Liedekens uit het land van Aalst.
Een jaar te late!
Een zonderling; toeval heeft bij de milicie loting te Gent
voorgedaan de tweelings broeders Pieter en Lodewyk Pru-
ntau, hebben de eene 1074 en de andere 1575 getrokken.
De bank van Belgie heeft voor het monument op te
lichten aan Leopold l, voor 1,000'franks ingeschreven.
Een amerikaansch pasteibakker bezit eenen papegaai,
aan welken hij maar twee woorden geleerd heeft, die de vogel
uitroept telkens er eene dame in dcti winkel komtSchoone
vrouw! ii roept de papegaai, en men verzekert dat schier al
de vrouwen van New-York den winkel van den behendigen
pasteibakker bestormen en hij geene taardjes genoeg kan
bakken.
De dagbladen melden dat een oud-soldaat van den tijd
van l'redcrik II, in den ouderdom van 121 jaren is gestorven.
Dat is een schoone ouderdom; maar hij is niet eenig in zijn
soort.
Men herinnert zich het grafschrift in de kerk der Jacobynen,
te Toulouse, en hetwelk als volgt luidt Hier ligt Mandinelli,
die 1 20 jaren leefde die er 70 met zijne vrouw doorbracht en
waarvan hij 24 kinderen had.
Ook het grafschrift te Kornouailles verdient hier herdacht
te worden Hier ligt Brown, die alleen door de kracht van
het sterk bier, 120 winters wist te leven; hij was altijd dron
ken en zoo kwaad in dien toestand, dat de dood zelf er schrik
van had. Eens tegen zijnen wil, was hij nuchterde dood
werd stouter, randde hem aan en zegepraalde zonder gevaar.»
En wie kent het vertelsel niet van den kardinaal d'Armagnac,
die in 1554, eenen grijsaard van 81 jaren zag welke weende.
Toen hij hem de rede daarvan vroeg, antvvoorde de oude man
Mijnen vader heeft mij geslagen, omdat ik mijnen grootvader
zonder groeten voorbij ging. De vader was 105 en de groot
vader 125 jarenoud.
MENGELINGEN.
II. AAN MIJN MEISJE.
- Honnisoit qui mal y pense.
1.
Den eersten dag
Dat ik u zag
Vond ik u zoo liefjes, zoo zeed'gjes, zoo wijsjes
En telken keer
Ik u zie weèr
Noem ik u het schoonste en 'l puikje der meisjes.
2.
Geen ander is
Als gij gewis
l.oo knapjes, zoo teèrfjes, zoo frischjes, zoo kuischjes
Uw i iebte tred
Staat u zoo net
Wen dartel gij loopt op de straatjes, in huisjes.
5.
Uw blik, uw zicht
Zijn als het. licht
Zoo schuchter, doordringend, eenvoudig en edel
Uw' taal is zoel
Als uw gemoed,
En klinkt me zoo zachtjens van toon als de vedel.
4.
Uw' lipjes zijn
Als van robijn,
Gesneèn ais voor lusjes en kusjes te kozen
Uw tooi, uw schik
an lint en strik
Slaan inooitjes langs over uw' koontes te blozen.
5.
Geen perelkroon
Zoo blank zoo schoon
Als 't mondje in een lachje mij toont uwe tandjes
En 't albast wijkt
Bij 'f wit dat prijkt,
Zoo blankig, zoo poezel vind ik uwe handjes.
C.
Wat ben ik blij
Als 'k aan uw' zij
Mijn' liefde in uw' oogjes zoo gullig mag spieglen.
En wen uw' mond
Zoo kleenljes rond
liet jawoord bij 't zoentje van weèrmin doet wiegden.
V. Van de Weghe.
't Was op liet einde der maand Januari 1864 het was bij
tend koud en daarbij zoo vuil gaan dat dezen die niet zouden
moeten uitkijken voor handelzaken, wel liever achter den ka
chel zouden gebleven zijn.
Op weinigen afstand van den steenweg van Meenen naar
Rousselaére, in eenen bosch genaamd lloussery's Bosch, zag
men twee vreemdelingen die, bibberend van kou, al de boo-
inen afmaten en hun gedacht over deszelfs prijzen weder-
zijdsch uitten. De twee vreemdelingen, die zeker koopmans
in hout waren, beslijkt als goordtiivels, bliezen nu en dan
iu de handen en een der twee zegde eindelijk
Maar Joseph, zijt gij wel zeker dat het ten 10 ure is
Parbleu, zie liever en hij haalde eenen plakbrief ten
voorschijn dien hij met veel moeite, door den hevigen wind
verhinderd, opende, en waar er duidelijk 10 ure op stond.
Maar ge weet het is Notaris-uur, wanneer zij zeggen 10, 't
is dikwijls 11 en d'er achter
't Gebeurt... Maar 't is aardig dat wij niet een enkel
anderen kooper aantreffen.
't En verwondert mij niet veel, zulk een weder Ten
andere, wij zullen te beter koop koopen.
'k En zegge niet contrarieMaar indien wij naar d'hor-
stede gingen, wij zouden daar wel gezelschap vinden.
En zij gingen naar d'hofstê.
Dag den boer hoe gaal het Hoe, niemand
Waar zitten al de koopers dan
AVelke koopers
Wel, is het ginder't Bousserij's Bosch niet, en is het
vandaag daar geen koopdag van Boomen
Ja 't, 'l is daar het Bousserij's Boschmaar koopdag,
k en geloof bet niet.
Eu die plakbrief hier
Dinsdag, 29 January 1865, ten 10 ure precies voormid
dag, zal er openbaerlyk verkocht worden, enz.
Kliwel
Eh, wel I
Maar het staat 1863.
Nê, vervloekt, m'en haan dat niet èzien, enni Josef
Neè we Jan
En zij waren EEN JAAR TE LATE
MARKTPRIJS VAN YPEREN.
AAItD
BKR
GRANEN ENZ.
24
febr.
5 maart.
verkocht te
kwantiteit.
niiddenpr.
p. lOOkiio.
verkochtte
kwantiteit.
middenpr.
p. 100 kiio.
Tarwe
57,000
22-87
20,400
22-62
Rogge
11,000
16-75
10,700
■16-75
Haver
2,200
22-50
5,100
23-00
Erwcten
1,700
22-00
1,500
23-50
Boontjes
6,000
25-00
5,600
24-00
Aardappelen
7,400
6-50
7,600
6-50
Boter
330-00
530-00