Drie Koningen Het Vatikaan in 1939 Oorlog Europa Een i Stilte rond de Jaarwisseling! Wijze woorden uit Holland jaar verstreek üe Ihw sSoo moor flow figtatar in het WW Van het Westerfront valt niets te melden Nrl. 37’ JAAR. KATHOLIEK NIEUWS-, NOTARIEEL- EN AANKONDIGINGSBLAD. VERSCHIJNT WEKELIJKS INTERNATIONAAL OVERZICHT OP ZEE EN IN DE LUCHT VERLIEP ALLES KALM HET VERLOOP DER GEBEURTENISSEN DAG NA DAG HANDELAARS OPGELET Op Vrijdag 29 December Aanval op aanval wordt door de Finnen afgeslagen die de Russen reeds geweldige vernielingen toebrachten STRAATSBURG IS TOTAAL GEEVAKUEERD KANADEESCHE TROEPEN KOMEN IN ENGELAND AAN 100 fr. 100 fr. DE POPERINGENAAR - WEEKBLAD 50 CENTIEMEN. - - - .n wiw 0,30 per 500 fr. 3,50 per 7,— per 3,50 per 1000 fr. - tBBBBBBBBBBBBBBflBBBBaaBBaBBB DE VERHOOGING DER FAK- TUURTAKS EN OVERDRACHT- TAKS IS SEDERT VRIJDAG 5 JANUARI IN VOEGE GETRE DEN. TARIEF VOOR BERICHTEN» voor Ax» arlikth. S .'TOET. (Nadruk verboden.) ROSKAM. S3 in In Finland tBREEKKOOR. 3.50 fr. vcr- x* verkrijgen aan 4 frank. HET LIED VAN DEN HAAT. Deze stilte heeft anderzijds iedereen 1,25 fr. 5,— fr. ZONDAG 7 JANUARI 1940. K Uitgever: Sansen-Vanneste, Poperinge. Telefoon Nr 9. Postch. Nr 155.70. JE PDmiNGMAR 25,frank. 13,50 frank. 7,frank. 5,fr. 2.50 fr. f 1.50 fr. K 7,— fr. l Gaat ginder niet al den overkant, daar woont Herodes de kindermoor den Herodes is niet te paaien en niet te betrouwen. Hij heeft princiepen van brigands. Horkt niet naar hem, weest geen onnoozele kinderen. Zooals in ’t evangelie zullen de drie Koningen met hun gevolg langs een anderen weg weerekeeren, zegt beslist een Rhetorikaander, die voor Missionaris gaat leeren. De marcheurs a l'étoile ma ken gregoriaansch straatmuziek. We zingen: Vrede op aarde! aan al de menschen van goeden wille. Al den overkant zijn ze niet van goé wille, bevestigt de soldaat. En daar aan de grens improviseeren ze hun spreekkoor zonder diploma tische verwikkelingen te verwekken. Het is het feest, van de wieg, van het schoonste Kind onder de menschen. De kribbe is de wieg van een nieuw leven, zoo spreekt de phiio- fle Koning. Balthazar? Onbekend in ’t regi ment. We hebben ons paspoort en toe lating van den burgemeester. Vrees niet, wij ”ijn drie Koningen zonder wapens, wxj meenen het goed. Waar gaat gij naartoe? We bedelen voor de Missie, we gaan met de sterre rond en misten onzen weg. We gaan tegen sterren en wind. Waar menschen van goeden wil wonen gaan de deuren open voor ons en wij beloven hun de vrede, zoo spreekt een student van poësis, dich terlijk zonder het te weten. Onze kribbe is leeg en onze beur ze ook, zegt een student van de derde handelsklas, prozaïscher. Ik wil U ook den penning jeunen, antwoordt de soldaat, sympathiek. En van zijn solde geeft hij milde en geerne een poote kluiten. God zal 't U loonen dan één sterre zien. Hij zou U met uw sterren en geheel ’t geloove naar de mane zenden. Het Kindeken van de Kribbe ware een Kindeken van de dood, zegt Melchior, die dweept met Gezelle. Demi-tour, jongens, zoo klint het bevel van de karavaan, of anders breekt gij uw beenen in den stek- kerdraad. -co»- Ook Hitler zal er wel veel nachten niet van geslapen hebben nu hij ziet dat de Russische beer die voor hem zoo wijd zijn muil openzette... toch maar zulke kleine tandjes heeft. Dat alles belet toch niet dat er in het Noorden fel gevochten wordt... dat al die jongens er, gelijk de onze, niet naar ge vraagd hebben, en dat het toch ook alle maal iemands kinders zijn. Gansch in het Noorden is een wanor delijke terugtocht der Russen begonnen. De Finsche Mannerheim-Linie, waarop de Russen beukten, werd niet aangetast. De Finnen achtervolgden de Russen bij hun terugtocht. Geweldig veel verloren geloopen groepjes Russen werden door de Finnen gevangen genomen. In dit achtervolgen geraakten de Finnen zelfs over de Russische Grens. De Finnen echter, hebben zich spoedig teruggetrokken, daar ze vanwege de Rus sen een nakend offensief verwachten. Twee Russische Baltanjons hebben zich bij Hojenjaervi overgegeven, ze ver klaarden niet meer verder te kunnen bij gebrek aan proviand. Zeven Russische vliegtuigen die op het ijs van een meer hadden moeten dalen bij gebrek aan bezine, werden door de Finen buit gemaakt. 40 Engelsche en 20 Italiaansche vlieg- HET GELUK DER NEUTRALITEIT. Het Vlaamsche volk heeft wellicht meer dan gelijk welk ander volk, in de geschiedenis, aan den lijve gevoeld, wat de oorlogshaat vermag. Tiental len keeren werd onze bodem uitgeko zen als het veld waarop het vreese- lijke wapenspel plaats greep. Onze bevolking werd geplunderd en uitge moord, onze dorpen en steden ver nield. En meestal zonder dat wij een rechtstreeksche partij in den oorlog vormden. Het ging tusschen Span jaarden en Franschen, tusschen Oos tenrijkers en Franschen, tusschen Engelschen, Pruisen, Oostenrijkers en Franschen, tusschen Duitschers en Engelschen en Franschen (1914-18). Het zijn dergelijke lessen uit het ver leden, die ons geleerd hebben de oor log te verfoeien als de pest en er naar te streven hem buiten onze grenzen te houden. Alleen één minnende ziel komt nog regelmatig de talrijke duivekea eten geven: de nog niet binnengeroepen postbode. Op den achtergrond het niet zandzakje» beschermde monument of de Groot* Markt. Duitschland, aan het Protectoraat, aan de Baltische Staten, en nu weer aan Finland. Maar er is voor ons geen reden tot wanhoop. Daarvoor is trouwens nooit reden. In deze tijden, die wij soms chaotisch zouden kunnen noemen, werkt toch de Voorzienigheid, en on danks uiterlijk machtvertoon van de vijanden der Kerk zal de eindover winning aan God en zijn Kerk zijn voorbehouden. Met een nieuw ver trouwen en met een vredesgebed op de lippen en in het hart zijn wij het nieuwe jaar 1940 ingegaan. Mogen de vreeselijke oorlogsgevolgen, waarvoor Paus Pius XII de wereld gewaar schuwd heeft, ons bespaard blijven. Maar wat er ook gebeuren moge in het jaar 1940, nooit zullen wij het ver trouwen op een betere menschheid verliezen. Wij, Katholieken, moeten verder zien dan een jaar van twaalf maan den, wij moeten onze oogen gericht houden op een eeuwigheid. (EBBBBBBBBBBDBBHBBBB9BBBBBBB Met de Nieuwjaardagen werd veel ge sproken en veel gewenscht. Hitler trachtte zijn volk wijs te maken dat zij te vechten hadden tegen Enge land omdat Engeland de wereld wil over meesteren. Hij moet in den toestand geen klaar meer zien om met zulke leu gens te moeten zijn volk paaien. Gezonder taal kwam uit Holland waar Heer de Geer, Voorzitter der Raadskamer, een rede uitsprak waarvan het bijzonder ste onderwerp was De oorlog iaat enkel en alleen puinen na voor die wint evenveel of voor wie verliest. Laat ons nopen dat de oorlogvoerenden het zullen verstaan voor het te laat is. En of wij het mede hopen! ÏBBBBBBBBBBBOBBSBBBflBBBBBBBB VERWOEDE MASSA-AANVALLEN DER RUSSEN DOOR DE FINNEN AFGESLAGEN. ER ZOUDEN REEDS 25.080 RUSSEN DEN DOOD IN FINLAND GEVONDEN HEBBEN. HET FRANSCH-DUITSCHE FRONT STEEDS ZONDER BEDRIJ VIGHEID. Meer en meer komt het voor iedereen klaar te staan dat Rusland bij verre niet voldoet aan de verwachtingen die men er van veronderstelde bij het binnendrin gen van Finland. Alhoewel Finland mis schien wel sterk verdedigd is dooi- zijn alies om het vaderland opofïerende sol daten, toch kan het in aantal niet ver geleken worden men liet millioenen-rijk der Russen. De Russen presteeren uiterst flauw en toonen metterdaad hun nietig heid aan. Meer en meer bewijzen ze wat we enkele weken geleden in ons blad drukten: het Russisch Leger is sterk, maar het kader is flauw; als er een uit blinker bovendook, werd hij door zijn ja- loersche medeofficieren onschadelijK ge maakt. Europa herademt eenigszms bij het vaststellen der onmacht van den Rus. STRATEGISCHE AFTOCHT. Glorie aan God! zingen zé. De oorlog geeft geen glorie aan God, zegt de soldaat. Vrede op aarde! Wapengeweld brengt geen vrede, zoo ponctueert de schildwacht. Verzaakt aan Hitler, aan zijn pomperijen en zijn werken. Wij verzaken, galmt het uit alle borsten. Hecht U aan onzen dierbaren Vorst. Leve de Koning! We gaan voort, maar de Missiën gaan ook voort. Heer ons toekome uw rijk. De oorlog vernielt, orakelt de soldaat. De Missie bouwt, voorspelt een collegegast. Heil Christus! al te zamen. We loopen in den donker, maar de ster van ons geloof leidt ons. De ster maakt lichtreklaam. Hitler zegt dat hij het licht is van de wereld. Hij is een dwaallicht en loopt ook in den donker, een blinde leider van een blind volk. Beiden zullen vallen in den put, roept de schildwacht hun met zijn handen aan zijn mond. Vaarwel. Procedamus soof die de sterre draagt. En de Mis siën kennen geen racisme. Jongens, zegt de soldaat tot de drie Koningen, kleurrijk en majesta- tisch op hun paard gezeten, jongens, keert maar uwe karre, of den Duitsch zou wel dragées en doopsuiker zenden naar de wieg. De specerijen en de wierook uit hét Oosten zijn traan- en mostaardgas- sen. We gaan niet verder, onze sterre blijft stille staan. Wij gaan niet naar het land waar zij het Kerstfeest veranderd hebben in een heldensch feest der na tionale bevrijding, zooals Hitler zei, die misschien ook eens een kribbeken maakte als hij een kleine jongen was. Dit zegt Koning Balthazar, die zwart is als de Negus. Zooals alle fijne artisten, heeft hij zich zelf ge grimeerd, en ook een beetje voor den goedkoop, en ten bate van de Mis siën heeft hij de blinkdoos fel aan gesproken. Allen te gaar: «Van oorlog en mo bilisatie, verlos ons Heer.». Van Hitler en Stalin, spaar ons Heer, zegt Koning Gaspar. Hitler is ook een ster aan ’t fir mament... een sterre met een steert, lacht er een. Jongens, gij zijt goê volk. Blijft in uw land; ziet niet over de gren zen. Op het Duitsch kalender staat geen Vredesfeest; Duitschland is het vuistland, het land van het geweld en de macht, maar in het laatste oor deel zal God zijn archieven uithalen. Eens wordt de Siegfriedlinie een Katakombe voor zijn leger. Hitler zegt dat hij artist is, maar Nero was ook een artist die de stad in brande stak, cn eindigde met de woorden: «Welke artist het heelal verliest.». Maakt dat ge spoedig weg zijt of anders is Hitler nog kapabel te tele- foneeren in geheime cijfers naar zijn hoofdkwartier: De kleine Belgen sto ren mijn vrede en bedreigen mijn Reich.En dan zou de artillerie Wanneer een jaar ten einde is, keert men steeds zijn blik nog eens over het verledene om er de verlies- en winstposten van op te maken. Wan neer wij als christenen naar het Vati- caan zien in het afgeloopen jaar, be vinden wij dat ’t in deze tijden van ontwrichting en ontreddering sterker en heerlijker oprijst dan ooit. Nog le vendig staat in onze herinnering de groote ontroering, die bij het overlij den van Paus Pius XI in de geheele wereld is gewekt. Deze groote Paus, die de vrede van het Vaticaan met Italië hersteld heeft, werd door de ge heele wereld geëerd met uitzondering van enkele elementen, van wie men niét anders verwachten kon. Hij heeft zich een groote plaats veroverd in de kerkgeschiedenis en wellicht ook in de wereldgeschiedenis. Met aandrang en telkens heeft hij gewezen op de noodzakelijkheid om op politiek ge bied tot andere ideeën te komen. Hij heeft gewezen op de tragische gevol gen van den oorlog, die in zulke om standigheden onvermijdelijk scheen. Zelf heeft hij deze bittere consequen tie van valsche leerstellingen niet meer beleefd, maar zijn vermanende stem zal blijven klinken. Zijn ency clieken over sociale gerechtigheid, over communisme en nationaal-socialisme zullen documenten blijven en de draagkracht van zijn invloed zal eerst door de historie kunnen worden ge peild. In dit jaar heeft de Paus der Katholieke Actie het moede hoofd neergelegd. Onvergetelijk zal de herinnering blijven aan de keuze van zijn opvol ger, aan het korte Conclaaf. Met ont roering blijven wij denken aan die oogenblikken, toen een der Kardina len vanaf de Loggia van den St-Pie- ter den naam van den nieuwen Paus verkondigde, toen er een luid gejuich opging, onder de wachtende menigte bij het hooren van den naam Euge nio Kardinaal Eugenio Pacelli, tot dan toe Staatssecretaris, werd de op volger van Pius XI, en als een voor- teeken dat hij diens politiek zou vol gen en steeds zijn voorbeeld voor oogen zou houden, nam Kardinaal Pacelli den naam aan van zijn voor ganger. Wij zijn nog steeds in het eerste jaar van zijn Pontificaat, maar reeds kunnen wij een impressie ge ven: hij zal de vredespaus bij uitne mendheid zijn. Het is mogelijk dat de historie hem niet onder dien naam zal kennen. Benedictus XV was een Vre despaus, en aan hem werd reeds dien naam geschonken. Pius XI was het niet minder, herhaaldelijk wees hij op de vrede, hij offerde zijn leven voor den vrede, hij sprak over de voorwaar den voor den vrede, over de beletse len, over de gevolgen van den oorlog. En diezelfde richting volgt nu Zijne Heiligheid Paus Pius XII. Reeds in zijn eerste boodschap aan de wereld als Paus van Rome, sprak Hij over den vrede.-Hij richtte het woord tot de wereld, toen de vrede in gevaar was in de laatste dagen van Augus tus. Hij schreef over den vrede in zijn eerste encycliek, hij heeft actieve pogingen gedaan om de vrede hand haven, in zijn eerste encycliek heeft hij beloofd aan die vredespogingen te blijven werken, in zijn Kerstbood schap aan de wereld heeft hij gespro ken over den vrede, over de mogelijke gevolgen van den huldigen oorlog, en over de middelen om het onheil nog af te wenden. In de laatste dagen van het oude jaar heeft hij een vredes- program ontwikkeld en, een ver heugend verschijnsel, in bijna alle landen werd zijn stem met aandacht beluisterd. Persorganen, voor wie het Vaticaan nog maar kort geleden slechts een particuliere aangelegen heid was van enkele lezers, brengen zijn redevoeringen nu op een in het oog vallende plaats. Het heeft er in derdaad den schijn van, dat de we reld het roer kwijt is, en dat men innerlijk verlangt naar een andere vrede, naar een andere volkenbond, naar een andere internationale rela tie van de volkeren, als men tot nu toe heeft gewild. De H. Vader heeft zelf hierover reeds gesproken in zijn eerste encycliek «Summi Pontifica- tus» toen hij zeide: «In deze uren van benauwenis zijn vele oogen ge richt op het Vaticaan.En het is wel een duidelijk symptoom van het groei ende gezag van het Vaticaan in kwes ties, waar de wereld geen weg meer mee weet, da.t President Roosevelt een eigen vertegenwoordiger naar het Va ticaan heeft gezonden, dat Protes- tantsche, Angelicaansche en Joodsche hoogwaardigheidsbekleeders aan den Paus van Rome hebben gevraagd om toch tusschenbeide te komen, om zijn invloed te doen gelden in het huidige conflict. De zorgen der Kerk zijn niet gering. Wij denken aan Polen, aan Gewone berichten per regel Kleine berichten (minimum) 2 fr. toel. v. ber. m. adr. t. bur. Berichten op 1® bl. per regel Berichten op 2® hl. per regel Berichten op 3® bl. per regel Rouwbcr. en Bedank, (min.) Tc herhalen aankondigingen j prijs op aanvraag. Annoncen zijn vooraf te betalen en i moeten tegen den Woensdag avond j ingezonden worden. Kleine bc- richten tegen den Donderdag noen.l H de gelegenheid geboden, om in de passende atmosfeer over de dingen dezer wereld te denken, leder nieuw jaar herinnert ons aan den korten duur van het menschelijk leven. Ieder jaar vermindert het aantal onzer kennissen en familieleden.' En toch voelen we dat er boven en buiten het leven van ieder mensch afzonderlijk er nog een ander leven is, het leven der volkeren, dat over vele generaties loopt. Doch zooals de menschen. ko men en gaan de volkeren. De tijds afstanden zijn geliswaa-’ grooter. Maar het is onzinnig te beweren te gen de geschiedenis in. dat sommige volkeren in de eeuwigheid gaan. Vol keren groeien, komen tot macht en geraken in verval. In hun tijdperk van groei streven de volkeren naar uitbreiding en heerschappij ten koste van anderen. De machtige volkenen streven naar de onderwerping van de z-wakkeren. Dat heeft ons 1939 bizon- der duidelijk geleerd. Er schijnt zoo weinig plaats in deze wereld te zijn voor liefde en recht vaardigheid. Heerschten deze twee deugden, die de Zaligmaker ons leer de, dan zou het beter gesteld zijn met de verhoudingen onder de menschen en de volkeren. De oorlog is de straf om het verwaarloozen van de liefde wet. Het is de overwinning van de haat. Een jaar verstreek. Een jaar van ellen de, folteringen, brutalen drang om zich meester te maken van wat niet recht matig toekomt, een jaar met bloed be smeurd. een jaar dat een schande is voor het menschdom, een jaar gelukkiglijk maar één enkele bladzijde in het nooit eindigend, boek der eeuwigheid. Een jaar dat getuigt van de onmacht van den mensch om de wercldsehe goe deren te beheeren. Ware half maar zoo veel inspanning en wilskracht aan den dag gelegd om de vrede te bewaren, als er op wederzijdsch vernietiging gericht werd, de wereld zou zich wat waardiger getoond hebben van de eeuw, die een tijd van hoogere beschaving wil zijn. De we reld zou getoond hebben, dat zij zich kon losrukken uit het slijk, waarin zij geploe terd heeft. Maar wat zou men dit kun nen verhopen, daar waar wij dag in, dag uit, kunnen vaststellen, hoe gemeen kun nen wezen zij die beweren de dragers van de gedachte van dezen tijd te zijn. Het was een jaar van roof en moord, brandstichting en plundering met of zon der oorlog. De vuurlont in Pelen aangestoken wek te brand in het Westen, trof de Oostzee- landen, trof Finland, waar hij fel op laaide. In het Westen zijn de vuurhaarden tot nu toe van geringe betekenis geweest, maar zij zijn er niettemin des te gevaar lijker om. In China bleef de oorlog nog steeds voortwoeden. Spanje zag na veel miseries de bur- gerorlog eindigen. Polen, de Oost-Zeestaten, Albanië, raan gebukt onder de verdrukking van de macht, die recht verdrong. De volkeren die overweldigend werden, de volkeren die in orlog zijn, de volkeren, die gelukkiglijk tot nu toe gespaard ble ven, maar die nog steeds bedreigd zijn, allen zijn even beklagenswaard!*. De ge zinnen zijn uiteengerukt; wat edel en goed was, moest voor ruwe werkelaijkhe- den plaats maken; allen moeten offers brengen aan den Moloch van de tijd. Alleen brutala wapengeweld telt, waar aan alles ten offer gebracht wordt, het geld dat bestemd was voor wat verheven in het leven is; het geld Waarmede zoo veel leed zou kunnen geholpen. Voor wa pengeweld ook, wordt alles ontwricht. Zal het einde van 1940 een betere we reld aanschouwen, dan het er een gezien hefet bij zijn geboorte? Zal het een jaar van ommekeer worden? Wij hopen het, maar wij weten dorbij dat de mensch, individueel en in massa in den grond zoo slecht kan zijn, dat wij toch zeer be vreesd blijven dat onze hoop zal ijdel we zen. Onze hedendaagsche volkengemeen- schap kankert weg aan wrok en haat en wantrouwen. Toch bestaat er nog een sprankel ge zond vesrtand, daar waar men zich ervan begint rekenschap te geven, dat een ein de van een oorlog door militaire uitput ting, daarom nog geen waren vrede be- teekent De les van vóór een kwart eeuw mag niet verloren gaan en men moet komen tot een hoogere begrip der din gen, tot vertrouwen en eerbied voor het geestelijke en materieel bezit van een ieder. Dan zal recht eindelijk zijn ware be- teekenis krijgen. Dan zullen de komende geslachten misschien bevrijd blijven van de gruwelen van den oorlog. Laten wij ons vastklampen aan die hoop, een hoop die sterkt en staalt. tBBBBBflBBBBBBflBBBKBBBHBEBBBB DE BETEEKENIS VAN DE STILTE. De overgang tot het nieuwe jaar werd gekenmerkt door een merkwaar dige stilte op alle fronten. Behalve in Finland mag gezegd worden, dat het kanon gezwegen heeft overal. Ook het geronk der vliegtuigen is grooten- deels stilgevallen. Van het diplomati sche front vernamen we slechts het heuglijke, reeds aangekondigde be zoek van den H. Vader aan het Qui rinaal en een klein bericht over mo gelijke nieuwe vredesvoorstellen uit gaande van Duitschland, gepaard met de bedreiging van een militair accoord met Sovjet-Rusland, zoo deze keer die voorstellen mochten mislukken. Zelfs de staatslieden wisten niets nieuws te vertellen. Het is alsof zij oordeelen dat «spreken zilver, maar zwijgen, goud is Stilte! Het kan zooveel beteekenen. Stille zoatertjes hebben diepe gron den. Men spreekt ook van de stilte vóór den storm! De stilte kan ook vruchtbaar zijn! Het is in de stilte van de werkkamer dat de uitvindin gen gebeuren en de geniale gedach ten in het brein van den denker ont staan. Het is in de stilte van de na tuur dat de dichter de eeuwige bron nen van schoonheid opzoekt. De stilte van de internationaal po litieke atmosfeer, kan eveneens deze dubbele antinomische beteekenis heb ben. Ofwel beteekent het, stilte vóór den storm: de stille voorbereiding, die nog verschillende weken kan aanhou den, en die bij de niemve Lente de geweldige losbranding van al de de monische vernietigingskrachten voor gevolg kan hebben. God bespare de menschheid, deze vreeselijke gruwel. Daarnaast, kan gelukkigerwijze, juist die stilte vruchtbaar zijn in den goeden zin. Zij kan evengoed de ge dachte van den vrede koesteren en tot rijpheid brengen. En er zijn voor het oogenblik verschijnselen waar te nemen, die deze verklaring een kans niet malsch zijn voor U. ge zoudt meer geven. Zoo de actie van het Pausdom dan één sterre zien. Hij zou U met in samenwerking met de groote neu tralen: Italië en de Vereenigde Sta ten en de nieuwe vredesvoorstellen van Duitschland. ONZE WENSCHEN. Wij wenschen niet dat onze groote buren in hun verblindheid mekaar tot het uiterste zouden vernielen en uitmoorden. Engelschen, Franschen, Duitschers vormen juist de drie prachtigste en bekwaamste volkeren van de wereld. Wij wenschen alleen maar dat ze tot bezinning zouden ko men en dat ze langs de wegen van goede trouw en onderhandelingen, de raadgevingen van den H. Vader in dachtig, mekaars handen zouden zoe ken in een verzoenend gebaar, om voortaan samen te werken in plaats van mekaar tegen te werken. schermt hen. Hij stampt met zijn tatseschoenen om zijn voeten te warmen, koud van het sneeuwwater. Hij sloeg zijn armen rond zijn lijf, soldatenvier. De sterrestoet trok voorbij. De hon den basten. Zij zijn niet neutraal. De Duitsche wachthonden aan hun keten antwoordden in de verte... A. B. HEBT GE OOIT EEN GOED WOORDJE GEDAAN OH EEN EN ANDER KENNIS AAN TE ZETTEN TOT HET ABONNEE- KEN OP DIT BLAD. DANK EROM. EEN POSTABONNEMENT 1940 IN BELGIE KOST: 1 Jaar 6 Maanden 3 Maanden Alle Medewerker! lijn verantwoordelijk De toe te passen taksen zijn voor taan als volgt Kwitantie-taks Overdrachttaks F orfaitaire-taks Faktuur-taks (Wanneer het levcringcn betreft aan partikulieren voor hun persoonlijk ge- Z'fVK.T 1 tA r- 4llll!llllllllllllllllll!llll!III|||||HIIII!IIIIIIIIIIIHIUIIIIIIIIIllllllllll!llim^ Thans is dit ons gelukt. Wij blij ven neutraal en het is nu uitgemaakt dat de kans maar bitter klein is, dat wij aan de heksenabbath zouden deel nemen. Nu dat de oorlog, zij het nog maar op geringe schaal, reeds vier maanden duurt, hebben wij onder vonden hoe tendentieus en leugen achtig de berichten zijn die ons uit de oorlogsvoerende landen bereiken. Wii hebben ondervonden, hoe die groote volkeren mekaar wederkeerig ophitsen en hoe ze tenslotte niet zoo zeer om idealistische redenen strijden, maar ^m eigen belangen en om de Euroneesche of de wereldheerschappij. De neutraliteit, hoe hard zij ook moge blijken, door de stoffelijke of fers en ontberingen, is een zegen voor ons volk waarvoor we God niet vol doende kunnen danken. Wij blijven gespaard van die hysterie, die de oor log is, en die de menschen waanzin nig, ziek en zedelijk slecht maakt. Dat zijn bedenkingen, die passen bij den overgang naar het nieuwe jaar. Zoo past het eveneens degenen met de vingers te wijzen, die durven oor deelen. dat wij te laf zijn om te strij den aan de zijde van het goede rechtWij hebben altijd bewezen dat lafheid een gevoel is dat ons als volk steeds vreemd was. Doch de moed van degenen, die ons in den oorlog ver wikkeld ivenschen, is geivoonlijk ge steund op de niet-verplichting van soldaat te zijn, op een kinderloos huis gezin en op de verwachting om «zaak jes» te doen! tuigen zijn in Finland voor het leger aangekomen. De Finnen bezitten thans 1.000 Vliegers die zouden kunnen gebruikt worden hadden ze maar vliegtuigen ge noeg. Ze hopen die binnen kort te kun nen krijgen uit de hen sympathieke lan den. De Finnen melden dat ze in een ge vecht 150 Russische tanks vernietigd hebben. Ze verklaren dat de Russische Tanks van heel flauw en minderwaardig materiaal zijn samengesteld. Er zouden tot op heden ongeveer 25.000 Russen om het leven zijn gekomen. Aan *t Westerfront blijft alles kalm zooals tijdens de laat ste maand. Te beter. De Duitschers en de Franschen loeren mekaar af van achter hun versterkingsforten, maar uit kruipen doen ze niet. Ze wachten bei den op den aanvaller die, als ze ’t zoo voort doen wat we van harte wenschen natuurlijk nooit komen zal. 4 Een Zweedsche boot is te Kopervik aangestrand en bracht drie Duitsche vliegers mee die het op zee opgepikt had. Een vierde vlieger die zich aan boord van het vliegtuig bevond dat door een Engelsch vliegtuig werd neergehaald, werd gedood. (Zie vervolg op 7de blad.) De sehildw^cxit staat daar eenzaam te blinken voor een paar uren, die nog veel langer schijnen, onder de kappe van den blooten hemel. Hoeveel graden zijn teenen beneden zero staan, weet hij zelf niet, hij voelt ze niet meer. En toch is de koude zijn vijand Nr 1 niet, maar wel Hitler- die de oorzaak is van al zijn miserie. Dat hij hem te pakken kreeg, hij zou er niet gemakkelijk van afkomen. Als het hagelt en sneeuwt heeft hij geen Tom Pouce Hij is al oogen en ooren, maar in den donker hoort noch ziet hij. Alles Is stil als in een kloostercel. De Bel gische mededeeling zou nog laconi- scher dan de Fransche kunnen mel den dat er niets te melden is. Opeens gaat een rilling door zijn lijf. De soldaat beeft. In zijn verbeel ding ziet hij een tank die vuur spuwt, ook gestalten en cavalerie... Wat is dat? Is het een nachtmerrie? Neen, ’t is den ruin van boer Geurts, die plechtstatig voorop stapt als een tambour major. Geruischloos in den vriezenden mist boven de sneeuw zijn de gestalten ge naderd. Jandorie is dat verschieten, (half luid); dan roept hij luider: Halt! Wie daar? Goê volk, vrees niet. Het wachtwoord? Zijn stem weerklinkt ais een echo van den an deren oorlog. Vrede! roept een jonge stem van een ruiter op zijn peerd. Alia! Geen flauwe kul, zijn uw papieren in orde? Van eigen. Uw naam? pace!Ze defileeren en hij biedt Balthazar, niet de minister, maar de wapens. Een escadrille engels be- bruik, moet er GEEN taks van per duizend toegepast worden.) Gereed berekende Barcmas der schillige Taksen zijn in onze drukkerij tc Voor mij een prent 42x32 van 26 December 1935 in L’Hlustration In een Vlaamsche hofsteê, bachten de Kupe, waar alleen het stal van overblijft, komen drie zwarte solda ten binnen met burnous aan en tul band, een Fransche huzaar en een Schotsche met doedelzak. Aan den kant staat de boer, met zijn klakke in zijn hand, en zijn kloefen aan; in ’t midden, een jonge boerin met een kind op haren schoot. Voor de tooneelschikking moeten ze naar den bazar niet gaan om een kindje. Er ligt strooi voor de hand. De zwarte lacht naar ’t kindje en biedt gesefienken aan. Het kindje, een diTrzakské, is niet benauwd, het speelt met de sóldateriknoppen als souvenir gekregen, het eet caféknuustjes en muilstoppertjes (in plaats van pru llenen). Een heele karavaan staat nog bui ten. De zenen der drie Koningen: een Senegalees, een Indiër en een Araab, hernieuwen het symbolisch gebaar van overouds. Het gehucht achter den IJzer wordt Bethlehem. Boven de verwoeste frontstreek prikkelt een wondere ster. De drie Koningen brengen cadeaux: genegenheid, opoffering, verlossing en vrijheid. Allen, burgers en soldaten, verstaan malkaar in de woorden «Very good» en «Y a Bon». Dit is de teekenig van Jonas. Het zijn de wilden die de beschaving brengen en de bevrijding. Dat was over 25 jaar. Wat schijnt het ver! Het ver oudert ons erop te peinzen. We kij’-en met den periscoop naar de toekomst, in het licht van het ver leden. Wat toen in Vlaanderen gebeurde, geschiedt elders heden. Het oorlogsmonster heeft de illus tratie uit de oude papieren gehaald en weer actueel gemaakt. De vrede was zoo stevig niet opgebouwd als de IJzertoren en het papier weerstond beter dan het gewapend beton. Het kind met de geschenken en de knuustjes. is opgegroeid en staat entwaar op faction, gegespt en gewa pend met bajonet op het geweer aan de Duit''"’'" Deze week iin Engeland tweede, lichting Kanadeesche troepen aangekomen. We zien bier in tenue naar de voor bun opgerichte kazernen optreklren. Hz

HISTORISCHE KRANTEN

De Poperinghenaar (1904-1944) | 1940 | | pagina 5