DE OORLOGSTOESTAND DE LEVERINGEN I i 8 s I N van onze SINT HUBERTUS, den Jager Gebogen OPGEPAST HET UUR VERANDERT WE ZIJN EEN VOLK VAN... I 't Graf over dierbare Dooden WEEKBLAD.-0,75 Fr. KATHOLIEK NIEUWS-, NOTARIEEL- EN AANKONDIGINGSBLAD. i l is OOSTU1TGAVE is WESTUITGAVE BERGGESCHUT IN DE KAUKA3US HEER PODEVYN, LEIDER DER VLAAMSCHE FABRIEKSWACHT, NEERGESCHOTEN TE AALST IN HET WESTEN Leider van het V.N.V. te Gent overleden en Dinsdag 1.1. te Brussel plechtig begraven DUITSCH-RUSSISCH FRONT DE OPMARSCH NAAR ROME, 20 JAAR GELEDEN IN NOORD-AFRIKA EN MIDDELLANDSCHE ZEE IN HET VERRE OOSTEN pUURTABEL DER TREINEN g geldig vanaf 2 November g 5 vinden onze Lezers bovenaan op 5 A» blad. Knip hem uit, bewaar 5 g hem zorgvuldig. Buiten dit nummer kunt U er geen ander meer krijgen; \w*ngviwi*ine^^ I ZATERDAG 31 OKT. 1942. E >- e ram! 1 Jaar hi Frankrijk de gebergte yerdrevyu, 1 i Uitgever: Sansen-Vanneste, Poperinge we vasthouden: 15 fr.i 2 Ir 3 3 fr.' PRIJS VAN NU TOT NIEUWJAAR: I Voor België Fr. 5,60 l Voor Frankrijk Belg. Fr. 11,25 S ABONNEMENTSPRIJS 1942: 5 1 Jaar in België 36 fr. ff 3 Maanden9 fr. 6 Maanden18 fr. «5 fr. Vanaf Maandag 2 November, te i 3 u. In den morgen, wordt het Win- J i teruur terug ingevoerd. Alle klokken j en uurwerken dus EEN UUR ACH- TERUITGESTELD. Zet dus Zondagavond voor 't sla- I pen gaan uw horloges, uurwerken en dergelijke een uur achteruit. i Gaat ge te 11 uur slapen, zet uw I uurwerk op 10 uur. MWWWUWtAAMV’WWWWAMVU1 Telefoon N' 9. Postch. N’ 155.70. ~TARIEF VOOR BERICHTEN: Kleine berichten (3 regels) S fr. Kleine berichten adr. i. bureele 12 fr. (voor ieder regel meer: 2 fr.) Rouwberichten: minimum Groote rouwberichten: per regel Ber. in lokaal nieuws: per regel Andere aankondigingen: prijs op vraag. Aankondigingen worden aanvaard tot den Donderdag middag. minder werkelijkheid om. Alleen; het volk schijnt het niet meer te willen zien. De jon geren, vooral zij die zich voordoen als politiek bewust, zij, die recht op medezeggenschap willen laten gelden, zij, die spréken van een door henzelf te bepalen toekomst, zij, die den mond volnemen over Vlaamsche strijdersdeugden, zij verloochenen hun volk en hun plicht. Zij zijn er niet bepaald noodig om het bolsjewistische monster te verslaan. Ook zon der hen zal het wel gaan. Maar ze zullen er ook niet noodig zijn, wanneer er over de toekomst van Vlaanderen zal worden beslist. Ook dan zal het zonder hen gaan! Wat helpt nu het defileeren door de stra ten der Vlaamsche steden? Wat helpt het politieke gekibbel en de haarkloverij over een toekomst, waaraan men niet op de eenlge juiste w'ijze wil meewerken? Wat helpt, vooral, de voortdurend herhaalde bewering, dat we een volk van strijders met een sol datennatuur zijn?... Gelukkig zorgen er reeds duizenden, ginds in het Oosten, ervoor, dat Europa niet eens zeggen zal: Daar aan de Noordzee, tusschen Maas en Schelde, leeft een volk, dat beweer de een strijdersnatuur te bezitten, maar dat slechts bluffers en politieke kibbelaars telde. Er dient geen rekening mee te worden ge houden!». Onze dulzende helden zorgen daarvoor. Laten de anderen vol schaamte zwijgen! RAS. Wij, Vlamingen, wij kennen onszelf, als volk, een heele reeks eigenschappen toe. Dit wijst erop, dat ons nog een zekere mate van fierheid overgebleven is. Toch blijft het de vraag, of we het recht hebben prat te gaan op oeugden. die we voorgeven te bezitten, doch die we zoo bitter weinig in de praktijk weten te brengen. Ais we het over onszelf hebben, dan zijn We een volk van schilders, of we zijn een voik van dichters, of van droomers en vaak genoeg noemen we onszelf een voik van etrijders! Dan denken we aan de mannen, die ons in het verleden dien naam waardig maakten, aan Zannekin en de Artevelde’s. aan Annec-sens en aan Egmont, maar voor al aan de mannen van 1302, die op den Groeningekouter op zoo doorslaande manier bewezen, dat zij Inderdaad behoorden tot een Voik van strijders. Zooals de zaken nu staan, krijgt men ech ter vaak den Indruk, dat wij ons pogen te looien met de deugden der vaderen. Roden- bach, een werkelijk strijder, hij, vroeg zich af, waar of der vaderen fierheid nu gevaren Is. Hij had zich ook kunnen afvragen, waar der vaderen strijdersnatuur nu gevaren is. Eeuwenlang hebben onze voorouders de Ger- maansche Westmark moeten houden tegen het opdringende Zuiden. Het dient erkend dat ze dit, tegen de geweldige overmacht, met veel sukses hebben gedaan. Zij waren een volk van strijders. Wanneer de strijd riep stonden ze er allen. Koevele duizenden waren er niet te Groeninge uit een toenmaals nog zoo geringe bevolking? Uit alle standen en lagen der maatschappij waren ze er. Edelen en poorters en boeren. De strijd was vrijwel zonder uitzicht, want ze namen het op tegen een veel talrijker leger, bestaande uit de beste krijgslieden van het toenmalige Europa. En ze wonnen. Omdat ze streden als volk met den wil en het geloof, die de kracht voor de overwinning schenken. Ongetwijfeld hebben we het recht fier te zijn daarop. Maar we hebben niet het recht de verplichtingen, die ons door onze strijd bare vaderen op de schouders gelegd zijn, te vergeten. We moeten weer als volk leeren denken en we moeten weer als volk leeren strijden. Daartoe is een eerste vereischte, dat we niet slechts met den mond belijden een volk van strijders te zijn. De duizenden Vlamin gen. die in het Oosten staan, zijn juist zij, die nooit daarover groote woorden gesproken hebben. Een werkelijk strijder spreekt niet over den strijd. Hij neemt eraan deel. In Vlaanderen doet zich het vreemde ver schijnsel voor, dat men steeds meer over de Vlaamsche strijdersnatuur en den Vlaam- schen soldatengeest gaat spreken en schrij ven, naar gelang de werkelijke strijders en soldaten gaan naar daar, waar zij zich op hun plaats voelen. De tienduizenden jon gens, recht van lijf en leden, die achter blijven, die nog van moeders pappot houden of die liever deelnemen aan steriel politiek gekibbel, zij meenen wellicht hun schuld tegenover hun broeders aan het Oostfront goed te maken, door zoo hoog mogeiijk over hun nieuw ontdekte soldatendeugden op te geven. Met al hun groote woorden, blijven ze in de daad zeer klein. Toch is Vlaanderen niet minder in gevaar dan in 1302! Toch heeft Vlaanderen een niet minder grootsche taak te vervullen dan deze, die het op den Groeningekouter door zijn daden tot een zoo schitterend einde bracht! Het gevaar is van anderen aard en dreigt van een andere zijde. Maar het is er niet te Naar de Jongste Duitsche en Italiaan- sche legerberichten kunnen wij over den oorlogstoestand op de verschillende fron ten, zoo in het Westen, in het Oosten en in Noord-Afrika als volgt samenvatten: Duitsche duikbooten hebben uit sterk- beschermde konvooien en in afzonderlijke jacht weer 16 handelsschepen van samen 104.000 ton alsmede een destroyer tot zinken gebracht, zulks in het Noorden van den Atlantlschen Oceaan, in de Ijs zee, aan de Canadeesche kust, bij Trini dad, voor de monding van den Kongo- stroom en voor Kaapstad. Drie andere schepen en een destroyer werden bescha digd. De Duitsche luchtmacht voerde aan vallen uit op voor den oorlog van belang zijnde doeleinden in Zuid. Zuid-West en Oost-Engeland en bestookte er o. m. 'concentratiepunten van de landingsboo- tsn. De Zuid-Oost en de Zuid-Westkus ten van Engeland werden eveneens aan gevallen. Door Britsche vliegtuigen werden lucht aanvallen uitgevoerd on een West-Fransch gebied waar de burgerlijke bevolking op nieuw verliezen leed, op plaatsen in de bezette gebieden, op plaatsen in Noord west Duitschland waar schade werd ver oorzaakt en verliezen geleden onder de burgerbevolking. Bij al deze aanvallen werden een aantal Britsche vliegtuigen neergeschoten. Door het Duitsche afweer werden ook 11 Britsche vliegtuigen die naar Noord-Italië vlogen, neergeschoten. De Britsche luchtmacht voerde even eens luchtaanvallen uit op de Italiaansche steden Genua, Savona. Milaan, Turijn, Monza. Novara, waar spring- en brand bommen uitgeworpen werden. Te Genua vielen bij deze aanvallen 354 slachtoffers te betreuren, meestal vrouwen, kinderen en grijsaards. Onder de bevolking van Milaan vielen 48 dooden en 254 gewon den. Te Savona werden 35 personen ge dood en 67 gewond, te Novara 10 gewond. Te Genua vielen talrijke slachtoffers te betreuren tengevolge van het sterke tEHMRiEHesaBBBBEBaaflBasiSHMDiasaBBBHSBEraBnQnnniEaBBnaBaH Heer STAF DE CLERCQ De geleide economie is niet de oorzaak van ons tekort. Wel integendeel. Zij heeft Juist voor doel hetgene voortgebracht wordt te vatten en te verdeelen. Men hoeft zich maar even in te beelden welke toestand we zouden kennen moest alles vrij gebleven zijn. Dat wat nu de zwarte markt is zou de algemeene markt zijn, dat beteekent dat alle prijzen verveelvou digd zouden geworden zijn. Alleen de begoeden zouden zich het noodige hebben kunnen koenen, terwijl de arbeiders, de bedienden, de kleine middenstanders, veel minder dan thans zouden gehad hebben. Dank zij de- rantsoeneering, kunnen we toch nog brood, vleesch, confituur, boter en aardappelen koopen tegen nor male prijzen. Set is alles niet veel, maar het vormt een basis van voeding. Blijft nog de vraag of die rantsoenen niet kun nen verhoogd worden. Daar hebben we het kernprobleem Van de voedselvoorzie ning. Dat er nog veel goederen beschik baar lijn op de zwarte markt, is reeds een bewijs dat alles niet gevat is. dat er dus nog meer zou kunnen verdeeld wor den, na. a. w. dat de rantsoenen zouden kunnen verhoogd worden. Het komt er echter op aan de leverm eren beter te organiseeren. Verleden jaar werden de landbouwers verplicht alles te leveren wat ze voortbrachten, na het deel «toehouden te hebben dat ze voor eigen gebruik noodig hebben. We weten maar al te goed, dat die le- veringen niet voldoende waren, dat er veel verdwenen is op de zwarte markt en VBBBBBBBBflEEBBBBBBBBBBBflBBIIEBBBBBBBBBBBBEEBBBBBBBBBBBS&E DE NIEUWE OOGST. De geleide economie op het gebied van de voedselvoorziening is amper twee jaar oud. Het kan niet gezegd worden dat alles gesmeerd loopt. Nochtans is er al heel wat verbeterd. De uitslagen die van den nieuwen oogst verwacht worden, en die reeds door aanzienlijke leveringen van onze landbouwers geconcretiseerd werden, wilzen cp een verbetering. Om echter een min of meer objectief oordeel te hunnen vellen mag men de verschijnselen met de oorzaken niet ver warren. Dit is helaas maar al te dikwijls het geval. Dat we het niet breed hebben wordt dikwijls toegeschreven aan de nieuwe orde of aan de geleide economie. Dat is el te simplistisch. Het gezond ver stand alleen, leert ons dat er een alge meens toestand van tekort is. die te wij ten is aan de oorlogsomstandigheden, vooral aan de blokkade die ons land af gesneden heeft van de overzeesche leve ranciers van voedingsmiddelen. Kanada en Argentinië leveren ons geen graan meer. De Kongokolonie bezorgt ons geen olienoten meer. Het vleesch van Argen tinië blijft achterwege. Zelfs de Euro- peesche landen die ons vroeger zekere levensmiddelen leverden kunnen ons niet meer verzorgen omdat ze zelf niet meer te veel hebben. Voor het oogenblik zijn ws bijna heelemaal on ons zelf. d. i. bijna volledig op onze eigen landbouwers aan gewezen. Nu blijkt dat de oogst betrekkelijk goed Is geweest, althans van sommige pro ducten. De leveringen zullen daardoor ook beter zijn. BET NIEUWE STELSEL. dat er evenveel vervoederd werd aan de dieren. De onvoldoende kontróle en de individualistische geest van de landbou wers, liet verwachten dat het dit jaar nog slechter zou geworden zijn. Daarom werd een nieuw leveringsstelsel ingevoerd, dat der minimumleveringen. Nu weten de landbouwers volgens den aard van de te verbouwen gewassen en berekend naar de opnervlakte, wat ze bepaald te leveren hebben. Zoo kunnen zii zelf initiatief nemen om sommige be plantingen te verhoogen, ten einde het minimum gemakkelijk te bereiken. Het nieuw® stelsel heeft in ieder geval werkelijke verbeteringen gebracht. De te leveren hoeveelheden voor rogge, gerst, haver en aardappelen zijn aanzienlijk gestegen. Voor sommige producten zijn ze meer dan verdubbeld. Met de tarwe zijn de uitslagen minder gunstig, tenge volge van de bevriezing der winterbezaai- ingen. Het feit dat alleen de leveringen van aardappelen anderhalf maal zoo groot zullen zijn als in 1941, is van enorm be lang; daar we hier te doen hebben met een vrucht die als de basis van onze voe ding kan genoemd, worden, en die in ieder geval op een gelukkige wijze het geringe broodrantsoen kan aanvullen. Daarmee zullen ook de hooge aardappel prijzen van de zwarte markt verdwijnen. Het mag niet meer voorkomen, dat zoo- als verleden jaar de aardappelen te Brus sel tegen 18 en 20 fr. aangeboden worden. HET NETELIGE PUNT. Op een gebied althans is de verzorging zeer onvoldoende, namelijk voor vet. Hier hebben we feitelijk te doen met een al gemeen tekort in Eurona. Ook de invoer kan hieraan slechts matig verhelpen. De Algemeen® Directie van den Buitenland- schen Handel bij het Ministerie van Economische Zaken laat geen oogenblik en geen gelegenheid onverlet om te trachten zekere hoeveelheden oliën of oliehoudende zaden in te voeren, die voor de producten van margarine kunnen dienstig zijn. Meer en meer echter dienen wij. dienen vooral onze landbouwers bewust te wor den. dat ze hier een plicht te .vervullen hebben. Meer melk leveren, meer koolzaad zaaien beteekent de kans geven om het vetrantsoen te verhoogen en de gezond heid van ons volk te redden. En werkeliik er zijn verheugende tee- kenen waar te nemen van het ontwakend solidariteitsgevoel bij onze boeren. De Is- veringen zijn beter. Hier en daar ont waart men reeds een vrijwillige daad. Laat die vermenigvuldigd worden. En zooals eens het voorbeeld van egoïsme en schraanzucht. aanstekelijk was. zoo moge ook het voorbeeld van verbondenheid met de groote massa, die kommer en gebrek lijdt, navolging vinden. Na de crisisiaren voor den oorlos, die de boeren wellicht het meest geteisterd hebben onder onze volksgenooten, was een reactie tijdelijk begrijpelijk. De geld zucht heeft parten gespeeld. Doch een boer werkt niet voor bankbriefjes alleen. Het zal niet waar zijn, het zal niet toe passelijk zijn op onze boeren, het door hen zoo goed gekend woord: Duivels zak is nooit vol. 25-10-42. Verboden Nadruk, ROSKAM. Onder de vuuniitwerking van het Duitsche bcrggeschut werden de Bolsjewisten uit hunne w eerslandsvesteu in de enge bergpassen van het Kaukasische hoog- honden. Hes! hst land door bestaat verder een gebruik, waaraan we met hart en zie] moeten vasthouden: hst wijden van brood. Mensch en dier, het heele gezin eet er van. Het brengt zegen en bescherming over huil eu staL Dr H. ELIAS DE NIEUWE LEIDER VAN HET V.N.V. Vrijdag 23 Oktober, in den morgen, vergaderde de Raad van de Leiding van het V.N.V. op het Hoofdkwartier te Brus sel om kennis te nemen van he; over lijden van den H. Staf Da Clercq, en mededceling te boeren van het feit dat ingevolge as laatste beschikkingen ge troffen door den overleden V.N.V.-leider, de H. Dr Elias de leiding van de Een heidsbeweging V.N.V. had overger.omen. Na de vergadering legde de H. Elias een bezoek af bij Generaal von Falken- hausen, de militaire bevelhebber voor Belgis en Noord-Frankrijk. Zaterdagvoormiddag 24 Oktcber had een algameene vergadering van den Aigemee- nen Raad van het V.N.V. plaats tijdens dewelke Dr Elias officieel aangesteld weid tot nieuwe Leider van het V.N.V. In een tosspraak verklaarde de nieuwe V.N.V.-Leider het wark van den afge storvene to willen voortzetten. trouw aan het Nederlandsehe Volk en zijn Ger- mnansche bestemming. M. Elias werd geboren te Mechelen (Brabant), op 12 Juni 1902. Na zijn hu- maniora te Vilvoorde te hebBtn doorioo- I pen, volgd? hij de cursussen aan de Uni- versiteit te Leuven en promoveerde er in 1923 tot doctor in de wijsbegeerte, afdee- ling geschiedenis; in 1929 promoveerde hij aen de Universiteit van Gent tot doc- I tor in de rechten. Van 1923 tol 1926 was hij leeraar aan het atheneum te Brugge 'Waalsche sec tie), van 1926 tot 1923 verbleef hij in het buitenland en volgde er leergangen aan de Universibelten van Parijs, Luxemburg, Rome en Bonn. In 1928 werd hij tot lee raar bmosmd aan het atheneum van Gent (Waalsche sectie). In 1931 vestigde hij zich als advokaat te Gent. In 1932 trad hij in het parlement als volksver tegenwoordiger. In 1941 werd hij tot com- missaris-burgemeester en burgemeester dringen aan den Ingang van een schuil kelder. Te Genua ook werd het Zweedsch Konsulaat getroffen."Een aantal der aan vallende vliegtuigen werd neergeschoten. In den Kaukasus, langs den weg naar de havenstad Toeapse alsmede in het ge bied van Novorossisk boekten de Duitsche troepen nieuwen vooruitgang en ver overden er belangrijke bergtoppen, on danks hevige stortregens. Bij de inname van 2 lokaliteiten werden er ruim 1203 gevangenen gemaakt alsmede een groote buit. Voor de Kaukasu^kust werden verschei dene schepen gekelderd of beschadigd. Aan het Terek-front behaalden Duitsche en Verbondene troepen even eens suksessen. Te Stalingrad werd het grootste ge deelte van de fabriek «Roode Oktober ingenomen, alsmede verscheidene straten en rukten de Duitsche troepen nabii de gemelde fabriek tot aan de Wolga. Hui zenblokken. versterkte posities en het grootste gedeelte van de voorstad Spar- takowka werden eveneens veroverd. Ten Oosten van de broodfabriek drongen de Duitsche troepen eveneens door tot aan de Wolga, en brachten hierbij een sterk bezette huizenblok ten val. Ontlastingsaanvaallen uitgevoerd door de Sovjets werden afgeslagen. Door het Duitsche Hoofdkwartier wordt gelogenstraft dat de Duitschers te Stalin grad een wapenstilstand van vier dagen zouden hebben verzocht, langs het Roode Kruis om. Tusschen Don en Wolga. aan de Don en bii Kaloega werden ook alle Sovjet- a.anvallen afgestolen met bloedige ver liezen voor den vijand. In de baai van Leningrad werden treffers geplaatst op ’t slagschip «Marate. Langs het Ladogameer werj een vuur toren verwoeste door een afdeeling lan dingstroepen, die een aantal gevangenen meevoerde. Op de verschillende sectoren werden tientallen Sovjet-vliegtuigen neergehaald. dit leven van deze wereld zal vergoelij ken, zal in eere herstellen, zal wreken en straffen. Het eeuwige leven, waaraan het menschdom van zijn eerste bestaan ge looft, vasthoudt omdat het een waarheid is. een verlangen dat door God in ieder menschhart weid neergelegd. Een leven dat noodzakelijk beantwoordt aan ds hoogste roeping van de menscheliike ziel. Geen dier kent dit verlangen. Alleen de mensch omdat hij een ziel heeft, die niet sterven kan. En op dezen Allerzielen-dag, den dag der dooden. spreekt die stemme luid in ons: «Ik geloof in het eeuwig leven Die dagen doen ons denken en droomen van een schooner leven, waarvan zelfs de meest wilde en onbeschaafde boschmensch in verre landen droomt. Die dagen lee ren ons een greater gedacht van ’t leven te krijgenLet op uw zaak, richt uw leven, dat ge ’t op den dremnel van het graf niet moet beklagen... Dit korte le ven is maar een voorportaal tot de eeuwigheid. En de menschen die hun hoofd schud den bij ’t graf van hun geliefden, ze zeg gen: Waarom zoo bezorgd zijn om dat korte leventje! Doch wij zeggen: Ja, wees bezorgd, maak het schoon, maak het blij, maar vooral, maak uw leven goed Want met dat leven is niet alles ge daan... Juist dat geloof in de onvergankelijk heid van ’t menschen]even is op deze da gen een groote troost... Van ’t donkere graf richt onze blik zich op naar den hoogen hemel; on onze graven staat het heilige teeken der verrijzenis, ’t kruis van den Verlosser. Wat voelen we op deze dagen en lederen keer ook als er een van onze geliefden wordt ten grave gedragen, wat voelen we dan zoo troos tend en zalvend in ’t diepste van ons hart: het geloof in een beter leven. Hoe gelukkig voor ons dat we op deze vrome dagen mogen bidden en offeren voor het geluk van onze dierbare afge storvenen; De oogen vol tranen, het blee- ke gelaat, de bevende handen, de preve lend® lippen vol wee en rouwe... ’t ver andert in gebed, en de zoete hoop daalt in ons hart. Hoe zoet is het niet on dez® dagen te mogen peinzen dat de Groote Heer van Hierboven die alle menschen heeft ge schapen. ook alle menschen roept naar een blijvend leven van geluk en vrede. En dat Hij alleen oordeelt en niet de men schen. Want moesten we de menschen gelooven in hun dikwijls zoo onverstan dig en bitter oordeel over het hierna maals van dezen cf genen mensch, we zouden moren den mo:d opgeven. Goede wil! Dat vraagt de Heer. En Hii alleen weet hoeveel menschen er geweest zijn die in hun leven van den rechten weg zijn afgedwaald door cogei;verblin- ding cn zwakheid... Hij alleen weet hoe veel menschen in ’t laatste oogenblik des levens., als alles klaar wordt voor h:t oog van den mensch. door een gebed of ver langen dc barmhartigheid van den Aller hoogste hebben gevonden... Daarom hebben vrij geen reden cm over iemand te wanhopen. Wij kunnen en wij mogen niet oordeeien. Eén doet het voor allen, en doet het beter dan allen... Daarom ook mogen wil geen enkel doode ons gebed ontzeggen. Voer al onze bree ders. van den minste tot den meeste, van den beste tot den slechtsten. voer allen klink® op deze dagen het zalige gebed: Zij rusten in vredeTOON. Tot in de verste hoeken 'van het Vcurne-Ambacht is Sint Hubertus als kerkpatroon bekend. Zijn naam en faam heeft dus in vroeger eeuwen een weg af- gelegd van de Ardennen naar de Zee. Vooral daar men Sint Hubertus zoo noodig heeft. Een der vreeselijkste plagen immers waarvoor men eeuwen lang den daver heeft gehad en nog vreest is de honds dolheid of razernij. Dank zij het genie van den grooteri Franschman Louis Pasteur, werd deze ziekte over heel de wereld zoo goed als schadeloos gemaakt. Ten minste daar waar men tijdig kon optreden. Doch eeuwen en eeuwen gold hier, in de Nederlanden, en in de streken cm-en- dom, ook nog een ander geneesmiddel, namelijk: de hulp van den grooten Pa troon tegen de hondsdolheid, Sint Hu bertus. De behandeling der aangetaste zieken, inzake razernij, is zeer belangwekkend en van dien aard om ons vertrouwen in dezen alouden volksgeliefden Sint Hu bertus nog te staven. In geval van ra zernij aldus Kan. Vandevelde, onder werpen de zieken zich aan de inenting van een stukje draad van de wonderwer kende stool van Sint Huibrecht; zij moe- 0031 JV DlflöLH r UI Jk.L, MC- ww.- X,V*- staande o. m. uit de slagschepen War-1 gen dagen en ook zekere voorschriften - - onderhouden... Van 12 Oktober 1803 tot 1 Januari 1835 entte msn.meer dan 4800 personen; ieder jaar ent men nog van 130 tot 140 lieden door razende honden gebeten, en nauwelijks zijn er een tien tal in de tien laatste jaren gestorven. De groote heilige patroon der Jagers, Sint Huibrecht, sprak onze geloovige menschen alle vertrouwen in. Zagen ze e®n hond met vulde sprongen aankomen, dan zeiden ze gauw de bezweringsformule tegen de razernij: «Ik kwam al over St Huibrecht zijn graf/ zonder stok of zonder staf; kwaden hond, sta stille. het is Sint Hubrecht's wille’ 3 November is Sint Hubrechtsdag, de dag van het gewijde brood. Buiten ae alomgekenae legende van Sint Hubrecht is er weiaig geweten over aezen man. door de volKsmenschen. Het is nochtans een zeer aantrekkelijk levensverhaal. Omstreeks de helle der 7” eeuw werd Hubertus geboren van adellijke ouders, in Aquitanië. Zijn vader, Bertrand, was een bekend ridder. En ook da zoon Hu brecht sloeg den verleidelijken weg op tot hofridder van Koning Diederik III. Later kwam hij aan het hef van den reeds machtigen Pepijn van Herstal, waai' hij het bont en weelderig maakte, ga kunt niet meer. Een zijner grootste plezieren was het edele jachtvermaak. Op Vrijdag 23 Oktober werd te Aalst de H. Jozef Podevyn, Algemeen Kom- mandant van de Vlaamsche Fabiieks- wacht, bij het huiswaarts keeren door on bekenden aangevallen en neergeschoten. De ongelukkige werd door drie kogels ge troffen. Niettegenstaande overgegaan werd tot een bloedovertapping is de ge troffene aan de opgeloopen verwondingen bezweken. Hij laat een weduwe en een dochtertje na. Als banleider van de Vlaamsche Fa- briekswacht werd hij opgevolgd door den H. Bert Meuris. Britsche vliegers overvlogen Lyon en Marseille en kwam het luchtdoelge schut ertegen in actie. D? streken van Chateaurouw, Montlugon. Vichy, Rcanne en Annecy werden eveneens overvlogen. Op enkele plaatsen kwam het tot uitge sproken aanvalsonctememingen. o. m. te Montlucon weer vliegtuigen het station onder machiengeweervuur namen, als mede te Domerat, waar een machinist gewond werd. Bij Neuville-Pont-.Pierre werd ook een goederentrein beschoten met de boordwaptns en machinist en stoker zwaar gekwetst. Te Amiens be stookten Britsche "lieetuigen van op ge ringe hoogte waanhuizen. Een vrouw werd hier levensgevaarlijk gewond. D® Fran- sche Regeering teekende protest aan. D® Zwitsersche Regeering teekende eveneens protest aan tegen het schen den door Britsche vliegtuigen van het Zwitsersche luchtruim. Admiraal Darlan maakte een omreis in de Fransche Afrikaansche bezittingen en bezocht o. m. Dakar, Rabat cn Casa blanca. Hij verklaarde o. m. dat Dakar paraat is om alle, aanvallen suksesrijk af te slaan. Op Madagascar bezetten de Britten de plaatsen Omöositra en Ombahima- haisso. Van Duitsche zijde wordt de Brit sche bewering als zouden reeds 530 Duit sche duikbooten gekelderd zijn geworden, als onzinnig bestempeld. Te New-York werd voer een tweede maal luchtalarm gemaakt. In Engeland worden alle Engelschen dienstplichtig vanaf hun 18» jaar. In Amerika zullen de jongelingen van 18 tot 19 jaar binnengeroepen wor den. Mevrouw Roosevelt vertoeft thans in Engeland. Uit Frankrijk is de 25.000" vakarbei der naar Duitschland vertrokken om er te gaan werken. In den. Indischen Oceaan werd sterk Britsch eskader opgemerkt. De strijd in Egypte werd einde der vo rige week vooral gekenmerkt door een heftige luchtactie, waarbij talriike lucht gevechten werden geleverd. In de geheele week werden op dit front 96 Britsche vliegtuigen neergeschoten, voor het ver lies van 15 Duitsche en Itcllaansche. Bij de luchtslag van den 20 Oktober waren deze cijfers respectievelijk 73 en 12. In de Roode Zee kelderden Duitsche vliegtuigen daarbij een schip van 5.000 ton. Zondag werd van uit Berlijn en Rome gemeld dat op het Egyptisch front de Britsche troepen tot een offensief waren overgegaan en tijdens den eersten dag 47 Britsche tanks werden vernield. Dit offensief werd voorafgegaan door een hevige voorbereiding van de artillerie en de ondersteuning van he" Juchtwapen. Op den tweeden dag van het Britsche offen sief verloren de Britten 104 tanks, den derden dag 111 tanks en 38 verkennings- wagens en den vierden dag 53 pantser wapens. Zware gevechten werden gele verd inzonderlijk in den Noordelijken sektor maar de bitter omstreden stel ling bleef in handen der troepen van de As. Nogmaals werden talrijke Britsche vliegtuigen neergeschoten. Éen Britsche landincsnoging bij Marsa-Ma- troek werd verijdeld door Duitsche en Italiaansche vliegtuigen, vooraleer de Britten een pogin” konden doen om troe pen aan land te brengen. In Egypte wer den intusschen alle aanvallen afgeweerd. Malta werd nogmaals onophoudend be stookt van uit de lucht. In de Middellandsche Zee werd een Britsche destroyer en een duikboot tot zinken gebracht. Van Italiaansche zijde wordt het vermissen van twee duikbooten toegegeven. Naar een bericht uit Berlijn zouden de Britten 1 mill i oen man. 1.000 pantsers en een reusachtig aantal vliegtuigen heb ben ingezet in Egypte voor het offensief. Door Tokio wordt gemeld dat op 26 Ok tober ten Noorden van de Santa-Cruz eilanden een nieuwe zeeslag geleverd werd waarbij vier Angelsaksische vlieg- kampschepen, een kruiser en een ander oorlogsschip gekelderd werden, drie krui sers en een destroyer zwaar beschadigd en 200 vliegtuigen nsergeschoten. Van Japansche zijde werden twee vliegkamp- schepen en een kruiser licht beschadigd, wijl 40 vliegtuigen vermist worden. Japansche troepen landden op de Russell-eilanden en beschoten een plaats van de Nieuwe .Hebriden eilanden. Chit tagong werd door Japansche vliegtuigen bestookt, wijl Hong-Kong twesmaal aan gevallen werd. Van Amerikaansche zijde werd toege geven dat het vliegkampschip Wasp van 14.200 ton in de maand September door een Japansche duikboot tot zinken werd gebracht. De Amerikanen bekenden bij den zeeslag aan de Salomon-eilanden het verlies van een destroyer en het zwaar beschadigen van een vliegkamp schip. Een en ander. —r Bij de Britsche luchtaanval op Le Creusot werden in totaal 57 personen ge dood en 270 .gewond, waaronder 90 zeer erg. Als een mensch hoort zeggen: ’t Is Kerstdag! of ’t Is Paschen dan voelt ge steeds lijk entwat van groote blijdschap in uw zielke dalen. Maar als moeder me zegt: Jongen ’t is Allerheiligen tewege valt er lijk een stille huiver over me. ’t Is of ik weer de zware traag-Iuidende klokken hoor klagen... hun tonen zweven als vogels van we® en rouwe over daken en landouwen... Ik zie onze kerk vóór mijn oogen met dat akelige zwart, die hooge lijkbaar en het lange doodenoffi- cie... Ik hoor lijk een meewarig geritsel van duizend droge blaadjes langs de landsche wegels... en de doffe stap van menschen die met Allerheiligenavond naar de kerk gaan, rond ’t Missiekruis knielen, keers- kes ontsteken, die flikkeren, op en neer schieten als zieltjes die komen en gaan... Ik voel als een snik in mijn keel ko men om al de dierbare dooden van gis teren. van jf.ren heen... Mijn vader die zwierig het koren over ’t versche land zwaaide... Mijn kameraad die verleden jaar nog grappen lag te vertellen in zijn bed. en een naar dagen daarna over eerde lag. En die duizenden en duizenden schoone. heldhaftige jongens, die hun le ven lieten, uit eer en nlicht, op de verte slagvelden, voor een betere wereld. Allerheiligen Allerzielen... Dagen van veel verdriet! Het verdriet hangt over de stille kerk hoven waar een witte bloei van móóie krysanten de dierbare graven overrom pelt... waar zwartgesluierde dames en bleeke zwijgende heeren peinzend aan ’t graf staan... En ik kan haast raden wat vélen in hun warme tranen snikken: Moederke, moederke, waarom zijt ge van ons weggegaan!... Mijn kind, mijn levend fleurig kinde- ke. hoe hebt ge niet gedanst op mijn schoot, niet gekraaid op mijn armen, niet gelachen in uw wiegetje... en ze hebben u in ’t schamele kistje gelegd, zoo bleek en kouwelijk, hier in den donkeren nat ten grond... Ik heb hem nooit meer weergezien hoor ik een oud moederke zuchten... Hii trok naar den oorlog?, ik verlangde zoo geweldig naar hem; ’t stond al weer ge reed voor hem lijk vroegertijd en hij viel Hemel, een mensch zou loopen cm van al dat verdriet weg te zijn... Allerheiligen Allerzielen! Dagen van harde herinneringen en van veel ver- driet Maar dagen ook, die een moment onzen gewonen kijk op ’t leven lam leggen... en ons leeren zien hoe armtierig kort, hoe luttel en ijdel heel dat leven van een mensch toch is... Héden groeien en bloeien, morgen in ’t graf! Wat is het leven? Voor de eene is ’t een weelde, een plezier van de wiege tot het graf: rijkdom, eer, aanzien, al heb ben wat ’t harte lust! En voor de ande ren is ’t een sjouwen en zweeten om zijn kinderen groot te krijgen, gebukt te gaan onder ziekte en miserie... en dan te sterven. Voor de eenen is het een triomf, alles slaat mee. alle geluk wandelt hun tegemoet... en voor de anderen is ’t on recht kroppen, de eene kans na de an dere missen, wrokkig zijn en zijn dagen ongegeten zien van rampspoed en tegen slag... Het harde leven! En juist dat harde leven is ee.i harde les: het toont ons dat het daarmee nfet kan uit en amen zijn; dat er een ander leven moet achterkomen... een leven dat SHHEEa3ESaE£SSaEECaSSE3SSSS£KEEBES5ESffi3SS3iaEEaa§SBSI!S2S!Sa£EËSI Het vrome Vlaanderen, viert op 3 November had er eveneens plaats genomen. Verder stonden de buiteniandsche en binnen- landsche afvaardigingen en organisaties opgesteld, talrijk® leiders van V.N.V.-af- deelingen, en vlaggen en kransen. De Nationaal-Socialistische beweging der Nederlanden, Rex, de Vrijwillige Ar beidsdienst voor Vlaanderen, enz., waren ook vertegenwoordigd. Rond 10.30 uur kwam de lijkwagen, door vier paarden getrokken, toe. Onder- tusschen kwamen steeds personaliteiten het stoffelijk overschot van den H. Staf De Clercq, groeten o. m. afvaardigingen van de Fascistische Partij', van de Spaan- sche Phalanx, enz. Enkele minuten na elf werd de lijkkist, bedekt door leeuwen- en delta-vlaggen, naar buiten gebracht en zette de rouw stoet zich weldra in beweging. Bijna anderhalf uur stapten de groe pen met vaandels vcorbij. Dan volgden de dragers van bloemen en kransen, op rijen van drie. Meer dan een kilometer lang was deze bloemenstoet. Dan volgde de praalwagen waarvan de linten gehou den werden door vooraanstaande Vlaam sche personaliteiten. Dan volgde de nieu we Leider van het V.N.V.. M. Elias, cn de leden van de hcofdleiding, de gouw leiders, een muziekkapel en de talrijke afvaardigingen. Op den ganschen doortacht tot de groote Markt werd de haag gevormd door leden van de Zwarte Brigade en het Hulpkorps, wijl een dichte menigte langs de straten zich opgesteld had. Te 12 uur kwam de stoet cp de Groote Markt -toe. De verschillende aankomende groepen stelden zich cp de aangewezen plaats cp. Toen allen zich opgesteld had den werd de lijkkist door acht officieren van de Zwarte Brigade naar de katafalk gedragen en erin geborgen. De talrijke aanwezige personaliteiten namen plaats bij den katafalk, evenals de bloedverwan ten. Tegenover de ka-.afalk nam plaats de talrijke Duitsehe afvaardiging, onder lei ding van President Reeder, Militarver- waitungschef. Een koor veerde dan het lied Vaarwel mijn broeder uit. Dan beklom M. Elias het podium om een laatste afscheidsgroet tot Staf De Clercq uit te spreken. Daarna las een Fransoh-Vlaamsch priester een gebed tot zielelafenis van den overledene en las d? H. Vanden Berghe, secretaris - generaal van het V.N.V., een boodschap, voor het Vlaamsche Legioen. De plechtigheid werd besloten met het lied Wil heden nu treden gevolgd door de Vlaamsche Leeuw en het Wilhelmus. De lijkkist werd dan teruggeplaats in een lijkwagen en vertrok de stoet der wagens naar Kester, voor de teraardebestelling. DE TERAARDEBESTELLING TE KESTER Te kwart voor 2 uur werd de tocht uit Brussel naar Kester aangevat. Niet alle kransen konden worden meegevoerd, daarom werden een aantal verdeeld om te worden gelegd op de graven van de Vlaamsche Legicensoldaten, van de Vlaamsche S.K.K.-mannen en hun Duit sehe en Italiaansche wapenbroeders. Rond half drie bereikte de lijkstoet Kester waar het stoffelijk overschot werd opgewacht door de piaatselijke overheden en V.N.V.-leden. In de parochiale kerk werden dan de absouten gezongen door den Z. E. H. Pas toor bijgestaan door 2 kapelaans. In de kerk hadden de bloedverwanten van den afgestorven alsmede talrijke Vlaamsche personaliteiten plaatsgenomen. Na de kerkelijke rcuwplechtigheden werd de lijkkist naai' de groeve gedragen waar de laatste gebeden gelezen werden en een laatste lijkrede uitgesproken werd door den H. Lummens, gewéstleïder. God geve de ziel van den afgestorvene de eeuwige rust. suite - Royal Souvereign en Resolu tion alsmede het vliegkampschip II- listrious Naar een Amerikaanse*! bericht ver loor de U ,S. A.-vloot reeds 16.000 man. waaronder 4.454 dooden en 9.7G5 vermis ten. Door President Roosevelt werd ge pleit on het Witte Huis voor een bener- king van den bouw van tanks en vlieg tuigen. ten gunste van de kwaliteit ervan. Naar een Italiaansch bericht zou de Britsche Generaal Alexander, opperbevel hebber van het 8" Britsche leger in Egyp te. naar omlaag zijn gestort boven het slagveld, tiidens een vliegtocht. Hij zou dientengevolg® verscheidene weken rust moeten nemen. De H. de Brion. afgevaardiede-gene- raal der Fransche Regeering te Parijs, verklaarde dat all® Britsche berichten omtrent, oproer of onlusten in onbezet Frankrijk, zuivere verzinsels zijn. 2 onze oplage is beperkt. 39» JAAR. - Nr 44. ZIJN AFSTERVEN Op Donderdag 22 Oktober jl., te 22 uur, is de H. Staf De Clercq, leider van de Eenheidsbeweging van het Vlaamsch Na tionaal Verbond, aan de gevolgen van een hartkrisis bezweken, in de kliniek van Dr Prof. Frans Daels te Gent. Waren bij dit afsterven aanwezig Prof. Daels. Prof. Maertens, H. Elias, burge meester van Gent, alsmede de HH. Van den Berghe, algemeen-sekretaris van het V.N.V., de Sekretaris-Generaal Romsée, en de Leider van de D.M - Z. B. Mevrouw De Clercq was enkele oogenblikken voor dien moeten weggeleid worden. De laatste woorden van den afgestor vene waren: «Ik heb voor mijn volk al gedaan waf ik kon. De Heer weze mij genadig. Ik wil in Kester begraven wor den.-. Jaren leed de H. De Clercq aan een hartkwaal en sedert enkele maanden ge leden bleek zijn gezondheid er door on- dermijnd te zijn. Op 18 Oktober jl. stel de Prof. Maertens nogmaals uitputting van het hart en het vatenstelsel vast. Op 21 Oktober werd een nieuwe hartcrisis overwonnen. Op 22 Oktober deed zich nieuwe verwikkelingen voor, verklaarde zich een darmverlamming en werd de toestand zeer erg. Eerw. Pater Caliewacrt kwam aan zijn sterfbed maar de kranke kon alleen door een gebaar beduiden dat hij den Pater herkende, maar kon niet meer spreken. Te 22 uur gaf de H. De Clercq den geest. ZIJN LEVENSLOOP De Heer Staf De Clercq werd geboren te EVerbeek den 16 September 1384. Te Edingenbehaalde hij zijn diploma van onderwijzer en van dan af stond hij mid den in den Vlaamschen strijd aan de taalgrens. Hij trad later op voor de ver-, nederlandsching van de Gentsche Uni versiteit en nam verder deel aan den strijd voor Vlaanderen, in bladen en tijd schriften. In den wereldoorlog deed hij dienst in het Belgisch leger als brancardier. Ten dien tijde werd hij hoofdopsteller van het frontblad De Payot der taalgrens en was medestichter van het opzichten der heldc-nhuldezsrkjes. In 1933 stichtte hij het Vlaamsch Na tionaal Verbond om kort nadien ervan aan de leiding geplaatst te worden. Op 10 Mei 1940 werd hij aangehouden, maar kort daarop weer vrij gelaten. Na de capitulatie van het Belgisch le ger nam hij terug de leiding van het V.N.V. in handen en streefde om deze beweging te doen uitgroeien tot een volks beweging, in Nationaal - Socialistischen geest. HET STOFFELIJK OVERSCHOT VAN DEN V.N.V.-LEIDER NAAR BRUSSEL OVERGEBRACHT Zondagmorgen, 25 Oktober, had de plechtige overbrenging van he; stoffelijk overschot van den afgestorven leider van het V.N.V. naar Brussel plaats, om er opgebaard te worden in het hoofdkwar tier van liet V.N.V. Aan het ziekenhuis te Gent werd aan het stoffelijk overschot een laatsten greet gebracht door talrijke Vlaamsche en Mi litaire personaliteiten en werden talrijke bloemenkransen neergelegd. Onder het spelen van treurmarschsn door een mu ziekkapel van de Fabriekswacht en wijl een peloton agenten der Politieschool cn twee pelotons der Vlaamsche Wacht de eer bewezen, werd de lijkkist buitenge dragen en in een lijkwagen geplaatst om naar Brussel te worden vervoerd. De neer gelegde bloemenkransen werden ook op autos geladen en mede weggevoerd. Langs den weg Gent-Brussel werd halt gemaakt te Kwatrecht. Aalst en Assche waar de V.N.V.-formaties der streek ston den opgesteld en door de plaatselijke overheden en personaliteiten een laatste eer aan den afgestorvene werd bewezen. Te 13 li uur bereikte de rouwstoet de hoofdstad. Voor het hoofdkwartfer van het V.N.V. hadden zich de Vlaamsche formaties en -de V.N.V.-leden van het Arrondissement Brussel opgesteld. Na de aankomst van den lijkwagen werd de monumentale mahoniehouten lijkkist, be dekt met de leeuwen- en delta-vlag, door acht hoogere officieren van de Zwarte Brigade - Dietsche Militie, binnengedra gen, en geplaatst in de rouwkapel opge richt in het hoofdkwartier. Het afscheidswoord werd uitgesproken door M. Elias waarna de leden van de leiding van het V.N.V. den groet brach ten. Öharop namen Mevr. De Clercq ver gezeld van Mevr. Tollena-ere alsmede de broeders en andere bloedverwanten van den afgestorvene plaats in de rouwkapel. Gewonde Vlaamsche legicensoldaten wer den binnengeleid door ziekenzusters. Den ganschen Zondagnamiddag werd het stof felijk overschot van den V.N.V.-leider door een ingetogen menigte begroet. Maandagmorgen werd voor enkele ge trouwen van het V.N.V. het deksel van de lijkkist nog even gelicht daarna opnieuw gesloten. Vanaf 9 uur 's morgens defileerde de menigte voor de lijkbaar, wijl op het V.N.V.-hoofdkwartier talrijke rouwdeelnemingen vooit toekwaïnen. DE ROUWPLECHTÏGHEDEN TE BRUSSEL Dinsdagmorgen defileerde nr.jmaals on- afgebroken een lange rij bezoekers voer het stoffelijk overschot van den afgestor- ven V.N.V.-leider. Aan den ingang sta pelden de rouwkransen zich op. Vanaf 10 uui' verzamelden rond de Wetstraat de leden van de Zwarte Bri- gade, van het Hulpkorps en andere par- tij-organisaties. Een afvaardiging van den standard Germania had zich voor het Hoofdkwartier opgesteld, drager van kran sen van den Rijksfuehrer der SS. Een-- - muziekkapel van da Vlaamsche Wacht] der stad Gent aai*gesteld. W F y r r- Hartstochteiijk jager als hij was, kon niks hem weerhouden. Zelfs de Go®-Vrij dag Dienst niet. Terwijl duizenden berg bewoners ingetogen ter kerke trokken cm ’s Heeren bitter lijden te herdenken, reed Hubertus aan 't hoofd van een schitte renden jachtstoet de slotpoort uit. het lentebosch in. tot groote ergernis van ve len... Hij wilde van dezen rouwdag e?n feestdag maken, wat het alles behalve was. D® jacht was zijn afgod geworden, waarvoor hij alles liet, eer en geweten. De welgekende legende van Sint Huber tus zou dezsn dag gebeurd zijn. De bonte bende jachthonden achtervolgde een heerlijk hert. Toen hii. na een vreeselijke achtervolging, het eindelijk onder schot kreeg, en den pijl op hem africhtte, bleef het hert plots staan, met een stralend kruis tusschen zijn gewei, en een stem riep Hubertus toe: Hubertus, waarom vergooit ge uw eeuwig gelul: aan de jacht?...De verstomde Hubertus kon eindelijk stamelen: «Heer, wat moet ik doen? En kort en kalm klonk het ant woord: Ga naar mijn dienaar Lamber- tus te Maastricht. Hij zal u zeggen! Hubertus trok daar naar den H. Bis schep Lambertus. legde alle adellijke eeretitels af. deelde zijn goed aan de ar men uit. werd een vurig christen, en weldra priester. Tot penitentie volbracht hij de pelgri mage ofte beevaart naar Rome. En in- tussch'n werd Lambertus vermoord. De Paus te Rome kwam dit te wete door een visioenen wijdde Hubertus tot bisschep van Maastricht, als opvolger van Lam bertus, ten jare 696. Nu werd Hubertus van hertejager een ware zi-elejager. Na ziin langen, lastigen terug^tocht van de Eeuwige Stede, zette hij moedig zijn bekeeringstochten in, doorheen het wilde en schier ongenaak bare Ardennenland. zakte naar ’t Noor den af, naar de vlakte van het nog hsi- densche Kempenland, en brak met het staal van zijn heilige overtuiging en de vlamme van zijn apostelhart de heiden- sche boeien onzer voorvaderen in deze gouwen. Met een teere devotie '.ereerde hij zijn leven lang de heugenis van zijn bemin den vermoord?:! meester Lambertus. Op de plaats waar deze vermoord werd, liet hij een kerk bouwen en vestigde in 721 bepaald den bisschoppelijke!! zetel te Luik. Zes jaar later, liet hij ook een nieuwe kerk inwijden te Tervuéren, dit heerlüke v/eidsche dorp bij Brussel. Daar is Hu bertus ook gestorven ten gevolge van een hevigen koorts, en werd, naar eigen wensch. te Luik begraven. Omtrent een eeuw nadien werd zijn stoffelijk overschot naar Sint-Hubert. in de Luxemburgsche Ardennen, gebracht, die naderhand, en reeds ssdert eeuwen nu. de groote bedevaartplaats werd, die zij nu nog is. O® ovde prenten en miniaturen zien we Sint Huibrecht afsebeeld met een hert, cf zelfs gewoonweg als een jager. Hii bleef dan ook. docr de eeuwen heen, de na troon der jp'-ers. On zijn feestdae, 3 No vember. hielden de jagers een groote jacht, nadat ze allen de nlecht’ge Sint-Huber- tusmis hadden bijgtwoond. Daarbij offer den ze het tiende van hun jacht aan hun patroon. En zijn populariteit is waar’ijk niet verminderd. Niet minder don 71 kerken in den lande ziin hen bijzonder tr.ege- wiici. zonder t? eewa"?n wn dg vele broe derschappen. In vele plaatsen griine'n iagersmissen - plaats 00 zi’n feestdag, waa-vo.n d>e van Waregem algemeen ke- En cok die van O. L. Vr. van den Zavel te Bruise’. Het oude Sint- Hvbertusbcr’d wordt dan aldaar versierd met een fclcei van witte chrysanten. Gedurende de Mis worden kunstige mu ziekuitvoeringen gtgeven doo" de jacht- hoomblaters van den Koninklijken Sint- Hübertuskrine. Na de Mis worden clan, gewijde broc-’tes en niedaliën meegedra gen ten gerieve van jagers, pc.rden en R Up 28 Oktober 1922 zette Mussolini de opinarsch naar Home in waardoor de Na-< tion.'.Ir Revolutie in Italië en de Regeeringsovername door d? Fascisten iugeleid w<:cJ. •Inz- hislorisriic foto van de opmarsch naar Rome toont in ’t luidden JLussahni met nevens licm zijne niedekampcrs vanaf het eerste uur <le Bono en Ba lbo. een be- ten eenlge gebeden storten gedurende ne- ónderhóuden... Van 12 Oktober 1803 tot ieder jaar ent men nog van i

HISTORISCHE KRANTEN

De Poperinghenaar (1904-1944) | 1942 | | pagina 1