en na het eten en als ge een werk van aangele genheid begint... zult ge appels eten. En ik eet appels Als ge spaart En vergaart Hebt ge een appeltje Voor den dorst bewaard. Zoo zegt het spreekwoord. Katrientje Ha verlink van Thienen had ook wat geld gespaard. En ze bewaarde dat op den zolder in een houten doosje. Daar lagen daar zoowat tienduizend fran ken in bankbiljetten. Maar als Ka- trientje nu naar beur schat ging zien vond ze nog slechts wat verpulverd 3BI papier en daarin een nest jonge mui zen... Dat was een triestig nieuwjaar voor Katrientje. EN DIK Schepens en Hoste die nu voor die zaak van Beer- nem in den bak zitten te wachten op de dingen die komen zullen, peinzen ook dat het een triestige nieuwjaar is. Die moord te Beernem was Een duistere zaak voorwaar. Maar wellicht komt dit jaar Dat gansche zaakje klaar! Klaar en klaar is tweezei de boer en hij stak een komme jenever in brand. Te Brussel hing er voor een bank een plakaat én daar stond op: pour votre argent vütis aurez ici des valeurs d'orwat wil zeggen voor uw geld krijgt ge hier goudwaarden, 't is te zeggen titels op de beurs die goud waard zijn. Maar een grappenmaker die daar voorbij kwam maakte van valeur, het woordje voïèur en nu stond er: voor uw geld krijgt ge hier goud- dieven. En Marenta zegt: Die grappenmaker had Misschien geen ongelijk... Want veel menschen worden arm En veel banken rijk. DIE MINISTER Klotz in Frankrijk, die ook rijk is geweest, maar nu met 12 miljoen schuld aan zijn broek zit en daarbij valschheid in geschrift en dief te op zijn geweten heeft, zit nu in den bak. Maar hij heeft groote advo caten en die gaan nu met de hulp van groote doktoors bewijzen dat die Klotz half zot was, toen hij die pro pere dingen heeft uigevoerd... Waar op Marenta zingt Geld dat stom is Maakt recht wat krom is Ge moet weten dat die Klotz vrien den heeft die op hun beurt zeer rijk zijn en die alles in 't werk zullen stel len 0111 de eer van hun partij te redden. EN DE bibberalen, die tegen de naaste kiezing met de bibberkoorts, op 't lijf zitten, zouden aan 't kiesstelsel iets willen veranderen. Ze peinzen dat ze alzoo hun schipken dat aan 't zinken is, nog boven water zullen kunnen houden... Een van hun kopstukken, Minister Janson astemblief heeft on langs te Brussel gezegd: laat ons in Godsnaam niet meer aan de vrije scho len raken van de katholieken... De vrije scholen ziet ge het godsdien stig onderwijs dat is nog altijd een doren in 't oog van de bibberaaltjes... Maar scholen zonder God Daarvan wil 't volk niet weten.. Of zijn de bibberaaltjes dan De schoolstrijd reeds vergeten? DE MENSCHEN VERGETEN ook maar al te rap de waarheid van het spreekwoord: de pluimen maken den vogel. Maar daar zijn rare vogels, zulle. Meneer Sampermans van Maas tricht ondervond het ook. Hij reisde naar Brussel en maakte in den trein kennis met een trefïelijken meneer die schoon gekleed was. Als iemand schoon gekleed is, wordt hij nogal ap treffelijk geheeten, zegt Marenta, die in heuren onderrok aan de wasch- kuip staat. Marenta kan gelijk heb ben. Die meneer Sampermans was dus in kennis gekomen met dien anderen meneer. In Brussel spraken ze nog over zaken en dronken ze Christmas. Christmas menschen dat is een En- gelsch bierken, maar ge moogt er niet veel van drinken, want anders ziet ge de wereld als een peerdekensmolen draaien. Maar Sampermans Die dronk te veel Die goot wel twintig pottekens Door zijn keel. En 't gevolgZooals alle gevolgen. Sampermans viel in slaap en de andere BBSEBBSBBflBflEBBBBBSBBBBSSEBBBI in kwestie van huwelijk volg ik de inspraak van mijn hart. Ge zult Jacue- ine beter leeren kennen. O, neen. dank ttriep de heer Campens vinnig en beleedigend,. Maar ik hoop dat gij tot inkeer zult komen... tot het ware besef van de werkelijkheid... Gooi uw toekomst niet weg 0111 een paar lonkende oogen, om een vrouw die durf heeft. Ha, ik moet de dochter van Lamoens nog jeter leeren kennenvervolgde de te- eurgestelde vader. Zoo zij waarlijk eerbaarheid bezat, zou ze er dan in toestemmen met u alleen op het kas teel te verblijven? Waarlijk neenbevestigde de dochter Zela. Dat al veroordeelt haar. Ons gesprek zou pijnlijk worden, onderbrak van Maere kalm... Ge be schouwt me als een kleinen jongen. - Neen, maar gij weet niet. wat lier gebeurd is, toen gij in Engeland verbleeft. En ik denk aan uw zalige ouders, die den adel hoog hielden en dien adel ook in de zielen droegen. Welnu ik behoef me tegenover mijn ouders niet in 't minst te scha men, Jacqueline Lamoens staat boven verdenkingen. Ge oordeelt ver keerd. Zij heeft minnaars gehad. Mijnheer Campens, nu moet ik u verbieden zoo te spreken.,. Ik zal heen gaan... Ik kwam u vragen mij een dienstbode te bezorgen... Maar ik trek lit verzoek terug. van Maere maakte een buiging Hij verliet de kamer en het huis. Een troep jaloersche babbelaars, i i ÏBfll trok er met zijn portefeuille vandoor waarin veel bankbriefjes van honder den guldens staken. Oppassen zulle menschen. En oppassen ook als ge een brief verzendt, dat ge er genoeg tembers opzet. Marenta heeft met Nieuwjaar een brief gekregen van heur nichte Sosefien en daar stonden geen tembers genoeg op, niet op Sos- sefien maar op den brief, en Marenta moest daarvoor 60 centiemen bij be talen en daarvoor was Marenta kwaac gemutst, ja, ja, zegt ze: Wie 't klein niet begeert Is 't groot niet weerd. 't Indexcijfer is weer met zeven punten gestegen, 't Is te zeggen: wat voor den oorlog 1 frank kostte, kost 1111 9,20 fr. Zoo leeren de pennelekkers uit bet ministerie van Arbeid, maar zij liegen, want in proportie is alles nog veel duurder. Alzoo 't gazettenpapier dat kost wel 15 keeren zooveel als voor den oorlog. Maar 't ergste van al dat is Dat die opslag nog zal stijgen En dat we peperduren tijd Gaan krijgen. Dat kost ge anders te Brussel op Kerstnacht niet zien. Als de treffe lijke menschen naar dg nachtmis gin gen was er een gewoel op straat en in café's en in restaurants dat ge zoudt gepeisd hebben't is karnaval. Overa Jasz-band en danspartijZoo is Kerst mis nu voor velen ook al een heidensch feest geworden... Ja, beschaving is een schoon ding, zei de boer en hij bond nen strik op 't verken zijnen steert't Steertje van 't jaar 1928 was nattigheid en regen. We beleven toch een aardig seizoen Vandaag is 't regen Morgen sneeuw en ijs Wat wilt ge er aan doen? Zelfs Snoeck zijn weerprofeten Geraken er niet uit wijs. Maar 't Manneken uit de Maan hac. het voorspeld, hedat het een winter zou zijn met veel nattigheid. Met dat alles zijn de geteisterden in de Vlaan ders toch fel te beklagen. JAN LA* FONT is ook te beklagen. In een kel dering had hij buizen laten leggen om vleesch te doen bevriezen. Maar nu gebeurde 't dat er gestolen werd. Toen zou Jan Lafont in de kelders gaan waken. Helaas Den volgenden morgen Van zijn teenen tot zijn ooren Was de arme vent bevroren. Hij was door een geraaktheid ge storven en lag daar nu zelf als een stuk congelé. ALEXANDER HOE- VENAERS zijn hart was geen con gelé, dat stond in vuur en vlam voor Theresia Duikers. En Theresia zag Alexander ook gaarne. Maar de ouders waren er tegen dat ze verkeerden en toen besloot dat koppel er een einde aan te maken. Ze kochten een revol verken en Pif, poef, paf... Drie schoten knallen Twee lichamen vallen... Nevens een Maar de zielen waar zijn die heen? 't Geloof, menschen, 't geloof, men schen, dat is bij veel menschen tegen woordig maar slappekens, anders zou den er zooveel van die dwaasheden niet gebeuren. Zeer waar, roept Ma renta uit en ze voegt er bij Ik zou het in duizend talen Altijd aan willen herhalen Ouders! als zoo iets geschiedt En gij zit in het verdriet En in zwaren rouw gehuld Ouders is 't niet uw eigen schuld? Laat ge uw dochters niet vrij rond zwerven over de straat? Gaan ze niet naar danszalen Gaan ze niet te veel naar cinema's? Lezen ze geen gevaarlijke boeken? Oh de lezing Vele zielen zijn bedorven Door de lezing van één boek... Dat op 't leven dan blijft wegen Als een vloek. En hier hebben we weer ne keer een liedje. Maar dit maal is 't voor de jongens. De meiskens echter mogen 't ook gerust lezen. 'K HEB KEUS GENOEG. Meer dan eens heb ik gelezen In de bladen groot en klein. Dat het mansvolk tegenwoordig bromde hij. Ik had hun azijnachtige dochter moeten nemen... O, jaloezie is toch eigenlijk misdadig. Jacqueline beschuldigen minnaars gehad te heb ben! Voor den notaris is de eer van een meisje niets... Zoo ver drijft die ijverzucht. Maar ik wil er zelfs niet over denken... Jacqueline, die zoo be scheiden, zoo eerbaar, zoo rein is Ik maak een eind aan die betrekkingen, met den notaris. Als hij zich fatsoen lijk houdt, kan de verhouding zakelijk blijven... En daarmee uit. Ik heb nu nog geen dienstbode. Dat ik den Wil den Ruiter eens vroeg om hulp... Die schijnt hier in 't ronde toch alles te weten en zal wel een net eerlijk meisje kunnen vinden. Morgen ontmoet ik hem wel weer. van Maere reed dus naar huis Hij zweeg tot Jacqueline over het onaan gename bezoek. Een half uur later verscheen de notaris. Een meisje van ongeveer twintig jaar vergezelde hem. Ze was armoedig maar zindelijk gekleed en had een wel grof, doch goedig gelaat. De notaris liet haar in de vestibule staan, toen hij van Maere in de spreekkamer volgde. Jonker, uit plichtsgevoel heb ik u gewaarschuwd, zei hij. Al zijn we het niet eens, toch bewijs ik u gaarne een dienst. Ik breng u een braaf en eerlijk meisje. Ze zal een voortreffe lijke dienstbode zijn. Ik ben u zeer dankbaar, ant woordde Robert. Ge zult zeer tevreden zijn over haar. Ze is werkzaam en bèscheiden. Zeker niet bevreesd moet zijn Om een li eve ken te vinden, Daar is vrouwvolk niet de macht Dat sinds maanden, dat sinds jaren Zuchtend naar een ventje wacht Refrein 'k Heb keus genoeg 'k baat de meisjes zoet verlangen Want het is nog steeds te vroeg Om me in 't net te laten vangen. Eens getrouwd, dan zit ge vast Jongenslief, dus opgepast! Mieken is pas twintig jaren En als Mieken mij ontmoet Geef ze zedig, met haar oogjes, Vriendelijk een stillen groet. En hoe dat het toch wil lukken Ga 'k Zondags naar de mis 'k Zie dat Mieken, heel toevallig, Met mij aan de kerkdeur is. Stance is een aardig kindje Niet te groot of niet te klein En van-leden en manieren Als geen ander net en fijn. En hoe dat 't alweer wil lukken Zet ik een voetje op de baan Zwierezwaaiend met haar rokskens Zie ik Stance voor mij gaan. En Karlientje van den Slachter Schoon gevormd en wel gedraaid Heeft twee oogskens waaruit immer 't Vuurken van de liefde laait. En hoe dat 't nog eens wil lukken Als 'k bij dat lieve wicht Commandeer mijil karbonaadjes Krijg ik dubbel mijn gewicht. Pieternelle van 't huis achter Heeft voor dactylo geleerd Ze loopt nu met korte haren Naar de mode gefriseerd. En hoe dat 't alweer wil lukken Alle weken krijg ik zoo Zes en twintig schoone kaarten Onderteekenddactylo. Tecla Tops die lange jaren Eeneu goeien handel dreef Zit met duiten en potdorie 't Is een flinke knappe... weef. En hoe dat het toch wil lukken Gistren sprak ze onbeschroomd Toen ik haar op de baan ontmoette 'k Heb dees nacht van u gedroomd. Het besluit nu van mijn liedje Wel ge weet er alles van Ieder meisje spant haar strikken Om te vangen eenen man. Maar of 't meisje nu Karlientje Pieternelle of Tecla heet 't Kan me bitter weinig schelen Want ze krijgen mij... niet beet. (Verboden nadruk.) Helaasbeste Lezers, dat schreef het Manneken uit de Maan, jaren ge leden (behalve 't 5e koepietje dat heeft hij er later bijgemaakt). Maar hij is niet slimmer geweest dan de andere jongens en Marenta staat nu in heu ren onderrok met 't fleschje melk in de eene band in 't keersken in de an deren hand gereed om slapen te gaan. En aangezien er in de H. Schriftuur te lezen staatti aar uw schat is, zal ook uw hart zijn, volg ik Marenta naar de slaapstee van Sint Arjaan waar twee sloffen voor 't beddeken staan. Het Manneken uit de Maan. ■BBBBBBBBBBBBBBBBSBBBBBBBBBBBI PATER LIEVENS. Het jaar 1929 moet eene mijlpaal vormen in de reeds zoo bloeiende missiebeweging, het moet gekend worden als het Lievensjaar. Op 11 Augustus immers wordt te Moor slede het door rins*" Christen Vlamin gen zoolang verwachte Lievensge- denkteeken opgericht als hulde aan den heldhaftigen bekeerder van Cho- ta Nagpore en eenen blijk van bewon dering aan al degene die om Christus rijk uit te breiden land en volk ver laten. Tot die hulde en die bewondering die van louter godsdienstigen aard zijn moet ieder katholiek het zijne bij brengen en een steentje plaatsen op dat het Lievensgedenkteeken waarlijk groeien zou uit het godsdienstig ge voel van heel ons Ylaamsche Volk Tot het bereiken van dit doel verleent De Poperinghenaar zijne medewerking en opent eene .inschrijvingslijst. De leerlingen van College 800 fr. Alle giften mogen neergelegd wor den ten bureele van het blad of gestort op postch. Nr 207.994, Lievenscomiteit, Morstede. BBBBBBBBBBBBBBBBKËBBBBBBBBBBB! VREESELIJK AUTO-ONGELUK. Op den weg Oosterhout-Raams- donkveer is een vreeselijk auto-onge luk gebeurd. Een viertal jongelingen keerden per auto terug van eene jeugdvergadering te Breda. Even voorbij Oosterhout botste de auto te gen een boom, met gevolg dat de 17-jarige P. Van Dongen uit het voer tuig geslingerd werd en op den slag dood bleef. De drie andere jongelingen werden min of meer erg gekwetst. STAD POPKRINGHK. op Maandag 31 Dec. te 6V2 u. 's avonds VERSLAG De zitting vangt aan te 6 u. 30 m. stipt. Een tiental toehoorders in de zaal. Afwezig de Heeren Dr Brutsaert en Dr Verbeke. Het proces-verbaal der voorgaande zitting wordt gelezen en goedgekeurd. le Punt. Driemaandelijksch na zicht der Gemeentekas. De Gemeente kas stelt een bezit vast van 104.177 fr. 54 cent. Een gunstig advies wordt uitgebracht. 2e Punt. Nazicht van de kas der Commissie van Openbaren Onder stand. Deze kas sluit met een bezit van 279.621 fr. 67 centiemen. Algemeene instemming. 3e Punt. Begrooting voor 1929 der Commissie van Openbaren Onder stand. M. Vandooren doet opmerken dat vroeger, door den gemeenteraad, de toelating werd verleend, gronden te verkoopen ten einde te voorzien in de kosten van 't bouwen van het Moederhuis. Deze verkooping heeft zooveel opgebracht dat, na het bouwen van het Moe derhuis, de overblijvende som nog evenveel opbrengt, als vroeger het verkochte goed opbracht. Eenige cijfers uit de Begrooting: Buitengewone Ontvangsten 141.361,83 Gewone ontvangsten: Huishuren en Landpachten 420.000, Jachtpacht 1.302, Obligation op den Belg. Staat 24.351,34 Oblig. op het Gemeentekrediet 14.929, Totaal der Gewone ontvangsten 499.805,02 Algemeen totaal der ontvangsten Uitgaven Grondlasten Herstelling aan gebouwen Moederhuis Onderhoud der Ouderlingen en Knechteweezen Onderhoud der Oude Vrouwen en Weesmeisjes Onderhoud der zieken in liet Gast huis Geneesmiddelen Uitdeeling van kolen in Ste Anna Hulpgeld aan Ouderlingen en Weezen Kosten van verblijf der behoefti- gen in vreemde gestichten Gemeenefonds Totaal der Gewone uitgaven Totaal der Buitengewone uitgaven 641.166,85 15.000,— 60.000,— 2.000,— 70.000,— 55.000 70.000,— 10,000,— 9.000,— 50.000,— 30.000,— 30.000,— 478.189,10 160.450,— trouw en vroom. Haar vader is een van mijn pachters. Een groot fatsoen lijk gezin. Hoeveel loon zal ik haar geven? O, niet veel... Die menschen zijn aan kleine verdiensten gewoon. De notaris noenide een bedrag dat van Maere bespottelijk leek. Ik zal die som drie maal zoo groot maken, zei de jonker. Doe dat niet't Is onnoodig. Ge zoudt de lobhen bederven. De Fran- schen hebben reeds ontevredenheid genoeg gewekt. Het volk moet tot matigheid terug keeren. Matigheid? En van Maere dacht aan de ellendige hutten, schamele hoeven, run havelooze bewoners... Overal grijnsde de armoede. Maar bij voelde weer hoe de notaris een zelfzuchtige mensch was, egoist, een grijpvogel. Robert zou de loonkwestie regelen met den vader van de dienstbode Waar is het meisje? vroeg bij. In de vestibule. Ik zal ze halen, van Maere knikte dan vriendelijk tot de nieuwe dienstbode. Hoe is uw naam vroeg bij. Ida, sprak ze stil en wat verlegen. Dus Ida, ge wilt hier komen wo nen. Ja, jonker, als 't u belieft. Kom, ik zal u de keuken wijzen... Kijk er maar eens rond... Dan went ge er u aan. En braaf en gewillig zijn, ver- naande de notaris. Maar ja, dat hebt ge thuis wel geleerd, 't Scheen Robert of Ida grimmig Algemeen totaal 638.639,10 Overschot 2.527,75 De begrooting wordt goedgekeurd door al de aanwezige leden min M. Gombert, lid der Commissie van O. O. die hem onthoudt. 4e Punt. Verkoop van Bouwgrond te Poperinghe (Abeele) door de Com missie van Openbaren Onderstand. Dit perceel, groot 6 a. 18 ca. dat nu 50 fr. opbracht van pacht wordt nu verkocht aan 15 fr. de vkm. en zal dus over de 9000 fr. opbrengen. Algemeene goedkeuring min M. Gombert die hem onthoudt. 5e Punt. Begrooting voor 1929 der Kantwerkschool van de Zusters Penitenten. Deze begrooting sluit in Ontvangsten en in .Uitgaven me,t eene som van 25.100. fr. Goedgekeurd door al de leden. 6e Punt. Aanvraag voor toelage door het Komiteit van het Kruis van Heldenhulde te Dixmude. M. de Burgemeester zegt dat het Schepen college voorstelt geen toelage te verleenen, 1° omdat hier een eigen standbeeld voor de Gesneuvelden werd opgericht en ten 2° om dat de manifestatie van Heldenhulde nadeelig is voor de toekomst van 't land. De verklaring van het Schepencollege wordt afgelezen en besluit met een voorstel tot weigering. M. Carpentier vraagt dat de aanvraag insgelijks zou afgelezen worden. (Dit wordt gedaan.) Daarna verklaart hij dat hij daar niets aan toe te voegen heeft en betreurt de beslissing van het Schepencollege. Hij aanziet het als een plicht van dankbaarheid de toelaag te verleenen als blijk van hulde aan de 80, t. h. gesneuvelde Vlamingen. M. de Burgemeester haalt aan dat niet alle gemeenten eene toelaag verleenen. Hij meent dat de inrichting van Heldenhulde n politiek doel heeft en nadeelig is voor 't land. M. Carpentier zegt dat de gemeenten die eene toelaag weigeren de uitzondering ma ken dat al de Vlaamsche Provintien eene toelaag hebben gestemd. Hij zegt dat het spijtig is dat het Schepencollege daar politiek in vindt en zoo zelf de scheidslijn trekt. Eerw. Heer Deken en Dr Brutsaert maken deel van het Beschermkomiteit. Het Schepencollege haalt ook den slechten toestand van de kas aan. Daarom vraagt hij ook slechts eene toelaag van 1000 fr. en niet van 3000 fr. zooals deze aan den Footbalclub verleend. Hij betreurt het genomen besluit en vraagt het Schepencollege op hunne be slissing terug te keeren. naar den notaris keek. De heeren lieten Tda alleen in de keuken. Drinkt ge een glas wijn? vroeg van Maere aan den notaris. Dank u... Ik moet naar buis. - Ik moet nog een opmerking ma ken... Ge meent dat ik met jufvrouw Lamoens alleen ben op het kasteel. Jonker Raoul van Heilbeke logeert hier ook. Die schoftMaar waar zijn uw zinnen dan toch? Een kerel, die de laffe handhanger van de Kranschen is geweest. Ik weet het. En ge laat hem toe in uw huis. Hij is tot inkeer gekomen. Dat maakt hij u wijs... O, ik merk het weer, dat gij lang afwezig zijt geweest. Die boef wordt gehaat. Hij is een echte landverrader. van Heilbeke is ver afgedwaald. Hij lijdt er zelf onder, 't Is ook een tijd van verwildering geweest. Hij is een vriend uit mijn jeugd en dus acht ik het mijn plicht hem op den goeden weg te helpen. -Wat moeten de menschen van u denken Daar verhef ik me boven. van Heilbeke, die nu met die deerne van Posteels rond zwerft Hier zal hij onder vriendelijk, maar streng toezicht zijn. Ik begrijp u niet! In welken tijd leven we toch. Een tijd, waarin we breed oordeel moeten toonen, notaris Ge zult me spoedig gelijk geven. M. de Burgemeester vraagt dat er ZOU gestemd worden over het besluit van het Schepencollege. M. Carpentier vraagt dat er zou gestemd worden' over het punt dat op de dagorde staat. Na een korte en vinnige bespreking over deze betwisting vraagt de Burgemeester de stemming over het besluit van het Schepen college. Dit wordt aanveerd met 7 stemmen ja (de meerderheid) tegen 4 stemmenneen (de minderheid). 7° Punt. Grondvergunning op het stedelijk Kerkhof. Gunstig advies. Vooraleer liet 8" Punt in gesloten zitting te behandelen staat de Heer Burgemeester recht en wenscht aan al zijn Collegas en aan de Stadsgenooten een gelukkig Nieuwjaar. M. Lefebvre beaamt deze wenschen en biedt den Heer Burgemeester zijne weder- zijdsche wenschen. 8" Punt. Vernieuwing van een vijfde der Leden van het Bureel der Hoppekeurders. Het mandaat van M. Emeric Yancaey- seele wordt vernieuwd. 9e Punt. Mededeelingen. Geen. BBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBEBBl NIEUWE OVERSTROOMING TE GREMBERGEN EN MOERZEKE. De rampspoedige toestand der over stroomde gewesten in het üender- mondsche is geenzins verbeterd. Het geweld van het hoogtij, Zaterdag mor gen, heeft den vloed opnieuw doen wassen te Moerzeke en te 'member gen. De binnendijk, door de genietroe pen gebouwd ten Zuiden van Dreygo- ten, heeft geen stand kunnen houden. Dreygoten was nauwelijks dees dagen van het water bevrijd en men was be gonnen met de drooglegging. Op eenige uren tijd was het werk van weken te niete gedaan. Niet min dan 200 huizen en 400hektaren landerijen zijn er overstroomd. De 900 bewoners die zich van den geesel bevrijd waan den, zijn opnieuw gedompeld in een diepe treurnis. De genietroepen zijn in allerhaast ter plaats teruggeroepen. Het R_ood Kruis bemoeit er zich mee om de 240 felst geteisterde gezinnen uit Grem- bergen te verwijderen en hen een onderkomen te bezorgen te Dender- monde. OVERSTROOMINGEN ROND BRUSSEL. Tengevolge van den overvloedigen regen is de peil der Zenne in groote verhouding geklommen. Vrijdag mor gen stond de rivier te Vorst minder dan een meter en half van den boord, 's Avonds verergerde de toestand, en bereikte het water den boord. M. Van- denhoudt, policiekommissaris, zond onmiddellijk zijne agenten naar de wijken van den Bempt om de bewo ners voor het gevaar te waarschuwen. De voorzorg was niet nutteloos want, later in den nacht, stroomde de Zenne over en zette eene groote uitgestrekt heid onder water. Verscheidene kel ders van huizen, dichtbij de Zenne ge legen, geraakten vol water. OVERSTROOMINGEN IN LIMBURG. De overvloedige regens der laatste week hebben in Limburg ontzaglijke schade veroorzaakt. Langs den De nier, vanaf Bilsen tot Hasselt, en ver- fier op tot Diest, staan al de beemden, de landerijen en tuinen blank, en men vreest dat deze watersnood nog groo- tere uitbreiding zal nemen. De schade is bijzonder groot in de hovingen, waar vele ingekuilde vruchten uitge spoeld zijn en zullen verloren zijn. Het vee is inderhaast uit de beemden en meerschen moeten gered worden. Tal rijke binnenwegen zijn onbegaanbaar, daar zij onder water staan. BBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBB MOTORONGELUK. Nabij het dorp Kreidelwitz, Duitseh- lancl, zijn twee motorrijders Glogows- ki en Kahl zoo ongelukkig van hun motorfiets g'evallen, dat Glogowski op den slag dood was. Kahl werd zoo zwaar gewond, dat hij kort na zijn overbrenging naar het ziekenhuis eveneens stierf. DOODELIJK MIJNONGELUK. In de Oranje Nassaumijn. te Heerle- heide, werd de 27-jarige arbeider Rit- zen door een steen getroffen die los gegaan was van het gewelf. De onge lukkige was schier onmiddellijk dood. Hij laat eene weduwe met vier kinde ren achter. BBI De heer Campens nam afscheid Ro bert dankte hem voor zijn hulp en vergezelde hem tot aan de poort. Hij keerde dan in de keuken terug. Jufvrouw Lamoens zal helpen, zei hij tot de nieuwe meid, Na jen paar dagen zijt ge het hier gewoon. Ja mijnheer. Ge waart dus zonder dienst, dat ge dadelijk naar hier kondt komen. Ik moest. Van vader. Neen, van den notaris. Hij is baas bij ons. Alles is van hem. En va der heeft schuld. O, jonker, ik zal 't u maar zeggen... Ik kan niet valsch zijn. De notaris wil dat ik jufvrouw La moens en tl bespiedEn ik moet hem alles vertellen wat de jufvrouw doet. van Maere schrok. Hij begreep plots de gedienstigheid van den notaris Maar ik doe het niet, hernam Ida. O, ik haat den notaris... Moeder heeft d veel om hem geschreemd. En mijn oudste zuster is om hem weggeloopen. Gevlucht Ja. Ze woont ergens in het Fran- sche. De notaris is een slechte vent, al toont hij zich anders. Hij is een scheinheiligaard. van Maere wilde hierover niet ver der uitweiden. Dus, Ida, ge zult niet klappen aan den notaris. O, neen, mijnheer. Niet, dat er iets verkeerd ge beurt. Maar de notaris heeft met mijn huishouden niets te maken. Kom nu eens mee ('t Vervolgt.)

HISTORISCHE KRANTEN

De Poperinghenaar (1904-1944) | 1929 | | pagina 5