Verschillige lijdingen.
Alom hooren wij spreken dat er comiteiten in
gericht worden voor de verzameling der penningen
ter oprichting van een monument aan onzen over
leden Koning, ook weldra verhopen wij zal hetzelve
in ons Yper plaats grijpen.
Yperen is sedert lang met zulk geenen goeden
troep artiesten begiftigd geweest. Wij zijn ieder
maal gaan zien en wij mogen zeggen, zonder de
waarheid te krenken, dat wij ieder maal nooit
beter onzen tijd doorgebracht hebben. Het ware te
lang om hier aide merkwecrdigheden neêr te sehrij-
ven, wij zullen ons vergenoegen met eenige bijzon
dere ongelooflijkheden uit een te doen dat deze, die
gaan zien zijn, niet zullen kunnen zeggen dat hel
niet zoo is.
Wie heeft er niet verbaasd gestaan wanneer men
Dinsdag avond dit klein meisje zulke wonderen te
peerd zag uitwerkenzoodanig dat het publiek het
heeft willen doen eindigen.
Wie lach! er niet hij het aandenken dier drij
kleine zwarte mannekens die al dansen zoo schro
melijk groot werden en zoo diep groeten en dan
vertrekken met het hoofd tusschen de beenen
wie schruielt niet als men dat tenger manneken in
het hoogste der Manége, op zijnen ladder, sprongen
en toeren maakt, dat u er het hert van vreest. En
de Clowns dan hoe rap, hoe geestig en hoe won
derbaar drij maken maar één. Dan staan ze alle
drij op elkander, de middensle springt weg en de
bovenste valt juist met zijne voelen op de schou
ders van den anderen die, gelijk eene rots, als in
den grond geplant staat!en de gedresseerde
pcerden en de lieve damen die te peerd u het oog
hetooveren met hare gekozene houdingen en spron
gen. En de kleine Diters nog, zuster en broeder, die
met moeite alleen loopen en reeds de gymnase
doen gelijkvolkomene arlisten.En nog, maar
wij moeten eindigen om dat wij te weinig plaats in
ons bladje hebben.
Toch sluiten wij niet voor aleer te zeggen dat
deze die tot nu toe niet gaan zien hebben, het zich
waarlijk zullen beklagen.
Woensdag laatst heeft de Manége van de heeren
Pierantoni en Priani geene vertooning gegeven uit
reden dat het weder te slecht was. Daardoor veel
teleurgestelde nieuwsgierigen die van de omliggen
de dorpen gekomen waren om te zien.
Onder andere, was er een gezelschap van Kem-
mel dat het niet lukt in zijne onderneming. Dit
gezelschap is onlangs naar Rysel gegaan om al daal
de loeren eener andere Manége te bewonderen
maar helaas! zij konncn niet meer binnen, er was
teveel volk. Bah! wij zullen naar Yperen gaan
naar de fransche comedie van Délaus, en wanneer
zij hier kwamen was de vertooning uitgesteld tot 's
anderendaags
Men was bezig met eene Manége op te slagen en
zij getroostten zich mei hel vooruitzicht déze ie
kunnen bezichtigen. Toen zij Woensdag alhier
aankwamen vonden zij de deur voor bannen neus
gesloten men speelde niet
Wij zijn nieuwsgierig te weten waar zij nu
naartoe zullen gaan om.... niets te zien.
"TT**-'1"*
DE MANÉGE.
De KieshervormingDinsdag heeft de heer minister van
binnenlandsche zaken in de kamer der volkvertegenwoordigers
de zes eerste artikelen van het ontwerp van kieshervorming
des gouvernements neêrgelegd, de eenige die nieuwe grond
beginselen bevatten. Wij laten die hier volgen.
wetgevende kiezingen. Art. 1. Bij afwijking van lTr 2
van art. 1 der kieswet is het voldoende om kiezer voor de
kamer te zijn, dat men tin vollen 21 jaren oud zij.
Art. 2. De belastingen der vrouw, zelfs niet gemeenzaam
van goederen, worden den echtgenoot aangerekend. Die be
lastingen mogen gevoegd worden bij diewelke de man voor
zich zelve betaalt.
KIEZINGEN VOOR OE PROVINCIALE EN GEMEENTERADEN. Art 3.
Bij afwijking aan de artikelen 1 3 der gemeentewetzijn
provinciale en gemeenlekiezers onder voorwaarde te verrecht-
veerdigen dat zij eenen leergang van middelbaar onderwijs
van ten minste driejaren in een openbaar of bijzonder gesticht
gevolgd hebben
t° Degenen die de helft van den cijns betalendoor hooger
gemelde artikelen voorgeschreven.
2° De bijzondere ambtenaren die 1300 franks jaarwedde
genieten, en die ais dusdanig sedert ten minste twee jaren
patent hebben.
3° De magistraten, de openbare ambtenaren, de bedienden
van den staat, der gemeente en der openbare gestichten, die
ervan afhangen, 1300 franks jaarwedde genieten; de advo-
katen, de geneesheerende apothekers, de ministers der
eerediensten, door den slaat bezoldigd, en de lagere gediplo
meerde onderwijzers, die uitgezonderd zijn van het regt van
patent, krachtens artikel 3 der wet van 21 mei 1819.
Art. 4. De verrechtveerdiging waarvan in hooger gemelde
artikelen gesproken is, zal gedaan worden volgens de gevallen,
hetzij door het toonen der kwittancien van de patenten, bre
vets, besluiten, benoemingen, dieplomas, stalen van jaar
wedde, hetzij door het toonen van certificaten, afgeleverd dooi
de hoofden of professors der gestichten van middelbaar on
derwijs.
Art. 5. Behalve de gestichten aan het regiem der wet vau
1 juni 1830 onderworpen, worden als gestichten van mid
delbaar onderwijs beschouwd, al degenen die, om met vrucht
te kunnen gevolge worden de voorafgaandelijke kennis
eischen der leerstoffen, die van 't lager onderwijs deel maken.
Art. G. Ieder jaar, van 1 tot 10 december, zullen de be
stendige deputatien in iedere provincie de lijst vormen der
hoofden of professors van vrije gestichten, waarvan de certi
ficaten zullen kunnen aangenomen worden voor de verregt-
veerdiging der middelbare studiën.
Zoo wel in België als in het buitenland wordt er thans
veel gesproken over de ontlusten te Bucharest uitgesproten.
11e prins Couza zou afstand gedaan hebben en de graaf van
Vlaanderen tot Vorst gekozen zijn.
Wij vermecnen temogen denken dat dezen prins, die reeds
de troon van Griekenland geweigerd beeft, ook dezen der
Roumanien aangeboden, niet aanveerden zal.
Honderd twintig nieuwe vrijwilligers voor het pauselijk
leger zijn dezer dagen alweer uit Brussel naar Rome vertrokken.
Holland heeft het grootste deel daarvan geleverd. Uit Rome
ontvangen berichten melden dat men noodig oordeeldt de
zending van vrijwilligers gedurende een maand of twee te
staken, want het aanzienlijk getal jongelingen die uit Belgie,
Holland en Frankryk met iedere paketboot toekomen, heeft in
de kazerne te Rome, eene ophooping te weeg gebracht, welke
de opschorsing van nieuwe strijdersnoodwendig maakt.
tJm
n