Maand van Maria, GII E L, aan zeer geringe prijzen. Kolonie der Krankzinnigen, BURGERSTAND. Te bekomen ten bureele van dit blad Schoon boekdeel in alle banden verbonden, lljlgMgJ» dc zomermaanden, de school, door een onbekenden meester 'gehouden, tc veriaten, om op den akker hand aan 't werk te slaanweinige uren hieven er dus ter mijner ouderrigting ovei', en enkel stcelsgewijze konde ik eenige kennissen aan winnen. Hij, die in die dagen niet geheel en al van den broode wilde leven, moest zijn eigen meester zijnalthans op de dorpen zag het er toen slim uit. l)it verklaart waarom Vlaan deren destijds zoo weinige geleerden, zoo weinige dichters heeft voortgebragt. Toen ik twaalf jaren oud was, rees 1790 aan de kim geen wonder dat ik eene zoo groote zucht om 'l fransch aan te leeren opvatte, als de Israëlieten om 't beloofde land te zien. Edoch, tijd en gelegenheid ontbraken: de winteravonden en nachten voorzagen in 't eerste; een Grammaire de Hestaut, eenigzins in het tweede, op drij maanden tijds kende ik Res- taut van buiten, 't accent gaiduis, dat ik had, daargelaten. Nu wilde ik latijn leeren: paters-kollegien stonden mij ten dienste: dat van Rousselaere zoude in 1794 mij opnemen maar eene vroegtijdige dood wenkte mijn goeden vader ter ruste: na meer dan eene halve eeuw, zijn mijne tranen over dit verlies nog niet opgedroogd. i' Vier jaar werd het aanleeren van 't lieve fransch mij wat al te gemakkelijk gemaakt. De militaire concriptic sloeg in ons ongelukkig vaderland hare klauwen rond en uit. Het gelukte mij onder de artillerij ingelijfd te worden. De genie, hoopte ik wel, zou mij hare schatten ontsluiten; klappen zijn geene oorden, zegt men te Brusselde officieren zelve der genie wa ren Franschmans en groote klappers. Suf/icit. Ter goeder ure uit cenen dienst onslagen, van welke men meer dan van de dichtkunstoefening kan zeggen: Dc krijgsman wordt gebo ren, niet gevormd, hoopte ik tot den geestelijken staat te geraken. De eenzaamheid werd mijne beste vriendin gedu rende twee jaren had ik geen anderen gezel dan den rector van 't Recollettenklooster van Eecloo. Die brave man troostte en onderrigte mijvoor dien tijde was 't een geleerde geeste lijke: toegevend jegens allen, uitgezonderd jegens zichzelven, was hij opgeruimd en maatschappelijk: oud-professor der latijnsche poë'zij, maakte liij ook vlaamsche verzen, zooals men ze destijds maakte: alles is immers betrekkelijk. Eens las hij iets van mijne Muze: Gij zijl poëet geboren, riep hij uit. Daarom toen ik later als Rederijker eene zinspreuk moest aannemen, even gelijk de doktors der alma maler van Leuven een blazoen aannamen, verkoos ik al heel liertjes het CiceroniaanschePoëta nacitur non /it. Die goede kloosterling! hij misprees mijnen trek ter god delijke dichtkunst niet; maar raadde mij aan die als uitspan ning alleen te beoefenen, niets barer onwaardig tc bezingen en op die wondergave nimmer overdreven trotsch te zijn. Het orakel des mans, in wien ik zeldzaam verschijnsel van een trouwen vriend mogt ontmoeten, heb ik, ten minste wat de twee laatste voorschriften betreft, trachten na te komen. ii Tot dan had ik getracht met mijnen uilgespaarden tijd te woekeren: de fransche dichters hadden mij verrukt, de hol- landsche van de oude dagen, ten minste Cats, met brokken van Vader Vondel, en, ja, zijn letterzoon Antonidës, kwamen mij in de hand. Poot ongelukkiglijk niet: ten minste eene keuze uit dien dichter der natuur, landman als ik te dier tijde. Bilderdijk, Helmers en Tollens, waren destijds in Belgie niet eens bij name gekend, Siegenbeek en Weiland niet meer Dan, na de zondvloed der fransche omwenteling wegge dreven was, begonnen onze rederijkers weêr uit de laagte het hoofd wat naar omhoog te steken: de blazoenen werden mooi geschilderd, vanen en vlaggen hernaaid, de pennen gesneden, enKroons beroemd Rijmwoordenboek kwam weêr uit het stof voor den dag. Reeds in 1803 liet ik mij, als rijmrecruut, in 't Rhetorica van Hooglede (op dc hoogte groent de olijfboom) immatrrculeren. Mijne geëerde konfraters spoorden en zweep ten mijn pegaasje geweldig om, qualitate qua, in de Olym pische kunstrenbaan van Vlaanderen een loopje te wagen.Wie toch heeft er geen greintje eerzucht Wordt voortgezet.) van 8°" tol f5c" April f86 ïïj te zamen 9. 6) HUWELIJKEN. GEBOORTEN Mannelijk geslacht vrouwelijk Vandcrhcidcn, Joannes, lintenwever, en Duhen, Maria, kantwerkster. Desmedt, Ludovicus, metselaar, en Breyne, Clementia, kantwerkster. STERFGEVALLEN. Dcnturck, Aloisius, -14 jaren, S' Jocobs nevens Yprc. Vasseur, Henricus, 41 jaren, herbergier, echtgenoot van Bar bara Van Egroo, S'Jacobs nevens Ypre. Taccoen, Francis, 56 jaren, smid, echtgenoot van Georgina Brion, Meenenstraat. Alhier, Anaslasia, 66 jaren, waschster, echtgeuoote van Joscphus Claeys, Meenenstraat. Beneden de 7 jaren, Mannelijk geslacht e) tc zamcn 7 Vrouwelijk id. o) MARKTPRIJS VAN YPEREN. AARD BKR GRANEN ENZ. 9 April. 16 April. verkocht;! c kwantiteit. middenin*. j>. ioOkiJo. vcrkochfle kwantiteit. •middennr. p. 100 kilo. Tarwe 25,100 25-75 25,400 24-00 Rogge 5,000 16-25 7,400 15-87 Haver 600 18-50 2,200 17-50 Eiwelen 824 17-96 1,050 17-96 Boontjes 618 18-44 4,556 18-52 Aardappelen 8,500 5-00 10,500 4-75 Boter 260-00 245-00 De prijs van het meuagie-brood, voor de week van den 17" tot 24" April, is gesteld aan 22 centiemen per kilo. VEURNE. Eer 145 liters. Tarwe van Rogge Sucrioen Haver Boonen 6 April, fr. 25-50 lot 27-50 17-50 17-75 15-75 18-25 10-50 15-00 17-00 19-50 15 April. 25-00 lot 27-50 17-50 18-00 16-50 18-25 10-50 15-00 18-00 20-00 DE hislorisch gcschclsl door A.-C. VAN DER CRÜYSSEN Fraei boekdeel met 2 platen.

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1864 | | pagina 3