Regierlyke Kronyk.
Sterfgevallen.
Officiële Akten.
Donderdag, 24 April, moest voor de Kamer van Appel van
Eorreclionnele Zaken, deze verschenen van aenslag op de eer-
baerheid, ten laste van Graef Cornélissen. De Verdediging een
bcwysschrift van den doktor bybrengende, den ziekelyken
staet van den verdachten bestatigende, is deze zaek nog voor
14 dagen verschoven; het Hof heeft verklaerd dat dien
uitstel voor de laetste mael geschied.
Het Hof van Assizen van Boon zal zich in zyne toeko
mende zitting bezig houden met de zaek van vergiftiging door
eene vrouw op haren man gepleegd, by middel van phos-
phoor. Zy was reeds 5a jaren in huwelyk.
Den 1 Mei, is te Sint-Joos-ten-noode, generael-majoor
Steven, oud Kommandant der Provincie Luik, overleden.
De Bestendige Deputatie komt, door verscheidene Besluiten,
de volgende Hulpsommen te verkenen, op het Krediet bestemd
aen de Openbare Wegen voor 1862.
1° Aen de besturende Kommissie van den Steenweg van B.e-
ninghe naer Oostvleteren 7,500 fr.;
2° Aen de besturende Kommissie van den Keiweg van
Waesten naer Ploegsteert, fr. 1035-34 c.;
3° Aen de besturende Kommissie van den Keiweg van
Watou naer den Abeele, 5,000 fr.
4° Aen de besturende Kommissie van den Steenweg van
Langemarck naer Zonnebeke, fr. 10,315-55 c.
5° Aen de besturende Kommissie van den Steenweg van Via-
mertinghe naer Elverdinghe, 5,000 fr.
6° Aen de besturende Kommissie der Wegen van Voorme-
zeele, 1,800 fr.;
7° Aen dc besturende Kommissie van den Steenweg van
Stavele naer den Beurlweg van Westvleteren, 5,000 fr.;
8° Aen de besturende Kommissie van den Steenweg van
Meessen door Ploegsteert naer Armentières (Frankryk), fr.
14,535,54 c.
Door Koninglyk Besluit van 22 April laetst, is er eene Hulp
som toegestaen aen de besturende Kommissie van het Leer
werkhuis van Becelaere van 500 fr. tot het voltalligen van
het allaem.
By Koninglyk Besluit van 5 April laetst, de schadeloosstel
ling op het voeder der peerHen van de onder-officieren, briga-
dieren en gendarmen deelmakende der Brigaden geplaetst in
de gemeenten eninde steden waer er geene Voeder magazynen
bestaen, is gesteld, voor West-Vlaenderen, op fr. 1-55, daegs
en per peerd te beginnen van 1 January tot en medebegrepen
31 Maert 1862.
By Koninhlyk Besluit van 25 April, is M. Versteylen, ont
vanger der Direkte Belastingen en Accynsregten, te Zillebeke,
Kontroleur der Direkte Belastingen, Accynsregt en Komptabi-
liteit van derde klas, te Maeseyk benoemd.
M E fl G E F I G E !V
DE MEIMAEND.
De Zon, dat goede afbeeldsel van 's eeuwigen glans en al-
magt, het Tweelingsteekjen doorzweven hebbende, worden
de dagen zoet en aengenaem, de nachten kort en lieflyk en de
morgendstonden lachend. De Mei trekt dan haer geschakerde
bruidgewaed aen. De bruine koppen werpen de schede af en
barsten openmen beschouwt een helder groen schynsel in
het doorzichtig geboomte, en uit de ontiokene bladeren vloei-
jen stroomen van levenskracht. De bloeiknoppen in witte of
veelkleurige petalen, maken den boomgaerd tot eenen grooten
ruiker, die balsemgeuren uitwasemt en de blyde hoop
des luinmans koestert. Duizend verschillige, tot sieraed ver
strekkende bloempjes, hare cellengewcefsels ontspannen heb
bende, beuren, door hare verbazende schoonheid, de bewon
dering van den vriend der natuer op, en de kelken bestemd
om hare teerdere wichtjes te ontzwachtelen vertoonen aen den
wysgeer diepten van onnaspeurlyke wysheid. De steeds aen-
gi'ocijende warmte roept de gekorfde diertjes tot het leven, en
de in vlinders vervormde rupsen, wiegen zich met hunne
kunstgeschilderde wiekjes, op de vleugelen der zefirs. Het
zielbetooverend lied van den FÜomeel, gepaerd met hetgene
van de andere boschzangers verrukken het hart des aenhoor-
ders ja de bckoorlykheid gaet zoo verre dat de boomen zelve,
gelyk voor Orpheus' Lier, hunne ooren schynen te openen.
Deze aenlokkelykheid is in het hout alléén niet. De bouw
landen leveren allerschoonste gezichten op de, in bloei zynde,
koolzaedstukken gelyken, in de verte, aen uitgespreide geele
doeken, en de bloemen dezer ryke planten wasemen iieflyke
geuren uit die de reukorganen streelen de koornvclden door
den zachtcn wind bewogen, zyn gelyk groene zeeënhet
malsche gras begroent de beemden, waerop witte geel en
roode zomerbloempjes afsteken, gelyk de schitterende Gol-
condées Steenen op het kleed eener Cleopatra. De losge-
latene runderen snuiven er den geurigen wazen dier bloemen
in, en dartelen in den blyden overvloed. Hier vindt men geene
nachtegalen om door het zingen hunner liefde, de Meimaend
acngenaemheden by te zétten, inaer in tegendeel, zoo haest de
dageraed met zyne gouden vingers de oosterpoort ontgren
delt, verlact de gekuifde leeuwerik het bepareld veldtapyt en
klimt, al zingende, tol het zwerk, om als het ware, den Schep
per voor die Iieflyke morgendstonden hulde en dank op te
dragen.
De zwaluwen zweven overal, met slangenvlugt, onder het
wolkengespan, om, door haer geratel, hare wederkomst uit
de verzengde luchtstreek, aen te kondigen. De vlytige bieën
verlaten reeds vroeg hare zeshoekige wooningen en vliegen al
gonzend van bloemkelk tot bloemkelk om er do zoeten honing
op te garen.
De zorgvuldige en onvermoeibare mier, door de koesterende
zon uit haren slaep getrokke, zoekt overal naer voorraed, en
de eentoonige krekel schynt, door zyn schraefgezang, met
hare zorg te lachen.
De statige, rondwandelende Dagmonarch, met al zyn glans
en pracht, ons halfrond verlaten hebbende, spreidt de avond
traegzaem zyn vael kleed uitde tintelende starren vervangen
de dagtoorts en alles schynt te rusten er heerscht eene dood-
sche stilte in het woud, die by poosjes onderbroken wordt
door het gekweel eensnachtegaels. Terwyl alles zwygt, veree
nigen de treurige kikvorschen in de waterleidingen, die de
beemden doorsnyden, 's avonds hunne stemmen in koor, en
doen hun gekwak en scherp gerek in dc verte hooren.
Te regt hadden de Ouden de Meimaend aen de Godin der
vruchtbaerheid toegewydalles ontkiemt, alles ontwikkelt
zich, alles leeft, alles liefkoost, alles kweelt van liefde, alles
vermenigvuldigt zich, al de voorwerpen van het planten- en
Golconde is een koningryk in Afrika. Daer vindt men mynen
yan Diamanten, waeruitde schoonste dier edele steenen komen.'