Ware Liefde
oyer samsiie eenewieii
mm
Missienieuws
BI. 5. - 6-4-1930. - N' 14.
HET MANNEKE
UJT DE
Koperen spreuken
Pijprekkens
Dagbladrekkens
Pêle-Mêles
Alle slag van Kaders
Geldbeugels
Porte-feuillea
Valiezen
fBoek- Muziektesscheo.
Alle merken van
VULPENNEN.
Bureelgerief. Leesboeken.
Groote keus Trouwe bediening
bij
jSANSEN - VANNEST E,
Gasthuisstraat, Poperinghe.
TE VLAMERTINGHE
APRIL - GRASMAAND
1.000.000 FR. TE WINNEN
21.500.000 FRANKEN.
AANBESTEDINGEN.
UNION CENTRALE de la BOURSE
LrAiï&at&9v*^*<*8&
S3 r4> i% t-M. 'fEM
Kennis is meer waard ban rijkdom.
Zegt het spreekwoord -en terecht,
Rijk toch kan de armste worden,
Kennis koopen dat gaat slecht.
Spreken is zilver 'en zwijgen is goad zegt
het spreekwoord. En dat is waar. Maar toch
gebeurt het, dat men somtijds moet .spreken
om te voorkomen dat men door zwijgen te
veel zou zeggen!
IHRBBBBBBBSffSBSftaBBSRSBBBSaBBfl.
DE POPERINGHENAARJ
We zittesn dus weer in April:
Maar 't is een maand met luim en gril
Met schoone maar ook slechte dagen.
Daarom zegt volk, met recht en reên,
Nu opgepast voor groot en kleen:
April is daar weer met zijn vlagen.
Vlagen rijmt met behagen en als 't u
behagen kan, alderliefste Lezeressen en
vrienden Lepers, dan gééf ik u hier de
tien wijsheidsregels van Elias Thomson,
een Engelschman die verleden week zijn
105' verjaardag heeft gevierd. De man is
nog flink te pas en ik hoop alderliefste Le-
ressen en vrienden Lezers dat gij het ook
ooit zoo ver zult brengen.
1. Stel nooit uit tot morgen,
Waar gij heden kunt voor zorgen.
2. Waar ge zelve kans voor ziet,
Doe dat door een ander niet.
3. Nooit uw geldeken verteerd,
Eer ge 't zelve hebt vergeêrd.
4. Hebt ge iet nog zoo goedenkoop,
En er geld bij met den hoop;
Zoo het ding u baat geen zier,
Koopt ge 't altijd veel te dier.
5. Voor 't paaien van noodwendigheden,
Heeft de beurs nooit veel geleden;
Meerder kost ons honderdmaal
Hoeveerdij en ijdle praal.
6. Moet ge al eens van tafel gaan,
Eer de buik is heel voldaan;
Wil het nimmer niet beklagen:
't Is verlenging aan uw dagen.
7. Wie zijn last maar geerne draagt,
Die wel nooit van muugte klaagt.
8. 't Is onnoozel 't hoofd te bukken,
Voor toekomstige ongelukken,
Ingebeeld wel in 't verschiet,
Doch nog even niei geschied.
9. Wat er ook gebeure of niet,
Alles maar in 't schoonste ziet.
10. Woedt de gramschap in uw hart,
Die zoo licht den geest verwart;
Eerst dan eens tot honderd telt,
Eer gij u tot spreken stelt.
En hier volgt nu :iets uit den Boeren
almanak dien ik gekregen heb van mijn
nonkel Sisse. Ik heb hem seffens openge
sneden, niet nonkel Sisse, maar den almanak
en vond er allerhande dingen in die u en
mij te pas kunnen komen.
BOERENALMANAKSKEN. Vroege Pa-
schen, vroege zomer.
Een droge Meert.:is'geld weerd,
Als "t in April maar regenen wil.
April koud en nat veel koorn in 't-vat.
Nooit April zonder aren, nooit Mei
zonder bloeisel.
DE KOEKOEK ZEGT:
Er zrnge wat wil,
Xk en zing niet voor halven April.
DOCH DE MENSCHEN ZEGGEN VAN
DEN KOEKOEK:
Met halven April zal hij zingen,
Of Zijn g... :moet springen!
Manneken, zegt Marenta, een beetje be
leefder, astemblief. IN DEES MAAND vieren
we dus het Paaschfeest. Alle katholieke
menschen zouden moeten weten welke ge
beurtenis -er dien dag in de H. Kerk wordt
herdacht. Ge zult misschien zeggen: dat
weet toch iedereen. Hewel, ge zijt er wel
m Vraagt eens, zoo onverwachts, aan ver
schillende van uw kennissen: wat viert men
op Paschen, Sinxen veertig dagen na
Pasehen 033 15 Augustus, op 1 November?
Wanneer is 't Onze-Lieve Vrouw Boodschap,
Onze Lieve Vrouw Geboorte, Onze Lieve
Vrouw Onbevlekte Ontvangenis? Velen, zeg
ik, zullen u bezien als een koe die voor eer,
piano staat. Maar vraag eens: welke zijn
de beste koereurs, welke zijn de schoonste
cinemaspeelsters, welke zijn de nieuwste
dansen, de leste filmen'?
'k Durf wedden voor honderd frank.
Dat jze allegaar
Subiet staan met een
Antwoord klaar.
33e vader van .Janneken stand ook met
•een antwoord klaar. Jaimeke was bezig met
•gewi jde geschiedenis te .feeren en vroeg:
Maar, vader, waarom is Onze Lieve
Heer, als Hij verhezen was, eerst aan de
vrouwen verschenen
BBSBflBSSBBBBBS
Mengelwerk van 0e Popi-ringhenaar15.
ROMAN
door A. HANS.
Wel, mijn kind, dat was opdat de 'tij
ding spoediger zou verspreid worden.
Marenta beziet me kwaad en ze pruttelt:
de vrouwen vertellen wat ze niet zwijgen
kunnen en de mannen klappen dikwijls hui
der tong voorbij. Dat gebeurde ook met
Gustje van den pasteibakker. Gustje van
den pasteibakker had kwade perten, en
schreeuwen dat hij deed! Eene oude dame
kwam binnen om eene fijne pastei te eten
en een kommeken chocolade te drinken. Zij
zag Gustje perten en schreeuwenMaar,
Gustjezei ze zoo, ge moogt zoo niet
schreeuwen, ge zult daar zoo leelijk van
worden! Gustje hield op, en bekeek
haar stijf: - Als het zoo is, Madame», zèi
hij, dan moet ge fel geschreeuwd hebben,
als ge jong waart.
Ge hoort de menschen dikwijls zeggen:
toen ik jong was hadden we strenge winters
en warme zomers en nu is dal iallegaar -Ver
anderd. Hewel! wat het zomerken betreft
dat ons te wachten staat opgepast. Een
geleerde uit Frankrijk zegt dat we een zomer
gaan krijgen, zoo droog dat 't al zal ver
pulveren.
De voorzegging van een profeet,
Die brood en patatten eet,
zegt Marenta, In alle geval: we mogen ge
rust zingen:
Regen
milde zegen
valt uit de wolken hoog
rap en zeer
op de aarde neer
want het is hiei- droog! droog! droog!
Een Hollander, een zekere meneer Ver
aart, heeft verleden week gébrobeerd om
met een machientje van zijn uitvinding de
regen uit de lucht te doen vallen. Of 't ge
lukt is weet ik niet. Maar wat ik wel weet,
dat is dat al de paraplumarsjangs van
't land een beeweg hebben gedaan te voet
naar 't Heiligdom van Sint Medardus te
Schittelsholleschuilegem om den heiligen
man te bidden en te smeeken toch regen te
laten vallen, daar zij geen enkel parapluutje
meer kunnen verkoopen.
ADELINE Kortheuvels en haar zuster
wilden eieren verkoopen op de markt te
Hasselt maar ze waren niet versch meer,
't waren opgelegde en rotte eieren. De po
litie stak er zijn neus in, niet in de eieren,
maar in dat zaakje. Aangezien dat het de
eerste keer niet is dat Adeline de menschen
wil foppen, kreeg ze een ferme boete. Maar
A.deline werd kwaad en smeet den politie
agent eenige eieren naar zijn kop. De vent
stond daar met een partij gele decoraties die
hij niet had gevraagd en die in 't geheel geen
goede geur hadden. Dat grapken zal Adeline
nu zeker duur te staan komen. En Marenta
zegt:
Menschen, die hun slechte waren
Aan hun evenmensch verkoopen,
Mag men toch zoo mm als dieven
Vrij laten in 't ronde loopen.
Daarin heeft Marenta groot gelijk. Wie
ook gelijk heeft, dat is Wantje Zuurbier,
waarvan ik u hier een briefje laat lezen dat
hij naar zijn Petronel heeft geschreven. Pe-
tronel heeft mij een brief gebracht en ge
zegd: Manneken, zet dat maar ne keer in
«De Poperinghenaar daar willen de al
derliefste lezeressen en vrienden lezers meer
deugd van hebben dan van 'moord en brand-
histories. Wantje is dus hij den troep en
hier volgt zijn brief.
AlterliefstePetronel
Gij zult wei verwondert zijn geweest
asdatte gij sedert een maaitd geenen brief
gehad hebt van uwen beminden Wantje maar
ditte komt omdat ik in -den bak heb geze
ten zooals Dorus van Scheve Lazonder en
Jef van Marie van Warmeken' de vroeivrouw
u wel zullen hebben vertéld.'Ge moet we
ten, alderliefste Petronel, aSdatte die os-
sefier die ons 'krommandeert een franskil
jon is die de flaminganten riiét kan verdra
gen.
Het is een zekere Holefermus Smout-
vier. Zijn poepa heeft nog te Lokeren op
de markt gestaan met -fleschkens tegen de
tandpijn en de eksteroegen en zijn moeijer
gmg langs de deuren om konijnenvellen
Nu had dien kerel reeds lang een pik op
mij omdat 'hij weet dat ik een flamingant
ben, mijn alderliefste Petronel. "Hij liet mij
roepen en hij zei mij zoo Afooepcrtant gij
zijt een flamingant
Ja dfkop, néi ik.
Maar toen was 't er ®p, Aicletliafste Pe
tronel.
Hij begon "ze vtoeken en "te sakkeren en
hij riep: -watte gij noemt mij "dikkop.
Let wel op, Petrenel; ik had riiet gezegd:
ja dikkop anaar dik-op 'tusschen die
twee woor.den as een groot verschil.
Dikkop wil zeggen: iemand met een
cükkm kop maar dik op -wil peggen:
volop. Dat verstaat in ons (dorp het klein
ste kind. Maar Smoutvier wilde da-: niet
verstaan. Nu -moet .ge weten, vilder?iefste
Petronel, asdat Smaite vier er abselum aan
houdt dat zrjn naam op zijn framed-vordt
uitgesproken. Wij mogen dus niél zeggen:
luitenant Smout-vier, maar moeten zeggen
luitenant Smoevjee. -Dat klinkt idéipger.
Ja, dat weet ik, maar ik geef er geen
zier om.
Ge hebt toch wel wat overdreven ge
handeld.
Zoo, vindt ge dat?
Ge brengt alles uit het evenwicht...
Peter, dat zijn woorden van uw pa
troon... Het evenwicht hier is het in stand
houden van uitbuifierij... Gij zelf klaagt
over uw klein loon en nu er een is die
een nieuwen weg opgaat, die rechtvaardig
heid betracht, praat ge met uw uitbuiters
mee. En «aarom? Omdat ge u verheven
voelt boven .de arbeiders...
Ik ben ^een bediende...
Ja. en de tijd zal komen, dat de
arbeiders door vereeniging en door een
drachtige samenwerking een beter lot zullen
hebben dan de bedienden, omdat vele vnn
deze meenen dat het hun niet past met
arbeiders samen te werken tot lotsverbete
ring... o, ik weet het wel, veel bedienden
kritikeeren mij ook. De ware oorzaak is
jaloezie omdat mijn werklieden meer loon
ontvangen Dat ze liever samenwerken om
aan hun schandelijke uitbuiting een eind
te maken...
- Ik ben het niet met u eens... Bij Looze
wordt er reeds gedreigd met staking. De
werklieden daar willen evenveel verdienen
als de uwe.
Ze hebben gelijk.
Maar Looze weigert opslag te geven.
Hij kan het best doen, hij verdient
genoeg.
Hij zegt dat hij liever maanden zijn
fabriek «luit. Hij moet er geem boterham
minder om eten. Als lammetjes zulten gde
werklieden terug heeren, beweert hij. En -er
zullen meer stakingen volgen.
En dat is mijn schuld, hé, Heter:! ."Jaj
zoo oerdeefen de menschen, vooral zij, die
veel verdienen, d&e er goeö in zitten, niet
weten van de zorgen en de armoede in
arbeidersgezinnen! Maar dat kerels als $gij|
ze napraat, jongens en mannen ook m-
ders die fatsoenlijke armoede lijden...
Ze kiezen de partij der heeren, omdat te
een tover jas, een col en een hoed dragen <en j
daar achter hun huiselijke zorgen weg ste
ken... Als er staking komt ligt de schuld
bij patroons als Looze, die geen -recht willen
doen.
Ik voorzie roerige dagen te Belaarde,
hernam peter Dankers.
Bij mij op de fabriek is alles -rustig en
heerscht er een goede geest...
't Ge'kiof het... als ze daar nog niet
tevreden waren.
Welnu, ik heb het verkregen dooi een
daad van eenvoudige rechtvaardigheid.
Maar zuil gij het kunnen volhouden,
George?
Weer zoo'n bewering van de patroons!
En ik weet dat ze meer -uit strooien... dat
ik een list gebruik om hier 't zaad van;
ontevredenheid te strooien, dat ik den weg
bereid voor socialisme... En jk vrees, Peter,
dat gij dit ook zult napraten... Zoolang de
patroons voor al die egotische tactiek op
hun bedienden kunnen rekenen meenen zij
sterk te zijn. Maar den stroom der arbeiders
kunnen ze niet weren! Wat ze niet vrij
willig toestaan, dat zal hun afgedwongen
worden. Ik verkies de inspraak van mijn
geweten boven dwang.
Géorge is er voor mij nog geen plaats
open -op uw kantoor? vroeg Peter.
Neen, ik heb mijn voltallig personeel
Maar gij hebt nu die houtzaak van
Moerman overgenomen!
Daar zijn meur menschen die als ze van
niet tot iet komen aan hun naam een fransch
tintje geven, maar aangezien Smoutvier een
vlaamsche naam is, spreek ik dien naam
uit zooals hij geschreven staat; vandaar
nieuwe woede van dien sabelsleper. De
vlaamsche jongens moeten dat dan bezu
ren. Ja Peternelleken, 't ziet er niet pluis
uit. God weet wanneer we zullen kunnen
trouwen. Ze zeggen hier dat de Fransozen
weer oorlog willen gaan voeren en dan
moeten we meê. Onze vorige regeering heeft,
toen ze op sterven lag, het militaire verbond
met Frankrijk geteekend.
God weet hoe ze daar de Vlamingen weer
eens te slim zullen zijn.
Alderliefste Petronel, ik eindig met de pen
maar niet met het hert. Gij moet vele groe
ten hebben van Dorus van Scheve Lazonder en
van Jef van Marie van Wanneken de Vroei
vrouw maar van mij krijgt wel honderd
zoete kussen al is het maar met de post.
Uw totterdood getrouwe
Wantje Zuurbier.
Hewel! wat zegt ge er van: is 't niet om
compassie te hebben met dien Wantje
Zuurbier. Bier dat drinkt ge in een herberg.
Daar zijn herbergen en herbergen: goei en
slechte. Lest kwam ik alzoo in een staminee,
ergens op den buiten en hoe het daar ge
steld was, hewel, lees:
AAN EEN MAMMEZEL!
Mamzei, ik heb verleden week
Bij u een pint gedronken...
En 'k kon meteen in uw café
Eens luimen en eens lonken.
Ge stond daar achter uwen toog
Met kleurtjes op de wangen...
En aan uw ooren hadt ge twee
Fameuze ringen hangen.
Uw lippen waren met een verf
Zoo rood als bloed bestreken...
Wel twintigmaal hebt gij terloops
In 't spiegeltje gekeken.
Uw bloes van roze zijde was
Lijk men op onze dagen
Te Brussel, door de juffers ziet
Van de kavicjes dragen.
Daar lag een boeksken en ge waart
De lezing pas begonnen...
Ik zag den titel: Och mamzei
Ce leeso dus: «La Gargonne
Daar Lwgm een type uw herberg in.
Een van uw vaste klanten...
L'n 'k hoorde dat ge spoedig waart
In 't fransch aan 't parlesanten.
Maar 't was me een franscho mamreesel
Dat daar toen werd gesproken...
't Was of ge een gloeiende patat
Hadt in uw mond gestoken.
En wat ge zooal hebt verteld
Dat zal ik maar niet verklappen...
Maar wat u 't beste passen zou
Wel dat zijn: zeeverlappen.
Wat vlaamsch is haat gij, mam zei.
Maar gij schijnt te vergeten
Dat 't toch in 't Vlaamsche land is,
Dat gij modepop, moet eten.
Wat Vlaamsch is, haat gij, mamzei
Wel, maak dan rap uw bussel
En trekt er meê da's 't beste nog
En trekt er meê naar Brussel.
Want modepoppen van uw soort
Die spuwen gift, gelijk 't venijn.
Dat zijn hier groote plagen...
In velden... hof en hagen...
Venijn dat brandt men uit;
Ik wil hiermede nu besluiten...
Zoo'n modepop, dat is een pest
Voor onzen Vlaamsehen buiten.
Helaas! ja, waar zijn ze nog de staminees
waar 't Kruisbeeld boven de schouw hangt
en de goed gekende schilderijen met de
spreuken: Geloofd zij Jezus-Christus! God
ziet mij; hier vloekt men niet. Gelukkig,
zijn er in 't geloovig Vlaanderen zoo nog te1
vinden... maar elders in 't land worden ze
schaarsch, schaarsch...
Nu heb ik het gedichteken nog niet ge
geven van uns .Fonsken. Hier rs bet
EE ORLOGIE.
Ons vader heeft twee orlogies
Een van zilver en een van goud.
Die van goud heeft hij kado gehad
Toen hij is getrouwd.
Die gouw arJogie doet hij maar aan
Als hij naar een feest moet gaan.
Met dat zilver orlogie gaat hij naar aijn
Dat orlogie is zeer sterk Iwefk.
Lest was 't orlogie van ons vader vuil
Ik meende te ikuisnhen van buiten
En van binnen met een vodde
Maar vader zei: gij stomme uil
Ge bederft mijn 'klodden.
Op een orlogie kan anen zien hoe laat het is
Als men verstand bebt van die zaken.
Onze Miel en .Jan .en Sis
Die kunnen daar uit wijs geraken
Boven aan 't orlogie staat een knop
En daarlangs draait men 't orlogie op.
HIBfiflBBSSlB'iBB&BBftBBBBBBJflBBMKBKB
Overgenomen? Wel* neen... Het is de
zaak van de weduwe Moerman...
Och, kom, zonder u, ware er alles voor
.gehuld verkocht!
Dat is wat anders.
En gij hebt daar ook personeel noodig...
Lotje zal het kantoor doen.
Wat kent zij er van? Ze heeft altijd
Uie groote jufvrouw uitgehangen...
- Dat is niet waar,, Peter... Ik geloof,
dat er nu weer al menschen jaloersch zijn
omflat die zaak niet verkocht is, maar blijft
voort bestaan.
O, sommige menschen hebben veel
geluk...
Hebben de Moermans zooveel geluk
gehad.? Denkt ge, dat de weduwe en Lotje
hun den doode reeds vergeten zijn? Is niet
veel van hun levensvreugde mee ju dat graf
verdwenen?
En zal Lotje het kantoor alleen kun
nen doen? Zie, .ik zou me daar :aan die
zaken willen wijden.
O, Peter, bopw daarop uw toekomst
niet. Ge zijt trouwens in een heel ander be
drijf... Maar nu mag ik me niet langer op
houden.
En George nam vrij bruuks afscheid.
Hij wil ine niet helpen, bromde Peter
Dankers. In zijn hart is hij toch verwaand
en zal hij met zijn vroegere kennissen bre
ken. Op hem moet ik niet hopen... George
Verlane krijgt het te hoog in den bol. En
waarom moet hij zoo'n geluk hebben en ik
een klerkje blijven!
.George had bij Peter Dankers weer de
enge mentaliteit van Belaarde gevoeld.
Peter kan ik nooit in mijn dienst nemen,
dacht hij bij zich zelf. Veel te babbelachtig.
En 't zou geen verhouding zijn. Kan ik hem
anderszins helpen, ik zal het niet laten.
Maar in mijn eigen bedrijf moet ik zakelijk
blijven.
Lydia Molenaars, zijn buurmeisje, was de
stoep aan 't dweilen, toen George daar aan
kwam.
En als de orlogie niet verder kan of wil
Dan staat de orlogie stil.
De man die de orlogies repareert
Is de orlogiemaker in 't fransch: orlosjee
En daarmeê
Is mijn opstel over de orlogie gedaan
En teeken ik: Fonsken van der Laan.
Allee! Fonsken is poejeet geboren
Fonsken zal poejeet sterven.
en
Salutjes, alderliefste Lezeressen
'k Heb vaak en ben verdorie moe...
En na al deze zedelessen
Doe ik gerust de boeken toe.
't Manneken uit de Maan.
HOFSTEDEN
Menige hofstede van Vlamertinghe bezit
haar eigen naam, waarvan sommige nog
volksgemeen zijn. Eenige benamingen zijn
min of meer te loor gegaan en 't ware spijtig
moesten al die oude namen geheel verdwij
nen! Wilden sommige eigenaars hunne oude
eigendomstitels eens overzien, dan zouden
er voorzeker hier en daar nog eenige van
die oude benamingen te voorschijn komen!
Inlichtingen over benamingen en wetens-
weerdigheden dezer hofsteden zullen met
dank aanveerd worden.
Hieronder een begin dezer opzoekingen:
deze hofstede, alsdan verpacht aan Andries
Quaghebeur, den eigendom van Joannes
Vanheule-Coolsaet. Later ging dezen eigen
dom over op hunne kinders en nakome
lingen, die deze hofstede zelf beboerden en
na den dood van Sophie Vanheule, in 1910,
werd deze hofstede verkocht aan Cyriel
Ampe-Coene, wiens vrouw eene kleinnicht
was van Sophie Vanheule. Op 9 Mei 1923
wierd deze hofstede den eigendom van M.
Henri Adriaen, veearts te Poperinghe, klein-
neef van voornoemde Sophie Vanheule. Dus
sinds méér dan 160 jaar is de Roo Balie
den eigendom derzelfde familie gebleven!
Volgens de gezegden van de kinders Van
heule was men eertijds door de legeroversten
verplicht de hofbalie rood te verwen en de
huidige eigenaar heeft dit oud gebruik voort
gezet.
Op Zondag 6 Januari 1918, rond 8 ure
's morgens, werd door onvoorzichtigheid van
Britsche soldaten deze hofstede in brand
gestoken. Woonhuis, peerdenstal, koeistal en
zwijnenstallen zijn afgebrand. Twee zwijns,
't huisgerief, landbouwalaam en landbouw-
vruchten zijn door 't vuur vernield. Deze
brand is begonnen in een kelder, welke door
de Britsche soldaten als telefoonbureel in
gericht was. Bo.ven dezen kelder was een
duivenkot van 't leger en een honderdtal
duiven zijn insgelijks in den brand omge
komen. De schuur en de keete waren ge
vrijwaard gebleven en gedeeltelijk de vouw-
te, welke uit de jaren 1600 dagteekende.
Na den oorlog is de Roo Balie herbouwd
en de vouwte in haar oorspronkelijken trant
hersteld.
Deze hofstede, ruim 4 ha. groot is thans
beboerd door Arthur Vandenbussche-Logie.
'S IIEEREN JANS ZETEEE, bijgenaamd
«DE CAYENNE.. (Sectie A Nr 430A).
De hofstedegebouwen van 's Heeren Jans
Zetele zijn zeer oud en waarschijnlijk nog
in hun oorspronkelijken trant gebleven. De
hofplaats is langs drie kanten omgeven van
een wal en langs voren afgesloten met stal
lingen en inrijpoort, 't Is de eenigste hofstede
op de gemeente welke nog alzoo omsloten is.
Op de gebouwen is geen enkel jaartal op te
merken. Algemeen wordt deze boerderij de
Cayenne genoemd.
Deze hofstede meest bestaande uit ont
gonnen boschland en zwaren kleigrond is
bekend als eene der minst vruchtbaarste
van de streek en heeft eene oppervlakte van
omtrent 20 hectaren.
De tegenwoordige pachter is Oscar Cat-
teau-Ingelbeen.
6 Z Passiezondag', H. Ccelestinus I. p.
7 M Gel. Hermanus Jozef, bel., H. Albertus.
8 D H. Perpertuus, biss., H. Bademus, mart.
9 W H. Waldetrudis, wed.
10 D H. Mechtildis, m., H. Macarius, biss.
11 V O. L. V. der VII Weeën, H. Leo de Gr.
12 Z H. Julius, p., H. Erkembode, biss.
IflBRfl&KSLKBBBBSRHBBSSgcSlil&KSKiSBH
'T LEGERGOED (Sectie E Nr 346A).
In 1717, en zeker vroeger, bestond er
't Groot Leghergoet en 't Cleen Legher
goet Deze laatste hofstede welke in de
nabijheid van 't Groot Leghergoetge
bouwd was, bestaat sinds langen tijd niet
meer en hare landerijen zijn gevoegd bij
de eerst gênoemde hofstede, die nu alge
meen bekend staat onder den naam van
't Legergoed
De hofsteden 't Groot Leghergoeten
't Cleen Leghergoetwaren eertijds het
leengoed van de familie Immeloot, welker
eigenaars den titel droegen van Heere van
de LegherBij 't uitbreken der Fransche
Revolutie was den Heer Baron Philippe-
Joseph-Antoine de Coullemont de Waterleet
eigenaar van dit leengoed.
Eene beek loopende langs deze hofstede
-draagt den naam van Legergoedbeek.
Het tegenwoordig woonhuis werd gebouwd
in 1817.
Op 25 November 1914, rond 10 ure 's mor
ons, is er door onvoorzichtigheid van Fran
sche soldaten, welke op deze hofstede ge
kantonneerd waren, brand ontstaan in
't wagenkot dat met strooivlaken afgezet
was. Wagenkot en hennenkot werden door
't vuur vernield, alsook eene groote hoeveel
heid landbouwvruchten, voor eene weerde
van 7000 frank. Deze hofstede was alsdan
beboerd door Jules Desmyter-Lievens.
Na den oorlog 1914-1918 werd deze hof
stede verpacht aan Arthur Vandeputte-
Planckaert.
Tijdens het stormweder van 8 Maart 1922
is ,de schuur omgewaaid en nog 't zelfde
jaar herbouwd.
De hofstede t Legergoed is he grootste
in uitgestrektheid van geheel de gemeente.
Zij bedraagt omtrent 60 hectaren.
DE LISSCHEWALLE (Sectie G Nr 321A)
De hofstede De Lisschewalle was eer
tijds een leen en behoorde in 1717 aan den
Heer Jacobus de Wavrans.
Het tegenwoordig woonhuis dagteekent
van 1763 en de peerden- en koeistallen
van 1872.
Deze hofstede beslaat eene oppervlakte
van ruim 24 ha. en is thans beboerd door
Cesar Bouve-Quaghebeur.
Tijdens den oorlog 1914-1918 hebben de
Engelschen een legerweg gemaakt langs
deze hofstede om de Casselstraat met de
Beliestraat te yerbinden. Thans is deze weg
door .de gemeente onteigend en onder de
.gemeentewegen opgenomen.
DE too BALIE (Seetie E Nr 248B).
.Be naam Roo Baliewordt vermeld in
eigendomstitels der jaren 1600. In 1769 werd
'BBSEBBSBBBMBRBBSiaSBflBBBEEBBBIIfi
Altijd 't zelfde, dacht George. Lydia zal
me nog dwingen onvriendelijk te worden.
Zoo, George, terug van het kantoor?
vroeg Lydia.
,1a, nsturlijk...
Maar wat zegt ge van Malvina Brand-
®en! Die wordt nu toch al te verwaand met
haar vreemden vrijer. Vanmorgen kwam ze
met hem hier voorbij. Ze wees naar uw
huis en ze lachtten alle twee. Ze zal zeker
op u geschimpt hebben. Ik zag haar doening
door het raam.
O, kan me niet schelen...
Wat verbeeldt ze zich. We weten toch
ook dat ze niet van rijke afkomst is, af dacht
ze zich zoo voor... Nu lachen, omdat uw
moeder winker houdt. O ja, ik zag het dui
delijk dat ze met u spotte...
Die mededeeling trof George toch pijnlijk
Hij had reden genoeg om Malvina te ver
achten, maar hij 'kon niet. En het was hem
evenmin mogelijk hoonend over haar te spre
ken tot Lydia...
Moeders noenpot zal gereed zijn, Lydia,
sprak hij... Gegroet,.,
Ik wou het u toch zeggen van Malvina.
Ik vind haar houding gemeen...
Maar ge kunt u vergist hebben. Mis
schien vertelde die mijnheer iets geestigs en
lichten ze daarom, juist toen ze hier voorbij
kwamen.
Maar ze keken naar het winkelraam...
't Was over u dat ze 't hadden, beweerde
Lydia...
Och, trek het u dan niet aan. Gegroet-
En George stapte binnen... Neen hij kon
aan dat geklets niet mee doen.
Zijn ouders zaten in de keuken.
Vader Verlane begon dadelijk over de
dreigende staking bij Looze.
De arbeiders hebben opslag gevraagd
tegen 't eind van de week, beweerde hij. En
als ze er geen krijgen komen ze Maandag
niet terug.
't Was iets dat het rustig leven van Be
laarde ernstig bedreigde. Maar George be-
'T KASTEELTJE (Sectie A Nr 380E).
Deze boerderij ligt tusschen de Poperinghe-
steenweg en de Galgestraat en behoort thans
aan M. Oscar Bataille-Deroubaix te Pope
ringhe.
Deze hofstede wordt onder 't volk
't Kasteeltje genoemd, waarschijnlijk om
reden dat het hoofdgebouw als eene heeren
woonst geschikt is en door vroegere eigenaars
als een buitengoed aanzien werd.
In 1858 bestond er een wal rond de ge
bouwen.
Tijdens den oorlog 1914-1918 werd door de
Engelschen op deze hofstede, door hen Red
Farmgenoemd, een veldhospitaal inge
richt. Groote schade ondergingen deze ge
bouwen tijdens de schrikkelijke mijnontplof-
fing, welke op 27 April 1918 in de nabijheid
plaats had.
Deze hofstede, ruim 8 hectaren groot, is
beboerd door Cyriel Gesquiere-Ghyselen.
REMY DUFLOU.
j Belgische Fabriek
IChicorei WYFELIER-TAFFIN
Naaml. Vennootschap, YPER.
NOG UIT DE WREEDE MISSIE.
Het weze ons gegund nog eens en drin
gender te wijzen op den hongersnood die
thans in China woedt, en die er millioenen
menschen wegmaait en gansche streken tot
woestijnen maakt, schaarsch bewoond door
wandelende geraamten in lompen gehuld.
Wie er aan de ijzeren greep van den wor-
genden hongerdood ontkomt, wordt toch de
prooi van typhus of ingewandsontsteking of
valt onder de moordende hand van sterke
ren die eten zoeken, eten willen, eten eischen
Alles wat kan verkocht worden, wordt aan
den man gebracht: meubels, kleederen, ge
rief, en helaas! ook vrouwen en kinderen.
De kleinsten worden als nuttelooze ballast
weggeworpen of naar de missiezusters ge
dragen, die door overmatig werk en onmen-
schelijke ontberingen zelve ziek worden.
Een wanhopige strijd is 't tegen den hon
gerdood die als een tyran over 't land
heerscht. Welke mensch met 'n hert kan
bij dien nood ongevoelig blijven? Welke
christen zou zich niet ontfermen over zijne
broeders, de lijdende ledematen van Chris
tus, over de arme doolaards van heidenen
die nu bij de geloofszendelingen om hulp
roepen, om hulp schreien?
Alle giften voor de Missie worden met
dank aanveerd door E. H. Lowie, in 't colle-
gie te Poperinghe, en door E. H. R. Debevere,
St Janskruisstraat, 5, Poperinghe. iPost-
checknummer: 197972.)
6B39BBBBBSSBS!SRBBBBBegB3HBH@!SB
door het koopen van loten der
Verwoeste Gewesten
betaalbaar door kleine stortingen vanaf
9 fr. 50 per maand.
Vanaf de eerste storting neemt gij deel
aan al de trekkingen. Bij geval van uittrek
king van uw lot, zal de gansche premie u
toebhooren.
Ieder jaar zijn er 32 Trekkingen, 233 loten
worden uitgetrokken voor een totaal van
De volgende trekkingen zullen plaats heb
ben:
den 10 April
den 10 April
den 15 April
den 20 April
den 20 April
den 20 April
1 lot van 250.000 fr.
2 loten van 100.000 fr.
1 lot van 1.000.000 fr.
2 loten van 100.000 fr.
3 loten van 50.000 fr.
15 loten van 10.000 fr.
12 APRIL. Te 11.30 u., ten gemeente
huize te DE PANNE, uitbreiden der water
leiding II. Bestek 267.000 fr. Lastkoh. prijs
25 fr. en plannen 80 fr. ter inzage ten ge
meentehuize (9-12 u.).
12 APRIL. Te 10.30 u., ten stadhuize te
VEURNE, door de Intercommunale Drink-
watermaatsch. van Veurne-Ambacht, leveren
en plaatsen van een pomp met motor. Last
koh. prijs 20 fr. en plan, 25 fr. ter inzage
ten bureele van voorm. maatsch., 6, Kaai-
plaats te Veurne (9-12 u.).
14 APRIL. Te 2 u., ter paslonj van
O.-L.V. ter Panne te DE PANNE, bouwen
der nieuwe kerk aldaar. Bestek (onderkerk)
fr. 523,755.38; id. (gansch de kerk) 1,682,739.92.
Borgt. 10 t.h. Stukken prijs 60 fr. ter in
zage bij de hh. bouwm. Viérin Jos. en Luc.,
14, Lange Reie, Brugge. Aanget. inschrijv.
11 April, aan de Eerw. H. A. De Riddere,
pastoor van O.-L.V. ter Panne, te De Panne,
(afzonderlijke aanbiedingen).
18 APRIL. Te 11 u., in den dienst dei-
Baan, voormalig Flandria-Palace, te Gent
St-Pietérs, wederoptrekken van keten ter
statie POPERINGHE, Posten I en III. O.W.
29 in de baan DIXMUIDE-NIEUWPOORT;
O.W. 146 in de baan POPERINGHE-ADIN-
KERKE, O.W. 32 te NIEUWPOORT-STAD
O.W. 26 in de baan INGELMUNSTER-
THIELT, en O.W. 126 in de baan BRUGGE
KORTRIJK. Bijz. lastk: Nr 20-22 van 1930,
prijs fr. 8.50.
19 APRIL. Te 11 u. 30, ten gemeente-
huize te DE PANNE, waterloozingswerken.
Bestek 208.000 fr. Stukken ter inzage en te
koop ten gemeentehuize, 9-12 u.
-.■SffiSSBSi
toogde dat zulke botsingen niet konden ver
meden worden indien de vraag naar meer
recht op het egoïsme van de meester af
stompte.
George zou bij dit alles het hoofd koel
houden. Zag men in benden verstoorders
van de r-ust, zijn geweten was gerust.
In een plaatselijk weekblad verscheen een
heftig artikel tegen hem. Hij wist dat dit
blad onder de macht lag van eenige dei-
rijkste fabrikanten, die de uitgave bekostig
den, want het gazetje kon anders niet be
staan. Het werd trouwens in vele herbergen
kosteloos gebracht. De arbeiders moesten
lezen wat er geschreven werd om hen in
't gareel te houden. Tegen de drankplaag
streden de heeren niet. Integendeel er waren
er die rijen werkmanswoningen bouwden en
bij eiken blok een paar herbergen voegden.
George zag al het buiten egoisme zoo dui
delijk. Er waren nog fabrieken te Belaarde
die een eigen winkel hadden. Een deel van
het loon werd uitbetaald in bons, welke men
in dien fabriekswinkel moest uitwisselen
tegen waren. En de patroons die niets tegen
de drankplaag ondernamen beweerden dat
zij die bons hadden ingevoerd om te verhin
deren dat de mannen hun loon verdronken!
Maar ze leverden voor die bons slechte
waar, waarop ze ook hun winst berekenden.
George kende al die toestanden van vroe
ger, maar een verblijf in den vreemde was
noodig geweest om hem scherp al het sla-
pelijke daarvan te doen gevoelen. O, hij
zou kunnen antwoorden met een geweldig
artikel... dat als zweepslagen zou neerko
men. Doch hij wilde wachten. Hij had reeds
een gewichtige daad gesteld, ingrijpender
dan veel artikels het hadden kunnen zijn.
De patroons hielden een openbare verga
dering. Ieder mocht komen. Velen werden
gedwongen ze bij te wonen.
Er v/as algemeene verbazing toen ook
George Verlane er verscheen. Alle blikken
gingen naar hem.
10 Mei 1 lot van 250.000 fr.
10 Mei 2 loten van 100.000 fr.
20 Mei 2 loten van 100.000 fr.
20 Mei 3 loten van 50.000 fr.
20 Mei 15 loten van 10.000 fr.
Voor alle inlichtingen wendt U tot de
Naaml. Maat., Beursstraat, BRUSSEL.
Of bij:
Jufïr. Simone Lansens, Post, Vlamertinghe,
Ernstige Agenten worden gevraagd.
IBBBBHSaBaHHBHUUHBBBaBBa
SCHROMELIJKE GEVOLGEN DER
VERZWAKKING VAN HET
GODSDIENSTIG EN ZEDELIJK GEVOEL.
DUITSCHLAND.
De te Berlijn gevestigde Bond voor de
bescherming van het Kindklaagt in de
Pers erover, dat in zekere gewesten van
Duitsehland. en vooral in Silezië, een af
schuwelijke praktijk: het verkoop!:!! van
kinderen, een alledaagsch verschijnsel wordt.
De ouders, die tot armoede vervallen zijn,
aarzelen niet, zich uit den nood te helpen
door één of twee van hun kinderen af te
staan.
De bladen staan vol met advertenties van
ontaarde ouders, die kleine jongens of meis
jes te koop bieden in dezelfde bewoordingen,
die men zou gebruiken om 'n dier of een
voorwerp, waarvan men zich wil ontdoen,
Een moeder van drie kindéren heeft ge
poogd, de arme kleinen te verkoopen tegen
duizend mark per stuk
Een vader die meubels had gekocht op
afbetaling, en niet aan zijn verplichtingen
kon voldoen, presenteerde zijn dochtertje
van vier jaar, om aan het noodige geld te
komen.
I11 een plaatsje van Neder-Silezië had een
werkman, vader van negen kinderen, die
met zware geldelijke moeilijkheden worstel
de, het plan opgevat, eën van de ongelukkige
schepselkens bij opbod te verkoopen.
Dikwijls gebeurt het, dat de politie moet
tusschenbeide komen, om zulke wraakroe
pende, afschuwelijke dingen te beletten.
Wij behoeven wel niet te zeggen, dat deze
barbaarsche, onnatuurlijke, walgelijke prac-
tijken een der gevolgen zijn van het euvel
der ontkerstening en ontzedelijking, dat
vooral sinds den oorlog in het philosophi-
scheDuitsehland schrikbarende verwoes
tingen in de volksmassa's aanricht.
George bleef van achter staan. Voor, rond
een groene tafel zaten de voornaamste fa
brikanten. George bemerkte bij hen ook
Klaas Brandsen, netjes gekleed. Was de
nieuwe handelaar nu opgenomen bij het
korps der nijveraars? Maar naast hern be
vond zich mijnheer de adellijke jonker, die
de verloofde zou worden van Malvina, naar
men reeds algemeen vertelde.
Een der fabrikanten opende de vergade
ring belegd om de goede orde, de rust, het
welzijn van Belaarde te bevorderen. Hij
waarschuwde tegen het zoel gefluit van een
partij, die op revolutie aanstuurde. Er was
te Belaarde een roekeloos voorbeeld gegeven
van zoogenaamde lotsverbetering, maar on
verantwoordelijke daden leidden tot ruïnen.
Een spreker zou nader uitleggen... hoe dwaas
het was eenige maanden hooger loon te be
talen, wanneer dit eindigen moest met het
sluiten der fabrieken van de vreemde mede
dinging.
De vreemde spreker besteeg dan het ver
hoog. Het was de adellijke mijnheer, die
men met Malvina Brandsen door het stadje
had zien wandelen.
En eenvoudige burgers van Belaarde von
den het schoon dat zoo'n edelman in een
vergadering van gewone menschen wilde
spreken. Barons en graven kenden gewoon
lijk slechts zeer gebrekkig vlaamsch.
Maar Pierre leek die taal uitstekend te
kennen. En welk een stem en welke gebaren!
't Was als een klok die luidde en dikwijls
bonsde de vuist met kracht op de tafel.
Want de redenaar begon met in den geest
de volksverleiders te geeselen, de mannen,
die de arbeiders opzweepten uit haat tegen
de hoogere standen, die alles beloofden, doch
niets konden geven en slechts tot doel had
den zich zelf te verrijken.
('t Vervolgt.)
CUUDUJM, het beste om meubelpfeiner
e plakken, m pakken van 1 en auu kij
iANSEN-VANNESTE, Pover.üdtc.