Arthur Coussens
Cherbourg grootendeels in handen der Geallieerden
lu
BELANGRIJK
De Dynamiet-mefieoor V 11 steeds in actie tegen Engefafftl
IN RUSLAND IS HET ZOMEROFFENSIEF INGEZET
AAN ONZE LEZERS
MEDEDEELING
ZATERDAG
1 JULI 1Ü44
Prijs: 1 Fr.
Uitgave
De mensch en de hoogte.
IN IIET WESTEN
OOSTFRONT
ZUIDFRONT
IN IIET VERRE OOSTEN
POLITIEK OVERZICHT
De V. I,
Dünabury- vj
©3ialystok 43Brjansk
de Duitsche dynamïet-meteoren
steeds op Engeland afgevuurd
i De tijdsomstandigheden verplichten
ons onze oplaag te beperken.
1 Moest het gebeuren dat Gij bij
[uwen gewonen Verkooper ons blad
niet meer kunt krijgen, wil per
postkaart ons een abonnement vro
egen. Nu en dan vallen abonnen-
ten weg en naarmate abonnemen-
j ten vrij komen zullen wij U bedie-
j?ien.
BEKENDMAKING
West-Vlaamsche Kunstenaars
Df- Bezettende Overheid
jr deelt mede:
41* JAAR N' 27
Abonnementsprijs
tot einde 1944:
Voor België: 24,30
Frankr. B. fr. 32,50
DE POPERIN
AANKONDIGINGEN moeten om ge- KATHOLIEK WEEKBI AD
L b1%1cTtS*^%&Bd£ZUitsever: SANSEN-VANNESTE, POPEBINGE. - Tel. 9. - Postch. 155.70.
_rYyesiujtgave I UNGEN u&en den Donderdagnoen. (Alle medewerkers zijn verantwpordelijk voor hun inzendingen.)
Ifals
eneo
Onze lezers zijn bestendig in de ge
legenheid om luchtgevechten te zien.
Dagelijks worden vliegtuigen neerge
haald en wellicht zag menigeen onzer
lezers reeds parachutisten uit het ge
troffen vliegtuig uitwippen.
Het is noodlg dat daar iets meer over
bekend weze; ait aan de hand van het
Duitsche luchttijdschrift «Der Adler».
Zonder lucht kan de mensch niet le
ven, beter, zonder zuurstof. Hoe hoo-
ger we gaan, hoe dunner de lucht, hoe
min zuurstof. Boven de 4.000 m. krijgt
ge de hoogteziekte.
Nu most het moderne vliegtuig wel
hooger dan 4.000 m. opstijgen, omdat
de draagwijdte van het afweergeschut
hooger ligt dan 4 km. En de vlieger
moet niet alleen op de grootere hoogte
kunnen leven; hij moet ook nog kun
nen werken, bijv. kaartlezen, koershou-
den, radio-telegrafeer en. Dat alles ech
ter kan de vlieger niet meer als hij bo
ven de 4.000 m. geraakt.
Wat gebeurt er dan met hem? Hij
voelt zich plotseling warm worden; het
schemert hem rood voor de oogen; zijn
vingertoppen worden blauw en de pols
slag is sterk verhoogd. Wordt nu op de
zelfde hoogte voortgevlogsn of stijgt het
toestel nog, dan nemen deze kenteeke-
nen niet toe, althans merkt de vlieger
daar niets van. Zelfs als zijn bewust
zijn gestoord geraakt bemerkt hij dat
niet. Hij verliest de controle over alles
wat hij doet of zou willen doen.
Voelt de vlieger zich warm worden
dan moet hij oogenblikkelijk handelen.
Hem blijven slechts sekonden over om
een van de twee te doen: dalen of kunst
matig zuurstof toevoeren. Is het toestel
op 7 JiOO m., dan resten hem maar twee
minuten wil hij den dood ontwijken.
Zou het toestel nog hooger zijn, dan
wordt de tijd nog meer beperkt: Op
10.000 m., niet meer dan 20 sekonden.
Heeft de vlieger in die korte spanne tijds
geen tegenmaatregelen genomen dan
wordt hij plotseling bewusteloos. Zijn
kameraden kunnen hem dan nog wel
helpenmaar dan moeten ze ook vlug
handelen en zuurstof inblazen. Zooniet
is het in enkele sekonden met hem ge
daan!
Ds techniek heeft daar natuurlijk wat
op gevonden. Automatisch wordt thans,
in de moderne vliegtuigen, zuurstof toe
gevoerd als de hoogtegrens overschreden
wordt. Dat is dus eens ze boven de
4.000 m. is. Met dit hulpmiddel kun
nen de vliegers tot 11.000, ia zelfs tot
12.000 m. stijgen. Maar dat is ook de
uiterste grens voor de thans in gevecht
zijnde gevechtstoestellen. Boven 12.000
meter kan alleen gevlog worden met
machines, die van een hoogdrukkabine
voorzien zijn. In machines waarin deze
kabine niet aanwezig is, treedt de
hoogteziekte te voorschijn op 12.000 m.
hoogte ondanks de zuurstofapparaten.
Reeds op 4.000 m. hoogte krijgt de
vlieger last van de oogen. Alles 'wordt
donker om hem heen. Neemt hij euut-
stof in, dan wordt alles plotseling weer
helder.
Boven de 10.000 m. treedt nog een
ander verschijnsel op; de drukvalziekte.
Deze openbaart zich 't eerst in de ge
wrichten. Bewegingen zijn zeer pijnlijk,
zooniet onmogelijk. Ledematen kunnen
plotseling verlammen, b. v. de armen,
welke voor den vlieger van vitaal belang
zijn.
Gebeurt er iets heel ergs in de hoo-
gere luchtlagen met zijn toestel, dan
kan de vlieger zich redden met zijn
valscherm. Maar, zal men vragen, hoe
kan de vlieger dan op die hoogte, waar
in hij niet leven kan zonder zuurstof
apparaat, afspringen en z'n parachute
hr werking stellen? Om bij een afsprong
van 12.000 m. hoogte tot 5.000 m. te
vallen, heeft een valscherm 10 minu
ten 43,2 sekonden noodig. Wij hebben
gezien dat de vlieger in dien tijd reeds
dood zou zijn gedurende zijn val aan
het valscherm, want hij kan het in die
hoogte slechts 20 seconden uithouden.
Trekt de vlieger, direct na den afsprong
op die hoogte, z'n valscherm open, dan
beteekent dit den zekeren dood.
Hij moet alvorens aan zijn valscherm
te trekken, zoo snel mogelijk door de
gevaarlijke hoogte heen gaan, om op de
6.000 m. hoogte te komen. Met onge
opende valscherm moet hij zich laten
vallen. Springt hij zoo op 12.000 m. af,
dan duurt het nog 67,5 seconden voor
hij op 6.000 m. hoogte is aangekomen.
Op deze hoogte is het minder gevaar
lijk voor de hoogteziekte-verschijnselen.
Trekt de vlieger nu aan z'n scherm,
dan zal hij nog wel even last krijgen
van de hoogteziekte, maar dat betert
snel omdat hij nu vlug de 4.000 m.-
grens bereikt.
Hoe moet de vlieger nu uitmaken
wanneer hij trekken moet aan z'n val
scherm? Het volstaat, dat hij de hoogte
kent, waarop hij uit het vliegtuig
sprong. En dat weet natuurlijk elke
vlieger, want de instrumenten in het
toestel zeggen hem dat. Nu heeft hij
niet anders te doen dan rustig en lang
zaam te tellen; zoo weet hij hoeveel se
conden hij vallend is en kan te rechter
tijd z'n valscherm tot ontplooiing laten
komen. Een ander gevaar van de groote
hoogten is de koude. Op 12.000 meter
hesfscht een temperatuur van 50 gra^-
den onder nul. Eerst onder 3.000'm.
worden in den zomer temperaturen bo
ven 0 graden waargenomen. Hangt de
vallende vlieger in die groote koude lan
gen tijd aan z'n valscherm dan kun
nen zeer ernstige bevriezingstoestanden
optreden.
Twee gevaren waarschuwen dus den
vlieger tegen het te vlug openen van
z'n valscherm. Hij zal dus springen en
zich laten vallen om eerst op 5.000 A
6.000 meter z'n reddend valscherm te
benutten. Dan komt hij ongehinderd
op de aarde neer.
24-6-44. C.
Voor de periode van 20 Juni tot
19 Augustus werden de botarprij-
23n als volgt vastgesteld.: aan ver
bruiker: voor melkerijboter; 46,
45 of 44.50 fr., volgens de hoe
danigheid; voor landboter: 44 fr.;
voor hoevcboter: 42,50 fr.
(Militair en Politiek Weekoverzicht.)
Om de Fransche havenstad Cherbourg
werd in de jongste dagen een uiterst
verbeten strijd geleverd. De Amerikaan-
sche troepen, na van uit Ste-Mère-Eglise
de Westkust van het Cotentin-scfiier-
eiland te hebben bereikt, rukten onmid
dellijk naar de Fransche havenstad Cher
bourg op. Na Briquebec, Montebourg
en Quinéville veroverd te hebben ston
den zij weldra voor de eerste verdedi
gingswerken die de oorlogshoren dek
ten. Cherbourg werd daarop het brand
punt van den strijd en zoowel van te
land van uit de lucht als van op zee
werd het onder vuur genomen.
Eerst polsten de Amerikanen de ver
dedigingsstellingen en lieten daarop ster
ke verkenningstroepen oprukken die ble
ven stuiten op den buitensten verde
digingsgordel.
Daarop rukten over een halven
cirkel sterke Amerikaansche forma
ties, gesteund door pantsers, op tegen
de vesting. Deze ac nvallen leidden tot
bijzonder zware gevechten waarbij de
Amerikanen groote verliezen leden, al
hoewel zij onder kunstmatigen nevel
vooruitrukten. De Duitsche kustbatte-
rijen steunden met alle kracht de ver
dedigers van, de vesting.
Gevechten van man tegen man wer
den geleverd. Duitsche steunpunten wer
den door de Amerikanen veroverd, de
wijl andere dezen in den rug bleven
beschieten. Tot steun van hun opruk
kende troepen vuurden de Amerikanen
voortdurend met 1.000 kanonnen op de
versterkte plaats. Ook het bombarde
ment van uit de lucht werd onverpoosd
voortgezet, zoo met bomtapijten als met
duikvluchten.
Zaterdag, na een urenlange verbitter
den strijd, hadden de aanvallers drie
bressen weten te slaan in den buiten
sten verdedigingsgordel. Om elke duim
grond werd verbeten gevochten.
In den nacht van Zatei-dag op Zon
dag brachten de Amerikanen hun zwaar
ste wapens in stelling. In den voormid
dag werd de beschieting van alle stads
wijken ingezet met als zwaartepunt het
Zuid-Oosten. Enkele uren nadien gin
gen de Amerikanen welke in het ysbied
van Octeville klaar stonden tot dtn aan
val over. Niettegenstaande heldhaftigen
weerstand konden de Duitsche troepen
het binnenrukken in de stad tot het
havengebied niet verhinderen. Daarop
ontaarde de strijd zich in verbitterde
straatgevechten. Bijzonderlijk voor den
gevechtspost van den bevelhebber der
vesting, Luitenant-Generaal von Schlie-
ben, alsook aan het Arsenaal, werd on
noemlijk zwaren strijd geleverd.
Twee aanbevelingen der geallieerden
om zich over te geven werden door de
bezetting niet beantwoord. De Duitsche
kustbatterijen aan en bij de vesting
opgericht bleven den strijd te lande
steunen en bestookten mgteen sukses-
vol de geallieerde vloot welke aan de
operaties deelnam. Aldus wist de bat
terij Hamburg twee geallieerde krui
sers, xoaarvan een van' 10.000 ton, tot
zinken te brengen, wijl de batterij
Yorkook een anderen kruiser kel
derde en meerdere andere oorlogsbo
dems der geallieerden beschadigd wer
den.
Sterke krachten van de Duitsche oor
logsmarine, aan land gezette scheeps
bemanningen en afdeelingen van de
berichtendiensten onder bevel van
den kommandant der zeestrijdkrachten,
Schout - bij - Nacht Hennecke, boden,
evenals de landlegertroepen, een held
haftigen weerstand aan de aanvallers.
Om elke straat en elk huis werd ge
streden. De Amerikaansche pioniers tra
den op met vlammen- en mijnenwer-
pers, speciale vliegtuigen met raketten
poogden de schietgaten der Duitsche
bunkers te treffen. Uit tallooze batte
rijen kwam een hagel van schroot neer
op de Duitsche bunkers die schoten tot
den laat sten kogel.
Maandag en Dinsdag waren de Ame
rikanen meester geworden van het groot
ste deel van de plaats, waar hier en
daar nog weerstandsnesten een verbe
ten weerstand boden, bijzonderlijk het
Arsenaal.
Land- en Marinebatterijen ten Noord-
Westen van Cherbourg evenals in ten
Noord-Oostelijken hoek van de Coten-
tin tot Jobourg bleven nog steeds weer
stand bieden.
Woensdag evenals Donderdag werd
bericht dat stellingen aan het Arsenaal
en op de pier een verderen hevigen
iveerstand boden, gesteund in ïffun actie
door de kustbatterijen gelegen ten Wes
ten en ten Oosten van Cherbourgo.m.
deze van Jobourg en Oost deze van
Kaap Lévy. Hierdoor werd eiken toe
gang langs de zee tot de haven ver
sperd. De andere weerstandsnesten in
Cherbourg zelf bleken opgegeven te zijn
na het verschieten der laatste munitie.
Intusschen hadden de Duitsche troe
pen alle installaties van de haven en.
welke van militair belang zijn opgebla
zen opdat de haven onbruikbaar vou
worden voor de geallieerden en Woens
dag morgen werd. medegedeeld dat nog
geen enkel geallieerd schip de haven
had kunnen binnenvaren.
Vooraleer de strijd Cherbourg had be
reikt had de Duitsche legeroverheid de
bevolking der stad geëvacueerd.
Met Cherbourg, dat bij het verschij
nen van dit blad wellicht volledig m
handen der geallieerden zal zijn, is de
eerste bruikbare haven in handen der
geallieerden gevallen, aangenomen dat
de aangerichte vernielingen naderhand
kunnen hersteld worden.
Een ander zioaartepunt van den strijd
in Normandië lag ten Westen van Caen
waar de Britten zware aanvallen heb
ben ontwikkeld. Tilly-sur-Seulles, dat
tot een puinhoop herschapen was, wis
ten zij te bezetten. De strijd ver
liep verder in de richting van de
baan Juvigny-Caumont en' deze van
Caen naar Villers-Bocage. In deze sec
toren loisten de geallieerden enkele km.
terrein te winnen, ten koste van bloe
dige verliezen, maar bij tegenaanvallen
werden zij tot staan gebracht.
In de andere sectoren van het front
van Normandië hebben zich geen ver
dere zware gevechten ontwikkeld. Bij
Carentan wordt nog steeds een nieuwen)
aanval der Anglo-Amerikanen vervracht,
m Ook ter zee liepen de Anc/lo-Ameri-
Jcancn andermaal zware verliezen aan
schepen op, slopen toegebracht door de
Duitsche kustbatterijen, zeestrijdkrach
ten en luchtwapen. Buiten de reeds
hierboven vermelde gekelderde kruisers
werden intusschen nog
meerdere andere kruisers
beschadigd en verscheidene
destroyers, transportsche
pen, snelbooten en lan
dingsschepen tot zinken
gebracht of beschadigd.
'Telken dage werden ook
tientallen vliegtuigen der
geallieerden neergeschoten.
e De luchtoorlog in het
Westen werd andermaal
voortgezet. Aldus voerden
de geallieerde luchtmach
ten verscheidene aanvallen
uit op gebieden in Duitsch-
land waarbij ze zware ver
liezen opliepen.
Op het Oostfront hebben
de Sovjets in den cenira-
len sector, op den derden
verjaardag van den inzet
van den 'strijd tegen Sov
jet-Rusland, hun verwacht
nieuw zamer-offensief in
gezet. Dit offensief loopt in
'het Noorden over een front
van aan Pieskau aiover Polodsk, de \e-
bieden van Vitebsk, Orsha, Mohüov,
Rogatscheio tot aan Pripet, wijl meer
naar het Zuiden ook zwaarder gevechts
operaties plaats vonden nabij Kowei en
aan de Narwa.
In de sectoren van Vitebsk, Orsha,
Tohilew en Bobruisk werden minstens
6*0 Russische divisies en een pantserle-
ger over een front van 90 km. breed
ingezet. Ten koste van gelijk welken
prijs willen de aanvallers hier doorbre
ken en slagvliegtuigen in ongeleende
hoeveelheden werden dóór hen ingezet
om de troepen te steunen.
In het gebied van Vitebsk rukten de
Sovjets op langs beide zijden van de stad
en de Duitsche troepen vochten zich
ten V/esten en ten Zuid-Westen van
de stad op nieuwe stellingen terug. Hier
wordt thans aan de Du?ia gestreden.
Langsheen de baan Smolensk-Orslia
voogden de Sovjets eveneens door te
breken en wisten er diepe infiltraties
te bereiken. Bij Mohilev leden de pogin
gen der Sovjets om de Duitsche linies
op te breken schipbreuk wijl in het
gebied van Bobruisk de linies met en
kele km. ingedrukt werden, na een mas-
salen inzet der Sovjets, gesteund door
slagvliegers en zeer talrijke pantsers.
Woensdagnamiddag deelde het Duit
sche legerbericht de ontruiming mede
van Vitebsk en Orsha en dat de strijd
zich in deze sectoren heeft verplaatst
tot de Midden- en Boven-Berezina.
Over den ganschen centralen sector
staan de Duitsche troepen thans in een
nieuwen zwaren afweerslag welke met
wisselende kansen 'gevoerd loord-t.
Bij Pieskau, Polcdsk, Kowei en Tar-
nopol stuikten alle Sovjet-aanvallen in
een op den Duitschen weerstand.
a In Finland hebben de Sovjets hun
aanvallen langs de Karelische landengte
voortgezetevenals tusschen het Onega-
en het Ladoga-meer. De Finsche weer
standskracht wordt hier op een harde
proef gesteld. Enkele plaatsen moesten
door de Finnen worden opgegeven maar
hun frontlijn bleef vast ineen.
Na Viborg te hebben bezet, waar de
Sovjets geen enkele Fin meer ontdekten,
rukken zij thans op naar de Vüoksen.
Tusschen de Ladoga- en Onega-meren
verliep de. strijd aan de rivier Swir."~y
Uit Berlijn wordt gemeld dat, volgen
een bevoegde Duitsche dienst, de So
jet-verliezen in de eerste drie jaren oor
log niet beantwoorden aan de cijfers
er door de Sovjets bekend gemaakt,
n.l. 5,3 millioen aan dooden en gevan
genen, maar dat in feite aan krijgsge
vangenen reeds 5.650.000 man verloren
gingen met daarbij 93.420 tanks, 88.646
Kanonnen en 57.954 vliegtuigen, hetzij
nog dubbel ongeveer als door de Sovjet
bekend.
In Italië heeft de Duitsche tege\
stand toegenomen en werden andermat
harde gevechten geleverd ten Noordei.
van de plaatsen Grosssto en Perousia
evenals langs het Trasimeno - meer.
Slechts in het Westelijk gedeelte van
het front wisten de geallieerden enkele
km. naar het Noorden verder op ie rufc-
lcen. De huidige frontlijn blijkt thans
te loopen van aan de Tyrrlieensche Zee
boven Grosseto verder over Ghiusi, het
meer van Trasimeno, Monte San Croce,
Meccrata en Camerino tot de kust van
de Adriatische Zee.
Volgens een mededeeling van den
Britschen Premier in het Lagerhuis be
dragen de Britsche verliezen in Italië,
sedert de landing tot de inname van
Rome, 15.000 dooden11.000 vermisten
en 48.000 gewonden.
Op de Marianen-eïlanden landden reeds
twee Amerikaansche divisies. Tusschen
Japansche en Amerikaansche vlo~tstrijd
krachten had in de nabijhdezer
eilanden gevechten plaats waarbij de
Japanners 5 Amerikaansche vliegkamp
schepen en een slagschip kelderden, en,
naar Tokio verder meldt, de Japanners
zef een vliegkampschiptwee hulpsche
pen voor het transport van petroleum
en 50 vliegtuigen verloren.
o In China rukten de Japanners ver
over de stad Tchang-Tsclia op.
De Duitsche Minister van Buiten-
landsclie Zaken, Heer von Ribbentrop,
bracht een bezoek aan de Finsche lei
dende Staatsoverheden en beloofde de
zen allen mogelijken steun in den ge-
mcenschappelijken strijd tegen de Sov
jets. -
Te Parijs werd in den nacht van
Dinsdag op Woensdag, 27 op 28 Juni,
de Fransche Minister voor Informatie,
de Heer Philippe Henriot, in zijn bureel
te Parijs vermoord.
Het bezoek van de Gaulle aan de
U.S.A. blijkt te zijn verwacht tusschen
5 en 9 Juli.
Luitenant Lord Lascelles, neef van
den Koning van Engeland, werd ge
wond en geraakte in krijgsgevangen
schap.
vfv- n Perns u h - m
PsrnauQyj&^Pus-S. y0wgorc4
Dorpst C Oilmen-See
Felhn pieskau, °p0rchow
oCholm
0Newe!
Tvver
M0SKAU
Ostrog
JakobstaT*
©Kowno
iWiln* Min^f^r^nrteink
frrtno Min!k
8obruisk\Y 0 fo Orel
Ëresf-iitowsk ©Somel
Ku rsk
-j
GIO
in\
'W-
Het nieuwe Duitsche wapen, eerst al
gemeen oenaamd als dynamiet-metcorev.,
werd van Duitsche zijde thans de cffi-
cieele benaming gegeven van V. I
t.t.z. de verkorting van de benaming
Vergeltungswaffe Nr 1t.t.z. het ver
geldingswapen 'Nr 1.
Het nummeren bij deze benaming
doet uitschijnen dat nog nieuwe ver
geldingswapens tegen Engeland zullen
uitgezet worden.
In de laatste week werden andermaal
talrijke V. Isoms met tusschenpoo-
zen, op Engeland afgevuurd. Niet al
leen op het stadgebied van Londen en
Zuid-Engeland maar naar verluidt kwa
men ook dynamiet-meteoren terecht op
de graafschappen gelegen ten Noorden
van tonden.
Door de V. Iwerden in de getrof
fen gebieden enorme verwoestingen aan
gebracht. Alhoewel de Britsche censuur
ten strengste optreedt tegen alle mel
dingen over de aangerichte verwoestin
gen is het toch gebleken dat deze veel
grooter zijn dan van Britsche zijde toe
gegeven wordt.
Volgens de medegedeelde berichten is
er van Britsche zijde nog steeds geen
afdoende afweermiddel gevonden tegen
dit nieuwe wapen en kunnen zelfs de
snelste Britsche jachtvliegtuigen weinig
effectief er tegen optreden.
Volledige bijzonderheden over de
V. 1zijn nog steeds niet bekend ge
maakt. Uit eeii verklaring van een me
dewerker van den Duitschen minister
van bewapening blijkt echter dat dit
wapen van op 'elk terrein kan starten,
zelfs in de lucht en op het water. Het
beteekent verder een besparing aan
grondstoffen, arbeid en aan bemannin
gen ten overstaan van de bemande
vliegtuigen.
De lading van de V. f» blijkt tok
sterker te zijn dan deze van de zwaarste
vliegtuigbommen.
Te Berlijn is men dan ook ten volle
tevreden over het inzetten en de uit
werking van dit nieuwe wapen.
BRUSSEL, 22 Juni. Krachtens pa
ragraaf 7 van de verordening betreffen
de de veiligheid van 20-4-1943 is ieder
die op geloofwaardige wijze ervan in
kennis wordt gesteld, dat er zich leden
van een vijandelijk leger in uniform
of in burgerklecdij op het grondgebied
van België of Noord-Frankrijk bevinden,
er toe verplicht den dichtst bijzijnden
Duitschen militairen dienst te verwit
tigen.
Desondanks werden bij de talrijke
dcor de luchtafweer teweeg gebrachte
noodlandingen van vijandelijke vliegers
in de bezette gebieden pogingen tot ont
vluchting van de bemanning der vlieg
tuigen door de burgerbevolking in de
hand gewerkt. De bevolking wordt er
opnieuw opmerkzaam ot> gemaakt, dat
aile gevallen waarbij b'urgers vijande
lijke soldaten steunen, op welke wijze
het ook zij, of het verblijf van zulke
soldaten, dat hun bekend is, niet on
middellijk aangeven bij de Duitsche
weermacht of bij een Belgischen of
Franschen dienst, door de krijgsge
rechtshoven w n-den beoordeelddie
principieel de doodstraf uitspreken.
Strafbaar maakt zich ook eenieder
die waarnemingen over het vallen van
vliegtuigen, noodlandingen van vliegers
of het neerdalen van valschermsprin
gers, verder het vinden van vliegtuigen
of gedeelten ervan, vliegtuiggereedschap
of uit vliegtuigen neergeworpen voor
werpen niet' zonder verwijl aan een van
de genoemde diensten meldt en de ge
vonden voorwerpen niet laat liggen zon
der ze aan te raken.
Anderzijds worden degene beloond die
het vallen of het landen van dei-gelijke
vliegtuigen of het vinden van stukken
van vliegtuigen, waardoor het vaststel
len van'den val van een vliegtuig on
tegensprekelijk wordt mogelijk gemaakt,
bij den dichtst bijzijnden militairen of
burgerlijken dienst, met nauwkeurige
aanduiding van tijd en plaats, meldt,
in zoover'zijn aanwijzingen leiden tot
het vinden van een vliegtuig. Hetzelfde
geldt voor degene die uitgeworpen ma
terieel aangeeft, indien dit op grond
van zijn informaties kan teruggevonden
worden. Ook hij wordt beloond die sol
daten of agenten van den vijand aan
houdt of door zijn optreden tot hun
aanhouding bijdraagt.
De beiooning bestaat niet enkel in de
uitbetaling van een aanzienlijke geld-
.om. urn- onder bepaalde omstandig
heden o::l: in de vrijlating van een fa
milielid of verwante die zich in Duit
sche krijgsgevangenschap bevindt.
De Militaire Bevelhebber
voor België en Noord-Frankrijk.
Dat is nog een uit de rij der stille,
ongeweten maar daarom niet te min
groote West-Vlaamsche kunstenaars.
Bij 't vallen van een herfstavond, als
de dolle wind aan 't luwen was, heb ik
enkele waken vóór den dood van Arthur
Coussens, eens bij hem aangeklopt. De
maarte zei dat den Onderpastoor maar
gedurig aan niet wel wasen dat 't
misschien niet ging kunnen zijn om
hem te spreken.
't Speet me danig... .maar wacht. Ik
hoor sloffen sleepen in den gang, en eer
ik 't verwachtte, mocht ik al zijn hand
diukken, en blij zijn hem te zien. Och,
'k en doe... dat was lijk geen blijdschap.
Ik wilde vele vertellen en eens lustig
praten met hem, maar 't en ging niet.
De woorden schreepten ln mijn keel,
mijn hart deed zeer van zuivere com
passie. Half gebroken, kuchend als een
teringlijder, maar geenszins ontmoedigd,
streelde hij met zijn pezige hand de
stapels versche boeken die lijk bedelend
te wachten lagen om gelezen te wor
den... G'en vondt geen stoel om te zit
ten, al bezet met boeken... Want als er
iemand ter wereld was, die boeken had
en boeken gelezen had, dan was 't wel
Coussens. En als je hem over boeken
aan 't vertellen kreeg, zoo raak en zoo
smakelijk, dan kon je 't niet meer ver
geten.
Dezen keer och God, ik wist niet
dat 't de laatste keer was ging zijn
vertelling maar staag.
De zon boorde door de gordijntjes en
stak een vuurglans in zijn oogen; zijn
mond lag nog vast gespannen, maar tk
voelde iets diep in hem dat niet ln orde
was. En dat was triestig. Ik wist van
waar het kwam!
Arthur Coussens was aalmoezenier ge
weest... en die zoo vaak gevloekte oorlog
had het hem gelapt. Die bedriegelijke
blos, die piepende borst... Toen ik naar
huis fietste, bleef ik in den deemster
staan, ver van Ichtegem... Ik had U
voor het laatst gezien.
Tot ik een goeie anderhalve maand la-
er zoo koeltjes van een vreemd mensch
oorde vertellen: Tuurtje Coussens heeft
et ook gauwe laten steken. Ichtegem
eeft vele verloren, man!...
En als de wind hard genoeg blies
hoorden we heel verre zijn doodsklokke
luiden. Dat was zoo omtrent half Ja
nuari 1926.
Als student met de eerste snorhaar
tjes, was Coussens al druk aan 't schrij
ven en 't meewerken aan verschillende
Vlaamsche Tijdschriften. De Groene
Linde Dietsche Warande en Bel
fort kregen menig dichtje van den jon
gen poëet. Coussens was immers een
leerling van E. H. Cyriel Verschaeve,
die dan te Tielt stond in 't College.
Als Jonge priester werd hij benoemd
tot leeraar aan het St-Leogesticht te
Brugge. Daar kon hij zich geheel en al
wijden aan de zoo zeer geliefde studie
der letterkunde van hier eh elders. Want
Coussens bleef niet bij een benepen ken
nis van zijn eigen kring: hij keek over
't muurtje: hij 'kende talen bij de vleet,
las boeken ln rk weet niet hoeveel talen,
trok met het groot verlof een reisfrakske
aan en weg was de man, nu eens naar
Engeland, dan naar 't Zuiden, dan naar
Denemarken. En over al zijn treffende
en schoone gevaarnissen heeft hij zoo
menig prachtig reisverhaal geschreven...
Kom, als Je een beetje lezer zijt, dan
heb j'e voorzeker al gelezen: Pennetrek-
ken uit Denemarken», Pennetrekken
van Overzee (Engeland)nu nog eens
van die goeie boeken, die je gelukkig
maken en je laten meereizen, en mee
werken in alle heerlijke simpelheid, in
al die wondere landen en volken... de
eenigste occasie om kosteloos te reizen
voor «frankische» lieden. Als de tijd
er af mag, goede lezer, zal Je eens van
die boeken lezen, nietwaar! Dan kan je
alvast meespreken over Arthur Coussens.
En wat broedde er nog al niet in dat
doendige hoofd... maar de oorlog joeg
hean 't land uit, eerst als aalmoezenier
hij de Belgische vluchtelingen te Middel
burg, later bij 't leger om er te sjouwen
door bloed en stikgassen op de voorpos
ten als een toonbeeld van offervaardigen
aalmoezenier. Wie weet hoevelen hij er
bijgestaan heeft, met de hemelsche
sterkte die een priester brengt aan ons
sterfbed, maar ook met dien zoeten
troost en liefde, die onze stervende jon
gens heeft doen droomen van him verre
goeie moeder...
Na de oorlog werkte hij slag om slin
ger. Hij wist misschien best wat er aan
rt groeien was in zijn borst en wilde
lederen dag ten goede besteden. Te Roe-
selare werd hij Professor in de Ger-
maansche talen, en was er geerne ge
zien als niet een.
Hij had een voorliefde voor Ierland
en het Iersche volk. Een paar keeren
heb ik hem aan 't woord gehoord «ver
dien strijd der Ieren, die nu al eeuwen
duurt en maar steeds van her oplaait,
strijd om de zelfstandigheid van het
zoo schoone Iersche Volk. Hij vertaalde
veel uit het Iersch, vooral van zijn
vriend, den ook gemoedelijken en echt
Ierschen Pastoor Sheehan, over wien
hij zoo gemoedelijk schreef. En op 't
schouwtje in zijn werkkamer toonde hij
steeds met groote liefde het portret van
dien Ierschen Pastoor. Het was mis
schien wel het klare begrip van den
Vlaamschen nood, die hem naar Ierland
joeg. Hij heeft de mizerie gekend van
den Vlaamschen piot, de stoffelijke en
geestelijke armoede en de verach'tering.
Hij was daarom ook een hartstochtelijk
Vlaamschgezinde, geen schreeuwer maar
een werker. Hij wilde de schoonheid
van zijn kunste ten bate brengen aan
zijn Vlaamsche volk, en aldus meehel
pen tot volksverheffing. De lezers van
het zoo graag en veelgelezen «Averbode's
Weekblad» weten genoeg wat prachtige
dingen Arthur Coussens' ons te genieten
gaf. We kunnen hier niet alles te berde
brengen wat er van zijn hand is, want
na zijn dood bleven nog onuitgegeven
werken tusschen de kartons liggen.
Van Roeselare verhuisde hij naar Ich
tegem, een wijduitgestrekte gemeente,
met bedrijvig volk en veel schilderach
tige hoekjes en kantjes. Het kostte den
vroegeren leeraar misschien wel wat
moeite, om zich aan dien levensomkeer
te gewennen... maar 't ging! En het
ging zoo goed dat hij op Ichtegem de
ongeveinsde vriendschap bezat van Jan
en alleman.
O dierbare Arthur Coussens. gij sim
pele groote ziel, gij hebt geen hoogmoed
gevoerd ln uw schild, ge werkte liefst
ongeweten. Des te meer willen wil U
roemen. L. J.
Jr 1. - Versperringen tegen landin-
gen uit de lucht, loopgraven en
schuilgaten zijn verdedigingsinstal
laties
2. - Beschadigingen, alsmede ont
vreemding van versperringen tegen
landingen uit de lucht, loopgraven
schuilgaten worden van de krijgs-
gerechten zioaar, in zekere omstarv-
diqheden met tuchthuis of met de
doodstraf gestraft.