GHEEL,
Officiële Akten.
MARKTPRIJZEN.
Kolonie der Krankzinnigen,
MENiGEEJUGEM.
ARTHUR.
Bij koninklijk basluit van 18" Fëbruarij 1803, is den heer
Alphonse llansseus, ontvanger der registratie te Peer, be
noemd in dezelfde hoedanigheid te Aerschot, en den heer
Gustave Hanssens, surnuméraire te IJper, als ontvanger der
registratie te Peer.
Bij ministerieel besluit van 21" Februrij is de sneppenjagt in
debosschen, in al de provinciën geopend, te rekenen van den
1" Maart tot den 5" April inbegrepen.
(VERVOLG.)
Met welwillendheid en liefkozingen ontvingen de ouders
den kleinen vlugteling. Beiden waren gelukkig hun jongste
zoontje weer aan de borst te mogen drukken.
Neen! riep de vader in uitzinnige blijdschap uit, neen,
mijnen zoon, gij zult niet meer vertrekken, onze kleine oogst
is rijk geweest, en God zal, hoop ik, voor het vervolg, mede
lijden met onze ellenden hebbenhierop vielen allen op de
knicn neêr en stuurden een smeekgebed hemelwaarts
De winter was streng; de kleine vooraad der arbeiders is
bijna verteerd! de jonge Arthur werd verpligt met ver
stijfde lenden het dorp rond te dwaalen om bij de welhebbende
eenigen bijstand af te smeeken. Een goede landman had me
delijden met hem; hield den bevalligen jongen op zijne hoeve
en betrouwde hem zijne kudde toeonze Arthur werd schaap
herder
Thans had Arthur zijn lot met hetgeen eens vorts niet wil
len ruilen: trouwens hij was bij zijnen geliefkoosden terug,
en had de viool zijns vaders en de piano des onderwijzers weêr
gevonden
De herderstaf in de hand, trok hij met zijne kleine kudde te
velde, huppelde op het gras, speelde de liefste airen op zijne
schalmei en deed de lucht door zijne zoelluidende gezangen
weergalmen hij was gelukkig en leefde zonder kommer. Een
vol jaar verliep aldus.
De landman was hoogst ingenomen van zijnen jongen
schaapherder, hij aanzag hem als zijn kind. Te vrede over zijn
begrip en geesteskrachten, verleid door de gedagte dat, indien
men eene opoffering voor zijne opvoeding deede, het voor
hem niet onmogelijk zijn zou dorpsonperwijzer te worden,
nam de goede weldoener het edel besluit hem de lessen der
Heilige Drijvuldigheid te Dresden te laten volgen.
liet was voor den leerzuchtigen Arthur een groot geluk
zich aan zijnen lust voor de studie te mogen overgeven, en
gedurende drie jaren, deed hij opgeruimd twee maal den
togt van zijn dorp naar Dresden. Des middags verschool hij
zich onder den ingang eener kerk, waar hij met goeden eet
lust het stuk brood en den appel verslond dat doorgaans
zijn klein middagmaal uitmaakte. Zijnen voortgang was
hoogst voldoende; Arthur onderscheidde zich bijzonderlijk in
de klassen van gezang en piano: het muziek was het voor
werp zijner liefste studie geworden, en hij leverde zich met
ijver aan de studie dezer kunst over aan dewelke hij de eerste
gedachte van geluk en eer verschuldigd was.
Reeds was Arthur zoo ver gevorderd dat hij muziekstukken
van de grootste moeijelijkheid uitoefenen kou, wanneer het ge
val bijzijn weldoener een lid der Koninglijke kapel van Stok-
holm bragt, die den jongen Arthur hooide en over zijne
kunst verwonderd was. Door Arthur's weldoener ging hij
vergezeld de ouders van onzen kleinen schaapherder vinden.
Uw zoon, zegde hij aan deszelfs vader, geeft blijkens van
grooten aanleg, in hem is waarschijnelijk de toekomst eens
groolen ïnuzickants; betrouw hem aan mij toe,Jiij zal mij in
Italië vergezellen, alwaar ik eenigen tijd verblijven moet; ik
belast mij er zijne opvoeding te voltrekken.
Zulk een voorstel vleide de neigingen des kinds en den
hoogmoed des vaders hij werd met herkentelijkheid aan-
veerd, arme Arthur! indien gij het lot dat u voorbestemd was
had kunnen voorzien, wal bittere tranen zoudt gij niet ge
stort hebben, wanneer gij uwe teedere ouders en uwen
onbaatzuchtigen weldoener den laatsten kus van vaarwel
gaaft
De kunstenaar, die Arthur met zich nam, was eene harde
en zelfszuchtige ziel'; misschien ook berouwde hij het aanbod
dat hij in het eerste oogenblik van geestesdrift gedaan had.
Nauwelijks hadden zij het armzalige dorp uit het oog verloo-
ren of het woest uitzien eens tirans volgde op den zoo zoeten
glimlach eens beschermers, liet gedrag van den kunstenaar
jegens Arthur veranderde gansch. Vooreerst hield hij staan
dat zijn rijtuig te klein was om twee persoonen te bevatten en
dat hij er te weinig op zijn gemak was. Arthur werdt verpligt
het rijtuig uit te stappen en hetzelve te voet te volgen. Weldra
waren zijne krachten uitgeput, en soms bleef hij ook afgemat
op den weg liggen. Dan deed de kunstenaar hem weder in het
rijtuig stappen, maar telkens was de tijd dezer uitrusting van
korten duur, en duurde nooit langer als een vierendeel uurs
de ongelukkige jongeling moest zijnen loop herbeginnen op
het oogenblik dat hij de zoetigheid der rust begon te gevoelen.
Op deze wijze doortrappelde hij vooreerst den afstand die
Dresden van Hambourg afscheid, daarna Oostenrijk, de bergen
van Stijreën in Carcuthean
Eindelijk is hij in het land van schoone kunsten aangeko
men; de beloften des kunstenaars gaan zonder twijfel vtrwc-
zentlijkt worden de studiën gaan hem het lijden der reisdoen
vergeten IJdele hoop Zijn zoogezeide weldoener heeft
geen ander inzigt gehad als zich goeden koop eencn knecht
aan te schaffen Arthur borstelt de kledderen zijns mees
ters uiten deed boodschappen; wat de lessen betrefthij
:t een enkele.
(//et vervolg in het aanstaande nummer.)
YPEREN.
AAItü
DER
GRANEN ENZ.
28 Fëbruarij.
7 Maart.
verkocht Ie
kwantiteit.
middenpr
p. (OOkilo.
vcrkochlte
kwantiteit.
middenpr.
p. 100 kilo.
Tarwe
Rogge
Haver
Erweten
Boontjes
Aardappelen
Boter
37,000
7,G00
2,800
1,900
20,000
9,000
26-25
18-25
18-25
24-50
25-00
5-00
275-00
20,100
5,800
2,100
2,200
15,500
9,000
26-57
19-00
18-00
23-50
24-00
5-00
275-00
Tarwe van
Ko.°'.o'p
J,uuir
Sucrioen
Haver
Boonen
VEURNE. Per 145
25 Fëbruarij.
fr. 23-00 tot 51-75
18-50 20-50
12-50 19-25
11-00 15-50
21-00 24-50
liters.
4 Maart.
24-00 lol 51-50
19-00
15-00
12-50
22-50
20-25
19-00
15-50
24-50
DE
historisch geschetst door
A.-C. VAN DER CRUYSSEN.
Fraei boekdeel met 2 platen.