De Verloren Ring
Officieele Berichten
est Besluiten
Ons Vrouwenhoekje
Ons KINDERHOEKJE
VOOR ONZE KLEUTERS
GEDACHTEN
POLITIEMAATREGELEN
VOCR BEZETTE GEBIEDEN
DE MANDENMAKER
GNS WEKEL1JKSCH
RAADSEL
NIEUWE REGELING
VAN DE
AARDAPPELVERDEELING
IN hWiCtLli REGELS
Vóór rich heeft de mensch meer vrien
den dan achter zich.
Wl» zich blind In het leven stort, wordt
er zoo snel mogelijk ziende door gemaakt.
Niemand zal zoo goed dienen als wij
bet zeil doen.
HET manneke
UIT DE
ALDERLIEFSTE LEZERESSEN
Vrienden Lezers, groot en klein
Tc Hood dat het met uw gezondheid
Nog steeds opperbest mag zijn.
Alle Jaren rond dees tijden
Hoort ge klagen te allen kant,
Opgepast de griep rijdt weder,
Klauwenskla&r door 't gansche land
Ja, ja. zegt Knulleken. ziek zijn is
ongezond, 't Js al eender of ge ziek zijt
van lijf en leén of dat ge ziek zijt in uw
portemenee.
VAN 'N PORTEMENEE ZIEKTE ge
sproken. Onze huismoeders...
Ze waren op weg
Om 't een of 't ander te gaan koopen
Maar gauwdieven gingen
Met dc zegeltjes loopen.
Oppassen is dus de boodschap, alder-
lif-'st Lezeressen, als ge met den pro-
Viandzak de deur uitstapt.
En wie niet oppast
Zal 't zich beklagen
En zit zonder eten.
Vast vele dagen.
DE DAGEN worden korter en korter.
In een hoeksken
Met een boeksken!
goo luidt een oude Vlaamsche spreuk. En
meteen peis ik t$rug aan de hulskamer,
Jaren en jaren geleden...
De stoof brandde zoo gezellig en de
petrollamp verspreidde een getemperde
klaarte... Niet zoo hel en scherp als de
tegenwoordige lampen met electriciteit...
We zaten rond de tafel... En moeder
vertelde. Ze kon» zoo schoon vertellen. Ze
kan het nog, al is ze dan ook acht en
tachtig Jaar...
Vader zaliger veel te vroeg gestorven
kon ook vertellen... Maar, als die met
zijn historiekes begon, legde hij er de
leugens zoo dik op dat we uitriepen: nee,
vader dat kan nie gebeurd ztlnHoe
harder we dat riepen, hoe meer plezier
hii had. En dan deed hij er nog 'n schen
ken bij... Vader vertelde altiid over din
gen die hij in z'n dagblad had gelezen:
alzoo over den eersten otomobiel: over
rijwielen waarvan de banden moesten on-
gepempt worden; over nen toren die ze
in Parijs aan 't bouwen waren én die
tienmaal hooger zou zijn dan den toren
van de kerk in ons doroken; over booten
die onder 't water vaarden: over toove-
raars in verre landen, die langs nen
garendraad, die niet was vastgemaakt,
naar boven klommen en zoo honderden
dingen meer...
Moeder, integendeel, vertelde sprookjes
en legenden... of geschiedenissen, die ze
gelezen had in de Levens der Heiligen
't V/as alle jaren 't zelfde en toch alle
jaren anders. Zoo hoorden we de ver
telsels over; Roodkapje; Klein Duimpje;
Eisje Zevenschoon; rafeltje Dek-je; Be
Gelaarsde Kat; Reus linhard; Thyl
Uylenspiegel; Robinson Crusoë en neg
veel andere vernaaltjes meer.
En wilt ge nu weten, aiderliefste Leze
ressen en vriendelijke vrienden Lezers,
waarom ik u dit alles vandaag vertel?
Luistert: Verleden week ontmoette ik
*n kennis, dien ik in geen jaren meer had
gezien. We gingen 'n potje pakken en
terwijl we gezellig in 'n i_russeische ta
veerne zaten, begon het te regenen... maar
te regenen, zooais het ten tijde van den
Zondvloed moet geregend hebben. Op 'n
oogwenk waren ae straten leeg en vei',
laten... Er stond nog enkel 'n politie
agent, op 'n straatverhoog, om 't ver
keer van de auto s te regelen. Alleen, zoo
alleen als vader Adam in zijn tijd, toen
hij moeder Eva neg niet kenue; zoo stond
hij daar alleen in c.en gutsenden regen.
Kijk! zei ik tot m'n vriend: die vent
op z'n eilandje, dcet me denken aan Ro
binson Crusoë.
Robinson Crusoë, wie is dat? vroeg
die vriend.
Kcm! Kom! antwoordde ik... Je hebt
toch al van Rcbinson Crusoë hooren
spreken?
Nooit! zei hij.
En van Roodkapje? Blauwbaard?
Elsje Zevenschoon? Klein Duimpje? De
Gelaarsde Kat?
Nooit! klonk het weer.
Maar kerel! zei ik toen, ongeioovig.
Dat zijn allemaal historiekes die ik als
kind door m'n moeder honderd keer heb
hooren vertellen, thuis in de huiskamer.
Ik heb mijn moeder nooit gekend...
klonk het toen dof. En 'n huiskamer even
min. 'k Woonde van m'n derde jaar af
bij 'n tante van m'n moeder. M'n vader
licht bruine eieren, witte eieren, groote
eieren, kleine eieren en middelsoort door
mekaar in een korf.
Pietje Paas kwam den winkel in en zei:
Madammeken Taps lk zcu twaalf
eieren moeten hebben, maar 't moeten
eieren zijn, door 'n zwarte kiek gelegd.
Hoe kan ik nu weten, welke eieren
door 'n zwarte kiek zijn gelegd, vroeg
madammeken Taps.
O! Ik kan cat goed zien. zei Pietje
Paas... laat mij maar ne keer begaan...
En Pietje begon in de mand te zoeken
en hij nam natuurlijk twaalf van de
schoonste en dikste eieren... Hij betaalde
en vertrok
Daar zijn toch slimme mensehen ln
de wereld, dacht madammeken Taps...
Die kunnen zoo maai op 't eerste geacht
aen welke eieren van 'n zwarte kiek
komen.
KOMEN EN GAAN dat is de gang van
de wereld. Bij de familie Stuifkens te
Hijzelbeeke staan er alzoo op 't trouw
boeksken zeven zonen ingeschreven. Toen
ajn er nog dochterkens bijgekomen en
toen "t trouwboeksken vol was en er dus
al vijf dochterkens waren geboren zijn
er nog twee bügekomen. Dus zeven zonen
en zeven dochters.
Dat is een rareteit
't Gebeurt niet vaak in 't leven
Dat er alzco een reke komt
Van tweemaal zeven.
ZEVEN, aiderliefste Lezeressen, is een
heilig getal... In de Heilige Schriftuur
speelt zeven alzoo een greote rol. Over
de Schepping staat er eeschreven: «den
zevenden dag rustte Hii Als een land
was bezaaid en beplant geweest, moest
het gedurende het zevende jaar braak
blijven liggen. Tusschen Paschen en
Sinksen verloopen er zeven weken. De
Kerk spreekt van zeven kerken, zeven
kandelaars, zeven armen van de zeven
kandelaars, over zeven lampen, zeven
sterren, zeven zegels, zeven engelen, zeven
trompetten. De vrienden van Job offerden
zeven kalvers en zeven schapenhokken. Er
zijn zeven sacramenten, zeven nsalmen
van boetvaardigheid, zeven hoofdzonden.
Rome wordt geheeten de stad der zeven
heuvelen.
En lk, zegt Knulleken, ik heb nog
zeven stuivers in mijnen zak. En hij voegt
erbij; Ge hebt met het cijfer zeven toch
nog 'n eksempel vergeten.
Laet hooren, Knulleken.
Wel, luister:
Wanneer men van een meisje lief
Een schoon gedacht wil geven...
Dan zegt men vaak: dat aardig kind
Is bijna: driemaal zeven.
En, als ge driemaal zeven zijt
Dan loopt ge vast te droomen
Dat 't ventje, Janneken van Pas,
Voor u weldra zal komen.
Misschien komt Janneken van Pas,
Dat gaat zoo in dees tiien
Al zijt ge amoer achttien jaar
Fideel, bi] u te... vrijen.
dronk... en keek naar mij niet om... M'n
groottante had het te druk met aller
hande goede werken... Ze vond geen tijd
om zich met mij bezig te houden... De
straat was mijn huiskamer...
Ja! Ja-! zegt Knulleken... dat zijn
dingen die gebeuren.» En oaarom mag
hier neergeschreven:
Ggjukkig zij, die zich herin'ren
De oagen vau hun gulden jeugd...
Als moeder 's avonds bij 't vertellen
Bracht 't kinderhart steeds nieuwe
[vreugd
VAN VREUGD GESPROKEN, daai
zijn reeds verschillende tooneelbonden
die laten weten, cat ze in aen loop van
den Winter ééns of meer op ae planken
zullen komen.
Vooruit! want in het Vlaamsche land
Heeft eeuwen lang t tooneei bestaan.
Geen reden is er dat 't tooneei
Nu plots zou hebben afgedaan.
't Is zoo, zegt Knulleken en hij voegt
er bij: onze 1 ooneeimaatschappij "De
Rare Apostelen speeit op ae Zondagen
8 en 1b December en de centen die we
ontvangen gaan. na aitrek van de kosten,
ln de kas van Winternulp.
Dat is scnoon Knulleken, zeer schoon.
ZEER bCltiOON waren ae eieren die
te koop stonden bij mauammeaen Taps.
Daar waren ook eieren bij aie mineer
schoon waren. Zoo lagen er Drume eieren.
Mengelwerk van 1 December 1940. - Nr 20.
ROMAN van H. COURTHS-MAHLER.
Gunt Warncck, toon ran ren rijken industrieel,
was om zijn vatsi hc liefde gescheiden van zijn sluwe
vrouw cu looueelspteisler, tori Leixner. Hij was met
kaar gehuwd, a. hoewel zijn vader hem vnterjd had
en alies overgeschreven had aan Kate Harlar.it, een
Ilinke vrome, die Uesnrieh Warnece a s kind had op-
genossen. Guntcr had zij» jout ingezien en vroeg
vrrgijjenisj deze krijgt hij, doen setjatn avond sterjt
tijn vacrr. Heinrick hart even voor zijn dood beloofd
aan Kaie hel testament, waarin hij alles aan Kale
gatIc scheuren. eist was hij gestorven, maar Kale
had het testament toch kunnen vinden. Guntcr was
onderlussehen telegrejhek verwittigd en thuisgekomen.
Hij luisterde zwijgend en deed af en toe
een vraag, doch Kate voelde zich hoe lan
ger hoe bedrukter worden. Dat was niet
meer de oude, gezellige Gunter en ook
niet meer de Gunter, die luchthartig over
haar heen had gekeken, zooais hij vroe
ger deed, toen hij alleen maar onverschil
lige woorden voor haar had gehad. Hij
sprak met warme innigheid over zijn va
der, maar voor haar had hij niets dan
strakke beleefdheid en de bittere, min
achtende trek om zijn mond martelde
haar. Ze haaide verlicht adem, toen hij
van tafel opstond.
Ik ga nu naar de fabriek om een en
ander te bespreken. Is er nog Iets voor
vaders begiaurus te regelen?
Ze stond eveneens op.
De procuratiehouder Durlach heeft
alles al geregeld. Morgenmiddag om drie
uur is de begrafenis.
Je hebt veel last en moeite gehad,
Kate, sei hij beleefd. Frans zei, dat je den
eersten nacht met mijnheer Durlach bij
vaders lijk gewaakt hebt.
Zs had het wel willen ultjammeren
over dien kouden officieelen toon, doch
ze keek hem alleen maar met moede
oogen aan.
Wat doet dat ertoe? Ik heb zoo wei
nig voor mijn weldoener kunnen doen,
toen hij nog leefde, dus zou ik hem dan
Wel, Tc hoop dat gii nooit zeggen zult
Na al die liefd.edrocmen
Die Jan van Pas is honderd jaar
Te vroeg gekomen.
Ge zoudt de eerste niet zijn, aiderliefste
Lezeres en ge zult de laatste ook niet zijn.
En Knulleken voegt er bij:
Meer aandacht wordt er vaak besteed
Als 't meisje een mantel, hoed of kleed
Of schoentjes wil gaan koopen.
Het huwelijk! Och! 't zal wel gaan...
Maar velen moesten met een traan
Bekennen ik ben misloopen!
Allee! Aiderliefste Lezeressen, ik hoop
en wensch uit den grond van mijn hart,
dat geen van u allen zal moeten zeggen
als ge getrouwd zijt: ik ben misloopen!
Ik wensch u integendeel 'n hemel cp
aarde.
ik wensch dat ook, zegt Knulleken...
voor den t.genwooraigen tijd, den toe
komenden tijd en den verleaen tijd.
Vain VERjüEDEN TIJD GESPROKEN
Fonsken, vroeg de meester, geef mij
ne keer aen verleuen tijd van: ik word
wakker.
Zonder hakkelen antwoordde Fonsken:
Ik heb geslapen.
Dat was nog zoo dom niet geantwoord.
En toen Fonsken'5 peter aan Fonsken
vroeg:
Leerde gij goed in de school?
Toen zei Fonsken:
Ja, peter.
En toen Fonsken's peter verder vroeg:
Hebt ge een goeae piaats in de
school?
Toen antwoordde Fonsken weer kordaat:
o a peter, de beste.
Toen gaf peter aan Fonsken vijf frank.
En Fonsken zei beleefd:
Beaankt peter. Maar peter wist nog
niet genoeg en vroeg weerom:
De Deste plaats? Dus zijt ge de eerste
van de kias?
Nee, aatte nie, peter, zei Fonsken
even beieefo...
Ge zegt pertang dat ge de beste
plaats hebt!
Ja 't, peter... ik zit het kortst bij de
stoof...
r,n weg was Fonsken! Loopen, wat hij
:oa ioopen.
EN, ZOO LOOPEN wij naar ons weke-
lijksch kaïenaerken en stappen meteen
de maand Decemoer binnen. Vroeger
heette December: Wintermaand. En zoo
krijgen we te vieren:
Zouuag 1 December: SS. Elooi. Ageruis.
Olympiades. Procuius.
Maanuag 2: SS. Paulina. Bibiana. Latalia.
Guldwald. Adria.
Dinsdag a: Sb. Fransiscus Xaverius. Sa
lerno. Hilario.
Woensdag 4: SS. Barbera. Pieter. Hor
tensia.
Conaerdag 5: SS. Sabbas. Crispina. Dal-
matius. Peiinus.
Vrijdag 0: SS. Nieolaas. Petrus. Pascalis.
Dyonisia. Leontina.
Zaterdag 'J: SS. Amorosius. Phara. Eutra-
pius. Geneboud.
Aiderliefste Lezeressen
Vrienden Lezers, net staat vast.
Most ge meter, peter wezen
Dat aliiier een name past.
Bibiana of Peiinus,
Sabbas, Phara, Geneboud
Niemand heet zoo in uw streken
Zorgt dat gij zoo'n naam ontnoudt,
Immers het is lang geweten
Dat alnier in 't Vlaamsche land
Bij het geven van een name
Dv/aasneid vaak de krone spant.
Pieter, Mieken, Dora, Karei...
Lijsje, Zander, Drika, Toon,
Dat zijn eente Vlaamsche namen
En die klinken even schoon.
SCHOON BEDOELD, Manneke uit
de Maan, maar niet schoon gezegd, be
weert Knuueken, uie 't altijd Deter weet.
dezen liefdesdienst niet bewijzen? Jij was
er niet om bij je vader te waken, daarom
wilde ik hem niet alleen laten. Mijnheer
Duriach wilde mij niet alleen laten, hij
had het gerust kunnen doen, ik zou niet
bang zijn geweest, want oom Heinrich is
altijd even goed en lief voor me geweest.
Maar mijnheer Durlach heeft je vader
ook veel te danken en daarom wilde ik
hem niet weigeren om met me te waken.
Het viel hem op, hoe eenvoudig ze dat
zei en hij moest er aan denk:n, dat haar
heele leven in zijns vaders huis eigenlijk
niets anders was geweest dan één opoüe
ring. Voor al haar moeite en werk had ze
niets terug gekregen dan kost en inwo
ning en daarvoor meende ze nog dank
verschuldigd te zijn.
Weer onderdrukte hij zijn warmere ge
voelens met geweld en dacht verbitterd:
Ze heeft het zeker allemaal uit bereke
ning gedaan om vader te bewegen in haar
zijn aanstaande schoondochter te zien.
Met een korten hoofdknik zei hij afge
meten
Tot ziens.
Tot ziens, antwoordde ze zachtjes.
Ze keek hem met droevige oogen na en
dacht: Gelukkig, dat hij dat testament
niet te zien krijgt. Wat voor uitwerking
zou dat in zijn tegenwoordige stemming
op hem hebben gehad.
Het hinderde haar onuitsprekelijk, dat
Gunter zoo veranderd was. Zou dat altijd
zoo blijven? Zou hij nooit meer de im
pulsieve, hartelijke man van vroeger
worden?
Toen ze alleen in de gezellig ingerichte
huiskamer zat. dacht ze voor het eerst
aan zichzelf. Wat moest er nu van^haar
worden? Dat ze hier in huis bleerT ook
al zou Gunter het toestaan, was uitge
sloten. Nog afgezien van het feit, dat ze
alleen door de goedheid van haar voogd
hier een tehuis had gevonden, was Gun
ter nag te jong om alleen met hem in
één huis te kunnen komen.
Ze was er, ondanks de verandering die
er in Gunter had plaats gevonden, van
overtuigd, dat hij zeker in den geest van
Beste Lezeressen,
Wij hebben dagelijks recht op een ze
kere hoeveelheid vleesch, aardappelen,
vet. enz... Waarmede kunnen wij dit da-
gelijksch rantsoen verder aanvullen? Deze
vraag móeten velen ons zich nu reeds
hebben gesteld. Hebt gij tevoren wel ge
dacht aan de menigvuldige mogelijkheden
die ons gebleven zijnworsten en afval
allerlei, vaarzenlever, kalverhart, ossen-
tong, enz., dat alles uitmuntend en_ zeer
spaarzaam is? Vergeten we daarbij ook
de verschillende soorten saucissen, wor
sten en pensen niet.
Er blijven ons verder zooveel verschil
lende wijzen om huiskonijn te bereiden
met roode kool. met kastanjemoes, met
keizerskruid, enz.; of kip met ajuin,
duif. enz.
Ook de visch mag niet worden verge
ten stokvisch en haring, die zeer voed
zaam zijn, rog, mosselen en zooveel an
dere soorten vissehen en schaaldieren.
Terloops wil ik U cg>k maar even her
inneren aan de voedzame waarde van
eieren en kaas waarvan gij het belang
even goed kent als ik. Vergeet boven al
echter de ontelbare soorten groenten en
fruit niet. Benuttigt de gelegenheid van
het oogenblik nog om tweemaal daags
groenten te bereiden, dit eer ze te duur
geworden zijn.
EN NU EEN RECEPT:
GEMARINEERD KONIJN.
Bereidt eerst de pekelsaus1 in ronde
schiifjes gesneden wortel en 2.uien. 4
laurierbladeren. 3 takjes thvm. 6 gevilde
en in twee gesneden sjalotten, 4 takjes
neterselic. Het geheel laten gaar worden
in twee soeplepels magarine of vet. Zoo
dra uien en wortel kleur beginnen te
krijgen er een glas azijn en een halven
liter water over gieten. 4 greepjes zout
en 2 greepjes pener bijvoegen. Zoodra
het begint te koken van het vuur af
schuiven. Nog een half uur lang heel
zachtjes laten koken en dan afnemen.
Neem een tamelijk vet koniin waarvan
gij alleen het roggestuk behoudt. Het
overige legt gij.van kant om er den vol
genden dag een ragout van te maken.
Leg het ruggestuk gedurende een nacht
i*ï de pekelsaus en wrijft het 's ander
daags zorgvuldig af. Leg het in een die
pen schotel, waarbij enkele schijven ui
en wortel worden gevoegddan hesproei
en met een weinig gesmolten vet of mar
garine. toedekken met ingevet papier en
laten braden bij midde'matig vuur. O"-
"eveer y. uur voor eiken halvni kilo
laten braden. Met prikkelende pekelsaus
opdienen.
ENKELE RAADGEVINGEN
Het kan gebeuren dat zekere voedings
waren van dageüjksch gebruik ons ge
heel ontbreken of niet meer in voldoen-
iBBEasiHSRBBBBBgflBBHHBSBBBB
VERBOD IN FRANKRIJK NAAR
ENGF.LSCHE RADIO - UITZEN
DINGEN TE LUISTEREN
Volgens een bericht uit Vichy, ver
scheen in het Staatsblad het verbod de
uitzendingen van de Engelsche en de
anti-Fransche buitenlandsche radiostati
ons op den openbare weg én in publieke
lokalen te beluisteren. Een decreet be
paalt verder, dat deze verordening even
eens van toepassing is in alle Fransche
overzeesche bezittingen.
aBssaasaanzsissssHs&EZRSHSBaB
ONZE SUIKERNIJVERHEID
Door de Belgische suikerfabrieken werd
in de maand Oktober 41.039.733 kgr. ruwe
suiker en 43.863.000 kgr. witte poedersui
ker vervaardigd.
Dzcszas!sssaaa!Esa3!Bi3saaEBa3D
Daar zijn zoo van die menschen, die
altijd 't leste woord mosten hebben...
In menig huisgezin
De vrede kwam te breken
Hetzij dat man of vrouw
Het laatste woord wou spreken.
SPREKEN IS ZILVER en zwijgen ls
goud», zegt het spreekwoord.
Bij m'n nonkel Tist en m'n tante
Trien, vertelt Knulleken, was 't ook alle
dagen bal cp ae bootjes. Nonkel Tist wou
niet zwijgen en Tante Trien wou altijd
heur geaacht zeggen.
Nu, gepasseerae week werd er in hun
parochie 'n missie gesermoond en nonkel
Tist was te bieenten geweest en had ai-
zoo verteld aan oen eerwaaraen pater dat
z'n vrouw 'n lastig schepsel was en dat
ze altijd 't leste woord wou hebben en
dat hij, nonkel Tist, dan in 'n koleire
schoot en bekwaam was ongelukken te
doen.
Hewel, zei de eerwaarde pater, daar
is 'n goei remedie voor... Als ge voeit
dat die koleirfe u gaat overvallen, dan,
in plaats van te antwoorden, begint ge
te tellen: één, twee, drie, vier, vijf, enz.
tot tien, tot twintig, tot dertig en meer
als 't moet. Dan is die koleire over.
En is 't er mee geoeterd, vroeg ik
aan Knulleken.
'k Weet 't niet, antwoordde Knulle
ken... want toen ik 's anderendaags bij
m'n nonkei Tist kwam, noorde ik hem
bezig:
Zeven miljoen negen honderd acht
en veertig auizend, anehonaeru vier en
dertig... zeven miljoen negen honderd
acnt en veertig duizend, drie honderd vijf
en dertig... zeven miljoen... enzoovoort!
Enzoovooïtl... Misschien is de sukkelaar
tegenwoordig ai aan of omtrent ae hon
derd miljoen!
Ja, Knuileken! Ja, Knulleken!
Ik zeg het stout en keen
Dat voor ae vree van 't huisgezin
De man moet alles doen.
DAARMEE DOEN WE de boeken toe
en zeggen we:
Aiderliefste Lezeressen
Vrienaen Lezers, 't is geaaan
En de hartelijke groeten
Van
Het Manneke uit de Maan.
■■BasaaaasiHEafiHiBaaNBfiiiaaaa
zijn vader verder voor haar zou zorgen,
doch wat ze van den ouden vriend van
haar vader hadkunnen aannemen
mocht ze niet van diens zoon aeeepteeren.
Oom Heinrich was haar voogd geweest,
maar wat voor reden zou Gunter hebben
om voor haar te zorgen?
Als Oom Heinrich tijd had gehad een
ander testament te maken, zou hij stellig
voor haar gezorgd hebben, ook na zijn
dood, daar was ze zeker van.
Er speelde een fijn lachje om haar
mond Dij die gedachte en haar oogen
straalden even toen ze er aan dacht, dat
Gunter alleen omdat ZIJ het wilde, de
erfgenaam van zijn vader werd. Het
kwam niet ln haar op om te bekinnen,
dat ze Gunter en haar meisjestrots een
geweldig offer had gebracht door het tes
tament te latin verdwijnen. Als ze het
had laten liggen op de piaats waar ze het
gevonden had, zou ze nu meesteres van
dit huis zijn en eigenares van oom Hein
rich's vermogen. Ja ze was zelfs in
staat zichzelf nu nog tot erfgename te
maken ze behoefde daartoe slechts de
lange, smalle enveloppe uit haar schrijf
tafel de halen en ergens neer te leggen,
waar men haar vinden moest. Maar dat
zou ze natuurlijk niet doen, liever sterven
dan dat Gunter ooit de woorden zou le
zen die hem wilden bewegen haar tot
vrouw te neipen.
Ze zuchtte diep.
Wat moest er nu van haar worden?
Er was maar één uitweg ze moest
een betrekking zoeken en zien op de een
of andere manier haar brood te verdie
nen. Gelukkig had ze een klein spaar
potje. De opbrengst van de nalatenschap
van haar ouders had oom Heinrich des
tijds goed belegd. Ze ging dus niet met
geheel leege handen hier uit huis en kon
bescheiden leven, tot ze iets gevonden
had. Ze was overtuigd dat Gunter altijd
bereid zou zijn haar voor armoede te be
hoeden, doch ze zou nooit ondersteuning
van hem aannemen.
Gelukkig had ze ook nog haar eenvou
dige sieraden. Het waren grootendeels
de mate voorhanden zijn. Door wat deze
dan vervangen?
In dit verband is het zeker niet zon
der nut de gelijkwaardigheid te kennen
van zekere voedingsstoffen.
Zoo b. v. heeft 150 gr. vleesch dezelfde
kalorieëiiwaarde als
2 eieren
100 gr. gerookte haring;
75agr. gezouten iiariiig;
50 gr. stockvisch
60 gr. kaas
55 gr. rijst,
of 75 gr. snijboonen of linzetl.
Deze gegevens nemen wij steeds In
echt bij de samenstelling onzer eetmalen.
De dagen waarnn wij b. v. geen vleesch
hebben en moeilijk aan eieren of haring
kunnen geraken zullen wij dus ons rant
soen snijboonen of boonen bereiden op
een der wijzen hieronder aangeduid.
TWEE RECEPTEN
Pastei zonder vleesch. 503 Craitl
gedroogde snijboonen, linzen of boonen
in koud water te koken zetten (na voor
af te hebben laten weeken) met een
ajuin, een bosje peterselie of thvm. enz.
naar keuze, en een weinig look. Laten
verzijpen zoo dit noodig blijkt. 2 leoels
geperste tomaten bijvoegen en indien
mogelijk ook twee geklutste eieren en
50 gr. geraspte kaas. In een rechthoekige
pan gieten zoo mogelijk belegd met platte
worst en gedurende 30 minuten in den
oven plaatsen.
Gebraad zonder vleesch. Den vori-
gen dag reeds 250 gr. snijboonen in re
genwater te weeken zetten. 125 Gram
rijst herhaaldelijk snoeien. De snijboonen
koken, laten verzijpen en in hetzelfde
water de rijst gedurende 15 tot 20 mi
nuten laten koken. Alles srmen doordoen,
zout, peper, 1 lepel vet, sjalotten en pe
terselie bijvoegen.
Een brood vormen, in den oven laten
bruinen op eene vooraf ingevette braad
pan. opdienen met witte of tomatensaus.
FIJNE VRUCHTENTAART
Op de, deegplank doet men 200 gram
bloem in een bergje. Hiermede vermengt
men (het best van een kuiltje in het mid
den uit en met behulp van een mes) tv.ee
eidoorers, 100 gr. boter. 70 gr. suiker, een
snuifje zout en wat geraspte citroenschil.
Na het aanmengen kneed men dit deeg
door, vormt er een bal van en laat deze
ongeveer een kwartier onder een kom
rusten. Hierna wordt een lage taartvorm
ermede bekleed, evenals in bet voorgaan
de recept en de taart, in een matig war
men oven ongeveer een half uur gebak
ken. Na bekoeling wordt de taart gevuld
evenals in het voorgaande recept is.
maakt men bet vulsel van comooote liefst
niet te zoet. Een vulsel van gespelde, ver-
rche druiven in gelei van vruchtensap
doet het bijzonder goed op deze taart.
VERORDENING
Op grond van de mij door den Opper
bevelhebber van het leger verleende vol
macht, verorden ik voor de bezette gebie
den van Belgie en Noord-Frankrijk, het
hiernavolgende:
1. - GELDIGHE1DSGEB1ED.
De voorschriften van deze verordening
gelden voor de Belgische provincies Oost
en West-Vlaanderen en voor het arron
dissement Antwerpen.
2. - PERSOONLIJKE AANMEL
DINGSVERPLICHTING EN VER
PLICHTE IDENTITEITSKAART.
Alle personen boven 15 jaar, die bun
woon- of verblijfplaats in genoemde Bel
gische provincies hebben, moeten in de
bevolkingsregisters van hun gemeente in
geschreven en in het bezit van een iden
titeitskaart zijn.
De voorschriften van bet koninklijk
besluit van 6 Februari 1919, betreffende
de aflevering van een identiteitskaart
door de gemeentebesturen en de inschrij
ving in de bevolkingsregisters, en de voor
schriften van bet koninklijk besluit van
14 Augustus 1933 betreffende de vreem
delingenpolitie, moeten stipt worden uit
gevoerd.
(2) Wie uit een gemeente verhu'st.
moet zich binnen 24 uur afmelden. Wie
zjcli in een gemeente komt vestigen moet
zich aldaar binnen denzelfden termijn
aanmelden.
(3) De voorschriften betreffende de ver
plichte inschrijving in inrichtingen van
het hotelbedrijf en bet voor bepaalde ge
meenten uitgevaardigd reglement, waarbij
de inwoners verbod wordt opgelegd, z'eb
in nm het even welke richting meer dan
5 Km. van hun woonnlaats te verwijde
ren, moeten slipt worden nageleefd.
3. - VERBLIJFSBEPERKING.
De Kommandanturen ziin bevoegd om
zekere personen een verblijfsbenerking of
de verplichting, zich op bepaalde tijdstip
pen te komen melden, op te leggen.
4. - VENT- EN LEURVERBOD.
Het is verboden te venten en te leuren.
Onder venten en leuren dient te worde»
verstaan iedere handelsbedrijvigheid, uit
geoefend buiten de gemeente die den han-
deldrijvenden persoon de identiteitskaart
heeft afgeleverd, indien bedoelde handel,
zonder ter plaatse te ziin gevestigd, van
deur tot deur of, in bet openbaar, in rira-
ten en op pleinen wordt gedreven. (Arti-
VII.
Maar opeens komt de houthakker ook
onuer den boem. Razend siaat hij met
de bijl de takken weg, ais naar hem toe-
krcnkelen. Nog wilder kapt hij in de tak
ken, die den mandenmaker gevangen
houden. Zoo bevrijdt hij den reenterarm.
Manten kan nu zijn mes gebruiken en
begint met wild geweld te snijden en te
kerven. En tegen oie twee woeste mannen
kan de boom het niet meer houden. Hij
heeft bijna al zijn onderste takken ver
loren en kan. den grand niet meer be
reiken.
Man ten is van een vreeselijken dood
gered. Diep gelukkig dankt hij zijn moe
digen vriena.
Maar nu moet ge van deze gevaar
lijke boomen wegblijven;» zegt de hout
hakker. Als het hier al zoo erg is, wat
zal het ginder dieper in het bosch dan
niet zijn
O neen, de mandenmaker had geen lust
meer om nog eens in den greep van zulk
een gevaarlijken boom te zitten. Het was
verschrikkelijk jammer, dat hij geen
toovertwijg meer zou kunnen bemach
tigen, doon hij meest zich daar wel bij
neerleggen.
En zij keerden terug naar het huisje.
En neg dienzelfden aag wilde Manten
verder reizen.
Een laatste dankwoord, een laatste
groet en daar stapt wederom de flinke
man met den zaciiten baard, ae baan op.
Die goede menschen hebben hem eten
meegegeven voor één dag. Waarvan hij
de volgende dagen leven zal, weet hij nu
nog niet. Dat zullen we efi'enaan zien,
zeg» hij. En waarheen de reis gaat, weet
hij ook niet. hij zal wel ergens uitkomen.
Manten volg» een smauen zanawegel,
die loopt en blijft loopen door de einae-
looze neide. De lucht is heet, het zand
ligt warm en de eenzame reiziger krijgt
dorst. Hij verlangt naar een bron, naai'
een beek. Maar eerst moet hij nog langen
tijd blijven gaan. Dan ouikt er aan uen
horizont wat groen op. Een goed toe
ken zegt de vermoerde man en hij be
gint vluugger te stappen.
Het is een goed teezen, want dat green
wordt een kreupel boson. Tusschen de
struiken ontdekt Manten een beekje.
Haastig scnept hij het koele water in
de handen en drinkt met gulzige teugen.
Wat een zalvende verlichting. Nu krijgt
hij honger en de knapzak wordt geopend.
Het eten smaakt als suiker.
Terwijl hij zoo bij het water zit is
daar opeens een gerucht te hooren. Een
tak kraakt. Er moet nog iemand in aat
boschje zijn. Manlen vindt het niet zoo
ongewoon. Er kunnen toch nog reizigers
over de wereld ronddolen en hier wat
komen rusten, 't Is nier toch zoo neerlijk;
een uitgelezen piaatsje voor vermoeide
menschen.
De mandenmaker staat op, springt over
het beekje en baant zich ten weg door
de struiken. Hij wil weten wat voor een
kluizenaar hier ook is beland.
Plots komt hij aan een open plek
en ziet daar een klein hutje staan, van
IBBBB—■■■■BBBBBBBBBBBBBBBB
erfstukken van haar moeder en verder
geschenken van haar oom. Ze zou er wel
met een zwaar hart afstand van doen,
maar toch nog liever dat, dan geld van
Gunter aannemen. Kleeren en ondergoed
had ze gelukkig in overvloed, daar kon
ze jaren mee toe, oom Heinrich had haar
altijd zoo ruim van alles voorzien.
Ze nam zich voor om onmiddellijk na
de begrafenis met Gunter over deze kwes
tie te spreken. Hij moest dan ook een
huishoudster nemen.
De gedachte dit huls te verlaten en den
strijd om het bestaan op zich te nemen
viel haar zwaar, maar er was niets aan
te veranderen en Kate had tot nu tce
altijd alles zonder klagen op haar schou
ders genomen.
Ze stond op, nadat ze het met zichzelf
eens was geworden en ging naar de keu
ken om nog eenige aanwijzingen voor het
middagmaal te geven. Toen ging ze naar
boven naar haar kamer en haalde haar
cassette uit de schrijftafel. Het testa
ment lag er nog altijd boven in. Ze had
nog geen gelegenheid g:had het te ver
nietigen. Met een vaag lachje legde ze
het naast zich neer en nu bekeek ze een
voor een bijouterieën en vroeg zich af,
hoeveel waarde elk stuk vertegenwoordig
de. Plotseling viel het haar op, dat de
ring, dien ze bij haar aanneming van
haar ouders gekregen had, verdwenen was.
Het was maar een eenvoudig ringetje nut
twee miniatuur saffiertjes en een nog
kleiner pareltje. Ze had het dagelijks ge
dragen, eerst aan haar ringvinger en la
ter, toen het wat te nauw was geworden,
aan haar pink. Daar was het echter iits
te wijd voor en als ze koude handen had,
gleed het er wel eens af. Ze bedacht zich,
dat het ook op den sterfdag van oom
Heinrich van haar vinger gegleden was
en dat ze het toen weer achteloos had
aangedaan. Nu was de ring verdwenen.
Ze kon niet nagaan, waar hij gebleven
was. Zeker was hij ongemerkt van haar
vinger gegleden en in de onrustige, druk
ke dagen na ooms dood had ze niets van
het verlies bemerkt.
takken en graszoden gemaakt. Er ver
schijnt een stokoud mannetje in de deur
opening. Dat is wel wat vreemd en Man
ten is niet heelemaal gerust. Maar hij
heeft eerder compassie met dien ouden
sukkelaar.
Met mij moet ge geen compassie heb
ben zegt het oudje, alsof het geraden
heeft wat de mandenmaker dacht. Ik
ben hier gelukkiger dan de menschen in
de wereld, 't Is alleen maar spijtig dat
ik zoo oud word om mijn eten te gaan
zoeken.
Voor vandaag kan ik u misschien hel
pen zegt de goeae Manten en hij reikt
den ouden man heel zijn knapzak toe.
Dat neemt deze gretig aan. Hij gaat er
mee binnen en komt weldra terug met
een ledigen knapzak.
Zeer vriendelijk bedankt, mijn goede
mensch, zegt hij. Daarvoor zal God
u zogenen. Wil nu ook van mij dit houten
fluitje aannemen, 't Is ailes wat ik u
geven kan.
De mandenmaker is blij met het kleine
geschenkje. Weldra verlaat hij den stil
len, eenzamen kluizenaar, en zet zijn reis
voort naar onbekende streken.
C't Vervolgt.)
DE FIERE HAAN
Ziet ge Roodpluim ginder staan?
Dat is een dwaze nijdigaard.
Hij zegt: Ik ben toen geen gewone haan,
Met een gewonen hanestaart.
Hij zegt: Ik woon hier veel te laag.
Bij al dat mager kiekenvolk;
Bij dat gekakel en gezaag.
Ik houd van wind en wolk.
En Roodpluim wilde hooger staan.
Kijk naar dien torentop:
Daar moet die leeiijk-demme haan
Er af en ik er op.
Hij leerde vliegen en hij vloog
Toe bij dat koperen ding.
Maak plaats, gij zit hier veel te hoog
Beneden, of ik flink.
Het haantje roerde pluim noch poot
Voor al dat zotjesspeL'
En Roodpluim in een woede schoot;
Hij kapte in zijn vel.
Maar 't was zoo taai dat koperen vel,
En al die woede bleef verloren spel.
Toen kwam een mensch, die met wat lood
De gekke domkop naar beneden schoot.
OPLOSSING VORIGE RAADSELS
1. A—GENT AGENT.
2. BEI—AAR—DIER BEIAARDIER.
A
Mijn eerste is niet droog;
En twee verdeelt den nacht.
't Geheel ontrolt voor ieders oog
Een rij van beelden, soms vol pracht.
Ze zei echter tegen zichzelf, dat ze hem
alleen hier in huis verloren kon hebben,
want ze was niet meer uit geweest. De
ring bezat geen groote waarde, doch hij
was verbonden met vele lieve herinnerin
gen. Ze zou het personeel zeggen, dat de
ring hier in huis verloren was, opdat ze
er naar konden zoeken.
Ze legde al haar kleine schatten nu
weer in de cassette. Schijnbaar had ze
deze echter niet meer zoo goed ingericht
als eerst, want er was nu geen plaats
meer voor het testament. Ze legde het er
dus boven op en sloot het met de cas
sette weer in haar schrijftafel. Ze wilde
wachten, tot ze het huis verlaten had met
het testament te vernietigen, omdat ze
het hier niet ongemerkt kon doen.
Toen ze weer beneden kwam, waren er
nieuwe bloemen en kransen voor den
overledene gebracht. Ze legde ze op de
baar. Een poos stond ze stil naast den
dooden en keek treurig op hem neer. Ze
zuchtte. Het was haar of ze voor de
tweede maal haar vader verloren had, hij
was haar even lief geweest.
Toen ze zich weer afwendde dacht ze
opeens aan den verloren ring. Ze keek
zoekend rond, mogelijks was hij hier ge
vallen, ze begon ijverig te zoeken, doch
vond niets.
Even later belde Gunter haar van de
fabriek op.
Kate, denk er als je blieft aan, dat
van middag de beide procuratiehouders
met ons mee eten. Ik heb nog zooveel met
hen te bespreken en wij willen na tafel
vaders schrijftafel samen nazien, mis
schien zijn er nog belangrijke papieren
in, zei hij.
Het was goed, d*t Gunter niet kon zien,
hoe Kate van kleur verschoot, doch ze
antwoordde eenvoudig:
Goed, Gunter, ik zal voor twee per
sonen meer laten dekken. Er is zeker
geen omslag noodig, of wensch je een bij
zonder uitgebreid menu?
Nee», neen, niets bijzonders. We ko
men om twee uur, maak dat alles ge
reed ia.
kei 1. cijfer 1 en 2 van liet koninklijk
besluit van 13 Januari 1935. houdende re
geling van het, veiuerbedrijl.)
(2) Het vent- en leurverbod is niet van
toepassing op den handel van openbare
markten. (Ariikel 1, ciifer 3 van het ko
ninklijk besluit van 3 Januari 1935.)
(3) De Feld- en Ortskommandanturcn
kunnen, in afzonderlijke gevallen, wan
neer daartoe ernstige redenen aanwezir
zijn. uitzonderingen op bedoeld verbod
toestaan.
5. FOTOGRAFEERVERBOD.
Het is verboden te fotografeeren en
fotografietoestellen mede te nemen in het
onder par. 2 bedoeld gebied, evenals bin
nen een daaraan grenzende zeestrook, ter
breedte van 15 km. langs de kust.
6. - STRAFBEPALINGEN.
(1) Alwie ontruimde woningen plundert
wordt met de doodstraf gestraft.
2Alwie in strijd hande't met de be
palingen van deze verordening, wordt met
dwangarbeid gestraft. In minder ernstige
gevallen kan een gevangenisstraf of een
geldboete of slechts een dezer straffen
worden opgelegd.
7. - SLOTBEPALINGEN.
(1) Deze verordening treedt in werking
op den dag van haar afkondiging.
(2) De Oberfeldkommandant te Riisel
zal de overeenkomstige bepalingen uit
vaardigen voor de Fransche arrondisse
menten Duinkerken, Bi'sel. Sint-Omacs,
Boonen, Montreuil, Béthune en Atrecht.
De Militaire Bevelhebber
in Belgie en Noord-Frankrijk.
«oj
In het Staatsblad van 21 November Is
volgend besluit, verschenen:
Da aardannelen waarvan de producen
ten rekenpli"htig verklaard werden tegen
over d°n £t--t door bet besluit van 4
rantember 1940, betreffende d» b=nutti-
glng van den oogst -worden in beslag ge
nomen voor de bevoorrading van de be
volking.
Met hst ooo on de distribute der aarri-
i.pD°le" wordt hH grondgebied ven bet
land oud ""verdeeld in drie ketseorieëu
van gewesten, overeenstemmend met de
nrovieai"", en de gerechtelijke arrondis
sementen:
1. Produktiecentra f waarvan de nroduk-
tie h"t verbruik overt'-p't)2, Ve-brtu'--
e<"ot"" tv?"-van bet verbruik de produk-
tie o-ertreft)3. Autonomeente iwaar-
v.-" t e ru-oduktie bet, verbruik dektl.
Ba ""tenomeentra uerze'es-t. d« b"-
vco-radirg ven bun e'gen bevolking in
ooneiapu'Mu'tend met hun eiven
nroduktie. De in die cent'a verbouwde
a.arctj.r;prieri mogen rij met veriat-n en
"ii mogen er ook geen ontvangen uit an
der? centra.
De productiecentra verzekert de bevoor-
ra.ding van hun bevolking en levert het
overschot van hun produktie aan de v:r-
hruikcentra.
Da verbruikeentra verzekert in d.e mate
van hun nrodu'rtie de bevoorrading en
dekt bet d:fla:et bii middel van leverin
gen die hun door de produktiecentra zul
len gedaan worden.
D.e in een vcrbrir'teentra verbouwde
aardappelen mogen dit centra niet ver
laten. De Aardappeleentree wcrc t ge
machtigd de hoeveelheid te bepalen te
leveren door de nroduktieeent"a aan de
verbruikeentra d'a zij aamvfist, en dP
ove"eerkomstig de modaliteiten die zij
vaststelt.
Bii gebreke aan vrijwillig" levering
wordt onmiddellijk tot cpeisohing van c'e
aardappelen, overgegaan. In gevel van
verzet tegen de oneischir.g wordt de waar
in beslag genomen.
Voor de bevoorrading van de bevolking
eener gemeente door de eigen produktie
van do gemeente i? "e tussehenkomst van
een door de Aardanoelcentrale a anger o-
men grossier of verzender niet meer ver-
eischt. Eet vervoer van den producent
naar den detaillant binnen de gemeente
wo-dt in dit seval gedekt door de bevoor
radingsmachtiging A, afgeleverd door het
gemeentebestuur en opnieuw overhandigd
aan dit bestuur na het vp"vrer. om ge
voegd te worden bi.i de individueele fiche
van eiken producent.
Voor de bevoorrading van de bevolking
van een arrondissement door middel van
de eigen produktie van dit arrondisse
ment. kunnen de funkties van verzender
en grossier gecumuleerd worden, mits
maehtioing van de Af>rdam>?lcertwlo en
op de voorwaarden welke dsze vaststelt.
PROVINCIES
Produktiecentra: Antwerpen; West-
Vlaanderen Oost-VlaanderenLimburg;
Luxemburg.
Verbruikeentra: Brabant; Hensgouwen;
Luik.
Autonomecentra: Namen.
GERECHTELIJKE
ARRONDISSEMENTEN
Produktiecentra: Turnhout; Mechelen;
Leuven; Brugge; Kortrijk; leper; Veur-
ne; Oudenaarde; Gent; D;nde"mor.de;
Hasselt: Tongeren; Aarlen; Marche;
Neufchateau
Verbruikeentra! Antwerpen; Brussel;
Charleroi; Luik; Verviers.
Autonomecenira: Nijvel; Doornik; I-Icei-
Borgworm; Dinant; Namen.
DE DISTRIBUTIEREGELING
Omtrent de verdeeling der aardappelen
werden ook nog volgende bijzonoe. neem
medegedeeld
Onuer meer werd vastgesteld dat de
Provincies welke voorzien m hun behoef
ten en daarbij nog andere gewesten Kun
nen bevoorraden, de Provincies West-
Vlaanderen en Namen hun eigen behoef
ten, alsmede deze der Provincie Hene
gouwen moeten dekken.
In de auionomecentra, t.t.z. deze welke
kunnen voorzien in eigen behoeiten, mo
gen noch aardappelen binnen- noch uit
gaan. Aardappelen, gekweekt in verbruik
eentra, mogen deze gewesten niet buiten
gaan.
Bij gebreke van vrijwillige levering
i£BciBsaB3BBasEssssH2iiaza3aa
Je kimt er op rekenen.
Tot straks dan, Kate.
Tot straks, Gunter.
Kate hing den hoorn op den haak en
er speelde een droevige trek om haar
mond. Ook dit telefoongesprek was zoo
ijzig en koel geweest en opeens voelde ze
zich een beetje gebelgd. Wat had ze hem
gedaan, dat hij zoo veranderd was tegen
over haar? Kon zij het helpen dat een
berekenende vrouw hem bedrogen had?
Doch Kate onderdrukte die opwelling
onmiddellijk weer. Hij leed en zij
mocht het hem niet kwalijk nemen.
En nu speelde er een stil, verrukt
lachje om haai' bleeke lippen. Vandaag,
na tafel, zou Gunter met de beide pro
curatiehouders de schrijftafel van zijn
vader nazien en hij zou het testament
dat hem enterven zou niet vinden.
Zij alleen maakte, dat hij zijn erfenis
kreeg en dat vervulde haar ondanks alles
met blijdschap. En die gedachte zou haar
kracht geven om alles te dragen wat nog
kern;n zou. Ze had Gunter een vorstelijk
geschenk gegeven zonder dat hij het ver
moedde en zonder dat hij het kon ver
hinderen.
Gunter kwam even voor twee uur thuis.
De andere heeren zouden kort daarna
volgen.
Je kunt de soep wel vast laten op
doen, Kate, zei hij.
Kate knikte, belde en zei tegen den
huisknecht:
Zeg in de keuken, dat er opgedaan
kan worden en, voor ik het vergeet, ik
heb dezer dagen hier in huis een ring
verloren. Het is een smalle gouden ring
met twee kleine saffieren en een parel.
Hij zat nogal los om mijn vinger en moet
er afgegleden zijn zonder dat ik het
merkte. Zeg aan de bedienden beneden,
dat ze er bij het doen van de kamers eens
naar zoeken.
Heel goed, Juffrouw, antwoordde
Frans en ging dc kamer uit.
Gunter wendde zich vormelijk beleefd
tot Kate;
wordt overgegaan tot de o-)9isching tr. la
geval van verzet wordt de waar in beia»
genomen.
Er werd ook besloten zond:r verwig
609.C00 ton aardappelen op te c-scuec,
namelijk 459.000 ton tegen 15 December
e.k. en de rest voor d? aanslaande Lente.
Dc levering dient uitgevoerd op de alge
heels verantwoordelijkheid van Bur
gemeesters en tweemaal per week moe-
ten dc Cemeentebestuieu aan de Provin-
gouvemeurs laten kennen ln hoeverre
de levering van ae aardappelen wordt
uitgevoerd.
AFSCHERMING VAN HET
LICHT DER VOERTUIGEN
Bij besluit van 18 November 1940, bt-
treffinde de afscherming van hei licht
der voertuigen, moeten dé straatdmiaai-
nen. standlichten. de lichten der voer
tuigen, derwijze ingericht wordin. dat ai
zichtbaar zijn op een afstand die riet
minder dan 10(1 meter noch meer dail
530 meter mag bedragen.
HET GEVAAR VAN
NI ET-ONTPLOFTE BOMMEN
Er werd vastgesteld dat het publiek de
gevaren van een blindganger volkomen
onderschat en nalaat de noocizakti.jkïte
voorzorgsmaatregelen te treffen.
Dize blindgangers komen soms slechts
na langen tijd tct ontploffing er. vormen
dus een bestendig gevaar. Hun ligplaatsen
worden dus op verren afstand afgespan
nen en aan onbevoegden moet de toegang
tot deze zone onvoorwaardelijk worden
ontzegd. In zooverre gewone bommen in
bewoonde huizen zijn gevallen worden
deze door de bewoners ontruimd.
Om deze maatregelen te kunnen door
voeren is het noodzakaijk. dat het neer
komen van een bom onmiddellijk wordt
gemeld, met aangifte van u'.aats en tijd,
waarop de bom 1s neergevallen.
D:ze mededeeline is dadelijk aan het
naastbijgelegen poUtiekemmisseriaat ot
rechtstreeks bij de Or tak ommandan-jr te
doen. De ondnrri"htingcn van miktaire-
of politic-overheden moeten ten streng
ste worden nageleefd.
REISVERGUNNING VOOR
VRACHTAUTO'S
Do Ortskommandantur van Brussel
deelt, mede:
Bii het nazicht door dc Feldgendarme-
rie van de aanvragen van een rrisver!»:n-
nine voor vrachtauto's van burgers werd
bevonden, dat de voorgeschreven ree boek
jes (Fahrienbiicher) niet worden vertoond.
De bepalingen hierover zijn verschenen
in het Verordenungsblau.ven dc" Mi
litairen Rcvelhïbb"" vo"r België en Noord-
Frankrijk van 6 Juli 1949.
Wanneer de reisbpe'rics (Fahrtentil-
cher) niet wo"den ihg"diend. zoo wordt
aangenomen, dat het Hit"*» tof rr,„.„n.._
'eofde reizen en ve*'""er "'d aangewend,
en dc a-nvraaan W-n dan ook in dien
zin worden behandeld.
-«o»-
HET INGERRIHKKEMEV van
ERAAKLÏGGENDE GRONDEN
Ket Staatsblad van 27 November deelt
mede:
Artikel 1. Binnen de veertien dagen,
volgende op den datum der bekendma
king van dit besluit, roept de burgemees
ter van elke gemeente de gemeentelijke
landbouwtellingscommissie, ingesteld bij
besluit van 11 Juni 1940. samen.
Door de commissie wordt, op die ver
gadering, de inventaris opgemaakt van
de op het grondgebied der gemeente lig
gende braakgronden welke voer de be
bouwing geschikt zijn. De inventaris
wordt opgemaakt volgens bijgaand mo
del. Een afschrift ervan wordt aen den
Rijkslandbouwkundige overgemaakt.
Artikel 2. De aan de gemeente tc:-be-
hoorende braakgronden worden onmiddel
lijk verpacht, overeenkomstig de pleeg
vormen der v/cu van 7 Mei 1929, bttrei-
fende verhuring van landeigendommen
toebehoorer.de aar. openbare besturen. Ds
door artikel 76, 6"- der gemeentewet voor
geschreven pleegvormen zijn niet ver-
eischt.
Artikel 3. De aan particulieren toe-
fcehoorende gronden, welke op den inven
taris voorkomen, worden verpacht met
inachtneming van de volgende procedure:
1. De eigenaar wordt aangemaand tin
nen ue maand zijn eigendom te verpach
ten of zelf in bebouwing te némen. Die
aanmaning worde hem, oij aangeieskend
schrijven, door den burgemeester gegeven.
2. indien de eigsr.aa. v-or net vtnocp
van aen termijn van een maand aan cicn
burgemeester aen naam en het aares \an
den pachter met hse.t laten kenr.en of
zijn voornomen niet neett te kennen ge
geven zijn grond zelf m bebouwing te ne
men, gaat de burgemeester zonaer ver
wijl zeif over, voor rekening van den e.g. -
naar, tot de verpach.-.ig, overeenkomstig
de bepalingen van art. 2 van dit besluit;
3. Naam en adres van den door d: ge
meente aangenomen paenter alsook de
door hem aangebedsn pachtprijs worden
bij aangeteekend eehrijven aan aen eige
naar medegedeeld. Deze laatste is ver
plicht nem als zijn pachter te erkenmn.
Artikel 6 bepaalt: De twee eerste pacht-
jaren zijn kosteiocs. De, bij de inschrij
ving door den pachter aangeboden pacht»
prijs geidt van af ast ae:v.e jaar.
1«os
ALLE VERBEURD VER-
KLAAKDE LEVENSMIDDELEN
EN GOEDEREN KdiVIEN iEN
liOEDE AAW vVli\ i EKhULlr»
In het Staatsblad van 25-2S-27 Novem
ber is een DeSiUit versenenen waarDij
wordt bepaald oa» alle lavensimddeien en
goeaerei-, weike wegens ae reglementen
op ae rantsoerieeruig of ae vaststelling
van ae prijzen veroeurd woraen vermaard,
tea goeae moeten somen van Winter
hulp
iv.oent de rechterlijke overheid terug
gave aan de beiangneobenaen gelasten,
uau zal 'winternuip aan oezen prijs
oer waar betaien, uerekend volgens het
tarisi' uer op u.u ctatiL-i aer overnanai-
ging aan \v internuip opgelegde prijzen.
Te Mechelen werden een vijftal kin
deren, van 7 tot 14 jaar, waaronder tui
meisje, aangehouden, wegens talrijke
diefstallen in grootwarenhuizen en o. m.
van drie rijwielen. De Jeugdige diever-
bende werd ter "beschikking gesteld \un
den kinderrechter.
Heb je een ring verloren?
Ja, een dezer aagsn. Ik weet zeker,
dat ik hem nog aan nad, toéli oom He.n-
rich dood tams werd gebracht. De ruig
gleed toen van mijn vinger en ik stak
nem toen weer aan. dat weet ik zeker,
maar daarna heb ik er niet meer aan ge
dacht, tot ik hern van morgen miste.
Was het een kostbare ring? vroeg
Guntsr.
Ze schudde het hoofd.
Neen, een heel eenvoudig ringetje,
dat ik met mijn aanneming van mijn
ouders gekregen heb.
Ik hoop voor je, dat je het tsrul
vindt.
Het moet hier in huis zijn, wan; ik
ben niet meer uit geweest.
Ben je zoolang niet in de buiten
lucht geweest? vroeg hij.
Neen. il: had er geen tijd voor.
Dan is het geen wondei' dat je zoo
bleek ber.t.
Een gloeiende blos logenstrafte zijn
woorden. Het verwarde haar, dat hij zich
om haar uiterlijk bekommerde. Gunter
merkte dat blozen op, doch op dat mo
ment kwamen de beide procuratiehouders
binnen en men ging aa:i tafel.
De heeren spraken ec.st over de zaken
en toen zei Gunter in den loop van het
gesprek:
Daar we gezn testament van mijn
vader gevonden hebben en er ook geen
bij den notaris berust, moet het, als het
er is, hier in huis zijn. Vader heeft een
safe laten inbouwen waarin hij geld en
gewichtige papieren bewaart.
Kate was bij die woorden rood en bleek
geworden en Gunter, die dat bemerkte
dacht: arm kind, ze is zeker bang, dat
vader niet voor haar toekomst gezorgd
heeft.
Hij wendde zich tot Kate:
Weet jij misschien of vader een tes
tament hee.t gemaakt? Heeft hij er som»
met je over gesproken? p
Ze schrok even.
Ik herinner het me niet, antwoorddB
ze met een stem, die licht beefde.
(Wordt vervolgd)»