Verscliillige Tydingen.
Officiële Akten.
treffende aeneenschakeling van volkswaerheden voor den dag
brengt, welks fyn gezochte uitdrukkingen, hoe ruw dan ook,
de gevoelige snaren des publieks weten te raken, daer is, myns
dunkens, de echte tooneelschryfkunst. En zoo is inderdaed
Carein's Elisa de kantwerkster
Ilare geschiedenis is eenvoudig: Zy is jong, arm en werk-
zaem, leeft met Josef haren broeder, kent eenen zekeren
Adolf, kantoorbeambte, alsook Rooze, andere kantwerkster,
goedhertige kommeer iets wat schrikkelyk raer is. -Nu,
Lisa werkt voor Mr Gierbaert, 't spyt my dat ik dien vent
mynheer heeten moet, maer zoo titelt men hem in 't stuk.
Die heer Gierbaert dan, wordt, zietgy, wulps verliefd op Lisa
en door zekere schelmachtige trekken tracht hy haer in zyn
net te lokken. Bekoormiddelen, dreigingen en gevangenis
worden zoo beurtelings gebruikt. Maer eerlykheid, gevóel van
zelfweerde slaen al de plannen van Gierbaert tot gruis. Josef,
Lisa:s jonge broeder, Rooze en Adolf spelen daer eene schoone
rol. Ik heb het u liever te laten lezen dan te vertellen.
Kortom, Lisa de Kantwerkster plaetst, voor de uitvoering,
de maetschappy van Yper op eenen voortreffelyken voet. Als
Carrein de rol van Lisa's broeder schreef, bedoelde hy een
weinig de geestige stedeknaep, immer wakker en vrolyk wel
nu zoo heb ik hem gisteren op de planken zien loopen. Het is
een jong ypersch kind dat ons dien Jozef regt meesterlyk voor-
gedrageu heeft. Het volherde zoo en later, zelfs niet verre van
bier meer, zal hy een der beste vlaemsche tooneelliefhebbers
worden die men thans ontmoet. Ook alle lof zy Rooze gege
ven, dat echt vlaemsch wyf, klapperig, kwistend zoo men wil,
maer zoo edel, zoo echt, vlaemsch van aert. Die rol ook werd
uitermate goed uitgevoerd, alsook die van Lisa, Adolf en de af-
stootelyke persoonaedje van Gierbaerd.
Bravö, Yper
Ehwel! waar zijn die mannen nu, die over weinige dagen
nog aan het ijpersch publiek wilden opvesten dat de artikelen
van den Thonroutenaer, het Weekblad van Bixmude en veel
andere nieuwsbladeren, betaalde artikelen waren Dat debe-
krooningen te Meenen, te Eecke (Frankrijk), te Gent en laatst
tc Rousbrugge behaald, niet anders dan gekochte lauweren
waren! Het hierbovenslaande artikel over den palm dooi
de Maatschappij de Vlaamsche Ster, in 's lands hoofdstad be
haald, is een pletterend antwoord op al den laster dat hel ve
nijn der afgunst ooit heeft uitgeworpen 1
Dezer dagen liep het gerucht in stad dat er te Brussel,
jn den dierentuin, bijna een ongeluk te betreuren geweestwas.
Een arlilleuruit eene kleine stad van Westvlaanderen, aan
den beeren-kuil gekomen zijnde, heeft zich te ver overgeheld
en het evengewigt verliezende, viel hij erniet in, maar zijn
chako rolde tot bij den beer. De beest vond er een lekkere beet
bij en speelde in drie minuten de chako binnen. Men schrikt
als men er aan denkt; had het de artilleur geweest die er in
viel was hij met twee zwelgen meer ook binnen 1
Zoo het schynt is het schoon geslacht van Rousbrugge, voor
nemens een bedankingsbrief te schrijveu aan het weekblad De
Toekomst, van Yper, in antwoord op een artikel ter hunner
lof geplaatst in zijn nummer Yan Zondag 21 dezer.
(Dorpsbode.)
De grootste feest die nog in België plaats gehad heeft, gedu
rende Leopold's regering, was zeker de intrede te Brussel, op
24 September 1862, gedaan door onzen welbeminden koning.
Nooit meer volk, bezield met grooter opgetogendheid, heeft
men nog aangetroffen. Het ware moeijelijk den indruk te be
schrijven die men bij het voorbijrijden des konings en
zijne familie, gevoelde. Als de stoel opkwam zagen de aen-
schouwers in de verte de lucht verduisteren door het groot
getal ruikers die men in het koninglijk rijtuig wierp; het was
als een slach van onweder die men in de verte hoorde aanstor
men, zoodanig bruischte de menigte door het donderend en
altijd aanhoudende vreugdekreet vanLeve de Koning 1
Het was alsof de menschen eensklaps uitzinnig waren,want
iedereen schreeuwde; de vrouwen met hunne neusdoeken in
de hoogte zwaeijende, sommige stonden als verstomd en stille
tranen druipten op hunne wangen. De mannen met de hoeden
op hunne gaanstokken in de hoogte geheven, deden de lucht
door hunne lofschreeuwen weêrgalmen.
Het koninglijk rijtuig was omringd van een opeengestapelde
menigte, die, als of 't ware, hetzelve in triumf wilde dragen,
zoodanig was het begeesterd. Verscheidene malen heeft men
gepoogd de peerden af te spannen om zelve het rijtuig voort
te trekken maar telkens heeft Z. M. zich daartegen verzet.
Al de burgerwagten der stad waren vermaand om vri j willig-
lijk de betooging door hunne tegenwoordigheid te verluister
rijken en geen enkele heeft afwezig geweest 1
Wij hebben bij deze feest tegenwoordig geweest en bij het
voorbijtrekken van den koninglijken stoet gevoelden wij als
eene rilling die over ons liep eene aandoening beving al onze
leden en gedurende eenige oogenblikken waren wij als bewust-
loos, maar eensklaps als herlevende, nam een gevoel van vorst
en vaderlandsliefde in ons hert plaats en onze stem vervoegde
zich met deze der menigte.
Indien er zich aldaar een Proudhon bevonden had, wij zijn
zeker dal hij er slecht zou van afgekomen zijn 1
Den 15 dezer maand, 's namiddags ten 1 ure, is te Pa-
liseul eene poging tot moord gepleegd geweest op eene vrouw
van 67 jaren door hare dochter oud 47 jaren.
De moeder was in hare keuken bezig, toen hare dochter bin
nentrad en zonder een woord te spreken, wierp zij haar op hare
moeder en bragt haar in den nek met een tafelmes eene zware
wonde toe. De geburen kwamen op de noodkreten toegesneld
en moesten een venster instampen om binnen te geraken. De
dochter nam de vlugt en liep zich in den kelder in een put wer
pen, waar men haar terstond uittrok.
Gelukkig zi jn de wonden niet doodelijk. De dochter, die zich
sedert eenigen tijd aan den drank overleverde en de zinnen ver
loos, is in hechtenis gezet.
Den 21 dezer heeft er te Brême, in de menagerie Benz,
een droevig voorval plaats gehad. Terwijl de temmer in het kot
der pantheer was, is deze beest in woede gekomen en heeft de
man met zijne nagels de borst en de armen opengetrokken.
Men heeft groote moeite gehad om de temmer aan eene zekere
dood te onttrekken.
Een Koninklijk Besluit van 15 September 1862, staat eene
zilveren medalic- toe aan den heer Dumon, oud 14 jaren, leer
ling bij stads middelbare school te IJperen, voor daden van
mensclilievendheid. Eene id. aan Cornet, werkman te
IJperen. ld. aan Desbonnets, lastdrager te Wervick en aan
Sogier, veldwachter te Zonnebeke.
VERVOLG der Redevoering van M. XI». Lanscns.
Ondertusschen werd het gebruik der vlaamsche taal in alle
openbare akten, bestuurzaken en zelfs voor het opstellen van
dagbladen verboden. Daardoor werd de noodzakelijkheid om
de fransche taal aan te leeren dringend. De jongelingen van
den aanzienelijken stand, gingen daartoe naar Parijs, of in het
Lycée van het een of andere departement van Frankrijk. Daar
legden zij zich op de studie der taal van de overheerschers toe,
en deden pogingen om de manieren en de wellevendheid van
dit volk na te apen. De min gegoeden gingen veelal tot het aan-
leeren dier vreemde taal in Frankrijk als huurlingen dienen en
leerden daar wat fransch brabbelen.
Toen de eenen en anderen bij hunne ouders teruggekeerd
waren, verhieven zij zich boven degenen dicdeouderlijke woonst
niet verlaten hadden, beschouwden de Moedertaal,hoe schoon
en rijk die ook wezen moge, als eene barbaarsche spraak, de
voorvaderlijke leefwijze en het ongekunsteld karakter hielden
zij voor boersch en onbeschaafd; gevófgelijk beschouwden zij
bet als eene smetvlaamscli te spreken en die taal schrijven ging
bij die verfranschte lieden als eerschendend door.
Indien eenige van hen smaak in de beoefening der Letteren
vonden, schreven zij natuurlijk in het franse h, om hun talent
in Frankrijk te doen bewonderen, of uit belang om in dit rijk