Ons KINDERHOEK JE 1 E R OK KEN RIJDERS Ons Vrouwenhoekje |L_ VOOR ONZE KLEUTERS LITURGISCH KALENDER DE VERDUISTERING BIJZONDERE EIGENSCHAPPEN EN VOEDINGSWAARDE DER GROENTEN MAAN STAD IEPER I door ECREVISSE ET MANNEKE UIT DE GEMEENTEKREDIET VAN BELGIE 4 t.h. 1938 JAARLIJKSCH PAARDEN- FEEST EN PRIJSKAMPEN OP ASSCHENWOENSDAG 26 FEBR. IIIDUIIIIB III mn in DE POPERINGENAAR van 8-3-41. 8° BI. ■HKMMHUMraaHOI laBBUülHliSBBBBSaraBBSaBBaBBaQB VOOR UW DRUKWERK AFFICHENWEDSTRIJD WINTERHULP WEST-VLAANDEREN BOEKENNIEUWS DE HELDENDADEN VAN KNUPPELS VERZORG UW KAPSEL! WEET GIJ? ASSISENHOF VAN WEST-VLAANDEREN DRANKEN VOOR ZIEKEN GORTEPAP HAVERMOUTPAP ONS WEKEUJKSCH RAADSEL en Vrijdag Albumine Rheumatiek Lever Jicht verboden slecht uitmuntend uitmuntend uitmuntend slecht goed uitmuntend zeer goed uitmuntend uitmuntend uitmuntend 2. DE VOEDINGSWAARDE DER GROENTEN sla 630 gram UITSLAGEN roo- loonen in 't een 6. naar want, geld verboden uitmuntend Kalmeerend slaapmiddel Ademha lingswegen uitmuntend slecht van eene goed uitmuntend uitmuntend uitmuntend zeer goed slecht slecht 2. 3. 4. uitmuntend uitmuntend 17 15 14 14 Zaterdag Zondag Maandag Artisjok Asperge Roode biet Wortel Raapselder Kool Spinazie Zuring Zomerspinazie Kropsla Meloen Ui Prei Aardappel Radijs Tomaten Look Komt te verschijnen: «CE QUE LE MONDE N’A PAS VOULU». 1 frank, te verkrijgen bij Agentschap Dechenne, Brussel. EaBaBsiBnDaaEa»3BMaHBM3Kaa MIJN hier? 36 35 34 32 31 26 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. Gi’oei en Bloedarmoede goed ZON cp 8.13 8.11 8.09 8.07 8.00 8.02 8.00 het korsbroodje, wensen ling te zien, vroeg hij einaelijk, zonuerseinen gelui gebracht nebben! 70 62 55 53 44 40 Roomsche Radijs Zuurkool Kropsla Andijvie en de straat opgevlucht. Daar was de oudste grijsaard en de jongste boorling. Met de kleederen van die nieuwsgierige toeschouwers was het niet heelemaal in orde. Als men des morgens om half-vier uit zijn bed wordt geschreeuwd en aan ’t stormen meet gaan om nog iets te zien, dan komt er van de kleeding niet veel meer in huis. Eén enkel toeschouwer stond daar vol ledig gekleed en uitgeklcpt als een rau- wen ajuin. Dat was Knuppels, cie snor baard. Wist die man er iets meer van en zat hij reeds lang te wachten op de aankomst van de eerste wagens? Zijn lange, zwarte hangsnor was netjes gekamd, zijn képi stond recht op het hoofd, al de knoppen en haken van zijn uniform zaten goed in orde. De groote champetter voelde zich hier heelemaal thuis en zeer hoog verbeven boven al die half-slapende drommels. (’t Vervolgt). 1. Knuppels is een veldwachter met een zwaren snorbaard. Velen kennen hem reeds van uit den tijd van Scheeve Zeven, dien wonderbaren vliegenier. Toen ver- scheen de vreeselijke snorbaard af en toe cm een dwaze grap uit te halen. Wanneer later de Scheeve stilaan uit zijn jongens broek groeide en wijs werd, hield Knuppels daarom niet op met zijn dwaze grappen. O! neen, hij deed altijd voort en het verergerde nog wel, want anders zou hij toch geen Knuppels ge weest zijn. En nu wil ik u eens het gekste avon tuur vertellen dat die Knuppels ooit be leefde. ’t Is echt gebeurd een paar jaren - na de wonderbare luchtreis van Scheeve Zeven. Toen heeft die zware champetter met zijn groot pistool en zijn klein hartje veel menschen doen lachen. Het begon met een reuze-gebeurtenis op het rustig, eenzame dorpje. Dien vroe gen morgen werden de menschen gewekt door een onafgebroken geschokker van wagens, een gehinnik van paarden en een vreemd gebrul van wilde beesten. Wat was er op komst? Men dacht eerst aan oorlog en velen sprongen het bed uit met een boontjeshart. De vensters wer den opengerukt en overal verschenen verwilderde slaapkoppen, waaruit twee groote schrik-oogen staarden. Doch die eerste schrik was algauw weg en maakte plaats voor nieuwsgierigheid. Want wat men daar op straat zag voorbijtrekken, geleek hoegenaamd niet aan een oorlogs- leger. Het was een lange karavaan van wa- l gens, getrokken door paarden en door... olifanten. Daartusschen stapten kamee- len, giraffen, zebra’s, beren. Het leek er wel naar alsof de beestenhoi van Ant werpen er op uit was getrokken. In de wagens zaten voorzeker de echte wilde beesten, want van daaruit steeg dat ver schrikkelijk geknor en gebrul op. Doch de verbaasde toeschouwers kon den wel duidelijk zien dat het de dieren tuin niet was. Op eiken wagen lazen ze in letters zoo groot als koeien Barnum 1 Men had hier dus te doen met het we reldberoemd cirkus Barnum, gekend voor zijn groot aantal wilde dieren. Dat cirkus reisde gansen Europa door, van de eene groote stad naar de andere. En in dien tijd ging alles nog te voet. De wilde bees ten moesten elkaar maar voorttrekken. Meestal werd de reis des nachts geuaan; maar nu had het dorp van veldwachter Knuppels het buitengewoon geluk dat wonderbaar cirkus te zien voorbijtrekken in de eerste morgenuren. Het moet ons dan ook niet verwonde ren dat de weg weldra afgezet stond met half-gekleede en ongekamde menschen. Op éen, twee, drie was gansch het dorp op de been. De grootste luiste slapers waren als een veer uit hun bed gewipt «flaHBBSSHBasaQHHBSEHHaflBaiiaKia versperren. Naast hen heeft Klaas van St Jans Geleen plaats genomen; zij po gen, voor zoover het in hunne macnt is, deze opening te vernauwen, om te belet ten dat het korsbroodje niet somtijds met een kunstgreep worde veroverd. Jozef werpt de oogen naar het venster, waar hij zijn vader, Martha en Betta op de eerste plaats en Herman achter hen staande bemerkt; zij begroeten den moedigen kamper met handen en hoofden. Eens klaps laat zich een gemurmel onder het volk op het kerkhof hooren; ’t is als een vloeistof welke zich van het kerkhof tot de vensters, de daken en de boomen ver spreidt. Herman geeft Jozef een teeken, dat zeggen wil: Pas op, het is daar! Plot selings gaat het geroep opHet kors broodje! Het korsbroodje! toen het over de steenen trappen van het kerkhof rol de. Honderden armen te gelijk werden naar den grond uitgestrekt om het brood je te vatten. Een der maats van Jozef was gelukkig genoeg om het in handen te krijgen, doch kon het zelfs niet boven zijn heupen, veraf van boven zijn hoofd verheffen, want vijftig tegenstrevers klampten zich vast aan den arm van den bezitter, schouders en kleederen; zij wierpen zich op hem met hunne licha men. Kon Jozef’s maat het broodje niet boven zijn hoofd verheffen, men kon het hem evenmin ontwringen. Jozef drong de eenen links, de anderen rechts om den makker te ontlasten. Er heerschte een geestdrift onder de kampers, waarvan de oudste lieden der gemeente nog nooit een voorbeeld hadden gezien, alsof er een uitdaging onder hen bestond om een kamp op leven en dood te beginnen. Klaas van St Jans Geleen met zijne vier bedoelde makkers heeft, als naar gewoonte, ’t oogenblik afgewacht, dat hij Jozef Jansen vermoeid waant, en nu komt hij toegeschoten. Jozef liet den Herkules naderen. De makker niet genoeg krach ten meer veronderstellende, slaat hij zelf de handen aan het broodje, zeggende: -Alliii.u.- Ir H B Herman was thans overtuigd, dat hij zien bij een vriend bevond en openhartig i.iocht spreken. Hij maakte hun bekena, dat zijn vaaer gewaarschuwd was van h;.t gevaar aat nem bedreigde en zieni orood naar hier te brengen?... TWEEDE ZONDAG VAN DE VASTEN WAT GEBEURT ER IN DE MIS? De vasten is niet alleen een tijd van boete, doch behoort ook voor ieder van ons te worden een tijd van geestelijke hernieuwing. Een der krachtigste mid delen daartoe is ongetwijfeld het god vruchtig bijwonen van de Mis, doch voor zoovelen gaan de onschatbare genaden van de Mis verloren, door gebrek aan vol doende kennis van het wezen der Mis. Wat gebeurt er dus in de Mis? Jezus hernieuwt er door zijne priesters het Laatste-Avondmaal-Offer. ten einde sacramenteel, door de consecratie van brood en wijn, aan God het Kruisoffer opnieuw op te dragen, en daaraan door de communie, al degenen te laten deelne men, die, door het Doopsl ledematen van Christus’ mystiek Lichaam geworden, recht en plicht gekregen hebben die eening met Christus en zijn Offer te be leven, meer en meer intens lederen le vensdag, tot het eeuwig leven. Op het Laatste Avondmaal nam Jezus ongedeesemd brood ven tafel op. Juist evenzoo neemt de priester eene hostie ge maakt uit gistlooze tarwebloem en de pa teen waar ze on ligt verheffend, vaklaert tot welke doeleinden hii aan God dit Offer ondraagt: Aanvaard, heilig» Vader, almachtige, eeuwige God, deze vlekkeloo- ze Offergave, die ik. uw onwnarclige die naar, opdraag aan TT, mijn levenden en waren God, voor mijn ontelbare zonden, beleedigingen en nalatigheden, en voer alle aanwezigen, maar ook voor alle christen geloovigen. levende en coode, op dat zij mij en hun tot heil strekke ten eeuwigen leven. Amen. Dit sacrificie is dus bij machte om aan Gods rechtvaardigheid, door onze zon den beleedigd. te voldoen, en eeuwte-le- vensgenaden te bekomen vcor Christus' ledematen hier op aarde en is de verzoe ning voor de zielen in 't vagevuur. Daar om bevat de Mis al d? genadekrachi. om dat op het altaar dezelfde Briester als op het kruis, aan denzelfden Gcd en tot de zelfde doeleinden hetzelfde slachtoffer opdraagt. De Mis bijwonen is dus ook deelnemen aan de vruchten van Kalvarië. En 't is toch in de maat, waarin wij actief deel nemen aan 't actueel hernieuwen cp het altaar van Jezus’ kruisoffer, dat dit offer ’t onze wordt, en dat wij er God door verheerlijken en onze en andere zielen zaligmaken. Daarom brachten de eerste christenen zoo ijverig ’t hunre bij tot het offeren van dit, Offer, en wel met brood en wijn (de offeirelementen) op ’t altaar aan te brengen, ender 't zingen van een Psalm, waarvan nog maar een vers over- bliift: het Offertorium. Thans leeft dit gebruik nog voort in vorm van mis-intenties. offei"*ang en in zameling in de kerk bii het Offertorium. Deze zijn treffende symbolen vsn het in wendig offer van ons eigen zelf dat wij voegen bij Jezus’ Kruis- en Altaar-Ofler. Ook gaan wij. in gedachte, naar het al taar en leggen op de nateen. naast de groote hostie, onszelve als 'n kleine hostie. En in den loon van den dag gaan we toch niet onze hostie, ons offer van onszelf, te rugnemen. Neen, w? bliiven met Jezus mede-geofferd aan God tot zijne eer en glorie, tot onze en aller menschen zalig heid. Zondag 9 Maart: 2’ Zondag van de Vas ten. H. Francises Romans. Maandag- 10 Maart: de HH. 40 Martelaren, Zie vervolg hiernevens, "3® De jury is samengesteld als volgt: HH. Devriendt, kunstschilder, propa gandaleider pi. Comité Brugge; Fonteyne, kunstschilder, bestuurder der Akademie van Brugge; Reckelbus, kunstschilder, conservator van het Museum van Brugge; Slabbinck. kunstschilder, tweede prijs van Rome 1940; Vierin, kunstschilder, bestuur der der Akademie van Kortrijk en twee vertegenwoordigers van het Provinciaal Comité. Wij herinneren eraan, dat de uiterste datum voor hst toekomen der inzendin gen vastgesteld is op 14 Maart. Met de ingezonden ontwerpen zal een reizende tentoonstelling ingericht worden ten bate van Winterhulp West-Vlaanderen. Wij hopen dat alle kunstenaars er zullen aan houden een ontwerp in te sturen en aldus van deze tentoonstelling een overzicht te maken van de teekenkunst in onze pro vincie. Zij vervullen op deze wijze een uiterst verdienstelijk werk ten bate van alle noodlijdenden uit onze gouw, even eens ten bate der noodlijdende kunste naars, die door Winterhulp gesteund wei den. De ontwerpen worden naamloos tentoongesteld en alleen de omslagen der prijswinnende ontwernen worden ge opend, ten ware de ontwerper liet tegen overgestelde vraagt. tBBBBBOBBBESBBSBBBRBBBSBBBBB Dinsdag 11 Maart: H. Vinicianus. Woensdag 12 Maart: H Gregorius de Gr. Donderdag 13 Maart: H. Euphrasie. Vrijdag 14 Maart: H. Mathilde. Saterdag 15 Maart: H. Longinus. Zondag 16 Maart: 3" Zondag van de Vas ten. H. Heribertus. Veel vrouwen zijn In deze tijen Geen vrouwen meer Maar schilderijen. Vrijdag 14: SS. Mathilde, Alfried, Fron- fiua, Arnout, Liebert. Het leven is een school Waarin ge hoe ’t ook keere Tot op uw lesten dag Nog altijd iets kunt leeren. Zaterdag 15: SS. Longinus, Nicander, Walter. Twee goede broeders zijn Alexander en Nicander Steeds alles voor zich zelf En nooit iets voor een ander, VOOR EEN ANDER hebben de wijn handelaars ook maar weinig of niets over, ’t Commissariaat voor prijzen en loonen loert als de duvel op een zieltje alles wat te duur wordt verkocht. Een boer die een eiken Te duur verkoopt Daarmee een ferme Boete oploopt. Maar wijn, gewone Bordeauxwijn, die gepasseerd jaar nog in ’t vat lag en hoop en al aan den wijnmarsjang vier frank den liter kostte wordt nu, met een extra schoon etiket op de flesch aan twintig en nog meer franken verkocht. Dat is een opslag van meer dan vier en vijf honderd ten honderd. Daar zijn kelders, honderd en meer meters lang, waardat er over ’t miliioen flesschen liggen. Die zul len voor den dag komen tegen dat een gewone flesch vijftig frank zal kosten. Daar zijn pertang veel zieke menschen, die af en toe 'n glazeken Bordeauxwijn noodig hebben. Alderliefste Lezeressen Vrienden Lezers ik verwacht Dat gij allen vast zzult zeggen: 'k Deel volkomen uw gedacht. Allee 1 Dat doet me plezier. 't Manneke uit de Maan. (Overname, zelfs gedeeltelijk, verboden.) IBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBB Dit hopen wij, viel Herman in de rede, dat Lutterath zal zegepralen, onder onze oogen. Ja, ja, zegde Jozef zuchtend, Herman en Martha zullen ooggetuigen zijn van onze nederlaag en onze schande; noch tans heb ik ongeiijk, mij te kwellen in hunne tegenwoordigheid. Wat kan ik er evenwel aan doen? Ik kan mijzelven niet overmeesteren. Is het niet om uitzinnig te worden, Herman? Sedert tien jaren is het korsbroodje niet meer naar Lut terath gebracht. Zesmaal heb ik reeds ge worsteld en paardenarbeid gedaan; doch alle pogingen bleven vruchteloos; telkens delven wij het onderspit, en Lutterath moet overal achterstaan. Hebt gij zoo even niet bemerkt, dat de jongens van Geleen de wijsvingers der beide handen tegen elkander sleepten, toen wij over het kerkhof stapten? Gij ziet dus, dat wij Lutterathers, als oude wijven of kin deren bejegend, te Geleen bespot worden. De jonge dochters van Lutterath jouwen ons uit; zij zeggen dat zij, in onze plaats, zullen gaan om het korsbroodje kampen, indien wij dit jaar de overwinning niet behalen... Ja, de ouderlingen beginnen zich met de zaak te bemoeien. Ik weet niet of er een kalmer man op aarde be staat dan mijn oude vader, nochtans zoudt gij hem dezen mörgen hebben moe ten hooren. Jozef, zegde hij, ik betreur het verlies mijner krachten enkel, omdat ik buiten staat gesteld ben de eer van Lutterath te kunnen wreken. Bedaar u, Jozef, viel Herman in de rede, gij hebt uw best gedaan, en... Luister, vriend Herman, onderbrak Jozef met bitterheid, behalen wij ditmaal de zegepraal niet, dan zal men mij nooit meer naar Geleen ter kerk zien gaan. Men zal mij minstens te Stein of te Ur- mond niet beschimpen. Nog eenmaal zal ik al mijn krachten inspannen; gij zult ooggetuige zijn van mijn moed; doch zoolang Klaas van den Rooden Dolf, uit St Jansgeleen tegen ons worstelt, is het, vrees ik, verloren gekampt. Deze kerel paart leeuwenmoed en vossenlist met. schuilhoek zochten tegen de jvraak der 8 Maart: 9 Maart: 10 Maart: Dinsdag 11 Maart: Woensdag 12 Maart: Donderdag 13 Maart: 14 Maart: Volle Maan 13“ Onder voorzitterschap van Heer Van Thorenburg zal de eerste zittijd van het Assisenhof van West-Vlaanderen plaats vinden in de maand Maart. De eerste zaak die op de rol staat is de flooding te Moeskroen. Als beschul digde staat terecht Georges Deboo, han delaar tc Brugge. De tweede zaak is een kindermoord gepleegd te Klemskerke. Beschuldigde vrouw Blontrock Maria, van Klemskerke. De derde zaak is een brandstichting te Staden. Beschuldigde, Weine Julien, uit Staden. wendt U ter Drukkerij SANSEN-VANNESTE Gasthuistraat - 15 - Poperinge fassMHwaaaH«BttsaBaa»aQauianaM Bokkenrijders, en waar zij allen schier in de vlammen omkwamen’. Tranen stroomden uit hun oogen bij het betreden dezer plek gronds; want al de droevige herinneringen werden eensklaps opge wekt, van deze gebeurtenissen, welke het leven der ouders verpest, en hen zelven zoo vroegtijdig tot den staat van weezen gedoemd hadden. Jozef zag zich gedwon gen, Herman van deze plaats los te ruk ken; Betta deed hetzelfde met Mar tha, en zoo keerden zij te samen huis waarts... De tijd om naar Geleen te gaan was gekomen. Jozef trok een werkdaagsche kleeding aan, en gevieren sloegen zij den weg in naar Geleen. Men had besloten, Herman en Martha te doen doorgaan voor twee bloedverwanten, welke over de Maas thuishoorden. Buiten het gehucht, stonden dé jonge lieden van Lutterath Jozef Jansen af te wachten; want zon der hem mochten zij zelf geen ziertje hoop op zegepraal voeden, en niet kam pen wordt als een lafheid beschouwd zonder weerga. Toen de drom frissche jongelingen van dit gehucht, twee en twee, over het kerkhof stapten om de vespers bij te wonen, hoorde men onder de Geleendenaars mompelen: Ziet ze gaan, ze zullen met ledige handen vertrekken, gelijk zij gekomen zijn. Na het eindigen der vespers, gingen Herman, Martha en Betta plaats nemen voor een venster van een vriendenhuis, waar zij vader Jansen reeds vonden zit ten; want deze was herhaalde malen broodjeskoning geweest en, behalve de aangename herinneringen welke deze worsteling hem nu veroorzaakte, wilde hij den moed der Lutterathers door zijne tegenwoordigheid opbeuren. Weldra zagen zij Jozef met eeniga makkers standplaats nemen op het plein, tegen den ingang van het kerkhof, waar het korsbroodje geworpen wordt. Naast hem bevinden zich hulpmakkers, even zoo gespierd en moedig als hij. Zij pogen Hier volgt eene rangschikking der groenten volgens htfnne calorieënwaarde. De eerste zijn dus de voedzaamste. Aardappelen Witloof Groene erwten Winterkool Schorseneer Selder Wortelen Ten titel van inlichting wil ik er Uien Raapkool Bloemkool Savooikool Rapen Groene booiien Spinazie 7-.. terloops op wijzen dat 100 gr. geplette erwten 252 calorieën bevatten. Op gebied van zuivere voedzaamheid zouden dus om de waarde van 100 gr. geplette erwten te vervangen 38 calorieën voor 100 gr. 18 calorieën voor 100 gr. 78 calorieën voor 100 gr. 28° Trekking van 4 Maart 1941. Serie 286205 wint 1 miljoen frank. De volgende loten winnen 10.000 fr. 102789 120794 122743 125713 131628 139187 140042 142107 169931 170309 182798 183643 183982 187611 204746 210203 214625 225329 215894 256925 259604 274350 283469 283747 292956 304714 306639 308051 312207 316026 lIBBBSBanBSBEBBBBBBBBBBBBISEB onder 19.35 19.36 19.38 19.40 19.41 19.43 19.44 Laatste Kwartier 20’ IBBBHHBBBBB!SBBBEiaEBE!»a3iBflBBB wortelen noodig zijn en zou men om 100 gr. aardappelen te vervangen 209 gr. wortelen moeten verorberen. -j-2BaaBBaBHBBBBffiBBBBE3BEEBBBEIEB LandEouwcomice IEPER-KEMMEL u het huwelijk, vroeg Vroeger waren er vrouwen, die een keer per week naar den kapper gingen. Voor haar was het geen kunst, altijd keu rig gekapt te verschijnen! Nu echter de omstandigheden veranderd zijn en me nigeen geld, tijd noch lust heeft voor zooveel bezoeken aan den kapper, zullen wij zelf onze coiffure moeten verzorgen want het gaat natuurlijk niet aan, ons schoonste sieraadte verwaarloozen, zelfs al kunnen wij ons dan niet meer te buiten gaan aan die ingewikkelde krullen- constructies, welke de laatste jaren vele hoofden bedekten. Een goed ingelegde krul is trouwens niet moeilijk te onderhoudengoed uit geborsteld, rolt hij vanzelf om de vin ger. Een rol of kuif boven het voorhoofd legt men ’s nachts om een paardenharen rol. Voor andere krullen, die niet gemak kelijk blijven zitten, zijn er aluminium kruipennen, voorzien van een klem die men eveneens ’s nachts kan gebruiken, of rubber rolletjes, voorzien van elastiek. Deze pennen zijn echter wel eens lastig en daarom gebruiken sommige men schen een net afdoende, mits men het kapsel keurig in orde maakt, alvorens het net op te zetten. Een heel goed middel om een onwillige krul te bedwingen ,is ook het volgende: rol een wat op tot het model van een dik potlood en leg hier ’sjiachts de goed uitgeborstelde krul omheen. Zoo noodig vastmaken met stalen pennetje. ’s Morgens wordt elke krul weer af zonderlijk uitgekamd met de fijne tan- Woensdag 12: SS. Gregoor, Rossina, Nes tor. Dit mogen wij hier wel herhalen Een van de lastigste talen De ondervinding leert dat 't niet Is «betalen». [kan falen Donderdag 13: SS. Euphrasia, Dionysia, Patricia. lipp.n weiden bleek en beefden; zijn vuisten wrong hij in woede te samen, en hij het in geheel zijn houding genoeg zaam bameruen, dat hij door hartgrie- vende herinneringen was overmeesterd, in Gen beginne kon hij geen woord uit brengen; eindelijk ontsprong een gil aan zijn oeklemde borst. Betta kende deze gemoedsstemming van naar broeder zeer wel, en wist dat zij deze moest ophitsen, in plaats van bedaren; zij zegde derhalve half spot tend Jozef, gij handelt niet wijselijk: kunnen Martna en lierman het verhel pen, dut sedert tien jaren, de jongelingen van Lutterath aan oude wijven of aan kinderen zijn gelijk geworden? Kunnen zij bewerken nat uw verslapte spieren Bij de samenstelling van onze eetmalen worden de groenten ingeschakeldzij bevatten vitaminen, mineraal zout hebben over het algemeen eene verfrisschende en diuretische uitwerking. Benevens deze gemeenschappelijke hoedanigheden zijn er evenwel nog andere die dienen in acht genomen en hier onder laten we een lijstje volgen met: 1) de bijzondere eigenschappen der groenten; 2) hunne waarde als voedingsmiddel. 1. DE BIJZONDERE EIGENSCHAPPEN VAN ZEKERE GROENTEN Suikerziekte vcsgüc er bij, dat zij zich naar Lutterath haadsn begeven, om nogmaals acn ge- boortegrona van Martha te betreden; uat zij de plek wenschtea te weten, waar wel eer nunne woning stond. Ei- werden van oeiae kanten tranen ge stort bij het vernalen der vroegtijdige dood van Joos Hendriks en zijn huis vrouw; doch de blijde ontboezemingen aer Jansen's droogden deze tranen wel dra op... Men wensclite elkander geluk en de vermaningen tot voorziciitigneid, zoowel als de beloite van eeuwige geheim houding, nopens der kinderen bestaan en hunne ontmoeting, overtuigden Herman, c.at Jansen meer wist omtrent deze zaak, dan hij wilde openbaren. De tijd om ter hoogmisse te gaan was middelerwijl ge komen, en daar Herman en Martha nog geen misse bijgewoond hadden, op dien j wederom uw ouae kracht hernemen; dat feestdag, trokken de vier jonge lieden te het verstijfde bloed wederom door de samen naar Geleen. De weg scheen hun aderen stroomt? Men zal ten minste toch te kort om de stof der jeugdelijke her- j met u niet spotten, want iedereen weet, inneringen uit te putten tusschen Martna dat waren er nog twee te Lutterath ge en Betta, tusschen Herman en Jozef. Ra Iijk üe zoon van Jan Jansen, het kors- het eindigen van den kerkdienst, spoed-broodje noch in Geleen blijven, noch den zich de vier jonge lieden huiswaarts, naar Krawinkel gaan zou. Kom, kom, In het terugkeeren viel het gesprek opbroeder, ae tegenwoordigheid van Her- sbroodje, en daar Herman den man en Martna zullen u met nieuwen geuit had ’s middags de worste- moed bezielen; wie weet, zij zuilen u mis- Dat het vel op de afgekookte melk het beste bestanddeel is, namelijk het vet? Gooi dus nooit «vel» van de melk weg. Wie niet van het vel houdt in zijn koftie of thee, doet best de room af te scheppen om ze rauw in de keuken te gebruiken, en de melk afgeroómd te ko ken. Dat men de pitten uit pruimenstee- nen het best kan gebruiken om aan taar ten en gebakjes den zoo gegeerden bit ter amandelsmaak te geven? Men ge- bruike echter niet meer dan 25 pitten voor een gebak van ongeveer 1 kgr. Zoo kunnen ook de pitten van abrikozen en andere steenvruchten doelmatig in de keuken gebruikt worden. ■flBBBBflaBBBBBBBBBBBKBBEIBBBBfl reuzenkrachten. Jammer is het, dat gij niet aan mijn zijde kunt zijn om mij te helpen; immers herinner ik mij zeer wel dat, toen gij slechts tien jaar oud waart, gij met mij speeldet als met een pop, al hoewel ik drie jaren meer telde dan gij. Was er slechts een Lutterather, die den forschen Klaas bezig hield, mij dunkt ik zou zegepralen. Br lag in de houding, in de stem en de woorden van Jozef zooveel neerslach tigheid, dat Herman een oprecht mede lijden gevoelde. Hij poogde den vriend moed en vooral geduld in te boezemen, en toen deze poging ook vruchteloos bleef, voegde hij er bij: Maar, Jozef, waarom uw geest kwel len met zulke zegepraal, die, wel be schouwd, op niets uitloopt, en enkelijk een ijdele waan is. Houd op daar, bid ik u, zoo onder brak Jozef met bitterheid een gebruik dat sedert duizend jaar bestaat! Een ge bruik, waaraan Geleen zijn manhaftige jongelingschap verschuldigd is, een ijdele waan... Vriend, dit woord wil ik voor de helft van Geleen niet uitspreken... Herman ondervond thans, dat hij te vergeefs redeneerde tegen een ingeworteld gebruik, en dat een valsch eergevoel niet min machtig op deze boerenjongelingen werkt dan op een geheel leger, dat tot heldendaden overslaat, niet uit liefde tot het vaderland of uit heldhaftigheid, maar uit vrees lafhartig te schijnen. Onder- tusschen waren de kinderen te Lutterath gekomen; Jan Jansen stond voor de deur hen te wachten. Men trad binnen; het noenmaal werd spoedig op tafel gebracht, en na hetzelve genuttigd te hebben, gin gen de jonge lieden een wandeling onder nemen... Om geen opzien te baren, na men zij een omweg, en wel dermate, dat zij als bij toeval, ter plaats kwamen, waar elf jaren vroeger de ouderlijke woning stond. Hevig waren Herman en Martha ont roerd toen hunne voeten den grond be traden, waar hunne ouders een vergeten 1. 60 fr.: Desmijtter R., ’vvuimci®!, 2. 50 fr.: Rosseel Urbain, Poperinge. 3. 40 fr.: Verhaeghe Achiel, Boezinge. 4. 25 fr.: Vanden Berghe G O., leper. 5. 25 fr.: Decroos Hilaire, Reninge. 6. 25 fr.Depuydt Georges, Voormezele. VIERDE PRIJSKAMP. Merriën van twee jaar. (7 inschrijvingen) 1. 80 fr.: Lampaert Emiel, leper.* 2. 60 fr.: Depuydt Georges, Voormezele.** 3. 50 fr.: Decroos Hilaire, Reninge.'"'* 4. 25 fr.: Devos Jeroom, Vlamertlnge. 5. 25 fr.Verbrugghe Henri, St Jan. 6. 25 fr.: Desmijtter Remi, Voormezele. 7. 20 fr.: Verstraete Robert, Brielen. VIJFDE PRIJSKAMP. Merriën van drie jaar. (6 inschrijvingen) 1. 80 fr.: Sercu Arthur, Poelkapelle.* 2. 75 fr.: Bossant Marcel, Poelkapelle.** 3. 60 fr.: D’Hondt André, Poelkapelle.*** 4. 25 fr.Decroos Hilaire, Reninge. 5. 25 fr.: Loones Camiel, Watou. 25 fr.: Lagrou Albert, Brielen. ZESDE PRIJSKAMP. Merriën van 4 jaar en daarboven. <8 inschrijvingen) 1. 100 fr.: Coene Oscar, Dikkebusch.* 80 fr.: Coene Oscar, Dikkebusch.** 60 fr.: Verpiancke Karei, Boezinge.’ 25 fr.: D’Hondt André, Poelkapelle. 25 fr.Desmijtter Remi, Voormezele. 25 fr.: Loones Camiel, Watou. 20 fr.: Coene Oscar, Dikkebusch. 20 fr.; Verbeerst Wed., Elverdir.ge. Verguld eeremetaal. Zilveren eeremetaal. Bronzen eeremetaal. (BBBBBiSBBBBBBBBBBSBSSBBBBSBa EERSTE PRIJSKAMP. Hengsts Veulens van één jaar. (9 inschrijvingen) 1. fiO fr.: Verhaeghe Achiel. Boezinge.* 2. 50 fr.: Looms Camiel. Watou.** 3. 40 fr.Oilivier j.. Westnieuwkerke.*** 4. 25 fr.: Dessain Cyriel, Ge’uveld. 5. 25 fr.: Zweetvaeger Leon, Boezinge. 6. 25 fr.; Verpiancke Karei, Boezinge. 7. 20 fr.: Desmijtter Remi, Voormezele. 8. 20 fr.Van den Broucke J.. Voormezele. 9. 20 fr.Vanden Berghe G O., leper. TWEEDE PRIJSKAMP. Hengsten van twee jaar. (4 inschrijvingen) L 100 fr.: Desmijtter R., Voormezele* 75 fr.: Lagrou Albert, Brielen.** 50 fr.: Desmijtter R., Voormezele.*** 25 fr.: Van Hoopelinus S., Langemark. DERDE PRIJSKAMP. Merriën van één jaar. (6 inschrijvingen) Voormezele.* Ochmocht het mij’ gelukken 't Geboortenieuws te drukken... Aldus, «prak Knulleken en hij voegde er bijzoo waren er nog vele opschrif ten. tc lang, om hier aan te halen. Toen vroeg ik aan Knullekenwie heeft den eersten prijs behaald. En, Knulleken ant woordde fier, als een pauwhaan die komt van een «konkoer de botec ik, Knulle ken. Waarop ik hem vroeg: wat hebt gij dan als gedicht en opschrift, vóór uw deur opgehangen en uitgeplakt? Sim- pliester dit, zegt Knulleken Ik ben misschien een rare klant Maar ’k zeg met veel fatsoen... «Och! Heer vergeef het hun toch, want Ze weten niet wat ze doen. En, voegt Knulleken er bijboven de kerkdeur, als er 'n koppel binnenstapt zou er die spreuke Ze weten niet wat ze doen altijd in groote letters moeten aangeplakt zijn. Op ’t leste minuutje zou den die sukkelaars, ik zeg sukkelaars, zich nog altijd kunnen bepeizen. Want Eerst gedaan en dan bedacht Heeft menigeen in 't leed gebracht. Knulleken, 't is best dat potje maar gedekt te laten: geef ik de mannen ge lijk. dan krijg ik ruzie met de vrouwen geef ik de vrouwen gelijk, dan krijg ik het aan den stok, met de mannen. Bijlange niet, sukkelaar, antwoordt Knul leken de getrouwde mannen, de ge trouwde vrouwen zijn 't allegaar met mij volkomen eens dat het spreekwoord: Eerst gedaan en dan bedacht Heeft menigeen in 't leed gebracht een spreekwoord is, waarvan ze allen zeggendat het de waarheid is... Knulle ken antwoord ik, om van iets anders te spreken, wie heeft dan den eersten prijs gekregen met die gedichtekens Ik, zegt Knulleken. En den tweeden prijs? Ik, zegt Knulleken, en 'k heb ook den der den prijs in mijn zak gestoken. Maar, Knulleken, roep ik uit, hoe is dat moge lijk? Wel, 't is zoo simpel als ’t groot is... Het rijmken voor den bakker De vroedvrouw en zoo meer Meneer pastoor den slachter Schreef Knulleke allen neer. En zoo heb ik alle prijzen in m’n zak gestoken. Is dat niet fijn bedacht, vraagt Knulleken. Zeker, vriendwie niet sterk is, moet slim zijn. SLIM was vast en zeker Katrien, de vrouw van Sisse den beenhouwer op ’t hoeksken. ’t Is vandaag dag op dag twee jaar geleden gebeurd. Voor den vleesch- winkel van Sisse den beenhouwer, lag er vleesch uitgestaldKomt me daar op eens een loebas van een hond aangeloo- pen... die loebas scheert ’n stuk vleesch meè en liep, liep wat hij loopen kon recht naar 't huis van z'n meester. Vijf minuten later belde Katrien aan bij ad- vokaat Bollekens. Mijnheer de advokaat, zei Katrien, ik zou tt ne keer iets wil len vragen als ’n hond een stuk vleesch uit onze uitstalkast wegpakt en daarmee aan 't loopen valt... is de meester van dien hond dan verantwoordelijk? Zeker, madame, zeker. En moet die meester dan de schade betalen? Zeker, madame, ze ker. Hewel, meneer de advokaat, dan nioogde gij mij dertig frank afdoppen, want ’t is uw hond die bij ons een stuk rosbief van één kilo heeft meêgepakt... Dertig frank, zei advokaat Bollekens: hier madame... hier zijn de dertig fran ken. Katrien, heel kontent van heur uit- stapken, stak de dertig frank in heur bandtaschje en bedankte met een over vloed van woorden dien eerlijken man. Maar als Katrien omtrent aan de deur was vroeg de advokaat: Moet ik u rekeningsken sturen of betaalt ge Rekeningsken 1 antwoordde Katrien ver wonderd: maar meneer de advokaat... ik en mijn man, we hebben nooit een ad vokaat noodig gehad... Ik zie dus niet in hoe ik hier ’n rekeningsken zou moe ten betalen... Wel. madame, ge zult dat seffens verstaan. Ge zijt hier binnengeko- men en hebt me raad gevraagd. Ge hebt gezegd: «Ik zou u iets willen vragen.». Dat heeten wijeen consultatie. Aan mijn voordeur hangt uitgeplakt: «Con sultatie 50 fr.Vijftig frank. Ik krijg dus van u vijftig frank... Daar stond Ka trien nu 1 Ze mocht de dertig frank te ruggeven en er nog twintig frank bij doen... Bovendien was ze de rosbief kwijt. Slim zijn is goed Maar opgepast, want allerwegen, Komt slim, een and’re slim Dus nog veel slimmer tegen. TEGEN den avond kwamen Jan Fons elkander tegen. Ze waren den van de kam, en, zoo noodig. een weinig tegengekamd aan den binnen kant. Zieken, vooral koortslijders, hebben bijna gedurig dorst. Zij drinken liefst van al water. En water is ook voor hen de beste drank, op voorwaarde dat men hst eerst kookt. Als andere dranken ko men in aanmerking: Suikerwater met een kleinigheid den wijn er in. Broodwater. Men neemt een paar sneden ongezouten roggebrood en roos tert ze licht. Dan legt men ze in een schotel en giet er kokend water op. dat men eenige minuten laat trekken. Men giet door een fijne zeef en doet er wat suiker bij. Koud geworden, vormt dit een verfrisschenden, aangenamen drank en is ook voedzaam. Rijstwater. Men wascht de rijstkor rels zorgvuldig en herhaaldelijk, kookt ze dan in tamelijk veel water tot ze gansch zacht zijn. Dan giet men het water af en doet er suiker bij of eenige druppels rooden wijn. Arrowrootwater. Men roert een le pel arrowrootnieel in een weinig koud water, giet het dan in ongeveer twee tas sen kokend water, en laat even koken. Men doet er wat fruitsap, wijn of suiker bij. Citroensan. Men late eenige schijven citroen trekken in een glas koud water, of perst het sap in koud water uit. Men voegt er suiker bij naar believen. De meeste koortslijders mogen dit citroen sap drinken. Melk. Melk is immer ’t beste voe dingsmiddel en de beste drank voor zie ken, doch het gebeurt wel dat deze ze niet kunnen verdragen. Zij moet steeds frisch zijn en zorgvuldig gekookt. Men kan ze aanlengen met water, doch dan verliest zij niet alleen aan kracht, maar ook aan smaak. Bij zieken die niets verdragen kunnen, is ijskoude melk met een weinig cognac, in kleine slokjes genomen, soms het eeni ge toevluchtsmiddel. Voor 4 personen heeft men 100 gr. gort noodig, die men meermaals wascht, om ze daarna een nacht in water te laten weeken. ’s Anderendaags laat men de gort in water half gaar koken, nadat men er een snuifje zout aan toevoegde. Dan giet men cr 3/4 liter volle of afge roomde melk bij en naar believen 2 tot 3 eetlepels suiker. Men laat deze pap goed door koken tot ze dik wordt. Men dient ze zeer warm op. Men kan van te voren (maar dit is niet volstrekt noodig) 2 tot 3 soeplepels havermout een uur in water laten zwel len. Daarna laat men het havermout uit druppen. Men laat 1 liter volle of afge roomde melk koken, als de melk kookt voegt men er al roerende het havermout bij. Goed laten doorkoken en een kwar tier laten pruttelen op een kl<;in vuur. Zeer warm opdienen, suiker naar smaak bijvoegen. Alderliefste lezeressen Vrienden lezers: 't Is nu Maart En het spreekwoord laat het weten Maart roert grillig zijnen staart. ’t Is in deze maand dat de mijnheer de Winter het afstapt en de juffrouw Lente haar intrede doet. Dat gebeurt op 21 Maart, volgens de boeken, wel te ver staan. Volgens de boeken... want de vrie- zeman speelt soms z'n fratsen, tot op 't einde van de maand Mei... 't Is daar om dat de boeren zeggen: Staart ie van den Mei, is ’t staartje van den Winter... Maar allee! We leven op hoop. HOOP doet leven, Staat geschreven. Denkt daaraan als ge een lotje koopt voor de trekking van Winterhulp, Zegt niet ’t Lot zal mij niet gunstig zijn. Maar, als ge een prijzeken verlangt Gedenkt de spreuk ge weet nooit hoe De koe, een haze vangt. VANGT de visscher visclt dan is hij kontent. Visch werd in de leste weken nogal veel gevangen, vooral sprot. Sprot is een vischje van de vette soort en dus zeer voedzaam. Maar de sprottekens wa ren in de leste weken bijna niet om koo- pen. Peperduur! Nu is 't echter uitge komen dat er te Brussel en te Antwer pen van die echte veritabele Belgieksche vischhandelaren waren die meer dan een half miljoen kilo sprotjes hadden aange kocht om ze met een winst van twee honderd procent aan den man te bren gen. Tweehonderd procent dat wil zeg gen, alderliefste lezeres, als ge iets koopt aan twintig frank het kilo, ge zoo'n kilo aan zestig frank verkoopt... Dan moes ten de kleine vischhandelaren er natuur lijk ook nog iets op verdienen... werken of commercie doen en er op verliezen, dat gaat niet. Hewel wie dus wat sprot Ging halen Moest zeven frank of meer Betalen. De kontroleurs van prijzen en hebben bij die echte, medelijdende, groot hartige en veritabele Belgieksche patrio- ticke vischhandelaren in ’t groot, meer dan achthonderd duizend kilo sprot aan geslagen. Wel besteed, zegt Knulleken. Zeker, Knullekenen die sprot is dan verkocht geworden aan zeven en twintig frank per kilo .Dat is wat anders, dan aan vijf en zeventig frank, z.eg ik... En Knulleken zegt weerspijtig dat ik dat niet heb geweten... ’k kom weer te laat. TE LAAT ben ik echter niet gekomen, gaat Knulleken voort, in dien prijskamp voor een huwelijksspreuk... Wijl ik .potverdorie Van die historie Niets afweet, vraag ik gauw Dat hij me dat vertellen zou. Hewel! zegt Knulleken... Bij ons dorp ging de dochter van den burgemees ter trouwen met den zoon van nen bur gemeester van een ander dorp. De papa van ’t meisken was er zeer opgesteld dat er schoone ve- sieringeri zouden worden aangebracht en. om de menschen koera- gie te geven zou er in iedere staminee van 't dorp een tonne bier gratis mogen afgedronken worden. Bovendien waren er nog prijzen te winnen voor ’t opschrift dat bij een huwelijk 't best te pas zou komen. De eerste prijs bedroeg vijfhon derd frank en vijfhonderd frank dat ligt er zoo maar niet voor ’t rapen. Ik, Knul leken, besloot dus met dien prijskamp meè te doen... Den morgen van den trouwdag, waren alle huizen g“paleerd en te alle kanten stonden er opschriften te lezen, meer dan schietgebedekens in nen kerkboek. Alzon Bij den Koster Ik, Benjamin de koster Ik lees een paternoster En wenscli dal gij getwee In liefde leeft en vreê. Bij den Schoolmeester Nu, in den huwelijken staat, Ge samen door het leven gaat Hoop ik dat dezen dag van trouwen Ge u nimmer zult berouwen! Bij den Bakker: Brood is noodig voor den mensch Hier is nu mijn hartewensch Ik bak brood. Als man en vrouw Zorgt gij voor den huwelijkstrouw. Bij den Grafmaker: Ik steek de menschen in den grond; 'Het is mijn stiel, maar 'k zeg terstond Ik wil mijn grafloon gaarne derven Als gij, getwee, na mij moogt sterven. Bij Meneer kastoor: De zegen van den Heere zij, De zegen voor u alle bei. Bij den Slachter: Al doe ik ook de beesten dood Het is gekend, bij klein en groot Ik heb een hart van marsepijn liet uwe moge ook zoo zijn. Bij den Schoenmaker ’t Echte leer is hard en taai, Hoe ’t de steenen wrijve... Hoe de huwlijkswind ook waai, Dat de liefde blij’ve Bij de Vroedvrouw: Kwant de ooievaar, hier meer voorbij Ik liep naar boek en kanten... Mij’u wensch is dus, ik zeg het vrij, Ik wacht op... nieuwe klanten. Bij den Drukker 'k Hoop, naaste jaar, om dezen tijd, Vriendlief, gij dan reeds vader zijt. De spreuke zegt; een man, een man En heet ge Klaas of Piet of Jan en allebei sedert ’n half jaar getrouwd en hadden elkaar, gelijk dat gaat, zoo een beetje uit het oog verloren. Hoe bevalt Jan aan Fons. O! goed, zei Fons... M’n vrouw is zoo gedienstig dat ze zelfs m’n schoenen uittrekt... Als ge ’s avonds thuiskomt? Neenl Als ik ’s avonds op staminee wil gaan. WE GAAN rap ons kalender verzor gen: Zondag 9 Maart: SS. Reinhard, Gregoor. De sleutel van 't geluk Is stellig, dit staat vast Een sleutel die niet op Alle de sloten past. Maandag 10: HH. Veertig Martelaren te Sebaste. Hoog vliegen Laag vallen Zonder liegen Past op allen. Dinsdag 11: SS. Heraclius, Constantijn, Firmiaan. Eigen haard Is goud waard. De morgenstond Heeft goud in den mond. Schatten en goud Maakt er velen driest en stout. Jacht op ’t goud Heeft er velen reeds berouwd. Zie vervolg hiernevens E33aüaH2zai2saE8ï<n3E!sasisiiaiisi3HBaEaiHsaBSSWHMHsa5Basfisïi il1|i.|!9i|il1!!|l;MeiiCelwerk van 8 Maart 1941. Nr 11-||j|Hi||||||if|||iii|||||||||||||||;||||||||||^ eenige achterdocht aan Jozef: Mijn vriend, hebben de jongelingen van Lucterhath nog onlangs gezegepraald en voeat gij ae hoop dit jaar het Kors- vaa uc woning verwijderd had vooraleer; bij het hooien dezer woorden, scheen Ce brand cia-stond; dat hunne ouders zich een onweerswolk ie samen te pak- z.ch eiders naauen gevestigd en beiden sen op het anderszins open gelaat van raeas i.i aen heer ontslapen waren. HijJozef. Zijn hoofd zouk op de borst, zijn t -1 .-v rr\T Illrnvo 4- v 1 i V.»v» Hl Ir dr?\ leendenaars. Voor Krawinkel, het kors* ---- v- Lutteratil, het korrtQWdl roepen Jozef DEEMSTERING De avond is als bloed zoo rood. De dikke koppen van de tronken Zij staan zoo zwart en dood, Als beelden aan de lucht geklonken. Een rilde torenvinger wijst Naar 't gouden licht, dat hcog blijft zwe» En rond het kerkje rijst [vel De stilte van het avonuleven. Dit is de ure, dat plots en klaar, De stem der klok roept over daken En velden, hel en klaar, Naar menschen, die den arbeid staken. Het is de ure van ’t avondlof. De broze stilte werd gebroken; Met moeizaam traag geslof. In zwarte kappen weggedoken, Zoo sloffen oudjes naar het lof. Nu is de galm der klok voorbij; De kloosterzusters, de gewijden. Als kaarsen op een rij, Die vroom ter kerke schrijden, Zij gaan naar ’t laat getij. Het klept. De klokke tampt nu rap, En hier en daar gaan deuren open. De menschen stil, met zachten stap, De blijde kinders loopen Naar ’t kerkje, waai- ae Heer hen waslr OPLOSSING VORIG RAADSEL Barbier barbier. A Het eerste is leer goed; Het tweede blijit lang duren Wanneer men wacnten moet. Naar ’t derctö zal men s avonds turen ’t Geheel moet altijd iets besturen. Het broodje glijdt uit de handen van den makker in die van Jozef, welae door de zijnen omringd wordt; maar Klaas is reeds in hun midaen en heeft de ar men van Jozef omitlampt; de spanning begint; het is zichtbaar, dat een der beide kampen gaat zegepralen. Een hard nekkig woedende, weergalooze worsteling gaat intreden, die al de toeschouwers doel sidderen en beven!... Door het toeschieten van alle mede- kampers, geraakt de volksdrom in be weging; gelijk de golven aer zee door den wind voortgestuwd worden, zoo wordt de volksdrom door de toenacterande kracht in beweging gebracht. Nu straat op en straat af; dan van den eenen kant naai den anderen, stoeten zij met zooveel ge weld tegen de huizen aat deze op hunne grondvesten beven. De jongelingen welke met de muren in aanraking komen, laten er de lappen hunner kleeding en het vel hunner handen! De drom neemt eensklaps een richting van hst Oosten naar het Westen, botst met de ongewone kracht van duizenden kampers tegen eene poort, die van den achterkant met schraaglioutsn voorzien is! zy vliegt met de gemetselde pilaren omver! Achter de poort bevindt zich een toegevroren aalpoel: het ijs is twee voet dik; het kraakt, stort in! De worstelaars staan tot over de knieën in het morsig water; velen zijn gewond door liet instorten tier pilaren, door de ijsschollen; doch niets is in staat de wilde worsteling te doen ophouden. Wederom geraakt de volksdrom op Pietsch: luidruchtig? vivats begroeten d» kampers. Jozef houdt nog altijd het kort' brood: Lutterath zal. het koste wat hel wil, zegepralen; maar Geleen en Kra- winkel kampen met niet minder woede.' Voor Geleen. het korsbrood, roepen Klaas en de anderen langs zijn lijf. Het bloed loopt uit neus en mond! Een wolk van zweeidamp verheft zich boven de Ge- s» 5, Vnr,,’ Tfra winlrnl hftt kOfS- Laat los het korsbrood; ik iiosci het, brood! roepen de Krawiukelaars. VooJ een geringe opening in iino uiidaeu tg want Klaas nadert!.»

HISTORISCHE KRANTEN

De Poperinghenaar (1904-1944) | 1941 | | pagina 8