Arthur Coussens Cherbourg grootendeels in handen der Geallieerden lu BELANGRIJK De Dynamiet-mefieoor V 11 steeds in actie tegen Engefafftl IN RUSLAND IS HET ZOMEROFFENSIEF INGEZET AAN ONZE LEZERS MEDEDEELING ZATERDAG 1 JULI 1Ü44 Prijs: 1 Fr. Uitgave De mensch en de hoogte. IN IIET WESTEN OOSTFRONT ZUIDFRONT IN IIET VERRE OOSTEN POLITIEK OVERZICHT De V. I, Dünabury- vj ©3ialystok 43Brjansk de Duitsche dynamïet-meteoren steeds op Engeland afgevuurd i De tijdsomstandigheden verplichten ons onze oplaag te beperken. 1 Moest het gebeuren dat Gij bij [uwen gewonen Verkooper ons blad niet meer kunt krijgen, wil per postkaart ons een abonnement vro egen. Nu en dan vallen abonnen- ten weg en naarmate abonnemen- j ten vrij komen zullen wij U bedie- j?ien. BEKENDMAKING West-Vlaamsche Kunstenaars Df- Bezettende Overheid jr deelt mede: 41* JAAR N' 27 Abonnementsprijs tot einde 1944: Voor België: 24,30 Frankr. B. fr. 32,50 DE POPERIN AANKONDIGINGEN moeten om ge- KATHOLIEK WEEKBI AD L b1%1cTtS*^%&Bd£ZUitsever: SANSEN-VANNESTE, POPEBINGE. - Tel. 9. - Postch. 155.70. _rYyesiujtgave I UNGEN u&en den Donderdagnoen. (Alle medewerkers zijn verantwpordelijk voor hun inzendingen.) Ifals eneo Onze lezers zijn bestendig in de ge legenheid om luchtgevechten te zien. Dagelijks worden vliegtuigen neerge haald en wellicht zag menigeen onzer lezers reeds parachutisten uit het ge troffen vliegtuig uitwippen. Het is noodlg dat daar iets meer over bekend weze; ait aan de hand van het Duitsche luchttijdschrift «Der Adler». Zonder lucht kan de mensch niet le ven, beter, zonder zuurstof. Hoe hoo- ger we gaan, hoe dunner de lucht, hoe min zuurstof. Boven de 4.000 m. krijgt ge de hoogteziekte. Nu most het moderne vliegtuig wel hooger dan 4.000 m. opstijgen, omdat de draagwijdte van het afweergeschut hooger ligt dan 4 km. En de vlieger moet niet alleen op de grootere hoogte kunnen leven; hij moet ook nog kun nen werken, bijv. kaartlezen, koershou- den, radio-telegrafeer en. Dat alles ech ter kan de vlieger niet meer als hij bo ven de 4.000 m. geraakt. Wat gebeurt er dan met hem? Hij voelt zich plotseling warm worden; het schemert hem rood voor de oogen; zijn vingertoppen worden blauw en de pols slag is sterk verhoogd. Wordt nu op de zelfde hoogte voortgevlogsn of stijgt het toestel nog, dan nemen deze kenteeke- nen niet toe, althans merkt de vlieger daar niets van. Zelfs als zijn bewust zijn gestoord geraakt bemerkt hij dat niet. Hij verliest de controle over alles wat hij doet of zou willen doen. Voelt de vlieger zich warm worden dan moet hij oogenblikkelijk handelen. Hem blijven slechts sekonden over om een van de twee te doen: dalen of kunst matig zuurstof toevoeren. Is het toestel op 7 JiOO m., dan resten hem maar twee minuten wil hij den dood ontwijken. Zou het toestel nog hooger zijn, dan wordt de tijd nog meer beperkt: Op 10.000 m., niet meer dan 20 sekonden. Heeft de vlieger in die korte spanne tijds geen tegenmaatregelen genomen dan wordt hij plotseling bewusteloos. Zijn kameraden kunnen hem dan nog wel helpenmaar dan moeten ze ook vlug handelen en zuurstof inblazen. Zooniet is het in enkele sekonden met hem ge daan! Ds techniek heeft daar natuurlijk wat op gevonden. Automatisch wordt thans, in de moderne vliegtuigen, zuurstof toe gevoerd als de hoogtegrens overschreden wordt. Dat is dus eens ze boven de 4.000 m. is. Met dit hulpmiddel kun nen de vliegers tot 11.000, ia zelfs tot 12.000 m. stijgen. Maar dat is ook de uiterste grens voor de thans in gevecht zijnde gevechtstoestellen. Boven 12.000 meter kan alleen gevlog worden met machines, die van een hoogdrukkabine voorzien zijn. In machines waarin deze kabine niet aanwezig is, treedt de hoogteziekte te voorschijn op 12.000 m. hoogte ondanks de zuurstofapparaten. Reeds op 4.000 m. hoogte krijgt de vlieger last van de oogen. Alles 'wordt donker om hem heen. Neemt hij euut- stof in, dan wordt alles plotseling weer helder. Boven de 10.000 m. treedt nog een ander verschijnsel op; de drukvalziekte. Deze openbaart zich 't eerst in de ge wrichten. Bewegingen zijn zeer pijnlijk, zooniet onmogelijk. Ledematen kunnen plotseling verlammen, b. v. de armen, welke voor den vlieger van vitaal belang zijn. Gebeurt er iets heel ergs in de hoo- gere luchtlagen met zijn toestel, dan kan de vlieger zich redden met zijn valscherm. Maar, zal men vragen, hoe kan de vlieger dan op die hoogte, waar in hij niet leven kan zonder zuurstof apparaat, afspringen en z'n parachute hr werking stellen? Om bij een afsprong van 12.000 m. hoogte tot 5.000 m. te vallen, heeft een valscherm 10 minu ten 43,2 sekonden noodig. Wij hebben gezien dat de vlieger in dien tijd reeds dood zou zijn gedurende zijn val aan het valscherm, want hij kan het in die hoogte slechts 20 seconden uithouden. Trekt de vlieger, direct na den afsprong op die hoogte, z'n valscherm open, dan beteekent dit den zekeren dood. Hij moet alvorens aan zijn valscherm te trekken, zoo snel mogelijk door de gevaarlijke hoogte heen gaan, om op de 6.000 m. hoogte te komen. Met onge opende valscherm moet hij zich laten vallen. Springt hij zoo op 12.000 m. af, dan duurt het nog 67,5 seconden voor hij op 6.000 m. hoogte is aangekomen. Op deze hoogte is het minder gevaar lijk voor de hoogteziekte-verschijnselen. Trekt de vlieger nu aan z'n scherm, dan zal hij nog wel even last krijgen van de hoogteziekte, maar dat betert snel omdat hij nu vlug de 4.000 m.- grens bereikt. Hoe moet de vlieger nu uitmaken wanneer hij trekken moet aan z'n val scherm? Het volstaat, dat hij de hoogte kent, waarop hij uit het vliegtuig sprong. En dat weet natuurlijk elke vlieger, want de instrumenten in het toestel zeggen hem dat. Nu heeft hij niet anders te doen dan rustig en lang zaam te tellen; zoo weet hij hoeveel se conden hij vallend is en kan te rechter tijd z'n valscherm tot ontplooiing laten komen. Een ander gevaar van de groote hoogten is de koude. Op 12.000 meter hesfscht een temperatuur van 50 gra^- den onder nul. Eerst onder 3.000'm. worden in den zomer temperaturen bo ven 0 graden waargenomen. Hangt de vallende vlieger in die groote koude lan gen tijd aan z'n valscherm dan kun nen zeer ernstige bevriezingstoestanden optreden. Twee gevaren waarschuwen dus den vlieger tegen het te vlug openen van z'n valscherm. Hij zal dus springen en zich laten vallen om eerst op 5.000 A 6.000 meter z'n reddend valscherm te benutten. Dan komt hij ongehinderd op de aarde neer. 24-6-44. C. Voor de periode van 20 Juni tot 19 Augustus werden de botarprij- 23n als volgt vastgesteld.: aan ver bruiker: voor melkerijboter; 46, 45 of 44.50 fr., volgens de hoe danigheid; voor landboter: 44 fr.; voor hoevcboter: 42,50 fr. (Militair en Politiek Weekoverzicht.) Om de Fransche havenstad Cherbourg werd in de jongste dagen een uiterst verbeten strijd geleverd. De Amerikaan- sche troepen, na van uit Ste-Mère-Eglise de Westkust van het Cotentin-scfiier- eiland te hebben bereikt, rukten onmid dellijk naar de Fransche havenstad Cher bourg op. Na Briquebec, Montebourg en Quinéville veroverd te hebben ston den zij weldra voor de eerste verdedi gingswerken die de oorlogshoren dek ten. Cherbourg werd daarop het brand punt van den strijd en zoowel van te land van uit de lucht als van op zee werd het onder vuur genomen. Eerst polsten de Amerikanen de ver dedigingsstellingen en lieten daarop ster ke verkenningstroepen oprukken die ble ven stuiten op den buitensten verde digingsgordel. Daarop rukten over een halven cirkel sterke Amerikaansche forma ties, gesteund door pantsers, op tegen de vesting. Deze ac nvallen leidden tot bijzonder zware gevechten waarbij de Amerikanen groote verliezen leden, al hoewel zij onder kunstmatigen nevel vooruitrukten. De Duitsche kustbatte- rijen steunden met alle kracht de ver dedigers van, de vesting. Gevechten van man tegen man wer den geleverd. Duitsche steunpunten wer den door de Amerikanen veroverd, de wijl andere dezen in den rug bleven beschieten. Tot steun van hun opruk kende troepen vuurden de Amerikanen voortdurend met 1.000 kanonnen op de versterkte plaats. Ook het bombarde ment van uit de lucht werd onverpoosd voortgezet, zoo met bomtapijten als met duikvluchten. Zaterdag, na een urenlange verbitter den strijd, hadden de aanvallers drie bressen weten te slaan in den buiten sten verdedigingsgordel. Om elke duim grond werd verbeten gevochten. In den nacht van Zatei-dag op Zon dag brachten de Amerikanen hun zwaar ste wapens in stelling. In den voormid dag werd de beschieting van alle stads wijken ingezet met als zwaartepunt het Zuid-Oosten. Enkele uren nadien gin gen de Amerikanen welke in het ysbied van Octeville klaar stonden tot dtn aan val over. Niettegenstaande heldhaftigen weerstand konden de Duitsche troepen het binnenrukken in de stad tot het havengebied niet verhinderen. Daarop ontaarde de strijd zich in verbitterde straatgevechten. Bijzonderlijk voor den gevechtspost van den bevelhebber der vesting, Luitenant-Generaal von Schlie- ben, alsook aan het Arsenaal, werd on noemlijk zwaren strijd geleverd. Twee aanbevelingen der geallieerden om zich over te geven werden door de bezetting niet beantwoord. De Duitsche kustbatterijen aan en bij de vesting opgericht bleven den strijd te lande steunen en bestookten mgteen sukses- vol de geallieerde vloot welke aan de operaties deelnam. Aldus wist de bat terij Hamburg twee geallieerde krui sers, xoaarvan een van' 10.000 ton, tot zinken te brengen, wijl de batterij Yorkook een anderen kruiser kel derde en meerdere andere oorlogsbo dems der geallieerden beschadigd wer den. Sterke krachten van de Duitsche oor logsmarine, aan land gezette scheeps bemanningen en afdeelingen van de berichtendiensten onder bevel van den kommandant der zeestrijdkrachten, Schout - bij - Nacht Hennecke, boden, evenals de landlegertroepen, een held haftigen weerstand aan de aanvallers. Om elke straat en elk huis werd ge streden. De Amerikaansche pioniers tra den op met vlammen- en mijnenwer- pers, speciale vliegtuigen met raketten poogden de schietgaten der Duitsche bunkers te treffen. Uit tallooze batte rijen kwam een hagel van schroot neer op de Duitsche bunkers die schoten tot den laat sten kogel. Maandag en Dinsdag waren de Ame rikanen meester geworden van het groot ste deel van de plaats, waar hier en daar nog weerstandsnesten een verbe ten weerstand boden, bijzonderlijk het Arsenaal. Land- en Marinebatterijen ten Noord- Westen van Cherbourg evenals in ten Noord-Oostelijken hoek van de Coten- tin tot Jobourg bleven nog steeds weer stand bieden. Woensdag evenals Donderdag werd bericht dat stellingen aan het Arsenaal en op de pier een verderen hevigen iveerstand boden, gesteund in ïffun actie door de kustbatterijen gelegen ten Wes ten en ten Oosten van Cherbourgo.m. deze van Jobourg en Oost deze van Kaap Lévy. Hierdoor werd eiken toe gang langs de zee tot de haven ver sperd. De andere weerstandsnesten in Cherbourg zelf bleken opgegeven te zijn na het verschieten der laatste munitie. Intusschen hadden de Duitsche troe pen alle installaties van de haven en. welke van militair belang zijn opgebla zen opdat de haven onbruikbaar vou worden voor de geallieerden en Woens dag morgen werd. medegedeeld dat nog geen enkel geallieerd schip de haven had kunnen binnenvaren. Vooraleer de strijd Cherbourg had be reikt had de Duitsche legeroverheid de bevolking der stad geëvacueerd. Met Cherbourg, dat bij het verschij nen van dit blad wellicht volledig m handen der geallieerden zal zijn, is de eerste bruikbare haven in handen der geallieerden gevallen, aangenomen dat de aangerichte vernielingen naderhand kunnen hersteld worden. Een ander zioaartepunt van den strijd in Normandië lag ten Westen van Caen waar de Britten zware aanvallen heb ben ontwikkeld. Tilly-sur-Seulles, dat tot een puinhoop herschapen was, wis ten zij te bezetten. De strijd ver liep verder in de richting van de baan Juvigny-Caumont en' deze van Caen naar Villers-Bocage. In deze sec toren loisten de geallieerden enkele km. terrein te winnen, ten koste van bloe dige verliezen, maar bij tegenaanvallen werden zij tot staan gebracht. In de andere sectoren van het front van Normandië hebben zich geen ver dere zware gevechten ontwikkeld. Bij Carentan wordt nog steeds een nieuwen) aanval der Anglo-Amerikanen vervracht, m Ook ter zee liepen de Anc/lo-Ameri- Jcancn andermaal zware verliezen aan schepen op, slopen toegebracht door de Duitsche kustbatterijen, zeestrijdkrach ten en luchtwapen. Buiten de reeds hierboven vermelde gekelderde kruisers werden intusschen nog meerdere andere kruisers beschadigd en verscheidene destroyers, transportsche pen, snelbooten en lan dingsschepen tot zinken gebracht of beschadigd. 'Telken dage werden ook tientallen vliegtuigen der geallieerden neergeschoten. e De luchtoorlog in het Westen werd andermaal voortgezet. Aldus voerden de geallieerde luchtmach ten verscheidene aanvallen uit op gebieden in Duitsch- land waarbij ze zware ver liezen opliepen. Op het Oostfront hebben de Sovjets in den cenira- len sector, op den derden verjaardag van den inzet van den 'strijd tegen Sov jet-Rusland, hun verwacht nieuw zamer-offensief in gezet. Dit offensief loopt in 'het Noorden over een front van aan Pieskau aiover Polodsk, de \e- bieden van Vitebsk, Orsha, Mohüov, Rogatscheio tot aan Pripet, wijl meer naar het Zuiden ook zwaarder gevechts operaties plaats vonden nabij Kowei en aan de Narwa. In de sectoren van Vitebsk, Orsha, Tohilew en Bobruisk werden minstens 6*0 Russische divisies en een pantserle- ger over een front van 90 km. breed ingezet. Ten koste van gelijk welken prijs willen de aanvallers hier doorbre ken en slagvliegtuigen in ongeleende hoeveelheden werden dóór hen ingezet om de troepen te steunen. In het gebied van Vitebsk rukten de Sovjets op langs beide zijden van de stad en de Duitsche troepen vochten zich ten V/esten en ten Zuid-Westen van de stad op nieuwe stellingen terug. Hier wordt thans aan de Du?ia gestreden. Langsheen de baan Smolensk-Orslia voogden de Sovjets eveneens door te breken en wisten er diepe infiltraties te bereiken. Bij Mohilev leden de pogin gen der Sovjets om de Duitsche linies op te breken schipbreuk wijl in het gebied van Bobruisk de linies met en kele km. ingedrukt werden, na een mas- salen inzet der Sovjets, gesteund door slagvliegers en zeer talrijke pantsers. Woensdagnamiddag deelde het Duit sche legerbericht de ontruiming mede van Vitebsk en Orsha en dat de strijd zich in deze sectoren heeft verplaatst tot de Midden- en Boven-Berezina. Over den ganschen centralen sector staan de Duitsche troepen thans in een nieuwen zwaren afweerslag welke met wisselende kansen 'gevoerd loord-t. Bij Pieskau, Polcdsk, Kowei en Tar- nopol stuikten alle Sovjet-aanvallen in een op den Duitschen weerstand. a In Finland hebben de Sovjets hun aanvallen langs de Karelische landengte voortgezetevenals tusschen het Onega- en het Ladoga-meer. De Finsche weer standskracht wordt hier op een harde proef gesteld. Enkele plaatsen moesten door de Finnen worden opgegeven maar hun frontlijn bleef vast ineen. Na Viborg te hebben bezet, waar de Sovjets geen enkele Fin meer ontdekten, rukken zij thans op naar de Vüoksen. Tusschen de Ladoga- en Onega-meren verliep de. strijd aan de rivier Swir."~y Uit Berlijn wordt gemeld dat, volgen een bevoegde Duitsche dienst, de So jet-verliezen in de eerste drie jaren oor log niet beantwoorden aan de cijfers er door de Sovjets bekend gemaakt, n.l. 5,3 millioen aan dooden en gevan genen, maar dat in feite aan krijgsge vangenen reeds 5.650.000 man verloren gingen met daarbij 93.420 tanks, 88.646 Kanonnen en 57.954 vliegtuigen, hetzij nog dubbel ongeveer als door de Sovjet bekend. In Italië heeft de Duitsche tege\ stand toegenomen en werden andermat harde gevechten geleverd ten Noordei. van de plaatsen Grosssto en Perousia evenals langs het Trasimeno - meer. Slechts in het Westelijk gedeelte van het front wisten de geallieerden enkele km. naar het Noorden verder op ie rufc- lcen. De huidige frontlijn blijkt thans te loopen van aan de Tyrrlieensche Zee boven Grosseto verder over Ghiusi, het meer van Trasimeno, Monte San Croce, Meccrata en Camerino tot de kust van de Adriatische Zee. Volgens een mededeeling van den Britschen Premier in het Lagerhuis be dragen de Britsche verliezen in Italië, sedert de landing tot de inname van Rome, 15.000 dooden11.000 vermisten en 48.000 gewonden. Op de Marianen-eïlanden landden reeds twee Amerikaansche divisies. Tusschen Japansche en Amerikaansche vlo~tstrijd krachten had in de nabijhdezer eilanden gevechten plaats waarbij de Japanners 5 Amerikaansche vliegkamp schepen en een slagschip kelderden, en, naar Tokio verder meldt, de Japanners zef een vliegkampschiptwee hulpsche pen voor het transport van petroleum en 50 vliegtuigen verloren. o In China rukten de Japanners ver over de stad Tchang-Tsclia op. De Duitsche Minister van Buiten- landsclie Zaken, Heer von Ribbentrop, bracht een bezoek aan de Finsche lei dende Staatsoverheden en beloofde de zen allen mogelijken steun in den ge- mcenschappelijken strijd tegen de Sov jets. - Te Parijs werd in den nacht van Dinsdag op Woensdag, 27 op 28 Juni, de Fransche Minister voor Informatie, de Heer Philippe Henriot, in zijn bureel te Parijs vermoord. Het bezoek van de Gaulle aan de U.S.A. blijkt te zijn verwacht tusschen 5 en 9 Juli. Luitenant Lord Lascelles, neef van den Koning van Engeland, werd ge wond en geraakte in krijgsgevangen schap. vfv- n Perns u h - m PsrnauQyj&^Pus-S. y0wgorc4 Dorpst C Oilmen-See Felhn pieskau, °p0rchow oCholm 0Newe! Tvver M0SKAU Ostrog JakobstaT* ©Kowno iWiln* Min^f^r^nrteink frrtno Min!k 8obruisk\Y 0 fo Orel Ëresf-iitowsk ©Somel Ku rsk -j GIO in\ 'W- Het nieuwe Duitsche wapen, eerst al gemeen oenaamd als dynamiet-metcorev., werd van Duitsche zijde thans de cffi- cieele benaming gegeven van V. I t.t.z. de verkorting van de benaming Vergeltungswaffe Nr 1t.t.z. het ver geldingswapen 'Nr 1. Het nummeren bij deze benaming doet uitschijnen dat nog nieuwe ver geldingswapens tegen Engeland zullen uitgezet worden. In de laatste week werden andermaal talrijke V. Isoms met tusschenpoo- zen, op Engeland afgevuurd. Niet al leen op het stadgebied van Londen en Zuid-Engeland maar naar verluidt kwa men ook dynamiet-meteoren terecht op de graafschappen gelegen ten Noorden van tonden. Door de V. Iwerden in de getrof fen gebieden enorme verwoestingen aan gebracht. Alhoewel de Britsche censuur ten strengste optreedt tegen alle mel dingen over de aangerichte verwoestin gen is het toch gebleken dat deze veel grooter zijn dan van Britsche zijde toe gegeven wordt. Volgens de medegedeelde berichten is er van Britsche zijde nog steeds geen afdoende afweermiddel gevonden tegen dit nieuwe wapen en kunnen zelfs de snelste Britsche jachtvliegtuigen weinig effectief er tegen optreden. Volledige bijzonderheden over de V. 1zijn nog steeds niet bekend ge maakt. Uit eeii verklaring van een me dewerker van den Duitschen minister van bewapening blijkt echter dat dit wapen van op 'elk terrein kan starten, zelfs in de lucht en op het water. Het beteekent verder een besparing aan grondstoffen, arbeid en aan bemannin gen ten overstaan van de bemande vliegtuigen. De lading van de V. f» blijkt tok sterker te zijn dan deze van de zwaarste vliegtuigbommen. Te Berlijn is men dan ook ten volle tevreden over het inzetten en de uit werking van dit nieuwe wapen. BRUSSEL, 22 Juni. Krachtens pa ragraaf 7 van de verordening betreffen de de veiligheid van 20-4-1943 is ieder die op geloofwaardige wijze ervan in kennis wordt gesteld, dat er zich leden van een vijandelijk leger in uniform of in burgerklecdij op het grondgebied van België of Noord-Frankrijk bevinden, er toe verplicht den dichtst bijzijnden Duitschen militairen dienst te verwit tigen. Desondanks werden bij de talrijke dcor de luchtafweer teweeg gebrachte noodlandingen van vijandelijke vliegers in de bezette gebieden pogingen tot ont vluchting van de bemanning der vlieg tuigen door de burgerbevolking in de hand gewerkt. De bevolking wordt er opnieuw opmerkzaam ot> gemaakt, dat aile gevallen waarbij b'urgers vijande lijke soldaten steunen, op welke wijze het ook zij, of het verblijf van zulke soldaten, dat hun bekend is, niet on middellijk aangeven bij de Duitsche weermacht of bij een Belgischen of Franschen dienst, door de krijgsge rechtshoven w n-den beoordeelddie principieel de doodstraf uitspreken. Strafbaar maakt zich ook eenieder die waarnemingen over het vallen van vliegtuigen, noodlandingen van vliegers of het neerdalen van valschermsprin gers, verder het vinden van vliegtuigen of gedeelten ervan, vliegtuiggereedschap of uit vliegtuigen neergeworpen voor werpen niet' zonder verwijl aan een van de genoemde diensten meldt en de ge vonden voorwerpen niet laat liggen zon der ze aan te raken. Anderzijds worden degene beloond die het vallen of het landen van dei-gelijke vliegtuigen of het vinden van stukken van vliegtuigen, waardoor het vaststel len van'den val van een vliegtuig on tegensprekelijk wordt mogelijk gemaakt, bij den dichtst bijzijnden militairen of burgerlijken dienst, met nauwkeurige aanduiding van tijd en plaats, meldt, in zoover'zijn aanwijzingen leiden tot het vinden van een vliegtuig. Hetzelfde geldt voor degene die uitgeworpen ma terieel aangeeft, indien dit op grond van zijn informaties kan teruggevonden worden. Ook hij wordt beloond die sol daten of agenten van den vijand aan houdt of door zijn optreden tot hun aanhouding bijdraagt. De beiooning bestaat niet enkel in de uitbetaling van een aanzienlijke geld- .om. urn- onder bepaalde omstandig heden o::l: in de vrijlating van een fa milielid of verwante die zich in Duit sche krijgsgevangenschap bevindt. De Militaire Bevelhebber voor België en Noord-Frankrijk. Dat is nog een uit de rij der stille, ongeweten maar daarom niet te min groote West-Vlaamsche kunstenaars. Bij 't vallen van een herfstavond, als de dolle wind aan 't luwen was, heb ik enkele waken vóór den dood van Arthur Coussens, eens bij hem aangeklopt. De maarte zei dat den Onderpastoor maar gedurig aan niet wel wasen dat 't misschien niet ging kunnen zijn om hem te spreken. 't Speet me danig... .maar wacht. Ik hoor sloffen sleepen in den gang, en eer ik 't verwachtte, mocht ik al zijn hand diukken, en blij zijn hem te zien. Och, 'k en doe... dat was lijk geen blijdschap. Ik wilde vele vertellen en eens lustig praten met hem, maar 't en ging niet. De woorden schreepten ln mijn keel, mijn hart deed zeer van zuivere com passie. Half gebroken, kuchend als een teringlijder, maar geenszins ontmoedigd, streelde hij met zijn pezige hand de stapels versche boeken die lijk bedelend te wachten lagen om gelezen te wor den... G'en vondt geen stoel om te zit ten, al bezet met boeken... Want als er iemand ter wereld was, die boeken had en boeken gelezen had, dan was 't wel Coussens. En als je hem over boeken aan 't vertellen kreeg, zoo raak en zoo smakelijk, dan kon je 't niet meer ver geten. Dezen keer och God, ik wist niet dat 't de laatste keer was ging zijn vertelling maar staag. De zon boorde door de gordijntjes en stak een vuurglans in zijn oogen; zijn mond lag nog vast gespannen, maar tk voelde iets diep in hem dat niet ln orde was. En dat was triestig. Ik wist van waar het kwam! Arthur Coussens was aalmoezenier ge weest... en die zoo vaak gevloekte oorlog had het hem gelapt. Die bedriegelijke blos, die piepende borst... Toen ik naar huis fietste, bleef ik in den deemster staan, ver van Ichtegem... Ik had U voor het laatst gezien. Tot ik een goeie anderhalve maand la- er zoo koeltjes van een vreemd mensch oorde vertellen: Tuurtje Coussens heeft et ook gauwe laten steken. Ichtegem eeft vele verloren, man!... En als de wind hard genoeg blies hoorden we heel verre zijn doodsklokke luiden. Dat was zoo omtrent half Ja nuari 1926. Als student met de eerste snorhaar tjes, was Coussens al druk aan 't schrij ven en 't meewerken aan verschillende Vlaamsche Tijdschriften. De Groene Linde Dietsche Warande en Bel fort kregen menig dichtje van den jon gen poëet. Coussens was immers een leerling van E. H. Cyriel Verschaeve, die dan te Tielt stond in 't College. Als Jonge priester werd hij benoemd tot leeraar aan het St-Leogesticht te Brugge. Daar kon hij zich geheel en al wijden aan de zoo zeer geliefde studie der letterkunde van hier eh elders. Want Coussens bleef niet bij een benepen ken nis van zijn eigen kring: hij keek over 't muurtje: hij 'kende talen bij de vleet, las boeken ln rk weet niet hoeveel talen, trok met het groot verlof een reisfrakske aan en weg was de man, nu eens naar Engeland, dan naar 't Zuiden, dan naar Denemarken. En over al zijn treffende en schoone gevaarnissen heeft hij zoo menig prachtig reisverhaal geschreven... Kom, als Je een beetje lezer zijt, dan heb j'e voorzeker al gelezen: Pennetrek- ken uit Denemarken», Pennetrekken van Overzee (Engeland)nu nog eens van die goeie boeken, die je gelukkig maken en je laten meereizen, en mee werken in alle heerlijke simpelheid, in al die wondere landen en volken... de eenigste occasie om kosteloos te reizen voor «frankische» lieden. Als de tijd er af mag, goede lezer, zal Je eens van die boeken lezen, nietwaar! Dan kan je alvast meespreken over Arthur Coussens. En wat broedde er nog al niet in dat doendige hoofd... maar de oorlog joeg hean 't land uit, eerst als aalmoezenier hij de Belgische vluchtelingen te Middel burg, later bij 't leger om er te sjouwen door bloed en stikgassen op de voorpos ten als een toonbeeld van offervaardigen aalmoezenier. Wie weet hoevelen hij er bijgestaan heeft, met de hemelsche sterkte die een priester brengt aan ons sterfbed, maar ook met dien zoeten troost en liefde, die onze stervende jon gens heeft doen droomen van him verre goeie moeder... Na de oorlog werkte hij slag om slin ger. Hij wist misschien best wat er aan rt groeien was in zijn borst en wilde lederen dag ten goede besteden. Te Roe- selare werd hij Professor in de Ger- maansche talen, en was er geerne ge zien als niet een. Hij had een voorliefde voor Ierland en het Iersche volk. Een paar keeren heb ik hem aan 't woord gehoord «ver dien strijd der Ieren, die nu al eeuwen duurt en maar steeds van her oplaait, strijd om de zelfstandigheid van het zoo schoone Iersche Volk. Hij vertaalde veel uit het Iersch, vooral van zijn vriend, den ook gemoedelijken en echt Ierschen Pastoor Sheehan, over wien hij zoo gemoedelijk schreef. En op 't schouwtje in zijn werkkamer toonde hij steeds met groote liefde het portret van dien Ierschen Pastoor. Het was mis schien wel het klare begrip van den Vlaamschen nood, die hem naar Ierland joeg. Hij heeft de mizerie gekend van den Vlaamschen piot, de stoffelijke en geestelijke armoede en de verach'tering. Hij was daarom ook een hartstochtelijk Vlaamschgezinde, geen schreeuwer maar een werker. Hij wilde de schoonheid van zijn kunste ten bate brengen aan zijn Vlaamsche volk, en aldus meehel pen tot volksverheffing. De lezers van het zoo graag en veelgelezen «Averbode's Weekblad» weten genoeg wat prachtige dingen Arthur Coussens' ons te genieten gaf. We kunnen hier niet alles te berde brengen wat er van zijn hand is, want na zijn dood bleven nog onuitgegeven werken tusschen de kartons liggen. Van Roeselare verhuisde hij naar Ich tegem, een wijduitgestrekte gemeente, met bedrijvig volk en veel schilderach tige hoekjes en kantjes. Het kostte den vroegeren leeraar misschien wel wat moeite, om zich aan dien levensomkeer te gewennen... maar 't ging! En het ging zoo goed dat hij op Ichtegem de ongeveinsde vriendschap bezat van Jan en alleman. O dierbare Arthur Coussens. gij sim pele groote ziel, gij hebt geen hoogmoed gevoerd ln uw schild, ge werkte liefst ongeweten. Des te meer willen wil U roemen. L. J. Jr 1. - Versperringen tegen landin- gen uit de lucht, loopgraven en schuilgaten zijn verdedigingsinstal laties 2. - Beschadigingen, alsmede ont vreemding van versperringen tegen landingen uit de lucht, loopgraven schuilgaten worden van de krijgs- gerechten zioaar, in zekere omstarv- diqheden met tuchthuis of met de doodstraf gestraft.

HISTORISCHE KRANTEN

De Poperinghenaar (1904-1944) | 1944 | | pagina 1