- EEN - - BRIL - ALLEEN BRIEF UIT BRUSSEL WEKELUKSCH LITURGISCH BULLETIJN Verschillir;Q Driller het manneke MAAN De Jonkvrouw van Lindendale W. VAN HEILE. KEURSEL IEPER BOTERSTRAAT, 41, GEVANGENEN ALS PROEFKONIJNEN IN AMERIKA DE SNELHEID VAN EEN KONIJN AANBESTEDINGEN (Van onzen bijzonderen Correspondent.) DB WAS NE gierigaard die op zekeren dag 't bezoek kreeg van en ouwen vriend van op 't college. Da 'k iets goed had om t'eten, zei de gierigaard, 'k zou U uitgenoodigd baSrbm om met mij te middagmalen... maar... Zijn knecht die dacht hem uit een nete- ligen toestand te halen, zei imn, halfluid: Mijnheer, gij hebt ne kalfskop... En gij stommerik, zei de gierigaard, gij hebt nen ezelskop! JA, 'k heb vijf fr&nk vijftig centiem boete gehad, omda'k mijn vrouw afge troefd heb in 't openbaar. En waarom die vijftig centiem? Ik weet het niet... ,'e tc.ks op de spek takels zeker! EN OP DE FOOR DAAR IS TE ZIEN 'n Wilde beest of zeventien Ne clown die vieze smoelen trekt Ne pee die zijne snottebelle afl*kt 'n Wijf van honderd kilos plus nog tien- Die, voor ne frank, heur bil laat zien, 'n vrouw met den baard Die, 't is wel de moeite waard, Dat stieltje doet, vrienden en vriendinnen Om voor z'n vrouw en kroost den kost te [winnen! Om U niet te zeggen dat 'n man is... Maar pardon! pardon, beste Lezers en aid.-liefste Lezereskens... als nen echten pojeet, zooals ik, door zijne dichterlijke ontboezemingen wordt medegesleept, kent' hij noch paal noch perk meer, en zoo komt het da'k hier boven tien rijmen cchr.-ef... als we met de twee eerste al ge noeg had-'len... wat 't is sjust over de wilde beesten da'k U wiide spreken! (Oef! 'k heb er toch nen draai aan gegeven!) In den dierentuin van Londen hebben ~i dus den inventarisopgemaakt, en zoo leeren wij dat er daar voor 'n waarde van 40.000 pond sterveling ofte 397 mil- lioen frank wilde beesten in rondloopen. Nen olifant kunt g'er hebben voor 60.000 ballekens, ne rhinoceros kost 85.000 frankskens, nen tijger 11.137 fr. 50 en ne leeuw... och! erme! voor 1500 fr. kunt g'U er al eenen aanschaffen, want, moest ge weten, 't leeuwenras is 'n ze-er vrucht baar ras... juist zooals de Vlamingen, die in sommige Franschschrijvende gazetten uitgemaakt worden voor... konijnenfok kers omdat ze zoo veel kind-eren koopen... 't Is overigens d'eeni-ge gelijkenis die ze hebben met den leeuw, dien z'als zinne beeld hebben gekozen. LOWISKEN zag van ver haar Amedé van zijnen velo vallen, en ze liep er naar toe met tranen in d'oogen. Amedé, riep ze, 'k meende dat mijn herte brak -teen 'k U zag vallen. Ge zijt mis, Lowisken, zei Amedé, 't was mijn broek die scheurde. SIR MALCOLM CAMPBELL Dien as ge kent hem wel! Zou ook moeten gaan doppen Als hij geen records kon kloppen, Met zijnen automobiel. Enfin, ieder zijnen stiel, En al zijn zijn pogingen ook ijl Toch wenschen w'h-em goed... heil! Malcolm Campbell is anders ook in zijn eerste fleur niet meer, vijftig jaar en al zijn haar! Hij gaat dus nog ne keer prom- beeren zijn eigen record neer te halen dat 435 kilometer per uur bedraagt. Het werd vastgelegd, over tv/ee jaar te Daytona Beach, op de kust van Kalifornië, als 't U kan interesseeren. Dezen keer peinst hij 480 kilometer te bereiken. Aan deze snelheid zal zijn vwatuur zich verplaatsen van 16-0 meter per second. De wijzen uit de oudheid verplaatsten zich heel wat langzamer... en ze zijn toch allemaal ook aan hun dood gekomen!... STOEFFERS en Snobs wandelden ver leden week op den bollevaar van Poperin- ge, en daar kwam nen bedelaar aan. Dat is can bedrUger, zei Stoeffers. Let eens op. Maar 'k &-•] hem hebben. De bedelaar kwam nader en begon een heel triestige historie uiteen te doen. Stoeffers luisterde en towi de andere ophield, zeide hij: Ge hebt me dat zelfde verhaal nog eens verteld. Zoo, zei de bedelaar, wanneer? Verleden week! Dat kan, zei d'andere. Toen zat ik nog in Geel. Ik was 't heelemaal vergeten dat ge daar bij mij waart. En Stoeffers was gezien. SEDERT ENK'LE WEKEN Beginnen z'er weer van te spreken D'Engeischen die zijn vol woede En houden zich op hunne hoede W»nt, 't rnag waarheid heeten Ze willen d'r niks van weten! Van watte? Wel! van dien faxns-uzen tunnel onder 't Kanaal, die Frankrijk al onder de »ee aan Engeland zou verbin den. D'r zijn al hectolieters inkt over ge vloeid... maar t vraagstuk is r,og niet op gelost, wrxt hoe meer Frankrijk er voor is, hos hjudger Engeland er tegen is. Voor eune keer heeft Marenta zich langs den kant- van Frankrijk geschikt, want 't mensch die vanaf heur teedere Jeugd reeds (en da's al lang zulle!) droomt van 't land van Shakespeare ne keer te be zoeken, heeft het tot nu toe moeten uit stellen omdat z'al de zeeziekte krijgt niets dan van nen boot op 't water te zien!... Dat z'hem dan maar maken dien tun nel, al was 't maar om mijn dierbare we derhelft content te stellen... Voor de rest kan 't ons maar weinig of niets boemelen. EEN BESTUURDER van een groot dag blad in New-York deed d-e volgende in structies geworden aan zijne briefwisse laars: Als 't in uwe stad gebeuren mocht dat er nen hond een man bijt, moet g'U daar voor niet dsransjeeren. 't Feit is banaal en is de moeite niet waard medegedeeld te worden. Maar, zoo 't daartegen moest gebeuren dat een man een hond bijt, telegrafeert en telefoneert dan maar oogenblikkeli.fk. Da's 't soort nieuws dat we zoeken. Die Amerikanen toch! 'K DENK NIET T'OVERDRIJVEN Als 'k verklaar Zonder veel misbaar, Appels moeten appels blijven En peren, sappig en fijn Moeten immer... peren zijn! Of dat 't een Ohineesch raadselken is? IBBBEBBBBBBBBBflBBBBBBBBBBBBB den, hagen, rond blanke hoeven met roo- de daken. En ginds ver over het dal, welfde zich een nieuwe heuvelarlj, waar torentjes en molens uit een krans van groen opdoken. Hier lag Vlaanderen wel op zijn schoonst. En het was er zoo stil, zoo kalm. Schoon, herhaalde Walter Haverbeke weer. Vriend Van Vrijsbeke lpeft niet te veel gezegd. Als het kosthuis nu maar meevalt! Och, dat zal wel. Ik moet dus naar heneden. Hij daalde een wat breederen aardeweg af, die blijkbaar gebruikt werd voor de karren welke naar den molen moesten. Walter Haverbeke was een jong leeraar te Brugge. Hij had gewerkt en voelde nu behoefte aan rust. En daarom zou hij de vacantie doorbrengen op het landelijke Lindendale, tusschen Oudenaarde en Gee- raardsbe-rgen. Hij was reeds lang wees en had slechts een zuster die tijdens den oorlog in De Panne getrouwd was en daar woonde. Maar Walter wiide niet naar de drukte van de zeekust. Hij had zoo vurig r.aar deze vacantie verlangd. Door zijn vriend, die hier in het Zuiden van Oost-Vlaanderen geboren werd, al woonde hij reeds vele jaren te Brugge, was de zaak van het kosthuis ge regeld. Walter kon zijn intrek nemen bij den jongen landbouwer Verlaan. Zoo, twee maanden op een hoeve het vrije buiten leven genieten, leek hem een heerlijkheid en in vroolijke stemming stapte hij voort. Maar hij had dorst gekregen en besloot een g)*s bier te drinken ln een kleine her berg, die aan den hoek van den aardeweg en een kalseideke stond. In de Boter bloem hing er uit. De ramen waren wijd open. Aan den toog stonden een jonge man, die half als heer was gekleed en een an ders, in een haveloos plunje. Ze babfctidMi met de blazende dochter. Beiden nieuwsgierig den vreemdeling a»n. groette minzaam met «elk een dagen zette zich aan een tafeltje Er «IJn verwijten, die prijzen, en lof- tulgingen die kwaadspreken. Brussel, 24-1-35. GROOTE EN KLEINE MANIFESTATIES Het personeel der openbare diensten, in begrepen de bedienden en werklieden van de N. M. van Spoorwegen, de officieele on derwijzers, in zooverre zij een socialistisch karakter dragen, hebben 1.1. Zondag te Brussel eene manifestatie gehouden tegen de Regeering. Men spreekt van 20, 30 tot 50 duizend deelnemers. Talrijke opschrif ten werden in den stoet gedragen. Een belangrijke groep handelaars en midden standers heeft aan de manifestatie deel genomen. Bene dagorde werd gestemd en na de manifestatie bij den Eersten Mi nister (M. Theunis) gebracht. Korter kan ik dat niet zeggen. In hoe verre die manifestatie invloed zal hebben gehad op de houding der Regeering, is niet te bepalen. Het staat echter vast, dat Vrijdag en Zaterdag zeer druk werd on derhandeld tusschen vier Ministers (M.M. Hiernaux, du Bus de Warnaffe, Van Isa- cker en Rubbens)en dat ook belangrijke veranderingen en verbeteringen zijn be sproken en in princiep aangenomen. Prak tische voorstellen zijn bij deze omstan digheden het monopcol gebleven van de Christene organisaties. Ik wil daaraan nog toevoegen, dat ook door eene impé- ratleve tusschenkomst drukking ls uitge oefend geweest op de houding der Regee ring. Meer reg ik daarover hier niet. Maar verder zal ik handelen over de wijzigingen die gebiacht zijn aan de Ko ninklijke Besluiten betreffende de werk- loozenondersteuning en de wedde- en loonregeling van het personeel der open bare diensten, het spoorwegpersoneel in begrepen, BE FEDERATIE DER KATHOLIEKE KRINGEN De Federatie der Katholieke Kringen vergaderde 1.1. Zat erdag in Patri a Broekstraat, te Brussel onder voorzitter schap van Staatsminister Segers, hoofd zakelijk om het vraagstuk der corporatie ve organisatie te bespreken. M. Roelens, provincieraadslid van Ant werpen heeft een overzicht gegeven van hetgeen op dat gebied in Europa reeds bestaat. Die inlichtingen moet ik overslaan. Alleen bevestigde spreker dat de bepaalde formuul nog niet is gevonden, en daarin had hij volkomen gelijk. Maar Staatsminister Segers is er anders op los gegaan. Hij maakte den lof der ge mengde beroepsvereeniglngen, die in feite niets hebben uitgehaald. Evenmin de werk- en nijverheidsraden, die ons on der wijlen Staatsminister Beernaert wer den gegeven. Voor het wetsvoorstel Hey- man en consoorten, afgeleid uit de cor poratieve gedachten uit Quadragesimo Annois M. Segers niet te spreken. De werkgevers en werknemers zouden ge scheiden worden: de syndikaten zouden aan politiek doen; daaruit zou klassen- twist volgen; de paritaire kommissies zijn niet te verdedigen; de collectieve arbeids overeenkomsten zouden groote moeilijk heden meebrengen; de politieke twisten zouden toenemen; de beroepsorganisaties zouden een grooten invloed krijgen op 's lands economie; de gilden uit het ver leden zouden geen plaats meer vinden in de toekomst, en de christen syndikaten zouden best ontbonden worden ten voor- deele van gemengde vereenigingen, waar mede het in 't verleden zoo erbarmelijk is verloopen. Zooveel onverstand had ik van M. Se gers nooit durven verwachten. Ge zoudt waarlijk zeggen, dat hij de Pauselijke Encyclieken nooit heeft gelezen; dat hij zich geen rekenschap 'geeft van hetgeen in de moderne wereld omgaat; hoe het maatschappelijk recht tegenwoordig wordt verkracht, en hoeveel heldhaftigheid ver bonden is aan de ontwikkeling der chris telijke beroepsorganisatie van de geloovi- ge arbeiders. 't Bliift mijn innige overtuiging: had de christelijke beroepsorganisatie van de arbeiders zich niet Mjdig kunnen ontwik kelen, en dit met awvetoodigingen van al de Pauzen die Leo XITX hebben opgevolgd, de arbeidersklas zou grootendeels en niet het minst in België, 'socialistisch- revolutionnair zijn geweest. Ik kan dan ook slechts betreuren, dat «Sjfctsrs inister lagers door de studie der verhoudingen en door de wekroepen onzer Moederkerk, rog niet tot betere inzichten is gekomen. Voor mij is dat onbegrijpe lijk. DE ONDEROFFICIEREN VAN 'T LEGER ZIJN NIET TEVREDEN a De Belgische Onderofficier v»n 17-1-35 geeft de verminderingen aan, die op de wedden gaan toegepast worden. Voor de ongehuwde onderofficieren, van den graad van sergtAsit tot onder-luite nant schommelt de vermindering' tusschen 8.25 en 5 t. h. Hoe booger fci graad, hoe kleiner de vermindering. Voor de gehuwde onderofficieren met I één kind fobomrr.elt de vermindering tus- sch»n tt 25 tn 5 t. h. te Bswrel; 10.50 5 t. h. te Antwerpen; 12.30 9 fr. te Luik en Charleroi; te Gent tusschen 13.70 en 5 fr.; in andere garnizoenen van 8.25 5 fr. De regel ls over gansch de lijn gehand haafd, namelijk dat de afhoudingen ge ringer zijn naarmate de graad hooger is. Voor de onderofficieren met meer dan één kind zijn geen cijfers aangegeven. Laat dat veronderstellen dat het bere kend eentje» de regel is? HET PLAN VAN DEN ARBEID Het is min vijfschreef H. De Man in Le Peuple van 1.1. Zondag. Wat te kennen geeft volgens hem dat het weldra te laat zijn zal. Ge moet weten, dat De Man 1.1. Don derdag in gezelschap van Bouckery, te Meenen was gaan oreeren over het Plan. Zijn inzet was niet gelukkig. Hij zegde: eene oorzaak van de krisis is het op-pot- ten van geld. Van de 17 miljard die in omloop zijn, zijn er meer dan 7 miljard opgepot Waar hij die statistiek heeft opgehaald, heeft hij niet gezegd. IBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBB Jonkvrouw van Lindendale. Ik ken geen van beiden, sprak Walter. Floris ls anders gekend van Ouden aarde tot Gesraardsbergen en van Ronse tot Gaver. Altijd op gang! Een rijkemans- zoon hé! Veel te verteren en weinig te doen als de eigendommen van zijn vader wat na te gaan en te jagen. Mijnheer is misschien van de streek niet? Neen. Kunt ge me zeggen waar de landbouwer Leo Verlaan woont? Klara toonde dadelijk meer belangstel ling. Ha, zijt ge misschien de heer, die een tijd bij Verlaan komt verblijven? vroeg ze. Jawel... Van Brugge, hé! Het is nog tien mi nuten van hier. De kalsijde loopt omlaag naar de beek en het laatste hof is van Leo. Ge kunt niet missen. Maar mijnheer, ge zult het er niet lang uithouden. ES- ge beurt hier niets... soms zien we in een heele week geen auto. En te negenen slaapt ieder... Hier juist wat ik zoek... de rust... en de stilte! Zijt ge ziekelijk, misschien? Wat overwerkt! En ik moet veel wan delen. Ha zoo! Maar ik zou liever in de stad zijn dan op Lindendale... Walter had geen zin om heel zijn geval uit te leggen. Hij betaalde en vertrok. De heirweg leidde langs kleine hoeven waar nu alleen hennen rondscharrelden. De menschen schenen elders aan 't werk. De zon speelde door de boomgaarden, waar bruine pruimen, blozende appels, gele pe ren verlokkend prijkten. Walter genoot van de gansche omgeving. Dat was iets anders dan de stad, waar de hitte nu van grauwe muren blaakte. Nieuwsgierig naderde hij de boerderij, waar hij twee maanden hoopte te vertoe ven. Ze Stond daar bevallig tusschen ge boomte, terwijl de beek er een bocht om trok. Een blanke gevel, wit-groene ven- PAX De schulden van een verkwister worden gemeenlijk betaald door 'n ander wlen het verkwisten onmogelijk 1% Wij menschen staan voor het heelal als de mier voor een groot majestueus paleis. Schiller. D'AMERIKANF,N zijn fameuze humoristen 'k Zeg 't voor hen die 't nog niet wisten. Zoo hebben ze ginder, voigens 't beste be- [richt De Ca-choo-club nu opgericht. Op mijn woord Zeker d'eenige van dat soort Die op ohzen wereldbol bestaat Luistert waarover het gaat. Die Ca-choo-club die te Ontario werd opgericht is zoo 'n sosjeteit van mannen en van wijven die van den eersten dag van 't jaar tot den lesten met, 't zij 'n vallinge, 't zij 'n griep, 't zij inCu?— enz... zitten geplaagd... en die ten r tien keers per dag moeten niezen. Maar nu was die club aan 't pesten Omdat zij wreedig zat in nesten Ze zat te duvelen en te kniezen Omdat ze ne voorzitter moest kiezen Onder de leden die 't meeste konden niezen. De zitting was geopend en 't lid dat ge durende dien tijd dus 't meeste zou ge niesd hebben, zou als voorzitter worden uitgeroepen. D'r was daar zoo'n klein on- noozel manneken dat wel al vijf atchi's gelost had, dat zijn speeksel in de geburen vloog. Hij dacht al dat 't presidentschap hem ne meer kon ontgaan toen meneer Harris, ne reus van ne vent, er zoo ne formldabelen atchiopzette dat zijne pir.oe-nez ofte neusnijper wel vijf me ters kt vloog en op den steenen vloer ln duizend gruizelementen viel. Om hem over dat onherstelbaar verlies te troosten werd meneer Harris dan met eenparigheid van stemmen als voorzitter van den Ca- choo-clubuitgeroepen! En van daar zoodanig op te denken, zit 'k hier zelf te niezen dat de tranen uit m'n oogen loopen, 't geen 'n bewijs is, dat 't de volle waarheid is, 't geen 'k U hier vertel. LANGE JEF EN DIKKE MIEL hadden een beetje te diep in 't glas gekeken en kwamen zwijmelend afgezakt. Zeg Jef, is dat nu de maan of een electrische lamp, vroeg Dikke MJel. Wacht wat, zei Jef, 't zal eens voelen of er r.e paal onder staat! 'K VERKLAAR IJET WIJD EN ZIJD IJdelheid der ijdelheden En alles is den dag van heden. Toch maar ijdelheid. Daar zou ne mensch, en bijzonder de uffrakens die zoo fier langs de straat te paradeeren loopen, ne keer meer moeten aan denken. Want... de mensch is toch maar... 'n wandelende mesthoop. Maar... dat ze van ne mensch nog mest zouden maken, dat hadden we toch nog niet kun nen denken hé! 't Is per tang 'n voldongen feit. Te Grimsby zijn in het jaar 1335 tus- SDhen de 200 en 300 ton beenderen van paarden en menschen, welke bij Napo leons aftocht uit Moskou den dood von den, aangevoerd. Die beenderen worden gemalen en in dien staat over de lande rijen overgesiroold cm te dienen... tot be mesting. Hewel, lieve schepselkes Gods, die zoo pre ut sch gaat over uw lief snoetje, wat peinst ge daarvan? Brrr! plezant moet 't niet zijn, maar wat daar gebeurt, kan met U ook geschieden. WAAROM hedda niet gestopt? vroeg Mie Cerfdamt aan den Controleur van den autobus. Ik wist niet dat ge wildet meêrijden, madam. Hedde niet gezien dat ik met de ar men zwaaide, en met mijn parampiu zwler.de en stond te springen aan mijn huis? Ja madam, iedereen zag naar U Awe! dan? Awel, ik dacht dat gij aan 't dansen waart, op dleu orgel die speelde in uwe sri a at. En vol knleire en woede stapte Mie Gen darm het af. AMELIA. MT.SS LINDY ZIE! Met U heb 'k nu ne keer oprecht, com- pass je! Oalijk ne vogel in volle vlucht ViNrt ge vrijelijk door de lucht Over alle ze-eën en oceanen Weet g' U een weg te banen. Ge denkt daamv-é plezier te dqpn aan [uwen msji! Mesr wat verstand hWt die daarvan! In plaats van U naar wsarde t'estimeeren Doet hij mVts anders dan U kritikeeren! Ja, menschen, 't is ruzie in 't straatje! Amelia Eavhart, da's de grootste vliege nierstar van de wereld. Heur beste helden daad is óe verbinding, in één vleugelslag, van Kalifomla met de Hawaï-eilanden. Maar, heuren echtgenoot, George Put nam, die daarover 't fierste zou moeten zijn is daartegen fel mistevreden. Allee, zegt 'm zoo, tot watte kan dat allemaal dienen, op ne zekeren dag zal Ameliatje ook 'n tuimelperte zetten meê heur masjien... 'k zou liever hebben dat ze thuis bleef... en mij een kindje schonk! Nu geloof ik dat we niet ver van 't einde van de wereld meer zijn zulle! want ne kee*dat nen echten Amerikaan alzoo be gint te spreken...!... IBBSBSaaBBBBaSBBBBBBBBBBBBBB Mengelwerk van 27 Januari 1935. Nr 1. door DE AANKOMST Walter Haverbeke stapte aan een halte op den heirweg Oudenaarde-Geeraards- bergen van den tram. Het was een prach tige Julinamiddag. Ben lichte bries, die door de zware boomèn ruischte, temperde de warmte. De jonge man was blij uit den benauw den, stofferigen wagon te zijn, midden in de weelderige natuur. Kunt ge me zeggen, hoe ik op Lin dendale geraak? vroeg hij aan een vrouw die voor haar deur har.c,schoenen zat te naaien, wat ln de stre«k de huisarbeid was. O, mijnheer, dat is gemakkelijk! Ge volgt dien wegel hier over den kouter. Tien minuten verder aan den molen, dien ge ginder ziet staan, loopt er een slag naar beneden en dan zijt ge te Lindendale. De kerk met den toren zit in de diepte gedo ken, maar ge kunt niet missen. Walter volgde den wegel, 't Was er warm tusschen het hooge koren, dat geel werd als gowl en weldra gemaald zoü worden. De zee van halmen belemmerde eerst het uitzicht, maar bi] den molen Walter can een lrtw«erve!d en toen stond hij getroffen stil. Hos schoon, hoe wonderbaar schoon! riep hij opgetogen uit. Het is hier een echt paradijs. Als een goedige, oude reus bekroonde de blanke molen een hoogte en voor hem opende zich de weelderige vallei met al baar verscheidene kleuren in boomgaar- tEg£S£S3SaaaSBS9ag3BEBB&ZSI!RS Neen, beste Lezers en alderliefste Leze reskens, alhoewel 'k ootmoedig toeken dat 't er anders veel van weg heeft. Luistert, 'k ga U dat Hetoreeuwsch ne keer ekspel- kesren. Meneer Mins, nen boomkweeker van Montville kreeg in 't jaar 1931 (ge weet wel toen 't zoo warm was) ne zoodanigen zonneklop op zijnen ketel dat hij op nen ouwen perelaar vijf loten van nen appel boom ging enten. En züne proefneming lukte zoowel dat zijner, perelaar heel wat kurieuze vruchten voortbracht... Hun vorm was deze van nen appelsien, ze had den een gansch hel rood vel, 't vleesch was groen als dit van 'n pruim, de smaak was deze van 'n banaan, de reuk deze van ne citroen en wat' weet ik nog allemaal!... Appel? Peer? Pruim? Banaan? Appel sien? Citroen? 'k Geloove niet dat er een onder U zoo slim is te kunnen zeggen tot v/elke vruchtsoort 't fruit van meneer Mins behoort, maar ge zult met mij wel t'ak- koord zijn, als 'k U zeg, om' alle indisjestie te vermijden, dat 't beter is allemaal dien bazaar afzonderlijk op te fretten! EN HIER 'n klein zwansken, dat goed onze huidige... schandalensamenleving af schetst. Denkt ge, dat ge genoeg weet om hier op 't bureel te werken, vroeg de pa troon aan den emplwajee die zich kwam aanbieden. Vast en zeker, meneer, zei deze. Ik moest van mijn laatste plaats weg, omdat de baas zei... da'k te veel wist! WAT MOGEN WE, DAARBOVEN, Toch den hemel loven Dat ons reukorgaan, gewis. Niet zoo zeer ontwikkeld is Als dat der meesten, Onder de beesten Want, 'k mag hier verzinken 't Zou er meer dan eens... in stinken. De geleerde statistiekers hebben er zich nog ne keer meê gemoeid en ze laten ons weten, dat er volgens hunne laatste labo ratorium-opzoekingen, in 'n stad, niet minder dan twaalf duizend verschillende leute-n door de lucht zweven... en alle maal geenen o de Kolonje zulle! G'hebt onder andere de uitwasemingen van petroleum, van gas (tweeërlei), van slijk, van vuilnissen, van drank, van es sence uit d'auto's, enz... enz... allee! te voel om hier allemaal op te noemen. En dan hebt ge nog... figuurlijk ge sproken, de vieze reuk van den politieken winkel... maar daar steken w'onzen neus niet in... we nijpen hem liever toe!... LANGE JEF, die dopper is in den les ten tijd, heeft nen nieuwen stiel uitgevon den. Hij verhuurt zich om te gaan schreeuwen bij de begrafenissen. In de ge buurte was er ne rijken type gestorven en ze kwamen Jef roepen, om zijn ambt uit te oefenen, want voor d'erfgenamen zelf zou 't heel moeilijk gaan, vermits hunnen rijken nonkel, hen ieder 500.000 ballekens had nagelaten. Zult ge dan komen? vroeg de bood schapper. Och, zei Jef, m'n goeie men, met den besten wil van de wereld zal 'i mij tot binnen 'n maand vast onmogelijk zijn van nog te weenen... want mijn schoonmoeder ls deren morgen gestorven! 't Manneken uit de Maan. deze wt-ek naar de Katholieks Ki- i>ema te Poperinge. Op het pro gramma: PRINSES, TEN UWEN DIENST! met LILIAN HARVEY en HENRY GARAT. Twee gevangenen die tot levenslange opsluiting waren veroordeeld, boden zich aan om proefnemingen te onderstaan met een soort serum tegen de tering, mits voorwaarde van vrij te worden gelaten in geval zij er gezond van afkwamen. De mannen werden ingespuit met het serum waarvan spraak en dan werden millioenen bacillen der tuberculose op hen overgebracht. De mannen werden door de ziekte niet aangetast en nadien terug in vrijheid gelaten. IBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBB 59 KILOMETER PER UUR! Een Amerikaansch autobestuurder heeft, toevallig, met zijn rijtuig een konijn kun nen vervolgen. Op een afstand van 500 meter heeft hij kunnen vaststellen, dat het konijn met een snelheid van vijftig kilometer per uur liep. IBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBB. versten hoek en bestelde een glas Ouden- aardsch bier. Hij kon straks hier vragen waar Verlaan woonde. De mannen aan de toonbank keerden weer den rug naar hem toe. Ja, ja, Floris, Paula zal U wel binden en ketenen, hoorde Walter de herberg- dochter zeggen. De tijd komt. Dat pein zen ze allen op de gemeente. En waarvoor vergroot uw vader zijn huls? Ze sprak tot den jongsten van de twee. Ik zeg niet, dat ik ongetrouwd zal blijven, maar binden of ketenen kan er mij niemand, Klara, verzekerde de jonk man, die Floris bleek te heeten. Iemand als gij binden, maar neen, dat bestaat niet, stemde de tweede in. Wel Dries, we drinken nog een pint en dan zijn we weg! Gaarne, mijnheer Floris, 't is dorstig weer en we krijgen bergop naar Boekei. Ge spréékt liever niet over Paula voort, plaagde Klara, terwijl ze de glazen vulde. Och, dat ze mij wat gerust laten met die madam! Ja, hooge streken heeft ze, Maar gij zijt toch ook meer dan een boer, Floris! Hoeveel land zult ge bezitten, als ge later zelf baas zijt! Tut, tut, leve de vreugde en de vrij heid. Bens met een schoon meisje als gij babbelen, ja, maar om te trouwen heb ik nog al den tijd. Kom Dries, we zijn voort. Ik moet vandaag dien hazewind te Boekei koopen. Ze ledigden hun glas. Floris, die een slanke knappe jonkman was met echter iets grofs op zijn gezicht, tikte de herberg- dóchr-er op de wang en wenschte haar lot weerziens toe. Klara oogde hem aan de deur na. Dan wendde aè zich tot Wal ter Haverbeke. Ben wondertjke gast, hé, die Floris Delange! zei ze. Hij heeft niet gaarne, dat ze hem met zijn nicht Paula plagen. Hij is ook zoo gewoon met iedereen en zij wil ons bijna niet bezien. We noemen ze de ;oeden n den

HISTORISCHE KRANTEN

De Poperinghenaar (1904-1944) | 1935 | | pagina 7