Verschillige Tijdingen. ALLES VOOR DE KUNST erg gewond. liet is le hopen dat er binnen weinigen tijd merkelijke beternis in zijnen staat zal geschieden. iT 'TST - Wij vernemen uit goede bron dat M. Van Doeselaer, van Antwerpen, de afvraag aan onze stads-regering heeft gedaan ten einde alhier op Woensdag 5" Februarij aanstaande ecne luisterrijke vertooning temogen geven. Indien onze welwil lende regentie erin toestemd dan zal het ypersch publiek zich nogeens een avond goed kunnen verlustigen. Iedereen geheugd zich nog met hoeveel bijval deze artiesten hier in hunne laat ste tooneelvertooningen gelukt zijn. De Pukben le Yperen. Wanneer men ten vreemde hooi t spreken over deze ziekte, zou men waarlijk denken dal het hier eene met de pest bezochte stad is geworden, zoo don ker schildert men onzen toestand af. Ginds zegt men dat er 5,000 menschen sedert Allerheiligen-dag gestorven zijn Daar verleid men dat de menschen dood vallen langst de straat! en dergelijke overdrevenheden die aan handel en nij verheid onzer stad zonder twijfel geen voordeel bijbrengen. Het is tijd dat wij een weinig licht over de zaak storten, zon der dat mogt het nog verergeren. Het is waar Yperen is met de pokken besmet, hier en daar moet het een ongelukkigen met den dood bekoopendeze ziekte spaart niemand. Daarom worden er thans gezondheids maatregelen genomen. Een toezicht-kominissie is ingerigtom in de kleine gehuisde gebuurten onderzoek te doen of er niets tegenstrijdig de gezondheid bestaat; men hoopt daardoor de ziekte eenigzins te doen verminderen. Men beveelt ook sterk de vaccine aan,- zelfs aan dezen die reeds die voorzorg genomen hebben, raadt men dezelve nogeens te nemen. Het jaargetijde dat wij nu doortrekken sleept elk jaar meer menschen naar de andere wereld dan de andere drij saisoenen. De slagloflers door de ziekte daarbij gevoegd maakt dat er telkenmale een goede halve kolom dooden op den burgerstand in ons biadjen gedrukt slaatde sterfte is grooter dan naar gewoonte, wij bekennen het, maar het is daarom niet gezegd dat liet allen slagtoflVrs der ziekte zijn, dezen nu kortelings overleden, verre van daar. Het gaat zoo ver dat de buitenlie den naar de markt niet meer durven komen en onze markt half bevoorraad laten; vrienden ontzien vrienden te bezoeken Daarom schreven wij het hierbovenstaande om de vreemde lingen gerust te stellen; ten anderen men zegt dat de ziekte merkelijk begint le verminderen. Een reisje naar Meenen. Zondag na den noen is onze ijverige Maatschappij de Vlaamsche Stejï vertrokken 0111 te gaan kampen op den Prijskamp van Meenen. Men weet dat er op dien kamp de voornaamste van België zich laten inschrij ven hebben: ecne van Brugge, twee van Brussel, eene van Antwerpen, twee van Gent, eene van Deynze, eene van Oostende en eene van Blankenberghe. Deze opgave zegt genoeg hoe be langrijk dezen Prjjskamp is en hoeveel voordeeien de Vlaam sche zaak al den kant van ;t Tooneel zal aanwinnen. Nu ter zaak: onze Ypersche Ster is er Zondag geweest op dien fameuzen kamp en heeft zich, zoo als men vernomen heeft door heeren van Meenen, nogal tamelijk wel uit den slag getrokken, zooveel te beter; ook wanneer men zegt dat Tamboer Janssetis en I/otsebotse vertoond geweest zijn, dan twijfelen wij niet meer of het publiek heeft voldaan geweest. Buiten dat, de Ster gaf nog Ogaritci, een nieuw blijspel, Vader Patiëntie, kluchtlied, en de Boerenvrijagie, eene al- lerkoddigste tweespraak, die altoos veel plezier doen; dat is genoeg zeggen hoeveel bijval deze Tooneelavond te Meenen zal gevonden hebben. Tot dan was alles wel vergaan, maar het tweede kapitel be gon met de terugreis. De baan was zoo glad als glas geworden, doordien het reeds van in den valavond begonnen ijssclen had. Nu, men vertrok ten 1 1/4 ure en alles ging wel zoolang men de stad niet verlaten had; maar eens buiten, daar begon het ernstig te worden. De rijtuigen gletsten nu al den eenen dan al den anderen kant van den steenweg af. De peerden, al hoewel scherp beslegen, konden bijna niet voort, de doom huns adems schoot uit hunne neusgaten als uit de schouw eener locomotief! de arme beesten gingen als op vuur, zooda nig werkten hunne ijzers op de kassijen: het geleek een aan houdende weerlicht. Aan den Boelenberg gekomen, smeekten de geleiders de heeren te willen afstappen, zonder dat konden zij nooit de hoogte boven geraken. Ziet gij daar een karavaan van een dertigtal Vlaamsche liefhebbers zich met moeite voort slepen. Het weder overtrok, het regende ijs en het wierd helledonker. Bij Kruis-Eik tuimelden er twee in een dijk, verder vielen er nog eene dozijn verder waren er drij die arm aan arm, op gemeten tred, een stuk koorzang begonnen zingen, zeker zijnde dat zij alzoo niet zouden vallen Pardaf! zij lagen er alle drijEn alzoo van tuimelpert tot tuimelpert geraakten zij, bekneusd en blouw, aan den Zand berg. De Vlaamsche Ster had bijna eene uur en half, al vallen en opstaande over handen en voeten, in den donkeren en re gen, zich voortgesleept Aan het Ifooge scheepte men in en men kwam, zonder on geval, ten C 1/2 ure 's morgends te Yperen aan Ziedaar, lezer, het verhaal, volgens een lid der Vlaamsche Ster, der terugreis dezer Maatschappij van haren togt naar den Meenenschen Prijskamp. Ook op haar vaandel staat er ge schreven 11 MoedigOndernemend, zonder Hoogmoed Heden gaat deze onvermoeibare Maatschappij naar Veurne, op de vraag der Veurnenaars, eene vertooning gaan geven be staande uit: De Boerevrijagie,de Vrijschutter, Vader Cats en de Boerenkermis,- eene tweespraak en drij lieve stukjes die, wij zijn er zeker van, aldaar veel bijval zullen genieten. Goede kans Volgens een blad uit Charleroi schijnt het dat de rest der Zwarte Bende aangehouden is. Zeven verdachten zijn onder de magt des gerechts. Alle deze aangehoudenen behooren tot eene en dezelfde familje, deze zijn de 4 gebroeders Bouton, in den wandel Meitrice) dan de twee schoonbroeders Rubant en Piedfort; de zevenste is de vrouw van een dezer twee laatsten. De zes mannen zijn sterk en struis als boomen. De eene is boerenwerkman, d'andere vleeschhouwer, een derde herbergier, een vierde voerman. Hun vader die nog leeft is een klein boerken. Wanneer men deze aanhoudingen Woensdag in den vroe gen te Fleurus deed, stond geheel deze gemeente over hoop, doordien er zooveel gewapende magt op voet was. Het cellengevang te Charleroi bevat tegenwoordig zeven kerels die een nieuwe Zwarte Bende uitmaken. God gave dat het geregt ditmaal juist de hand zou gelegd hebben. Het was den 21? dezer, de verjaardag der dood van den on gelukkigen Lodewyk XVI, Koning van Frankryk. Dit datum herrinnerd ons ook het afbranden des Munte- schouwburgs, te Brussel, in 185G. Men zet gedurig te Londen en te Parys de proefnemin gen en onderzoekingen voort over de luchtreizen in théorie om de toekomende lente in pratique over te zetten. fn Engeland bestaan er 5 groote huizen die wekelijks ieder 500,000 papieren Cols fabrikeren. De wereldwijd beroemde koopman iu potlooden, Man- gin, is aan eene borstziekte overleden. Een blad verhaalt het volgende belangrijke feit: Een gepensionneerd kolonel van het oostenrijksche Ie"er M. Hussmann, woont thanste Brussel. In 1751 geboren, werd hij 111 1797 gepensionneerd, ais kolonel van het waalsche linie regement dat thans den naam van Nugent draagt. Toen de grijsaard vernam dat zijn regement naar Holstón vertrok, besloot hij, ofschoon 115 jaren oud, het nog eenmaal te zien; maar zijne krachten waren niet zoo sterk als zijnen wil cnhij

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1864 | | pagina 2