Onderstanden Een sprankel hoop in een nacht van vrees! De Oorlog in Europa Duitsch offensief op het Westerfront Toe Menschen, helpt meê... Het Fransch Imperium in Oorlogstijd Toen de Luchtoorlog nog in kinderschoenen stond «DE POPERINGENAAR WEEKBLAD 50 CENTIEMEN. 35° JAAR. N' 41 KATHOLIEK NIEVWS-, NOTARIEEL- EN AANKONDIGINGSBLAD. - VERSCHIJNT WEKELIJKS OORLOGSMATERIAAL VERDUIKEN IS EEN KUNST INTERNATIONAAL OVERZICHT Engelsch slagschip in den grond geboord. Luchtaanval op Schotland. Duitschland zou reeds een derde van zijn duikbooten hebben verloren De Russisch-Tnritsche besprekingen afgesprongen. Turkije sluif een militair pact met Frankrijk en Engeland Nog geen akkoord tusschen Rusland en Finland HET VERLOOP DER GEBEURTENISSEN DAG NA DAG De toestand op Vrijdag 13 October ENGELSCHE VLIEGTUIGEN NEMEN FOTOS OP DUITSCHEN BODEM ZONDAG 22 OKTOBER 1939. ^."gvaafraaoJTO^ Uitgever Sansen-Vanneste, Poperïnge. Telefoon Nr 9. Postch. Nr 155.70. EEN ABONNEMENT KOST VAN NU TOT EINDE 1939: Binnenland 5,50 fr, Belgisch Kongo 8,50 fr. Frankrijk 8,50 fr.helgisch geld Engeland 9,00 fr. belgisch geld Ander landen 12,50 fr. belgisch geld Alle Medewerkers zijn verantwoordelijk voor kun artikels. mmrnm TARIEF VOOR BERICHTEN; Gewone berichten per regel 1,25 fr. Kleine berichten (minimum) 5,fr. 2 fr. toel. v. ber. m. adr. t. bur. Berichten op le 1)1. per regel S,fr. Berichten op 2" hl. per regel 2,50 fr. Berichten op 3° hl. per regel 1,50 fr. Rouvvbcr. en Bedank, (min.) 7,fr. Te herhalen aankondigingen prijs op aanvraag. Annoncen zijn vooraf te betalen en moeten tegen den Woensdag avond ingezonden worden. IOme be richten tegen den Donderdag noen. Eigenlijk een Duitsch woord. Een souveniruit de bezetting 1914-18. Maar het is evenwel in ons Vlaamsch patrimonium opgenomen als het kind van Duitschen bloed in dezen onzaligen tijd alhier geboren. Het beteekent: bomvrije schuil plaats, en is zeer actueel geworden, nu de oorlogspsychose aan 't wer ken is. A Het vroede stadsbestuur heeft er een gemaakt onder onze kerk. Een deugdelijken: gas- en bomvrij en plaats voor 40Q man. Noch geld noch arbeid werd erbij gespaard. Veertien dagen hebben zij er aan gewerkt. In de crypt hebben ze een bosch van baddirigs opgeslagen en heele voeren vaderianderkens er- tusschen gelegd. En in al de straten rondom wer den bordjes gespijkerd, met een twee talig opschrift: schuilplaats - abri en een grooten pijl kerkewaarts wij zend... Opdat de menschen zouden weten waarheen «in geval van nood»... Het geval van nood is momen teel nog problematisch, en of er ooit zullen bommen uit de lucht vallen kan niemand weten, maar nood is er gewis. In alle geval gelijkt de we reld aan een schip, dat met man en muis op 't vergaan staat. Gansch het bedrijfsleven valt stil. Niettegenstaande de mobilisatie stijgt het getal werkloozen op angstvallen- de wijze en niettegenstaande de ver ordeningen stijgt de levensduurte in dito tempo. De menschen worden ner veus, ongerust, misnoegd, opstandig... Ze hebben nood aan steun en aan sterkte, aan kalmte en aan moed, aan berusting in wat niet te vermijden valt en aan vertrouwen in de toe komst, hoe somber ze ons ook toe schijnt. Deze zedelijke borstwering is ons in de huidige periode meer. waard dan een bomvrije schuilplaats! De onderstand waarin wij tegen de huidige malaise kunnen schuilgaan, ligt eigenlijk juist boven dien ande ren. Het heeft een voordeel; zoo ver wijzen de pijlen eigenlijk naar de twee. Ds menschen kunnen de aange wezen richting volgen tot aan het kerkplein, doch in plaats van onder de kerk te kruipen moeten ze er maar in gaan... En er hun nood klagen aan God! Gaat tot Hem, gij die belast en be laden zijt en Hij zal U verkwikken... Klopt en U zal opengedaan wor den, vraagt en gij zult verkrijgen... In de kerk zit eigenlijk een Almach tige God op U te wachten. Wanneer ik bij mijn dokter of bij mijn advocaat op consultatie ga, of bij mijn eigenaar om uitstel voor mijn huurbetaling te vragen, moet IK wachten tot zij naar mij toekomen en luisteren willen. Maar in de kerk staat GOD te wachten tot wij er ko men vragen. Luisteren zal Hij. En van onze vraag nota houden: petitiones vestrse innotescant apud Deum zegt St Paulus. God houdt nota van wat gij vraagt.» Maar zou dat werkelijk kunnen hel pen? Kunnen wij de koers van de ge beurtenissen door het gebed veran deren? Kan het gebed voor den vrede den oorlog eigenlijk tegenhouden? Ongetwijfeld. Er zijn vele menschen die In hun privaat leven de kracht van het ge bed ervaren hebben, en dezelfde mo gelijkheid bestaat op maatschappelijk plan. Voor ieder doorsneê-christen is dat toch zoo klaar. Maar opdat de tijd van koers zou veranderen, moeten de menschen het eerst voordoen. Ze moeten de pijlen volgen... naar de kerk gaan... Minstens 's Zondags, maar ook in de week als 't kan. En ze moeten er anderen voor win nen, door woorden wekken en door hun voorbeeld meetrekken. Ze moe ten er smaak in vinden levende pijlen te zijn, die kerkewaarts wijzen. Door inwerking van persoon op per soon moet heel het leger der gedoop- ten gemobiliseerd worden voor een gebedsoffensief van groot formaat, dat doorgevoerd wordt tot wij den slag thuishalen. Want vrede wordt niet veroverd, maar afgesmeekt. Komt, menschen! Wacht niet tot de sirenen huilen in den nacht. Luis tert naar den zang der klokken in den vroegen morgen. En volgt den weg door de pijlen gewezen. Naar den onderstand... den boven sten L. M. aiBIBIlIBBIIBSIHIHlIBIBIH DIJ EERSTE LUCHTGEVECHTEN VAN 1914 Er is veel veranderd sedert 1914, zoo wel wat den oorlog ter land en ter zee als in de lucht aangaat. De kracht van het luchtwapen Is immers zoo groot ge worden dat de communique's van de oor logvoerende staten vooral in de eerste dagen van den oorlog meer over de ver richtingen van dit wapen handelden dan over al de andere te samen. In 1914 ging het er heei anders aan toe. De luchtvaart stond nog in de kin derschoenen en daarom- waren de eerste vliegtuigacrobaten ook meteen de eerste oorlogsvliegers. Zoo was onze Jan Olie slagers, die men zoojuist gevierd heeft, een van de eerste Belgische oorlogsvlie gers. Tegen het einde van den grooten oorlog van 1914-1918 was het vliegtuig echter tot het groote wapen uitgegroeid, en is nu een verschrikkelijk wapen ge worden. Wel is de levensduur van 't oorlogsvlieg tuig ondanks de steeds nieuwe uitvindin gen er niet bij gegroeid. Een Engelsche berekening kent het immers een gemid delden levensduur van amper zes maan den toe in oorlogstijd, en uit de leger- communiqué's weten we dat deze bereke ning zeker niet te breed is. Doch ook in de vorige oorlog waren er reeds oorlogs vliegers die 60 vliegtuigen op hun «jacht- lijst» hadden staan. Maar toch duurde de oorlog van 1914 twee maanden alvorens een vliegtuig in een luchtgevecht werd neergeschoten, want de eerste vijandelijke toestellen wer den vanaf den grond neergeschoten. De eerste Fransche vliegeniers die al dus neergehaald werden, waren sergeant Maire met zijn werktuigkundige Donnat die met hun Farmanttoestel reeds op 3 Augustus door de Duitsche infantristen tot dalen gedwongen werden. Zij konden echter na landing ontsnappen. De eerste Duitsche vliegers werden eveneens bij middel van geweersalvo's neergehaald, en wel door twee bataillons jagers die zij bij Pagny-en-Moselle aanvielen. Hun ben zinetank was doorzeeft, ze moesten lan den en werden gevangen genomen. Dit gebeurde op 14 Augustus 1914. In de oor-ogscommuniqué's van 't Fran sche leger werden sergeant-vlieger Franz en zijn werktuigkundige Quénault als eerste overwinnaars in een luchtgevecht vermeld. Dit gebeurde op f> Oktober, dus twee maanden na het uitbreken van den wereldoorlog. De 138ste brigade van de 69ste divisie stond vertrekkensgereed bij Jonchery, om naar Soissons vervoerd te worden. Toen de soldaten juist in de vrachtwagens wilden stappen kwam een «Aviatik» opdagen, die onvermijdelijk er ge verwoestingen zou aanrichten in de opgepakte massa. Maar even plots kwam het vliegtuig van Franz opdagen die een gevecht begon met den Duitscher. Na een spannenden strijd schoot het Duitsche toestel plots in brand en stortte neer op een paar honderd meter van de kolonne. Dit was het eerste luchtgevecht dat uit viel in het voordeel van de Franschen. De beide Fransche vliegers kregen het oorlogskruis en Franz, die het geluk had ongedeerd uit den vierjarenkrijg te ko men, bekwam later het Eerelegioen. Sindsdien is de vliegtuigteehniek er snel op vooruit gegaan, te snel misschien. Men schiet de jagers en bombardements vliegtuigen niet meer neer met geweer salvo's. De vliegende forten voelen de kogelschampen zelfs niet. Maar ook het afweergeschut heeft dankbaar van de vooruitgang gebruik gemaakt. Het afweer geschut behoort tot het fijnste artillerie- tuig dat gebruikt wordt en telt in alle legers verscheidene regimenten. Dank zij het afweergeschut hooren we niet meer spreken van de beruchte zeppelins die voor 20 jaar de rol van het bombarde mentsvliegtuig speelden. Maar naast het geperfectionneerde afweergeschut dreigt nu eveneens de voorlooper van het vlieg tuig de kabelballon. Zoo vinden de pro- dukten van twee verschillende eeuwen el kander weer. waarbij de Engelschen steeds bet baantje vooruit geweest zijn. Dit is van aller hoogst belang bijzonder in den aktueelen ooriog. Hierboven zien we Engelsche vliegtuigen zorgvuldig weggedoken op den rand van een Fransch voorloopig in gericht vliegveld. HET ANWOORD. Het antwoord op de rede van Hitler heeft niet lang op zich laten wachten. Achtereenvolgens hebben Daladier en Chamberlain gesproken ongeveer in gelijkaardige bewoordingen, waarvan de grondtoon was: wantrouwen ten overstaan van de taal van den Duit schen leider. In beide gevallen werd gewezen op de herhaalde woordbreuk van Hitier, die na iedere machtsgreep beweerde dat hij geen territoriale eischen meer te stellen had, om steeds met nieuwe eischen voor den dag te komen. Na Oostenrijk, volgde Sudetenland, na Miinchen volgde de volledige aan hechting van Tsjecho-Slovakije en nu is Polen het laatste slachtoffer ge worden. Zoowel voor Frankrijk als voor En geland is de vrede onaanvaardbaar in de zeer vage vorm waarin ze door Hitier aangeboden wordt. Immers zoo 'n vrede zou noch min noch meer de bekrachtiging beteekenen van de ge welddaad van Duitschland ten over staan van Polen en het bewijs bren gen dat Frankrijk en Engeland nut teloos den oorlog aangegaan hebben; ook het bewijs dat het bloed van hun soldaten nutteloos gestort werd. Hitier liet min of meer voelen, dat zijn woorden te nemen of te laten waren. Maar Daladier en Chamber lain lieten even duidelijk begrijpen dat de wapens niet zouden neerge legd worden als er geen verandering kzoam in de toestand van Polen en Tsjecho-Slovakije en indien de toe stand van bedreiging die sedert een paar jaar van Duitschland uitging geen einde nam. DE KANS VOOR DEN VREDE. Daarmee weten we dat de hoop op vrede bitter klein is. En toch is er een glimpje in den duisteren nacht van vertwijfeling. Alle bruggen wer den niet definitief opgeblazen. Welis waar is er weinig kans dat Hitier zich nog rechtstreeks zal laten hooren, en we weten dat het initiatief van hem moet komen. Hij zelf verwacht een bemiddeling van de neutrale landen in het algemeen of van een bepaald neutraal land. Doch alle neutralen schijnen tot nog toe voor deze zeer kiesche taak bedankt te hebben. Totaal uitgesloten blijft intusschen een dergelijke bemiddelingsactie niet. Nu eens icordt Italië vooropgesteld, dan weer de Vereenigde Staten van Amerika. Ook van de Noorderlanden wordt iets verwacht of meer bepaald van Zweden. Langs de pers om mochten roe ver nemen dat er mogelijkheid bestaat dat Hitier zijn eischen nader zou for muleeren in den zin van toegeeflijk heid aan het Fransche en Britsche standpunt. Zoo zou hij de heroprich ting voorzien van een zelfstandige Poolsche en een dito Tsjechische staat, onder de invloed van Duitsch land. En wat de toestand van bedrei ging betreft, waar Daladier en Cham berlain zoo op drukken, die zou moe ten onderzocht worden door een in ternationale conferentie, waar de noo- dige waarborgen kunnen vastgelegd worden. DE OORLOG IS NOG EEN REALITEIT. Zooals men ziet de glimp is er, maar de nacht eveneens. Het is een alge- meene waarheid geworden, dat de oorlog gemakkelijker ontketend wordt dan wel stop gezet. Er is nu een tij delijke pause, in dien zin dat er geen grootsche verrichtingen plaats grij pen. Docli de realiteit van den oorlog blijft desniettemin bestaan. Het kanon blijft af en toe bulderen tusschen de Maginotlinie en de Siegfriedlinie, en op zee worden dagelijks nieuwe boo ten getorpedeerd. Het verlies van een tweede groot oorlogsschip, wellicht van een derde aan Engelsche zijde, is niet van aard om de gemoederen vreedzaam te stemmen tegenover Duitschland, al hoopt men wellicht van Duitsche zijde dat deze ge tuigenis van macht en de nog vreeselijker bedreiging voor de toe komst Engeland bezadigder kan stem men. Iedere nieuwe slag die Engeland echter toegebracht wordt is een deuk in zijn prestige die automatisch her stel eischt door tegenprestaties. HET ROODE EN HET GELE GEVAAR. Men heeft sedert den oorlog her haaldelijk gesproken van het roode gevaar, de overrompeling van de we reld door het communisme. Vooral tijdens den Spaanschen burgeroorlog werd dat gevaar acuut gevoeld. Een overwinning van het communisme in Spanje zou beteekend hebben de door braak ervan in geheel West-Europa. Sedert de overwinning van Franco heeft men het gevaar van het com munisme vergeten of in ieder geval onderschat. De oorlog is een zeer vruchtbaar terrein voor communisti sche propaganda. Maar wereldverove ring van het communisme kan even goed uitgaan van het Roode leger zelf. Als Duitschland, Frankrijk en Enge land jaren in oorlog blijven, dan kan de wederzijdsche verzwakking een gunstige gelegenheid zijn om de re volutie te ontketenen. Van Sovjet-Rusland mag men alles verwachten! Hitier heeft zelf geschre ven in Mein Kampfdat een ac- coord van Duitschland met Rusland den ondergang beteekent van zijn land. Door het sluiten van een niet-aanvalspact met Moscou heeft Duitschland een machiene in bewe ging gebracht, waarvan men niet weet waar ze tot stilstand zal gebracht worden. Eerst ging het om Polen. Na Polen zijn Letland, Estland en Li- tauen gevolgd. Nu wordt er drukking uitgeoefend op Finland. Morgen gaat het om Bessarabië en wellicht krijgt ook Britsch-Indie zijn beurt. En in het Verre Oosten dreigt het gele gevaar. Nog zijn Japanners en Chineezen in oorlog met elkaar. Maar als die 500 millioen menschen eens de handen in mekaar slaan dan is het ook gedaan met de Europeesche overheersching in Azië en over de ge- heele wereld. Zullen dergelijke overwegingen de Europeesche staatslieden niet beïn vloeden tijdens deze beslissende da gen? (Verboden nadruk.) ROSKAM. IBBBBESBHMflBBBBaBBflBBBBMaBCIEEiaBflaaBBflBBBBBSBBBSaBBBBBJBBBBBBBBBBBBBBRIBBBBBBBBBBB DE BRITSCHE SLAGKRUISER (REPULSE I)IE NAAR DUITSCHE BEWERINGEN DOOR EEN "IJ-BOOT» IN DEN GROND WERD GEBOORD. Maandag zond Duitschland het bericht de wereld in als zou samen met den «Royal Oak» ooi: de "Repulse» getroffen geweest zijn en in den grond geboord. Van Engelsche zijde werd dit bericht echter formeel ge logenstraft, wat naderhand ook door neutrale-persagentschappen aangenomen werd. I)o Repulse» is dus nog gaaf en ge zond. Hierboven zien we een foto van die machtige Britsche slagkruiser, die 32.003 tonnen meet en in 1916 van stapel is geloopen. Na herhaalde vermodcrnizecring ervan is het het vierde modernste schip der Engelsche Marine. Deze foto werd genomen in Mei 1936, wanneer de boot haar moderne voltooiing ondergaan had wat 14 Millioen frank koste, en dc Britsche krijgshaven Portsmouth verlaat. -CO»- -co»- IN DUITSCHLAND MEENT MEN DAT HET ANTWOORD VAN HEER CHAM BERLAIN ALLE KANS OP VREDE WEGNEEMT. DE HOOFDEN DER NOORDERLIJKE STATEN ZULLEN VERGADEREN. Natuurlijk was op Vrijdag 13 Ok tober overal de rede van de Engel sche Premier H. Chamberlain, als ant woord op de redevoering van Hitier, het meest belangrijk feit van den dag. Begrijpelijk had die rede een groo ten weerklank in Duitschland. Berichten uit Duitschland meldden dat de rede van H. Chamberlain er als een ongehoorde beleediging voor Duitschland dient aanzien, dat de En gelsche Premier op hooghartige wijze het Duitsche volk en het Duitsche Rijk heeft gelasterd en dat hij de door Hitier toegereikte vredeshand heeft geweigerd, evenals dat Enge land de ooriog wil om het Duitsche Volk te verpletteren en een nieuw Versailles op te dringen. Hitier beraadslaagde langdurig met de Nationaal - Socialistische leiders. Niet min dan 8 uur lang zou Hitier hebben beraadslaagd met zijn mede werkers. Zekere berichten melden dat bij die beraadslaging zou besloten zijn dat slechts nog aan een oplossing door wapengeweld kan gedacht worden, dat de oorlog in alle heftigheid zou door gezet worden en dat verschillende ste den van het Rijnland zouden worden ontruimd. Andere berichten deelden eveneens mede dat Hitier zeer woedend was toen hij kennis nam met de rede van Chamberlain. De Duitsche persleider H. Dietrich legde een verklaring af aan de le den der buitenlandsche pers. Deze zou hebben doen doorschijnen dat Duitschland thans wacht op een ini tiatief van de neutrale landen. Naar een bericht van Belgazou van Duitsche zijde zelfs eenige bedreiging zijn geuit tegen de neutrale landen zoo van hun zijde geen dergelijk ini tiatief zou worden genomen. Alle Duitsche bladen gaan geweldig te keer1' tegen den H. Chamberlain. In Frankrijk en Engeland wordt daarentegen algemeene instemming betuigd met de uitgesprokerf rede. In Italië meent men dat H. Cham berlain niet definitief de mogelijkheid van vrede heeft afgesloten en wijst men erop dat de houding van Italië niet verandert. De «Osservatore Romano», het pers orgaan van het Vatikaan, is de mee ning toegedaan dat de verklaringen van den H. Chamberlain gematigd en diep doordacht waren en zij het standpunt vertolkten van de Verbon denen tegenover de vredesvoorstellen van Hitier. Het blad stelt vast dat Engeland wil: het verzaken aan de methode van het geweld en de trouw aan de aangegane verbintenissen. De Russische pers deelde de rede mee, zonder verder commentaar. Inzake de besprekingen tusschen Rusland en Finland zijn geen vorde ringen gemaakt. £>e Noorsche Staten deden stappen bij de Regeering van Moskou waarbij zij hun hoop op een vredelievende oplossing uitdrukten. Intusschen gaat Finland voort met zijn militaire voorbereidingen. De hoofden der Noordelijke landen, t.t.z. Noorwegen, Zweden,* Denemar ken en Finland besloten bijeen te ko men te Stockholm op den volgenden Woensdag. Aan het WESTERFRONT wordt slechts plaatselijke bedrijvigheid ge meld. In Poolsch Galicië, gebied door de Russen bezet, werd het kommunisme reeds in de praktijk gesteld. Het vroe gere afschot der bevolking voert er het hooge woord. Alle bedrijven wer den gestatiseerd. De Russen doen huiszoekingen om de voorraden vast te stellen. Wie vier kostumes bezit moet er twee afstaan voor den arme, maar deze moeten eerst hun getrouw heid aan het kommunisme bij eede betuigen. De Britsche boot «Heronspool» werd getorpedeerd. De bemanning werd ge red. Naar Engelsche bladen blijkt een Duitsche aanval langs Belgie of Zwit serland al meer en meer onwaar schijnlijk. Van Duitsche zijde wordt gelogen straft dat Litauen, met den steun van Rusland, Memel zou terugeischen. (Vervolg op 2' blad) Want morgen ls 't groote Missiedag. Morgen wordt over geheel de we reld, in al de kerken, onder al de Missen, gesproken over ons Missio narissen op den vreemde. U móeten ze daarvoor niet wakker schudden; want gij zijt wakker. Gij kent die zaken. Ginder, in zóó veel landen, zitten nog zóóveel menschen, die van God noch gebod weten. Die er maar op aan leven, naar hun eigen goesting, en van toeten noch blazen weten. Die nooit van Onzen Lieven Heer hoorden spreken... Die geen benul hebben van den Hemel of den weg naar den Hemel. Die er niet komen kunnen. Wij zijn eigenlijk bedorvelingen. Wij weten hoe wij er geraken moeten. En als wij er niet geraken, dan is 't onze eigen schuld. Zij niet. Zij weten niet beters. Laat die menschen toch niet voort sukkelen en dooien. Helpt hen. Helpt mee, om hen op denzelfden weg te brengen als wij. A Duizende en duizende mannen uit ons eigen land zijn naar ginder al vertrokken. Missionarissen die ginder kerken bouwen, heidenen onderwijzen en doopen, heele dorpen christelijk ma ken. Broeders, die bij ons in 't veld, op den werkwinkel, in de school gestaan hebben, en met hun bedrijf en hun ambacht en hun kennis ons Missio narissen bijspringen. Zusters die als trekvogels de zee overgevlogen zijn, en ginder school KBBBBBBBBBBBBEBBBBBBBBBBflBBBfilBIBVBBBBBBIBBBBBBflBBBBBBBflEBB doen, zieken oppassen, weeskens en verlaten kinderen verzorgen. Is er wel één dorp in ons land, waaruit geen mannen of vrouwen we g ziin naar de Missies. Is er wel één huis in ons land, waaf geen portret op de schouw staat van een Missionaris, een Broeder of een Zuster? Hun portret laten wij daar niet geel worden, neen. Wij werken met die ultvliegers mee, Wij ook doen Missionariswerk. A Morgen hoort alleman de Mis voof ons Missionarissen. Morgen gaat al wie bsenen heeft, te Communie voor ons Missionarissen Morgen bidt elkeen het Rozen« hoedje voor ons Missionarissen. En zóó verder den dag door. Aangenomen? Niet veel gevraagd! mompelde een of ander filosoof. Jawel, veel gevraagd. En 't voor naamste gevraagd: Bidden voor one werkers op den vreemde. Dat is ons geweldigste middel. Doch ons Missionarissen kunnen toch niet leven van den hemelschen dauw? Dat ls zóó, Maar als wij hen den hemelschen dauw van ons gebed geven, dan zul» len wij er allicht ook het dagelij ksch brood bij doen. Die twee smaken heel goed, samen. En wat wij niet kunnen, dat vult Onze Lieve Heer aan. Hij heeft een ander tafel van vermenigvuldiging dan wij. Toe, menschen, helpt mee! TH. VAN TICHELEN. Toen eenige maanden geleden In Frankrijk de honderdvijftigste ver jaardag van de revolutie gevierd werd, zag men dat de eereplaatsen tijdens de plechtigheden ingenomen werden door zwarte of bruine opperhoofden in exotische of half-Europeesche klee derdracht. Het toekennen van deze eereplaat sen was geen simpele beleefdheids vorm, maar een bewijs dat Frankrijk wist wat de koloniën voor het moe derland beteekenden. De koloniën zijn de slagaders van het Fransche Impe rium, zonder hen zou Frankrijk geen wereldoorlog kunnen voeren. Het Fransche Imperium, dus moe derland, kolonies en protectoraten bijeen gerekend, telt 110 millioen in woners en beslaat een oppervlakte van 13 millioen vierkante kilometers. En het huidige conflict vindt alzoo de twee groote koloniale machten langs eeneelfde zijde van de barricade geschaard. Het Britsche Imperium immers bezit ongeveer een vierde van de aarde en van de wereldbevolking, zocdat het de grootste koloniale macht is. Frankrijk komt op de tweede plaats alhoewel er tusschen de twee plaat sen een eerbiedig machtsverschil is. Maar al is het Fransche Imperium gevoelig kleiner, toch is het een groo te macht, dank zij de koloniën die op de vijf werelddeelen verspreid liggen en de onmetelijke rijkdommen die daar geëxploiteerd worden. DE TROEPENLEVERINGEN IN 1914. Om zich rekenschap te geven van de krachten die het Fransche Impe rium in het huidig conflict vooruit kan zetten, moet men teruggaan tot 1914 en zien wat het toen gepresteerd heeft. De overzeesche bezittingen leverden gedurende de vier oorlogsjaren 587.450 soldaten en 200.000 werklieden. Aan het hoofd van deze troepen stonden 4000 koloniale soldaten die de kaders vormden. Van deze 4000 beroepssol daten sneuvelden er 600. Noord-Afrika leverde 270.000 soldaten waarvan er 35.900 sneuvelden. Van deze 270.000 Inlandsche soldaten kwamen er 172800 uit Algerie, 60.000 uit Tunis en 37.150 uit Maroceo. Vooral het laatste con tingent was zeer groot te noemen, om dat Marocco in dien tijd nog half in opstand was. Maar Lyautey kon toch 37.150 man ter been brengen. Midden-Afrika leverde 134.000 sol daten waarvan er 24.763 sneuvelden. Ook dit gedeelte van de overzeesche bezittingen was in dien tijd nog niet tot rust gebracht, of liever was nog niet heelemaal gecoloniseerd. Vervolgens komen de oude bezittin gen waar het kiesrecht en staatsbur- BBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBVIBBBBBBBBBBBBBflliiaiiaiiaiflfllClBBaB gerschap al in voege is (Gyana, An tillen, Indië, enz.), die ongeveer 30.000 manschappen zonden, waarvan er 3589 sneuvelden. Tenslotte Indo-China met 43.430 soldaten en 1.123 dooden, Ma dagascar met 34.386 soldaten waarvan er 2368 sneuvelden, Somalieland, enz. DE LEERSCHOOL VAN DEN OORLOG. In de laatste 25 jaren heeft men zeker met man en macht gewerkt om de effectieven van de overzeesche be zittingen steeds meer en meer aan te vullen.Daarbij is het de laatste ja ren nog vergroot: Cameroen, Togo, Syrië, Liban, enz. Vervolgens waren en zijn de over zeesche bezittingen ook een groote leerschool voor de hoogere officieren. Joffre, Galieni, Magnin, Gouraud e. a, verdienden daar hun eerste sporen die hen later goed van pas kwamen. Daarbij dienen nog gerekend de 2.370 officieren en 20.000 blanke soldaten die voor het grootste gedeelte naar het front konden gebracht worden om de zwarte troepen te encadreeren. Ook in die richting is men aa den grooten oorlog voortgegaan, zoodat het moederland nu eveneens op ge schoolde en beproefde krachten kan rekenen, DE VOORRAADPLAATSEN VAN FRANKRIJK. Naast deze cijfers moet. men dan nog de resultaten leggen die behaald werden op economisch en finantieel terrein. Vooreerst dienen de- verschil lende leeningen genoteerd die onder den oorlog uitgeschreven werden en die door de koloniën voor ongeveer een milliard frank gedekt werden. En volgens speciale statistieken die van 1916 tot 1918 door het Ministerie van Koloniën opgemaakt werden, leverden de bezittingen meer dan 1.609.000 ton producten van allen aard aan het moederland. Heden kan het Imperium voor een groot deel in de belangen van het moederland voorzien. De rijst, choco lade, maïs, aardnoten, bananen, riet suiker, rubber, nikkel, thee die Frank rijk verbruikt komt- geheel uit de ko loniën. Verder leveren die 85 van het vleesch en 40 van de koffie c is in Frankrijk verbruikt wordt, Daarbij vindt men er petroleum, steenkolen, magnesium en andere grondstoffen die een groote rol spelen ln het huidig conflict. Ongetwijfeld vertegenwoordigden de blanke en zwarte opperhoofden die bij de honderdvijftigste verjaardag van de revolutie een eereplaafcs kregen, een groote troef voor Frankrijk in tijd van oorlog. Onze foto toont een zicht op Dnitsch grondgebied door EngeLc-ho wüeij; n'igen, va* op 200 meter hoog, genomen. Over de Rhyn ligt een uiteenïünomsn brug, hitt daarnevens, aan de overzijde van den stroom, stukken die kuffiizas» «mngsstfhakal^ worden om zoo de brug bruikbaar to maken,

HISTORISCHE KRANTEN

De Poperinghenaar (1904-1944) | 1939 | | pagina 1