KREDIETBANK Tragisch Onweder te Oostvleteren DE BLIKSEM SLAAT EEN HOFSTEDE IN VUUR Tijdens de bluschoefening wsrdt de Bevelhebber der Pompiers door een elektrkehe ieïdingsdraad doodgeslagen «W <K* DE BEGRAFENISPLECHTIG HEDEN UIT WIJTSCHATE UIT MOORSLEDE PLECHTIGE AANSTELLING VAN EERW. HEER DESMEDT als Pastoor onzer gemeente op Zondag 13 Oogst 1939. f E. H. L. VANDE MAELE Onderpastoor te Moorslede. KAP,. FR. 150.000.000 ALLE BANK-, BEURS- EN WISSELZAKEN De glorierijke aankomst van de ronderenners in 't Prinsenpark te Parijs BEVELHEBBER A. DENECKERE die jammerlijk, in het vervullen van zijn plicht van naastenliefde, op tragische wijze den dood vond. Zondag avond 30 Juli 11. woedde er over gansch onze Zuid-West-Vlaamsche streek een erg on weder, dat vooral boven de streek Oostvleteren-Reninge het gewel digst loeien zou. De bliksem sloeg in op een hoeve en zou daarbij nog onrecht streeks het blusschen op een erg tragi sche manier doen eindigen. DE BRAND Op een gegeven oogenblik- kort voor 8 ure sloeg de bliksem in op de hofstede uitgebaat door de echtelingen O. Ferryn- Kinget, en toebehoorende aan de Heer Kam. Ferryn te Oostvleteren. De inwoners kwamen na",r buiten ge- loopen luid roepend: «Brand, Brand», Wijl ondertusschen buren ter hulp kwa men aangeloopen en de brandweer van Oostvleteren verwittigd werd. De vlammen, fel aangeblazen door den geweldigen stormwind, sloegen algauw door het dak heen en dreigden het aan palend woonhuis rrede te verslinden. De hulp der brandweermannen was hoogst noodig. ELEKTRISCHE LEIDING GESPRONGEN De hoeve was van elektrische verlich ting voorzien en twee buitendraden ver honden het woonhuis, aiover de weide, met cle hoofdleiding die langs de baan was opgesteld. Hoe het nu gebeurde; 't zij door de hevige wind of door de brand r.;lf weet men niet; doch de draden dier kleinere leiding waren gesprongen en la gen dus, beladen met stroom, op den grond. Ondertusschen kwamen enkele der brandweermannen met de pomp aan. Aan hun hoofd, stond Heer André Deneckere die met nog enkele andere mannen, voor bijgangers en andere, want veel der brandweermannen waren naer het Kon- gres te Kortrijk of naar de Boetprocessie van Veurne opgetrokken zoodat A. De neckere zich verplicht gezien had wel willende voorbijgangers tot helpen blus schen aan te manen. Bij het binnenrijden der weide had Be velhebber Deneckere nog zijn mannen gewaarschuwd voor de elektrische draden. Robert Robyn, kabinier, die medegegaan was om te helpen blusschen, had nog het goede gedacht opgevat de voor hem meest gevaarlijke draden te gaan afknippen. Wel waren er nog twee waar hij moei lijker aan kon, doch ondertusschen had hij Bevelhebber en Pompiers verwittigd het contact te gaan uitschakelen in de elektrische kabine. Hij had dus de plaats verlaten om zich naar de kabine te be geven die een 400 meter verder lag, en 't is binst den tijd dus dat Robyn ge bruikte om de 400 meter af te leggen dat HET ONGELUK zich zou voordoen. Van zoohaast de brandweermannen de weide waren ingekomen en zich opgesteld hadden, werd overgegaan tot het blus schen. Ruim een groot uur hadden ze in den plassenden regen gewerkt, toen ze hun werk als gedaan mochten aanschou wen en het blusschen stop zetten. Toch werd er besloten de plaats niet te ver laten uit vrees dat soms nog vonken vuur het aanpalende huis met strooien daK verslinden mochten. Bevelhebber Dene ckere kwam dus naar de pomp toe óm twee der drie darmen die er aan de kraan verbonden waren, los te schroeven. Het pompen werd stilgelegd en Deneckere, in gezelschap van een man der Rijkswacht van Oostvleteren, Heer Marcel Boels, had nauwelijks de koperen kraan aangeroerd of daar stuikt hij ten gronde. Eerst meen de de Rijkswachtman dat hij uitgegleden was op den modderigen grond, doch toen hij zag dat André roerloos bleef liggen, spoedde hij zich er naar toe om hem op te tillen, doch zoodra hij Deneckere aan raakte, kreeg hij een geweldigen schok in de lenden en moest hij al zijn macht gebruiken om ervan los te geraken. ZOU ANDRÉ GEELEKTROCUTEERD ZIJN? Alle omstaanders vroegen het zich af en een korte paniek brak uit onder de aanwezigen. Geen 't minste geroep had André geuit, alleen een zacht gekreun was zijn plotse onbeweegbaarheid voor afgegaan. De Rijks wachtmannen hielden het volk op afstand, niemand mocht hem aanraken. Toen plots een zijner makkers, Hector Decap, 25 jaar oud en gehuwd, toeloopen wilde, maar eveneens plots ge weldig achteruitgeworpen werd wel 3 a 4 meter plat op den grond viel en geweldig aan het kreunen ging. Decap had op 3 meter afstand van Deneckere eveneens den draad aangeraakt met da linkerbil, zoodat al de spieren van zijn rechterkant, bijzonder die in zijn rechter- voorarm, erg samengetrokken waren, iets wat hem afgrijselijk veel pijn aandeed. Ondertusschen was Robert Robyn den stroom gaan uitschakelen. Roerloos lag Bevelhebber Deneckere op den modderigen grond uitgestrekt, ge storven terwijl hij in-nocd-verkeerende menschcn aan t helpen was. Bij het na- derbijkomen der pomp om twee darmen af te leggen, was hij, ten volle in 't werk, de moordende elektrische leiding verge ten. Hij had met den voet op het uiteinde van den draad getrapt, deze had zich rond zijn bovenbil gedraaid,' hem neer geslagen, en bij 't vallen was André nog op de leiding gevallen, zoodat de stroom aiover zijn buik, borst en schouder, erge brandwonden veroorzaakt had, op som mige plaatsen tot 5 centimeter diep. Inderhaast werd E. H. Pastoor Dewulf bijgeroepen, die Deneckere het H. Oliesel in extremis toediende. DE BRAND HERBEGONNEN 't Spreekt vanzelf dat na het ongeluk alle gedachten meer afgeleid waren op het jammerlijk ongeluk dan op den brand. In den vuurhaard, fel aangewak kerd door den wind, waren ondertusschen weer vlammen ontstaan, die eik oogen blik dreigden de aanpalende woning in asch te zetten. Te veel verslagen door dergelijk voor val, werden aanstonds de brandweer mannen van Loo opgebeld, die reeds 15 minuten nadat ze verwittigd werden, ter plaats klaar stonden. Met de auto van de brandweer van Loo werd André Deneckere naar zijn huis overgebracht, waar twee geneesheeren, HH. Carton en Grymonprez, bijgestaan door nog twee andere personen, ruim 1 liur lang de kunstmatige ademhaling- toepasten. Niets mocht baten, André De neckere. Bevelhebber der Brandweer van Oostvleteren, was, als slachtoffer van plicht en naastenliefde, in den mooien en jeugdigen ouderdom van 40 jaren ge storven, vrouw en 4 kleine kindertjes achterlatende. Vrouw Deneckere werd met de meeste omzichtigheid van het pijnlijke gebeu ren op de hoogte gebracht. Men kan zich cl! droefheid voorstellen dier beproefde f..mille bij het vernemen van deze akelige mare. Wat Decap Hector betreft, deze werd aanstonds naar de kliniek der Zwarte Zusters overgebracht te leper. Moeilijk kon men ingrijpen met heelmiddels. Ech ter uit goede bron werd ons medegedeeld dat na enkele dagen verzorging de zenu wen terug in normalen toestand zouden komen. Inderdaad, Woensdag reeds kon hij terug naar huis en zijn toestand is reeds heel wat beter. Toch zal het hem nog eenigen tijd onmogelijk zijn te wer ken. Donderdag morgen, onder een hier nog nooit gezienen toeloop van volk, werd aan André Deneckere de laatste gewijde rustplaats geschonken. Te 9 uur kwam de Geestelijkheid het stoffelijk overschot afhalen, wijl af en toe steeds Afvaardigingen van Pompiers korpsen ter plaat aankwamen om een laatste afscheid en eerbewijs aan hun ge storven confrater toe te wenschen en meteen een vurig gebed tot zijne ziele- lafenis te storten. We kunnen hieronder de namen der gemeenten opsommen die vertegenwoor digd waren. Uit West-Vlaanderen waren vertegen woordigd: Loo, Bavikhove, leper, Proven, Poperinge, Wevelgem, Koksijde, Oost- duinkerke, Kemmel, De Panne, Veurne, Reninge, Watou, Torhout. Merkem, Hoog lede, Waregem, Brugge, Izegem, Kortrijk, Wenduine, Meulebeke, Geluwe, Roeselare, Kuurne. Gullegem, Heule, Tielt, Lichter- velde en Zwevezele. Uit Oost-Vlaanderen kwamen Deinze, Oudenaarde, Geeraardshergen, Zottegem en Eine. Ook Anderlecht, Ukkel en Edegem zon den een afgevaardigde, evenals Haze- brouck en Armentières. Traag en stil, bij algemeene stilzwij gendheid werd de lijkkist buitengeplaatst en terwijl 6 clairons het Te Velde aanhieven, werd het zwarte doodskleed erover uitgespreid. Bovenop het doek lag de Bevelhebberskepi van den overledene. Iedereen schaarde zich rondom het lijk en nadat E. H. Pastoor Dewulf de gebe den gelezen had, werd een korte toespraak gehouden door den Provincialen Inspec teur der Brandweerfederatie van Noord- West-Vlannderen, de Heer Vanhoenacker uit Brugge. BEVELHEBBER DENECKERE VEREERD MET HET BURGERKRUIS VAN EERSTE KLAS Heer Vanhoenacker stelde zich te mid den op voor de lijkkist en sprak als volgt MljNHEEREN, De groote Kring der Belgische Brand weer is nogmaals in rouw gedompeld. Een uit onze rangen is getroffen geweest bij het hulp bieden aan zijne medeburgers. In naam van Zijne Excellentie de Mi nister van Biimeulandsche Zaken en in Zicht op cle hoeve bewoond door O. Ferryn-Kinget en die ten deele afbrandde. We zien duidelijk de twee aanpalende woningen. Vorenaan (x) de plaats waar Bevelhebber Denepkere den dood vond. Nadat door Heer Vanhoenacker, Inspecteur der Brandweerfederatie van Noord- West-VIaanderen, een korte aanspraak werd gehouden, werd André Deneckere vereerd met het Burgerkruis van Eerste Klas. We zien op bovenstaande foto Inspecteur Vanhoenacker het kruis spelden op den pelder. Da bevelhebberskepi van den overleden ligt bovenop de lijkkist. '—*«4». naam der Brandweer Inspectie van Belgie, hen ik gelast om aan de ontroostbare Weduwe en. Kinderen onze welgemeende deelneming van droefheid toe te sturen. Wij beseffen dat op dit oogenblik geene woorden de wonden van uw bloedend hart heelen kunnen, doch werpt uwe blikken rondom U. Gij weent niet allééngansch de Belgische Vrijwillige. Brandweer is in rouw en dat weze U een troost. De Bevelhebber Deneckere is getroffen geweest op bet veld van eer, getrouw aan de leuséén voor al, al voor één. André Deneckere was door koninklijk besluit van 15e Januari 1935 tot Onder- Luitenant-Bevelhebber genoemd van bet Gewapend Brandweerkorps van Oostvle teren; wij bieden aan zijn ondehlanen onze deelneming van droefheid. André, gij waart een vrijwillige brand weerman in den vollen zin des woords. Daarom heeft Zijne Majesteit de Koning Leopold U het burgerlijk eerekruis van l9 klas toegekend. Dat het troostend gedacht uwer edele deugden bij den Abnachtigen Gi*l ten beste spreke opdat uwe ziel bet hemelsch geluk moge genieten. Vaarwel, Vriend André, wij scheiden, doch vergeten U nimmer. Daarop haalde hij het eereteeken te voorschijn en spelde het op den pelder. Na hem sprak Kapitein-Kommandant Mahieu, Voorzitter der Pompiersvereeni- gingen van Noord-Frankrijk, ook diep gemeende lofwoorden uit. Onder een Te Velde zette de begra fenisstoet zich aan gang. Voorop 6 clai rons. met daarna een tiental rouwkronen en bloemenkransen, waar vooraf de kroon van de Koninklijke Belgische Brandweer federatie gedragen werd, gevolgd door de opgerolde vlag: Volgden: bloemenkran sen van Loo, Oostende, Veurne, een van de Koninklijke West-Vlaamsche Pom- piersbond en opgerolde vlag. Daarna, stil, op stap en zwijgend, al. de afgevaardigden der verschillende hooger opgesomde ge meenten, met na hen de Geestelijkheid. Na de Geestelijkheid volgde het lijk, af wisselend gedragen door de brandweer mannen van Oostvleteren zelf en waar van de pelder vastgehouden werd door de volgende personen: Heer Inspecteur Van hoenacker, uit Brugge; Heer Inspecteur De Busschere, uit Roeselare; Heer Bral, President van den West-Vlaamschen Pompiersbond; Heer Bevelhebber Dauby, uit Ukkel, Sekretaris der Koninklijke Bel gische Brandweerfederatie en Heer Sche- relinck, uit Deinze, Sekretaris van den Oost-Vlaamschen Pompiersbond. Daarna kwam de Familie, met na hen nog andere personaliteiten, waaronder Kapitein Fassoul, uit Anderlecht, die de Vereeniging der Beroepsofficieren verte genwoordigde, in vervanging van Majoor Van Cappelle, uit Antwerpen; Komman- dant Peetermans, uit Edingen, de Onder voorzitter der Belgische Brandweerfede ratie en tevens Voorzitter van den Pro vincialen Bond der Brandweermannen van Antwerpen. Verder volgde een talrijke schaar ka meraden, kennissen en vrienden van den zoo jammerlijk omgekomen en door ledereen gegeerden André Deneckere. Bij de kerk gekomen werd de haag ge vormd en het lijk, de kerk binnengedra gen, werd de katafalk ingeschoven. IN DE KEEK Proppensvcl was de kerk gedurende den ganschen lijkdienst en troostend was het om zien hoe zelfs na de offerande in tegenstelling met wat op vele andere ge meenten gebeurt de menschen in de kerk bleven en vurig baden voor den overledene. Ook menige vrouw of man, die het slachtoffer goed gekend hebben, konden niet laten een traan weg te va gen. De offeuande was een echte storm loop van volk. Meer dan 20 minuten lang werd door twee priesters de offerande ge geven. Rond de katafalk wei;d de eere- wacht gehouden door de gewapende brandweermannen van Poperinge, onder leiding van Bevelhebber Blanckaert. Ook zij zorgden voor de ordedienst tijdens de offerande. Verder liep de dienst kalm door en samen met de gebeden van den pries ter aan het altaar gingen die der geloo- vigen mee naar den Oppersten Heer en vroegen Hem zielelafenis voor den afge storvene en hulp, troost en moed voor het diepbeproefde huisgezin. OP HET KERKHOF Onder piassenden regen, maar zonder dat iemand zich er om stoorde, werd na net In Paradisumhet lijk buitenge- bracht en aan den voet van den graf kei der geplaatst. Indrukwekkend en diep medevoelend met de 4 vaderlooze kleintjes, stond de menigte rond de lijkkist geschaard, allen zonder uitzondering de eenen duide lijker dan de anderen diep aangedaan door dat onherstelbaar verlies; zich niet kunnende inbeelden hoe zoo een gulhar tig man, een man die leefde van plezier doen aan anderen en bij wien de naas tenliefde een natuurlijk ingegeven deugd was, kon weggemaaid worden op zoo har de en pijnlijke manier. Nadat E. H. Dewulf alle gebeden ge daan had nam Heer Maurice Leuridan, Schepen der Gemeente en Voorzitter der V.O.S., het woo. c' DIEPBEPROEFDE FAMILIE, ACHTBARE VRIENDEN, In een dubbele hoedanigheid veroorloof ik mij liet woord te nemen, als laatsten afscheidsgroet bij het open graf van wij len André Deneckere. Het Gemeentebestuur van Oosb'leteren belastte mij met deze droevige taak, en de Vlaamsche Oud-Strijdersbond onzer gemeente rekent het zich ook tot plicht een opperst vaarwel aan zijn verkleefd mede-lid toe te sturen. Is er een pijnlijker afscheid denkbaar dan dit welke ons hier bij deze gapende groeve samenbrengt? Hoe gruwelijk is dit schielijk afsterven geweest? Hoe ge welddadig sloeg het brutaal noodlot dit forsclie en ijzer-sterk lichaam neder, zoo- ,dat het leven gebroken werd in de volle kracht, toen niemand ooit vermoeden Icon dat zulk een wreede rampspoed een jong en schoon gezin zóó onverbiddelijk uiteen rukken zou. Wij weten hoe André Deneckere geval len is: slachtoffer van zijn plicht, waarlijk bezweken in liet volbrengen van zijne edelmoedige, vrijwillig-aanvaarde taak. Bij het helpen van zijn beproefden cven- mensch; ja, bij liet uitoefenen van eene karwei, waarin hij, bevelhebber, méér deed dan bevelen: zelf doen, en voorop-gaan met het krachtigste en 't heerlijkste bevel, het voorbeeld-metterdaad. Wij willen hier niet meer herhalen op welke afgrijselijke wijze ónze arme Vriend den dood ingerukt werd. De gruwelijke macht, door de wetenschap in 's menschen dienst en bate gesteld, de vreeselijke barn- lcracht, ongezien en onbevroed, beeft de zen onmenschelijken ondergang, in een bliksem-snelle verrassing, als een wreede tol aan het vernuft en den vooruitgang op een schuldeloos slachtoffer doen neer storten. Zijn cenig-gruwzame laatste doods kreet, zijn afgrijselijke stuiptrekking bij het opperste bezwijken, 't gebeurde alles zóó snel, enkel belicht door de moordende blauwe vonk die uit zijn getroffen lijf op sloeg, in de vale klaarte van den uitster venden brand, dien de doode André zelf had helpen blusschen. Wij zijn met ont zetting geslagen, wij schouwen naar de gestalte van den gevelden man, wij staren naar het schrijnend zieleleed van de ge broken weduwe en van de schamele kin dertjes. Wij zouden niet begrijpen, kon den wij niet opkijken naar hierboven, en murmelen in kristelijke gelatenheid«Hee- re, ondoorgrondbaar zijn Uwe raadsbe sluiten Gij slaat en zalft, waar en lijk Gij wilt. Gij zult de Beschermer der We duwe en der Weezen zijn, ook in dezen vertwijfelingsnóod, Heere, niet ONZE wil, de UWE geschiedde!». Dewijl we weten hoe goed. hoe vóor- beeldig, hoe dienstvaardig André Denec kere was, daarpm zijn wij innig overtuigd dat hij barmUartiglv» id en vergelding voor zijn lijden zal verworven hebben. Hij zal niet te vergeefs op het veld der harde plichtsvervulling bezweken zijn. Zijn in geboren naastenliefde, zijn weergalooze hulpvaardigheid, zijn vranke en openhar tige rondborstigheid, al deze gaven, die NIEMAND betwisten zal, zullen hem den losprijs zijner eeuwige lotsbestemming ver diend hebben, om van hierboven te helpen waken, met zijn diepbeproefde weduwe en zijne verwanten, op de vier beklagens waardige weesjes, die zóó vroeg Vaders woord en kruisje derven moeten. Duurbare André, uwe gemeente-overhe den, uwe gezellen, allen kameraden en makkers, zij eeren uwe nagedachtenis, zij bidden den Allerhoogste om uw ziele lafenis, en om heil én troost én levens moed voor uwe weenende echtgenootc en uwe onbewust-getroffen kindertjes. Namens uwe Oud-strijdmakkers, de V.O.Ssen, wier trouwe en verkleefde ka meraad gij waart, in wel en in wee, groet ik uw stoffelijk overschot; eer ik uwe nagedachtenis. Met ons stond gij in den strijd voor ons geliefde maar berooide Vlaamsche volkmet ons droomdet gij van de bevrijding uit de greep van het oorlogsmonster. Met ons waart gij één, in geioove, in hoop en in liefde, trouw aan onze geestelijke idealen, om Vlaande ren, om ons Volk en ons Gezin. In aller naam, dierbare André, wensch ik U tot weerziens. Menige traan werd weggevaagd en tus- schenin de talrijke snikken der familie leden en omstaanders sprak nog de Heer Bral, President van den West-Vlaam- sche Pompiersbond, de volgende lijkrede uit: ACHTBARE FAMILIE, Als Voorzitter van de Koninklijke West-Vlaamsche Brandweerbondvalt mij de droeve plicht te beurt, een laatste hulde en afscheidsgroet toe te sturen aan onzen betreurden en achtbaren O, Luite nant-B, evelhebber Heer André Deneckere, bij brand gesneuveld, slachtoffer zijner zelfs verloochening. Dit smartelijk ongeluk heeft het Vrij willig Brandweerkorps van Oostvleteren, den K.W.V.B. en Koninklijke FVderatie diep getroffen, en het is met diep ont roerden eerbied dat ik mij hier btiige voor het stoffelijk overschot van den verdwe nen Bevelhebber en Makker. Het is immers geen onbeke,nde voor ons allen, als kranig en vastberaden man, wist hij als overste, de leiding en de vooruit gang van het Pompierskorps van Oost vleteren waar te nemen. Minzaam van karakter, en tevens dien stig voor iedereen, zoo wist hij de ach ting en de waardeering zijner onder-offi cieren en manschappen te winnen. Sylveer Maes die op schitterende wijze de ronde won met 30 minuten 33 sec. voorsprong op den tweeden, Vietto, doet zijn eereronde in den velodrome na de aankomst; honderden Belgen waren er aanwezig om hem toe te juichen en men ziet aan Sylveer's gezicht dat hij tevreden is. De Belgische B-ploeg die de eerste is der p'oegenrangschikking, Werd ook in de bloemen gehuld. Van links naar rechts: Disseaux, Van Overberghe, Ritscrveldt, Vlaemynck en Perickel. Hoeveel menschen zouden er wel ge weest zijn bij de aankomst van de Ronde van Frankrijk in 't Prinsenpark te Parijs? De eene spreekt van 50.000, een andere van 40.000. Het ligt niet in onze bevoegd heid die ontzagelijke massa te schatten, toch kunnen wij zeggen dat er maar wei nig plaatsen onbezet bleven in dat sport gebouw dat indrukwekkend is van groot heid en eenig van aanleg en al die men schen die op de tribunen, die rondom heel de piste zijn aangelegd, opeengeperst zaten, gaven den Indruk van zooveel bloemvelden met wemelende kleuren. En al die menschen zaten toch zoo on geduldig te wachten naar dat, waarvoor ze speciaal de verplaatsing gedaan had den: naar de aankomst der Ronde van Frankrijk en de verschillende koersen die in afwachting doorgingen en die wel boeiend waren van karakter, waren maar dat wat men aan tafel voorgerecht noemt. De meeste aandacht ging naar de Ron de van Frankrijk en iederen keer dat de luidspreker werkte om de stand mee te deelen, werd het doodstil, zeker wel om geen enkel .voord te verliezen van wat er op het einde van dien koers rond Frank rijk gebeurde. Het werden Oh'stoen de renners nog rustig' bijeen waren gebleven en aan een gesappig tempo voortbolden, het werd een helsch gejuich toen men mededeelde dat Archam'oaud, Sylveer Maes en Kint voor op lagen op 15 Km. der aankomst, dat ge juich ging niet zoozeer naar den toekom- stigen overwinnaar, ook niet zoozeer naar de wereldkampioen, dat gejuich was voor Archambaud bestemd, wat konden wij, met eenige honderden landgenooten, te gen lie losgebroken Fr^nsclie massa in brengen? i. Archambaud zit aan de leiding HaaBsaiiaaaHEBaHBBHaaaaji Vol moed én zelfsopoffering stond hij steeds als een toonbeeld aan het hoofd zijner Brandweer. Toen op Zondag 30 Juli laatst door hcmelschen vuurgloed een hevige brand ramp uitbrak, zoo stond hij manhaftig en vol heldenmoed zijn menschlievend red dingswerk te besturen, en de bevelen klon ken «Past op! Past op de electrische leiding, er is groot gevaarNauwelijks had hij dit uitgesproken om verdere be velen te geven, hij. zonk neder, en sneu velde bij 't vervullen zijner edele taak. Wees gegroet gij slachtoffer uwer zelfs verloochening, gij die uwen eyenmcasch in ramp en nood geholpen hebt, gij die thans verdwenen zijn, ontrukt in de jaren van volle levenskracht, aan de liefde van Vrouw en Kinderen. Wees voor ons een lichtbake in 't ver vallen van onzen plicht. Dat uw offer een vernieuwde toetssteen weze, en ons doet beseffen, wat al edelmoedigheid in ons ambt besloten ligt, en ons nog door meer solidariteit onder Nationale en Provinciale bonden in een nog jiauwer broederband santen kon snoeren, om in de eendrachtige samenwerking nog ons edel doel ten dien ste der medeburgers te kunnen versterken. Dat de Gemeentebesturen nu nogmaals eens te meer de waarde, de moed en zelfs verloochening der brandweerlieden, welen hooger te schatten, omdat de volgens ar tikel 45 van het reglement de verzekerin gen der officieren en manschappen stipter en beter zouden nageleefd worden, niet alleen voor de verplichte verzekering die de gemeente moet aangaan voor ongeval len zijher beambten, doch ook hunne aan sluiting moeten hebben bij onzen Provin cialen Bónd en Federatie. Wat hier nu een overgroot verlies uitmaakt voor de reeds zoo beproefde Familieen niet om zien naar enkele franken premiegeld, als het verzekeren zijner brandweerlieden geldt. Achtbare Familie, Mevrouw en Kinde ren, thans is het hoofd van het huisgezin verdwenen, op hem was alle hoop ge steund. Uw Man, uw Vader is gevallen op het veld van roem en eer. Zijne Majesteit cle Koning heeft zich doen vertegenwoordigen om den betreur den held te beloonen voor zijne zelfsver loochening. Ia naam van den Koninklijken West- Vlaamschen Bond en van alle brandweer lieden, bied ik U mijne diepgevoelde en kristene deelneming aan. Dat de goede God van hierboven U trooste en versterke in het zoo pijnlijk en onherstelbaar verlies. Zijn aandenken zal bij ons in eer her dacht worden. Waarde Makker, Vriend André, rust thans zacht onder de schaduw van het Kruis in vrede. Geniet hierboven alle ge not. Vaarwel, vaarwel tot in der eeuwig heid. Daarop kwamen de familieleden een na een, eerst de drie zoontjes en daarna broeders en zusters, het klompje aarde werpen op de lijkkist, zoo voor eeuwig afscheid nemend van een die hun allen dierbaar was, iemand die immer stralend van wezen met en tusschenin de men schen leefde. Dat kwam toch uit dien luidspreker iede ren keer dat hij zijne stem liet hooren. Daarmee was die fanatieke menigte nog meer opgezweept, 't, kan dat Archambaud goed zijn streng trok, wij hebben 't niet gezien, maar'wij meenen toch dat Sylveer Maes er meer belang in had an zich niet te laten inloopen dan Archambaud, kwes tie van die premie van 100.000 fr. voor den veelzijdigsten renner en naderhand zou hij ons vertellen dat wij 't goed voor hadden, wantzei hij, ik zou rustig in de:, groep gebleven zijn are 't niet van die premie o Archambaud zal de Belgen wel van 't wiel rijden! wist een toeschouwer te zeggen die naast ons stond. Wij .zegden niets, maar bij ons zeiven dachten wij: iemand die in de Ronde van Frankrijk zoo'n meesterschap aan den dag legt, doet ge zoo maar niet van het wiel lossen en iemand die op een dag de beste renners van de heele wereld gaat kloppen, moet toch wel iets kunnen! Eensklaps klonk het: de renners zijn in 't zich van den velodrom, en dat was genoeg om heel den velodrom in een ruk te doen rechtspringen, klaroengeschal, en tiaar kwamen zij den tunnel uit, of ten minste: hij, want Xir.t had juist een de- marage geplaatst en met den slag 10 me ter genomen, toen wist Kint niet goed wat hij doen moest, daarom keerde de wereldkampioen zich om naar den baas om orders te vragen, maar de leepe Maes had het gespannen en met een zwaai van den arm deed hij teeken van voort te doen en Kint sprong weer vooruit, Archambaud ging er achter zonder hem te krijgen met Sylveer, die aan 't wiel bleef plaktoen en toen ze weer de rechte lijn inkwamen, kwam hij uit zijn kot, en klopte Archam baud voor de tweede plaats. De aankomsten volgden zich op, daarna kregen wij de eereronden van overwin naars en overwonnenen, Sylveer Maes kreeg wel zijn deel in de toejuichingen, maar het grootste part ging toch naar Vietto, het is ten anderen begrijpel.jk en menschelijk dat een Franschman meer van liet kind uit zijn land houcit dan van een vreemdeling en er is een spreuk die zegt: het bloed kruiot waar 't niet gaan kan. Van voor dat den overwinnaar zijn eereronde afgelegd had, vroeg het volle reeds naar Vietto, maar wij moeten tocli eerlijk bekennen dat vereffende overwinnaar begroet werd. Tijdens al die eereronden hebben wij zooveel gelukkige gezichten gezien, maai den gelukkigsten lach kwam wel van Lu- cien Vlaemynck toen hij rondreed met die bloemen der bUooning. Wij kennen dien braven Lucien zoo goed en wij zijn zeker dat hij 't teen zich nog eens zal afgevraagd hebben, of 't dan werkelijk waar was dat hij de derde was van die grootste en die indrukwekkendste koers van de wereld. '""e hebt u kranig gedragen Lucltn, wij wisten waarlijk niét dat ge daartoe zoudt in staat zijn want wij zouden 't willen vragen: hoeveel renners zijn er wel geko men die in hun eerste Ronde van Frank rijk, derde wisten te eindigen? Van deze gelegenheid maken wij ge bruik Lucien, om u een hartelijk proficiat tc wenschen voor uwe buitengewone pres tatie! Die laaiende atlimosfeer, r at geroep en getier van geestdriftige toeschouwers, dien schruwel van supporters naar hun ren ner, dat vind ge alleen maar bij de aan komst eener Ronde van Frankrijk. Het geheel lijkt aan een geweldig onweder dat langen tijd boven tiweh kop hangt, met helsche bliksemschichten en zware don derslagen Wij hebben niet de gelegenheid gehad met al onze renners te spreken/omdat ze niet allen in hetzelfde hotel onderge bracht werden en dat de eene langs hier en de andere langs daar door vrienden en familie bezig gehouden werd. Maar wij hebben toch naast Kint ge staan die zegt dat de Ronde hem dit jaar niet meegevallen is en toekomend Jaar waarschijnlijk aan deelname zal verzaken. Naast Hendrickx die uiterst blij is van de Klas te zijn. Naast Vissers die in Digne nog meende dat hij de Ronde kon winnen maar nu dat hij gekloot werd. het eerlijk bekend dat er aan Sylveer Maes nu eens r.iets te doen was. Sylveer Maes heeft ons over zijn koers gesproken Na een paar ritten voelde ik dat ik de Ronde kon winnen; dag na dag heb ik ietto zien verflau-.ven en ik wist dat ik hem in Digne-Briancon. op den lis..gen Izouard, zou klein krijgen en hem den genadeklop zou geven., en daar is het ge beurd ook. Deze Ronde heb ik op mijn een been gewonnen omdat er geen tegen strevers bij waren die het tegeu mij kon den opnemen. Eenmaal heb ik slecht ge reden, lil Monaco-Digne, toen ik zoo ziek was als een hond; ik kon geen voet mes en moest zelf twee keeren in de wielen lossen; gelukkig voor mii dot c eden dag gewande1 d werd en dat niemand Let zag hce het met mij gesteld was. In anders ritten zat ik altijd te lachen en. te klap pen met andere deelnemers, dien dag was ik zoo teruggetrokken dat er journalisten waren die 't mij vragen kwamen waarom ik zoo stil zat 'k Ben kwaad ot> Des- grange, heb ik hen toen geantw ion! Ml heeft gecchreveti dat ik our i br^in (i* tv or den en daar kan ik nu niet ov r. En ze geloofden 't, zoo kon ik veilig ln Digne aaukomen. 's Anderendaags was lk heelemaal horstele om mijn slag te slaan! Na dit onderhoud zijn wij vertrokken, tn onzen kop dat beeld van de aankomst der Ronde meedragende. A. BAFCOP. Zondag 13 Oogst haalt onze parochie haren nieuwen Herder in: Z. E. H. De- smedt. vroeger Pastoor te Beerst. Alle parochianen doen mee; 't zal dus hoog dag zijn-. De stoet wordt om 3 u. in oogenschouw genomen aan den «Strooien liaan» na aanbieding van den herdersstaf. I.angs de leperstraat en het «Staanijzer» bereiken wij de Marktplaats tot aan de kerkdeur, waar de zinnebeeldige sleutels aangeboden worden. Daarna volgt de liturgische aan stelling in de Kerk, ORDE VAN DEN STOET 1. Ruiters - 2. Groep A en B met ver sierde velos; - 3. Wagen der Duivenlief- hebbers; - 4. Javelötkampioenen- 5. Boe renwagen; 6. Groep II. Kindsheid; - 7. Wagen der Kroostrijke Gezinnen- 8, IC. K.-Jongens; - 9, Bloemengrocp; - 11). Rerum-Novannn-wagen- 11. Bloemen- groep en E.K.-Meisjes- 12. Vrouwengilde (wagen)- 13. Davidsfonds (wagen)- 14. Groep H. Godelieve- 15. Berthold; - 16. V. O. S. (wagen); - 17. Groep St-Medard; - 18. Herders; - 19. Engeltjes; - 20. Ho- sannah-groep- 21. De Geestelijkheid en Burgerlijke Overheden. Te 5 ureBijzondere attracties op de Markt. Waarna: Feeërieke verlichting der kerk, schitterend vuurwerk-. Woensdag avond is alhier schielijk overleden H. Vande Maele, hier sedert korte maanden onderpastoor. Hij was Woensdag avond naar het Massaspel te Kortrijk gegaan en kwam rmd 11 uur thuis. Hij werd onpasselijk; gefcuren kwamen toegeloopen; de Z. E. H. Pastoor en geneesheer werden bijgeroe pen; een half uur later was E. H. Vande Maele overleden. E. H. Vande Maele was geboortig van Tielt op 22 Augustus 1893. Als soldaat deed hij dienst onder den oorlog, werd erg gewond en kwam naar huis zwaar geknakt door het onnunschelijk lcop- grachtenleven. Zijn verdere jong leven had hij er gedurig veel onder te lijden. Als Priester was hij leeraar te Poperinge, onderpastoor te Zedelgem, Rolleg-m-Ka- pelle, Zillebeke en nu te Moorslede. Overal was hij om zijn minzaam en edelmoedig priesterhart geëerbiedigd en bemind. M lorslede treurt over dit pijnlijk verlies. De plechtige begraving heeft plaats te Moorslede op Maandag 7 Augustus, te 10 uur. GE ZIJT OVF.R ONS BLAD 7EVRE- DEN 1 - NA LEZING. SCHUIF HET !N HANDEN VAN EEN GEBUUR OF VRIEND ZOO STEUNT CE JNS. - DOE DIT ZONDER UITSTEL. DANK. Op het kerkhof werd door Schepen Maurice Leuridan een lijkvede uitgesproken. Lijkrede geven we hierboven in onzen tekst weer. ZETELS TE Antwerpen, Brussel, Gent, Hasselt, Kortrijk en Leuven en buitendien 200 agentschappen en hulpkantoren over het geheele Vlaamsche land. Indrukwekkende fcsgrsfesiis nog nooit tevoren in de gemeente gezien BEVELHEBBER DENECKERE VEREERD MET HET BURGERSKRUIS VAN EERSTE KLAS

HISTORISCHE KRANTEN

De Poperinghenaar (1904-1944) | 1939 | | pagina 2