SAMENHOORIGHEID
De vrees is het begin van de wijsheid!
Het Roode Leger ondergaat zijn vuurdoop
In ons Land
RÜROL'
Een wachtwoord van K.V.V.
INTERNATIONAAL OVERZICHT
HEEFT «CHRISTMAS» TÈ LONDEN UITGEDIEND??
IHBESBlIHMHiaaiIHMMH iBflBflflflSBflBBBflBBBflflBBflflflBflfl&BI
KINDERTOESLAGEN
VOOR
NIET-LOONTREKKENDEN
AFDANKING VAN
DE KLASSE 1915 EN OVERGANG
VAN DE KLASSE 1925 NAAR DE
LANDWEER,
Bijna 2 Millioen man onder de wapenen
Maar de leiders ontbreken, want het kader is uitgemoord
CHAMBERLAIN AAN HET FRANSCHE FRONT
Nieuwe uitzichten vun onze Internationale politiek
De Militaire taks en deze
van de uitzonderlijke winsten voor Kamer en Senaat
H. SPAAK WEIDT UIT OVER
ONZE INTERNATIONALE
POLITIEK.
HIJ WIJST OP DE BELANGEN.
SOLIDARITEIT TUSSCHEN
NEDERLAND EN BELGIE.
DE KAMER KEURT ALLERLEI
TAKSEN GOED.
DE MILITIEKLAS 1940 WORDT
BINNENGEROEPEN.
SPECIALISTEN MOGEN GEEN
DIENST NEMEN BIJ DE TER
RITORIALE BURGERWACHT.
DE STAD NIEUWPOORT T
VEREERD i
MET EEN GEDENKPENNING
DE KONING
TE OOSTENDE EN TE TIELT.
HEER VAN GLABBEKE UITTE
VERDACHTMAKINGEN
TEN OVERSTAAN
VAN MINISTER MARCK.
MILITAIRE MOTORRIJDER
DOET EEN ZWAREN VAL
TE ZONNEBEKE
NAAR HET HOSPITAAL
OVERGEBRACHT
D00DELIJK ONGEVAL
TE ZILLEBEKE
JACHTWACHTER DOOD OP DE
BAAN AANGETROFFEN
«■■■■■■■■■■■■■naBBanraann
ONS WANDKALENDER
van Januari 1940.
mweimïé
rai
De redevoering die door Oud-Minister
Dé Schrijver op de tribune van de Ka-
iner van Volksvertegenwoordigers werd
uitgesproken en welke hij, in andere be
woordingen, op ds vergadering van den
Partijraad der K. V. V. herhaalde, heeft
in gansch het land een diepen indruk
verwekt. Zijn pleidooi voor nationale so
lidariteit is van dien aard dat de ver
antwoordelijke leiders thans alle krach
ten moeten inspannen om dit idee
onmiddellijk in werkelijkheid om te
zetten.
Het is verheugend vast te stellen hoe
de openbare opinie steeds meer en meer
van de noodzakelijkheid bewust wordt
om schouder aan schouder en hand in
hand het gemeenschappelijk welzijn te
verdedigen.
In de Katholieke Partij voornamelijk
is dit bewustz! diep doorgedrongen. Zij
alleen was steeds de groote nationale
partij waarin de belangen van boeren
ra middenstanders, burgers en werk
lieden gezamenlijk worden verdedigd.
IViè herinnert zich niet de heerlijke con
gressen die in 1937 en 1938 te Brussel
door het Blok der Katholieken werden
(iehouden en waarop het uitgebreid, prak
tisch uitgestippeld programma van den
middenstand en van de landbouwers-
icringen bijna eenparig werd goedgekeurd.
Vie kan vergeten dat de Katholieke Par
tij, en zij alleen, een eigen keure
heeft, een sociaal statuut, waarin een
oplossing wordt aangenomen voor tal
rijke, soms onoverkomelijke moeilijk
heden welke de werkgevers van de werk
nemers scheiden?
Samenhoorigheid was geen ijdel woord
ill vredestijd. Samenhoorigheid wordt een
heerlijke werkelijkheid nu wij met ons
acht millioen volksgenooten niet te tal
rijk zijn om onze onafhankelijkheid, onze
vrijheid en onze welvaart te verdedigen.
Samenhoorigheid die eerst en vooral
hioet gezocht worden in, zooals Professor
Kan. Leclercq het noemde, de dage-
lijksche, stille plichtsvervulling tegenover
degenen vooral, die den zwaren last van
de verdediging van het land dragen, de
gemobiliseerden, eenerzijds, de verant
woordelijke gezagvoerders, anderzijds.
Bürgfei-lijkè tu'cht, moed om kalm te blij
ven, oni normaal in spannende oogen-
blikken voort te werken, om onberoerd
de nervenprobe te doorstaan en alle
paniek te vermijden. Tucht en moed in
het dragen van de kleine ongemakken
en van de kleine offers, die de mobilisa
tie voor de burgerlijke bevolking mee
brengt.
De mensch is een sociaal wezen. Gansch
zijn leven door heeft hij rekenschap te
houden met de personen die hem omrin
gen. Dit legt hem rechten maar ook
plichten op. Thans zijn de plichten bui
tengewoon zwaar omdat het er op aan
komt de hoogste goederen te vrijwaren.
Daarom
1) Samenhoorigheid tussehcn de open
bare besturen en de staatsburgers. De
Regeering en het Parlement staap voor
ontzagwekkende verantwoordelijkheden.
Zij hebben het hoofd te bieden aan ge
weldige moeilijkheden. Hun taak is ver
pletterend. Indien zij kunnen rekenen op
den goeden wil en de medewerking van
de gansche bevolking, wordt hun werking
vruchtbaar en wordt hun inspanning om
het vaderlandsch bezit te vrijwaren met
succes bekroond.
2) Samenhoorigheid tusschen hei leger
en de burgerbevolking. Onze jongens
staan aan de grenzen paraat om 's lands
onafhankelijkheid met hun wapens en
hun leven te verdedigen. Zij moeten zich
gerugsteund voelen door de gansche bur
gerbevolking, welke, zooals zij. in een
geest van welbegrepen vaderlandsliefde,
bereid is om alle offers te drageh.
3) Samenhoorigheid tusschen dé wek
gevers en de werknemers. De sociale
vrede is steeds de betrachting geweest
van de Katholieken. Patroons en arbei
ders moeten thans, meer dan ooit, be
reid zijn om het hunne bij te dragen
om solidair te werken aan het omhoog
voeren van onze nationale huishouding,
voorwaarde van onze politieke onafhan
kelijkheid.
4) Samenhoorigheid tusschen Vlamin
gen en Walen. In vredestijd wordt er
wel eens gaarne gekibbeld en getwist.
Thans voelen wij allen wonderwel aan
hoe weinig die twlstjes beduiden in het
groote wereldrama dat zich afspeelt. Al
len zijn wij thans op hetzelfde vlot mid
den een ontketenden oceaan. Burgers met
dezelfde plichten en dezelfde rechten,
mekaar begrijpend en eerbiedigend, in
nationale solidariteit, wachten wij kalm
en vastberaden de gebeurtenissen af.
Samenhoorigheid is thans het wacht
woord!
Wij kennen onzen plicht en vervullen
hem. K. V. V.
IIHHI
■■■■■■BUM
Hierboven foto genomen in den Kerstnacht 1938 in vollen centrum van loonden.
De duizenden bewoners die Christmas vierden maakten er het verkeer Veel
drukker dan gedurende de warme Pinksterdagen. Deze foto werd te middernacht
genomen op de Piccadilly plaats. We twijfelen er sterk aan of dit jaar zoo een
Christmas »-vreugde onder Engelschen heerschen zou.
Wij geven hieronder een korte samen
vatting van een toespraak die op Zondag
17 December langs het N. L R. gehouden
werd door den Heer Van Coillie, lid van
het Bestuurscomité van de Nationale On-
lerlinge Kas voor kindertoeslagen.
Niemand zal durven betwisten dat de
wet van 4-8-30 een groote weldaad is ge
weest voor de arbeidersgezinnen en- voor
de geheele gemeenschap. Van 1930 tot
einde 1938 werd. er inderdaad door de
compensatiekassen meer dan 2 milliard
aan toeslagen uitgekeerd aan nagenoeg
550.000 gezinnen. De grootere weistand
'die hieruit voor de begunstigde gezinnen
voortvloeide kwam ook onreentstreeks ten
goede aan den middenstand, daar al deze
(sommen gebruikt werden tot aankoop van
allerhande levensmiddelen waardoor han-
i del en nijverheid begunstigd werden,
fc Bij de wet van 10 Juni 1937 werd het
stelsel der kindertoeslagen uitgebreid tot
;de werkgevers eu de niet-loontrekkende
[arbeiders. In deze eerste sociale wet ten
bate van den landbouw en den midden-
stand, wordt de verplichting om bijdra
gen te betalen uitgebreid tot alle perso
nen die een beroep uitoefenen. De aldus
beschikbaar komende gelden zullen wor-
I den verdeeld onder diegenen die gezins-
lasten te dragen hebben,
i Twee bezwaren zouden hier kunnen
worden gemaakt
In de eerste plaats het volgende Is
i het wel rechtvaardig dat de eene burger
I moet helpen bijdragen tot het onderhoud
I en de opvoeding der kinderen van een an-
I deren
Ja, want de gemeenschap mag niet on-
verschillig blijven tegenover do groote
gezinnen. Zij immers stuiten de daling van«
i het geboortecijfer zij zijn de grootste
j verbruikers voor handel en nijverheid
'zij leiden een leven van rusteloozen ar
beid en bestendige zorg soms van kom
mer en gebrek om hun kinderen te
(kuiinen opvoeden.
In de tweede plaats zou men kunnen zeg
gen Is het thans wel het geschikte
oogenblik om van de burgers dergelijk
gebaar te vragen
Het antwoord op deze vraag is nogmaals
bevestigend, want nu blijkt duidelijk, niet
alleen het land, om zijn verdediging te
verzekerem de groote gezinnen noodig
heeft, maar ook dat, ingevolge de groote
werkloosheid in sommige bedrijfstakken,
de kindertoeslagen alleen redding kun
nen brengen voor vele noodlijdende ge
zinnen die nergens hulp kunnen vinden
en geen werkloozensteun kunnen genie
ten.
De spreker besloot met een oproep op
dat ledereen zijn verplichtingen zonder
verwijl zou nakomen, om de wet, zoo spoe
dig mogelijk, haar volle uitwerksel te la
ten hebben.
In twee volgende causeries, respectie
velijk op Zateraag 23 en Zaterdag 3D Dec.,
telkens te 19.15 uur, zal het toepassings
gebied van. de wet nauwer omschreven
worden en zullen praktische mededee-
lingen worden gedaan nopens de ver
plichtingen die de personen die onder
deze wet vallen te vervullen hebben.
De militairen van alle categorieën, wier
miiitictermijn in 1915 een aanvang heeft
genomen, zullen op 31 dezer woraen af
gedankt. Vanaf dien datum zullen zij dus
geen enkele militaire verplichting meer
nebben, zelfs in geval van algemeene mo
bilisatie of van oorlog, ten ware inmid
dels andere wettelijke maatregelen wer
den getroffen, weike niemand op dit
oogenoiik kan voorzien en welke trouwens
gansch onwaarschijnlijk zijn.
De Klas 1925 gaat ook over tot de
Landweer, met uitzondering van 'n reeks
zoogenaamde «specialisten».
Eigenlijk moet bovenstaande spreuk,
om volledig te zijn luiden: «de vrees
Gods is het begin van de ivijsheid.
Doch ook zonder God heeft men hier
gemeend het te kunnen stellen. Zoo
heeft de spreuk een ruimere toepas
sing. We zouden echter evengoed kun
nen zeggen: de vrees voor den dui
vel is het begin van de icljsheid.
Wijs kan allerminst de huidige oor
log, tusschen de drie leidende en
meest beschaafde volkeren van de
wereld, genoemd worden. Als ze de
zelfde onwijze houding lang blijven
bewaren, dan kan wel eens hun on
bezonnenheid, hun heersch- en ver
nieling szucht. hen duur te staan ko
men. En om een ander spreekwoord
te gebruiken: Het zal te laat zijn
om de put te dempen, eens dat het
kalf zal verdronken zijn.Het kalf,
waarvan hier sprake, is niet het gou
den kalf, dat Mözös. bij zijn terug
keer van den berg Slnaï, zulk kwaad
bloed verioekte, maar wel. de Euro-
peesche kuituur en beschaving, de
macht en de leiding van ons continent
over de wereld.
Maar als vrees in 't algemeen of
vrees voor den duivel dan wijsheid zou
den brengen, wat kan de Duitsche, En-
gelsche en Eransche regeeringen dan
wel vrees inboezemen? Moest die vrees
nu eens komen uit het Oosten, moest
de communistische Sovjet-Republiek
zich nu eens voor goed ontpoppen
als de nieuwste incarnatie van den
duivel, zouden ze dan toch niet ivij-
zer gaan worden en trachten een
vrede te sluiten, die de onzaligste
rampspoed over Europa en de wereld
zou vermijden?
WATER EN VUUR.
Als Hitier echter vrees mocht koes
teren, ivaarom heeft hij dan het
Duitsch-Russisch pact gesloten, zal
men zich afvragen. Te oordeelen naar
zijn eigen opvatting, uiteengezet in
Mein Kampf is de Führer, vroe
ger allesbehalve geestdriftig geweest
voor een dergelijk verbond. De Sovjet
regeering is een schurkenbende, waar
mee niet te onderhandelen valt,
schreef hij in 192G. Als er ooit een
accoord met Rusland gesloten vsordt
dan beteeltent zulks den ondergang
van Duitschland, zegt hij nog kate-
gorieker.
Hitler is dus bij den duivel te
biechte geweest. Wel zeker. We ave-
ten goed dat hij er liever zou mee
gevochten dan onderhandeld hebben,
omdat hij Duitschland machtig ge
noeg oordeelde om Rusland alleen te
lijf te gaan. Maar toen ingevolge de
Danzigkwestie, een oorlog met Enge
land onvermijdelijk bleek, heeft hij
dien duivel tot bondgenoot gemaakt,
om Duitschland niet te plaatsen zoo
als in 1914, voor een oorlog in het
Westen en in het Oosten tegelijkertijd.
Eaust verkocht ook eens zijn ziel aan
den duivel, doch toen hij stierf spron
gen de Engelen voor hem in de bres
om hem uit de klauwen van den dui
vel te redden.
Zal Faust - Duitschland ook deze
keer gered worden van den duivel
(communisme) op het ultieme oogen
blik?
EEN VOORGAANDE.
Het is nog maar een en twintig
jaar geleden, in November 1918, dat
Duitschland, gedurende een zeer kor
te tijdsspanne, na de bloedige revo
lutie, die de wereldoorlog besloot, on
der communistisch bewind stond. Het
is nog maar zes jaar geleden, dat
Hitier het bewind in handen nam, na
een verbitterde strijd tegen een mach
tige communistische partij, die even
eens naar de macht streefde.
Een lange uitputtingsoorlog kan
Duitschland weerloos maken tegen
mogelijke bolsjeviseeringsplannen van
zijn nieuwe Oosterbuur, ivaarbij in
het Duitsche binnenland nog krach
ten genoeg voorradig zijn uit de oude
communistische partij om desgeval
lend een handje toe te steken.
Duitschland en Rusland samen één
enkel communistisch blok, zou betee-
kenen de doorspoeling van de roode
vloed over de wereld. Duitschland was
tot nu toe de dam, die deze vloed
tegenhield. Zullen Engeland en Frank
rijk na dezelfde uitputtingsoorlog,
nog de kracht bezitten om zelf dam
te vormen? Waarschijnlijk niet.
Kan die vrees, Engeland niet in
schikkelijker maken tot vredesonder
handelingen? Is de bedreiging van
zijn rijkste kolonie, Britsch-Indie,
door de communistische opstand bin
nen en het Russische gevaar buiten
(hetzelfde tenslotte) niet evenzeer
angstwekkend? De wees voor den
duivel kan het begin van de wijsheid
worden!
IN HET HOUSE OF LORDS
In het Hoogerhuis, zijn vorige week,
door Lord Arnold en de Earl van
Darnley, zeer ernstige interpellaties
gevoerd geworden, die eigenlijk niets
anders zijn dan vingerwijzingen op de
hierboven aangehaalde mogelijkhe
den, vooral op het Russische ge
vaar, dat ook Engeland zou bedrei
gen in geval ven een vernietiging van
Duitschland. Klinkt het niet paradok
saal: Engeland strijdt voor de ver
nietiging van Duitschland, maar
vreest tenslotte diezelfde vernietiging.
Dezelfde Lords oordeelden dat En
geland, niet voldoende de bemidde
lingspogingen onderzocht had, en dat
de iioodzakelijkheid zich opdrong voor
rechtstreeksche onderhandelingen tus
schen oorlogsvoerders!
Lord Halifax, Minister van Buiten-
landsche Zaken, noemde het debat
zeer ongelukkig. Ja, dat verdoemde
prestige alweer! Hoe kan Engeland
onderhandelen, zonder zijn prestige
erbijin. te schieten. Het leed tot nu
toe schromelijke verliezen op zee! De
kans schijnt echter te keeren. De
Graf von Spee iverd glansrijk over
wonnen. De kruiser Leipzig blijkt ook
al getorpedeerd en er is sprake van
nog andere Duitsche oorlogsbodems.
Als Engeland daarmee getoo:id heeft
de baas te blijven op zee, is dat niet
reeds voldoende als bewijs voor zijn
onaantastbaarheid? Is dat niet reeds
een overwinning?
DE REDE VAN CIANO.
Als er ooit onderhandeld wordt,
dan dringt de bemiddeling van Italië
zich op. Te Rome wordt werkelijk po
litiek van de bovenste plank gevoerd.
We meenen dat de nabije toekomst
hiervoor zal getuigen. De rede die
Graaf Ciano in het Italiaansche par
lement uitsprak, is veel belangrijker,
dan onze pers ons heeft laten ver
moeden. De gewone mensch begrijpt
het niet. Italië heeft in den laatsten
tijd uiting gegeven aan een scherpe
anti-Russische gezindheid, vooral naar
aanleiding van den aanval op Fin
land. Het vreest natuurlijk vooral de
Russische invloed in den Balkan. En
toch verklaart het zich steeds weer
solidair met Duitschland, de huidige
bondgenoot van Rusland. Dat schijnt
althans onbegrijpelijk. En toch moet
deze houding verklaard, worden, door
die andere zorg van Italië, waarop
Ciano zoo zeer dé nadruk legde: de
betrachting om de vrede te herstel
len.
Zal de vrees, het BEGIN van de
wijsheid worden
Verboden nadruk.) ROSKAM.
11(1
-<0>-
Toen de onweerswolken, die zich thans
boven Finland hebben ontladen, zich be
gonnen samen te pakken, gaven wij een
overzicht van de Finsche weermacht en
bespraken wij de eigenaardige aardrijks
kundige gesteldheid van dit land, die het
mogelijk maakt, dat een volk van nog
geen 4 millioen inwoners weerstand biedt
aan een kolos met 170 millioen inwoners.
Wij willen thans de aanvalskracht van
dezen kolos wat nader bezien.
DE AANVALSKRACHT VAN RUSLAND
De Sowjet-Unie kent algemeenen dienst
plicht van het 19* tot en met het 40'
levensjaar en een eersten oefentijd van
2 tot 3 jaar. Het jaarlijksch contin
gent is thans 1.300.000 man, waarvan
uiteraard een gedeelte wordt afgekeurd
en een ander deel vrijstelling geniet. Dit
laatste geldt in het bijzonder voor ge
schoolde arbeiders in wapenfabrieken,
enz. Tot voor kort was het leger verdeeld
in twee deelen, een staand leger en
een zoogezegd territoriaal leger. Bij het
staand leger werden de betrouwbaar ge
achte dienstplichtigen ingelijfd, dat wa
ren in het algemeen de politiek geschool
de lieden uit den arbeidersstand. Dezen
volbrachten hun eersten oefentijd vol
ledig en bleven vervolgens nog tot het
staande leger behóoren, om daarop naar
de reserve over te gaan. Bij de territo
riale eenheden werden de politiek minder
betrouwbaar geachten ingedeeld; dat wa
ren over het algemeen de boerenzonen.
Dezen volbrachten slechts drie maanden
werzeilj ken dienst.
Tot voor enkele jaren was de verhou
ding van de betrouwbaren tot de on-
betrouwbarenals 1 tegen 3. Het is dui
delijk, dat bij dit stelsel het leger in de
eerste plaats werd beschouwd als een
instrument tot handhaving van het re-
geeringsstelsel en dat het voor gebruik
in een grooten buitenlandschen oorlog
de kiem van ontbinding in zich droeg,
in laatstbedoeld geval zou men toch ge
dwongen zijn groote massa's half ge
oefende, politiek minder betrouwbaar
geachte verlofgangers op te roepen.
STALIN
Hoofd van liet RussUche Rijk.
Deze week is Engeland'» Eerste Minister, Sir Neville Chamberlain, de Engelscbe
troepen in Frankrijk gaan bezoeken. We zien den Premier hier in tegenwoordig
heid van Viscount Ccrt, legeroverste der Engelscbe troepen in Frankrijk, en v#a
een Franscbe Generaal die hera kriigsverrichtingen uiteenzet
WOROSCH1LOW
Russisch legeraanvoerder.
EEN STAAND LEGER VAN BIJNA
2 MILLIOEN MAN
Toen de Sowjet-Unle zich meer en
meer ging voorbereiden om weer een rol
in de internationale politiek te spelen;
werd dit stelsel verlaten. De sterkte van
het staande leger in vredestijd werd
dientengevolge van 1934 tot 1939 opge
voerd van 562.000 man tot 1.800.000 man
(in 1914: 1.420.000 man). De territoriale
eenheden werden in snel tempo hervormd
in staande eenheden en bij het Congres
van de Communistische partij der Sow-
jet-Uni, in Maart 1939, kon Maarschalk
YVoroschilow, Volkscommissaris voor de
verdediging (Minister van Defensie), en
opperbevelhebber, mededeelen dat de
territoriale eenheden volkomen waren
omgezet in staande eenheden.
Indien men bedenkt, dat in 1935 nog
bijna der infanteriedivisiën tot het
territoriale, leaer peiioorden, feegrjjgt (yen.
dat deze organisatie, voor wat betreft
uitrusting en encadreering, een gewel
dige inspanning heeft gevraagd. Tevens
is het aantal staande eenheden op zich
zelf uitgebreid en de uitrusting verbeterd.
Het behoeft dan ook niet te verwonderen,
dat de militaire budgetten van 1934 tot
1938 zijn opgeloopen van 5 milliard roe
bel tot 20 milliard roebel. Het vredes-
leger ls thans ingedeeld in 13 militaire af-
deellngen, waarin zijn gelegerd 35 leger
korpsen met omstreeks 100 divisiën, 7 ca-
valeriekorpsen met 32 cavalerieaivisiën
en 12 zelfstandige cavaleriedivisiën, 5
pantserkorpsen met 10 pantserbrigades
en 1 gemotoriseerde divisie. Ter vergelij
king diene dat het Duitsche vredesleger
18 legerkorpsen met in totaal 51 divisiën,
waaronder 4 lichte divisiën en 5 pantser -
divisiën, en 1 cavaleriebrigade telde,
6000 VECHT WAGENS
EN EEN GEWELDIGE LUCHTMACHT
Het Sowjet-leger is in hooge mate ge
mechaniseerd. Behalve de 10 pantser
brigades telt iedere divisie nog een batal
jon vechtwagens en is ae cavalerie ruim
voorzien van pantser- en van vecht
wagens. Het totale aantal vechtwagens
wordt geschat op 6.000, waarbij een bij
zonder groot 'aantal amphibie-veent-
wagens, d. z. vechtwagens die in staat
zijn door een rivier te varen. De bewape
ning van het Roode leger is de laatste
jaren sterk verbeterd en voldoet thans
alleszins aan de eischen die daaraan
moeten worden gesteld. Om het leger te
kunnen uitrusten is bij den Oeral een
geheel nieuw industrie-centrum gescha
pen, onttrokken aan elke vijaudelijke be
dreiging door luchtstrijdkrachten. Naast
liet leger staat een geweldige luchtmacht,
bestaande uit 3 zelfstandige luchtlegers
en voorts de luchtstrijdkracnten van leger
en vloot. Midden 1938 schatte men In
Duitschland het aantal Russische vlieg
tuigen in eerste linie op 6.000, waarvan
4.000 izr Europa. De Ruysische vliegtuig
industrie is ingericht voor massaproduc
tie en kan, naar men aanneemt, thans
8.000 toestellen per jaar afleveren. Een
bijzonderheid bij het Russische lucht-
wapen vormen de luchtlandingstroepen
en valschermtroepen. Beide worden in
daartoe ingerichte transportvliegtuigen
vervoerd. De valschermtroepen springen
met parachutes uit het vliegtuig. De
luchtlandingstroepen worden op nor
male wijze aan land gezet, gewoonlijk
nadat de valschermtroepen zich bij ver
rassing van een landingsterrein hebben
meester gemaakt. Deze beide soorten
luchtinfanterie werden, in navolging van
het Sowjet-leger, sedert ook in andere
legers opgenomen, doch nergens op zoo
groote schaal als in Rusland. Bij manoeu
vres in 1936 sprongen 2.000 man af.
waarna een landing volgde van een vol
ledig uitgerust regiment.
Voor Finland vormen deze troepen een
uiterst gevaarlijke bedreiging, die dwingt
steeds krachten in het achterland gereed
te houden, welke aan het front moeten
worden pifttrokken.
LLOYD GEÖRGE DE GOEDE GENIUS
VAN HET ROODE LEGER!
Zooals uit het voorgaande blijkt, bezit
de Sowjet-Unie het grootste leger ter
wereld en een luchtmacht welke om
streeks gelijk zal zijn aan de Duitsche.
Deze Roode weermacht werd door de
West-Europeesche volkeren en de Ver-
eenigde Staten zelf mede opgebouwd.
Lloyd George redde in 1920 het Roode
leger van den ondergang en stelde
Trotzky in staat dit leger op te bouwen.
Na het verdrag van Rapallo (1922) ge
noot deze hierbij den heimelijken steun
van Duitschland. Tal van Duitsche Offi
cieren hebben in de jaren 1922-1933 in
Rusland gediend. Na 1933 veranderde dit
en was het Frankrijk, dat den toen-
maligen bondgenoot steunde. In het bij
zonder het Roode luchtwapen heeft veel
aan Frankrijk te danken.
Thans is het weer Duitschland dat
medehelpt den bondsbroeder sterk te
maken! De Vereenigde Staten leverden
steeds materiaal met bijbehoorende pa
tenten. Zonder deze levering ware noch
het Roode pantserwapen, noch het Roode
luchtwapen geworden wat zij zijn. Zoo
werkt een in zich zelf verdeeld West-
Europa aan eigen ondergang!
Nog ware dit gevaar voor het Westen
waartoe ook Finland behoort echter
niet acuut geworden, indien niet het
wegvallen van het Duitsche tegenwicht
uen Russischen kolos in beweging had
gebraent. Deze kolos vertoont nog te veel
innerlijke gebreken om, bij sterken weer
stand, in staat te zijn tot een krachts
ontwikkeling evenredig aan de geweldige
massa. Hei samentrekken en verplegen
van een miilioenenieger eischt een spoor
wegnet met groote capaciteiten. Hieraan
heeft in Rusiand steens veel ontbroken.
Hoewel Frankrijk vóór 1914 miliioenen
had uitgegeven om het Russiscne spoor
wegnet ie verbeteren, bieek dit in 1914
toen niet in staat de Russiscne iegers
behoorlijk te verzorgen. Thans is de toe
stand zeker nog ongunstiger. Men mag
aannemen, dat nu Duitschland, uit eco-
LLOYD GEORGE
waarvan spraak in dit artikel.
nomische overwegingen, alles zal doen
wat mogelijk is, om het transportwezen
van de Sowjet-Unie te verbeteren. Het
lijkt echter niet mogelijk hier snel een
afdoende verbetering te bereiken. Voor
den oorlog tegen Finland zal dit bezwaar
echter minder tot uiting komen, daar
op dit beperkte oorlogsterrein slechts een
zeer klein deel van de Russische macht
kan en behoeft te worden ingezet.
DE LEGERLEIDING LAAT IN RUS
LAND VEEL TE WENSCHEN OVER
Een nog grooter reden van zwakte, die
zich ongetwijfeld zal doen gevoelen, is
de slechte aanvoering. Ook voor 1914
bleek het Russische volk wei in staat te
zijn groote massa's lijdzame strijders te
leveren, doch niet om de daarbij behoo-
rende hoeveelheid aanvoerders voort te
brengen. De Britsche Minister Lord Win-
terton noemde in den herfst van 1938,
8 OTCSlS J
S±_
In de Kamerzitting van Dinsdag 11.
heeft de Hr Spaak, Minister van Buiten
landsche Zaken, een rede gehouden
waarin hij de Buitenlandsche politiek
uiteenzette.
Eerst wees hij op de eensgezindheid die
in het land bereikt werd rond de buiten
landsche politiek door de Regeering ge
voerd. België is onzijdig, het wil het blij
ven zoolang zijn onafhankelijkheid, de
onschendbaarheid van zijn grondgebied
of zijn levensbelangen niet zullen bedreigd
zijn.
Die onzijdigheid verplicht ons echter niet
het onrecht goed te praten of te zwijgen
over de oorlogsgruwelen. België moet ech
ter loyaal blijven tegenover alle oorlog
voerenden. De individueele vrijheid moet
hieromtrent ingeschakeld worden in het
kader van de nationale tucht.
Hr Spaak bracht vervolgens hulde aan
de krachtinspanningen van onzen Vorst
om ons land uit den oorlog te houden en
ook aan de jongste vredespogingen van
de Vorsten van Nederland en België, po
gingen aangewend tot welzijn van onze
volken en van de geheele wereld.
Die gemeenschappelijke poging, ver
volgde spreker, heeft eens te meer de be-
langensolidariteit die bestaat tusschen
Nederland en België doen vaststellen. Die
solidariteit is een der meest voor de hand
liggende feiten van den huldigen tijd.
Ik aarzel niet te verklaren, vervolgde
Hr Spaak, dat militair, ekonomisch en
moreel, een onafhankelijk en onzijdig
Nederland een hoofdzakelijk belang is
voor België.
Elk automatisme dient evenwel geweerd-
uit de Belgische Buitenlandsche poli
tiek, ons land moet de handen volledig
vrij houden. Het zou dus onvoorzichtig
zijn van nu reeds de houding te bepalen
die de Regeering zou aannemen in de
onderstelling dat de toestand van Neder
land zou gewijzigd zijn. Doch, ging spre
ker verder, voeg ik hier vastberaden aan
toe dat het onzinnig zou zijn te verkon
digen dat dergelijke gebeurtenis ons on
verschillig zóu laten. Nederland en België
zijn diep aan elkaar gebonden.
Ten slotte schandvlekte de Hr Spaak
de Russische aanval op Finland.
5e rede van onzen Minister van Bui
tenlandsche Zaken werd levendig toege
juicht, bijzonderlijk toen hij de uiteen
zetting gaf over de belangensolidarlteit
tusschen de beide lage landen aan zee.
Hr Spaak heeft dus op bijzondere wijze
de belangensoiidariteit tusschen Neder
land en België doen uitschijnen, ook dat
België onder alle omstandigheden de han
den wil vrij houden. Dit zijn twee punten
die eenlgzins wijzen op nieuwe uitzichten
van onze Internationale politiek.
Ook hierop werd reeds enkele dagen
voordien gewezen, eerst door Hr Van Cati-
welaert. op de vergadering van de K. V. V.
die verklaarde dat onze neutraliteitsver-
klaring ons niet het recht ontzegt onze
neutraliteitspositie prijs te geven in ge
val 'wij zouden komen te staan tegenover
gebeurtenissen die de levensbaarheid en
het bestaan van ons land zouden bedrei
gen.
Hr Darton de Wiart zette ook zelfde
standpunt uiteen maar onder een ande
ren vorm, dit voor de Kamerkommissie
voor Buitenlandsche Zaken.
België blijft dus onzijdig maar houdt
onder alle opzichten de handen vrij.
In de Kamer werd op Vrijdag 15 De
cember 11. de verschillende wetsontwer
pen betreffende het heffen van nieuwe
taksen en belastingen goedgekeurd.
Onder deze nieuwe taksen dienen het
meest aangestipt de taks van 70 op
de uitzonderlijke winster*, de militaire
belasting, de buitengewone opdeciemes,
enz.
De taks op de buitengewone winsten
werd goedgekeurd met 150 stemmen te
gen 6 en bij 17 onthoudingen.
Ook de Vlaamsche-Nationalisten keur
den deze taks goed.
Stemden o.m. voor, de HH. De Man R.,
Goetghebeur, Butaye; stemden o.m. te
gen, de HH. Porta en Van Ölabbeke; ont
hielden zich o.m., de HH. Vanderghote,
De Jaegere Maur. en Grammens.
Stemden o.m. tegen de militaire taks,
de HH. Goetghebeur, Butaye; wijl de HH,
Afléwaert en Porta zich onthielden.
Deze ontwerpen moeten nog besproken
en gestemd worden door den Sena-at. Het
blijkt wel dat er meer verzet er tegen zal
oprijzen in den Senaat dan In de Kamer.
In de Senaatskommissie voor Financiën
werd de Regeering reeds in de minderheid
gebracht en weigerde de Kommissie de
ontweipen ongewijzigd te aanvaarden.
Een twintigtal amendementen werden dan
ook reeds ingediend.
De Hr Gutt heeft dan ook reeds aan
gekondigd dat de Regeering geen amen
dementen kon aannemen en dat de ver
trouwenskwestie zou worden gesteld.
Mogelijks staan wij voor nieuwe poli
tieke moeilijkheden.
Met 2 Januari e.k. wordt een aanvang
gemaakt met het binnenroepen der Jon
gelingen der lichting 1940.
Bij koninklijk besluit ls bepaald, dat
sommige categorieën specialisten, welke
nader door den Minister van Landsver
dediging te bepalen zijn, geen dienst
verbintenis mogen aangaan bij de terri
toriale burgerwacht, indien hun diensten
noodzakelijk zijn voor de landsverdedi
ging in geval van mobilisatie.
Uit erkentelijkheid voor de goede ont
vangst welke de troepen genoten hebben
te Nieuwpoort heeft de Minister v. Lands
verdediging de stad vereerd met een ge
denkpenning, die Vrijdag 15 Dec. 11. reeds
overhandigd werd door Generaal Van
Troyen. Wie daarover meer wil weten,
leze De Toekomstter onzer drukkerij
uitgegeven.
Maandag 11. heeft Koning Leopold III
een bezoek gebracht aan een regiment
gelegerd in de omstreken van de stad.
Nadien vertrok Zijne Majesteit naar
Tielt waar Hij een langdurig bezoek bracht
aan de militaire schoenenfabriek aldaar
opgericht.
Bij zijn vertrek werd de Vorst geest
driftig toegejuicht door een talrijke me
nigte.
Hr Van Glabbeke heeft in de Kamer
zitting van Dinsdag 11. een onzer Minis
ters beschuldigd zijn rekening op de «Cré
dit Anversols» te hebben doen afsluiten
en vereffenen na de Kabinetsraad tijdens
dewelke de kwestie van die Bank werd
besproken en geweigerd werd die bank
weer op te kalefateren.
Heer Van Glabbeke wist te vertellen
dat de rekening van bedoelden Minister
17.000 fr. bedroeg' en de laatste was die
werd gelikwtdeerd door bedoelde Bank,
voor de sluiting ervan.
Het bleek alras dat Hr Van Glabbeke
hier Minister Ma rek wilde treffen.
Dit incident baarde dan ook groot op
zien.
Thans is echter duidelijk gebleken da*
Hr Marck aangehaalde Kabinetsraad we
gens ongesteldheid had verlaten voor dat
de kwestie van de Crédit Anversols te
berde werd gebracht en dus niet op da
hoogte was van de bespreking door den
Raad hierover gehouden.
Op zijn rekening had hij ook niet
17.000 staan, inaar slechts circa 1.600 fr.
dat reeds op rekening stond van in Au
gustus II. Op den dag der sluiting van da
Bank, maar voor het Parket optrad, had
Hr Marck evenwel een check van 1350 fr.
op de Crédit Anversolsafgeleverd aan
zijn sekretaresse om haar loon en gedana
kosten uit te keeren. Door de sekretaresse
werd deze check ook ontvangen. Maar
van een afsluiten van de rekening is geen
spraak geweest.
Er is dus veel geschreeuw geweest om
weinig wol.
Anderzijds bracht Hr Baillon zijn ge-
lukwenschen aan een lid van de Regee
ring omdat dit lid zijn geld op de Cré
dit Anversolsgelaten heeft alhoewel hij
op de hoogte was van de moeilijkheden
van de bankinstelling. Dit lid bleek nie
mand anders dan de Hr Pierlot te zijn.
in een destijds opzienbare rede, het
subalterne kader van het Roode leger
nog slechter dan dat van het Czaren
leger. Nog veel ongunstiger is de toestand
echter in de hoogere rangen. Niet alleen
zijn hiervoor uiteraard naar verhouding
minder goede krachten beschikbaar dan
voor de lagere rangen, doch buitendien
is hieronder van Mei 1937 tot in den loop
van dit jaar uit politieke overwegingen
een slachting aangebracht (in den let
terlijken zin van het woord!) waarbij
juist de besten zijn afgemaakt. Tusschen
Mei 1937 en einde 1938 zijn alle comman
danten van militaire afdeelingen, 43
legerkorpscommandanten, 122 divisiecom-
mandanten en duizenden lagere comman
danten «verdwenen». Deze getallen spre
ken voor zichzelf. Voegt men hierbij nog
de aanwezigheid in de staven van 34.000
politieke commissarissen, die de troepen
in communistischen geest moeten op
voeden (de geestelijke verzorgers van het
Roode leger!), doch tevens de comman
danten moeten bespieden, dan wordt het
duidelijk dat van een dergelijke leiding
geen grootsche daden zijn te verwachten.
Op Finland drukt niet het overwicht
ontleend aan betere kwaliteit en hooger
moreel, doch uitsluitend het overwicht
van een verpletterende kwantiteit aan
menschen en materieel.
West-Europa betreurt, ziet toe en gaat
vnrvt ideiiMif rta verscheuren
Zaterdag avond kwam de 28 jarige mi-
litalr Mannet Alfred, wonende te Luik,
Ingelijfd tweede lichte regiment, seder*
3 weken gehuwd, per motor door Zonne-
beke gereden. Hij kwam zoo juist me*
correspondentie uit Roeselare naar leper.
Ter hoogte De Mandenabij de melke-
rij, waar de baan een gevaarlijke bocht
heeft is de motorrijder die maar met ge
ringe snelheid re^d met zijn motortuig.
rechts naast de baan tegen een betonnen
passerel gestuit. Van zijn voertuig ge
worpen kwam de ongelukkige hals over
kop tegen de tweede passerel terecht en
viel in een twee meter diepen gracht.
Ooggtuige E. Nuytten van den Frezen-
berg sprong dadelijk toe en met behulp
van een tweeden persoon, J. Declercq,
werd het bewusteloos slachtoffer in dt>
woning van C. Bataillie binnengebracht,
waar de toegesnelden plaatselijken dok
ter kneuzingen aan het hoofd en verstui
kingen van het bovenlijf vaststelde. Het
slachtoffer werd door de hulppost van
leper naar het militair hospitaal van
Brugge overgebracht. Zonder den helm
en den ooggetuige gezien de duister
nis zou het slachtoffer niet opgemerkt,
geweest zijn ware wellicht een xnen-
schenleven te betreuren geweest. Het mo
tortuig, waarvan het voorste gansch in
gedrukt is, werd Zondag voormiddag weg
gehaald. Deze gevaarlijke bocht, welk
heerlijk plan men eertijds had opgevat
te doen verdwijnen, heelt reeds heel wat
slachtoffers geëischt. De rijkswacht van
Zonnebeke deed de noodige vaststellingen.
Maandag avond, rond elf uur, kwam
Hr Dokter V. Snick, wonende te leper,
met zijn personenauto, langs de staats-
baan Ieper-Meenen, in de richting van
leper gereden. Gekomen tusschen het ge
hucht Het Hooghe en de herberg De
Boulevardzag hij door het licht van
zijn voertuig een persoon ten gronde lig
gen, met nevens hem zijn rijwiel. Hij
oestatlgde dadelijk dat de man bezweken
was, tengevolge der bekomene wonden
aan het hoofd, veroorzaakt door aanrij
ding, waarschijnlijk van een auto. De
naast wonende geburen waar het onge
luk zich had voorgedaan werden aan
stonds verwittigd, alsook Hr Burgemees
ter en veldwachter, kwamen ter plaats,
en herkenden het ongelukkig slachtoffer
als zijnde, Haelewijn Gaston, jachtwach
ter, 46 jaar, in dienst der Heeren Baron,
Pierre en Baron Yves de Vinck, grond
eigenaars, te Zillebeke. 1
Hij was gehuwd en vader van twe»
minderjarige kinderen.
De rijkswacht van leper stelde een on
derzoek in. Tot nu, zijn de daders onbe
kend. Het lijk werd door de zorgen der
plaatselijke politie naar het doodenhui#
van Zillebeke overgebracht. t
geven wij den eersten Zondag
iBMiaaaaaaaaaaaaiiniiHaaaMa
ochrale hppen\* 1 C
Gesprongen handen