Verschilligc lijdingen. eon meer belovend tenor voorgekomen. Doch zoo als wij liet reeds in eene vorige kronijk zegden, voorzien wij in hem een naderend talent van aktenr te gemoet. De andere personaadje van 60 werd goed vertolkt als - tooneellist. In den beginne van het stuk zong hij welmaar liet het op het einde steken wellicht een overschot van Carnaval slak den jongen nog in de keel. wij hebben hem zijne valüny vergeven. De vertooning was begonnen met het historisch tooneel- spel ELENA, waarin de heer Destanberg ruimschoots partij weten te trekken heeft uit de verschillende episoden welke de boerenkrijgen der patriotten ons overgelaten hebben, liet is een gewrocht dat eenen heilzanien invloed op de gemoederen uitoefent wij hebben bemerkt dat het inet smaak afgeluisterd werd en dat het op de aanhoorders een krachtig uitwerksel heeft gehad. Mev. en inej. HERMANS vervulden als immer hare rollen op eene voortreffelijke wijze en Mej. II. heeft ons zoo veel te meer bewezen dat zij zoo verhevene zangster als looneelspeels- ter is en dat zij zich aan de gevoelvolle Comedie zoo eigen weet te maken als aan het lachend audevilte. Oom Frèe bezit de kunst 0111 dergelijke tijpe als hij voor stelde, natuurlijk te spelen hij begreep zijne taak en hij heeft het publiek behaagd. De oogenblikken Voor zijn sterven en de verklaring van het geheim over Elenas toestand als vonde linge, heeft hij meesterlijk weten voort te brengen. Petrusken ais ooit heeft ons soms hartelijk doen la chen en hij werd meermalen door het publiek met geestdrift toegejuicht. Jan en Joris kweeten zich wel van hunne moeielijke broe- derrollen. Eene lieve romance DE GAVEN GODS, (woorden van Vic tor Van de Weghe, muziek van Ab'adie), welke wij vroeger in ons bladje opnamen, werd tusschen het opvoeren der beide tooneélgewrochten gezongen. De Vlaa'msche Ster zou van zulke verpoozingen nog meer gebruik mogen maken want zij trekt menigen entr' akt wat duivels lang. Zoo verliep de 5d" voorstelling van dezen winter, waarmede de STER thans haar tooneeljaar staakt. Het moet allen waren vlaming spijt aandoen dat deze zoo kunstrijk gegevene ver- loouiiigcu niet ijtlci uiiluupeu, want vijl' vertouuiugen is voorzeker weinig voor een immer aangroeiend en wetmee- nend publiek dat meer om meer prijs aan de vlaemsche zaak begint te hechten. Ten slotte zijn wij eene diepgevoelde erkentenis verschul digd aan Mej. Hermans voor de vermakelijke avondstonden welke zij ons deed doorbrengen in onzen schouwburg. Zij ontvange onze warme dankbaarheid. Wij verlangen in eene voorbereide voldoening haar weder ten schouwburg met het aanstaande tooneeljaar te mogen groeten door de hartelijkste toejuichingen welke zij zoo wel verdientPaüwken. KUNST- EN LETTERKRING. Die jeugdige maatschappij zet hare werkzaamheden vlijtig voort. Wij vernemen met genoegen dat het getal leden im mer aangroeit. Woensdag avond laatst, deed de heer Mortier, hoofdonder wijzer bij stads kostelooze school, eene voordracht over de oudheid en de voortreffelijkheid der vlaamsche taal. De heer Mortier mangelt het noch aan geest noch aan ta lent, dat heeft hij ruimschoots bewezen. De inleiding zijner redevoering is eene oprecht dichterlijke uilstolling eener ge voelige ziel bij het beschouwen van de groolschheid en edel heid der strevingen van den kring, welks bestaan hij met een hert, kloppend van verlangen, te gemoet zag. In eene dich terlijke bespiegeling waant hij den genie van Vlaanderen bo ven hem te zien zweven, die heni met eene hemelsche stem moed insprak en hem aanspoorde om het zijne bij te brengen tot het bestrijden der verbastering, welke alhier te lang den scepter hield om de schoone en rijke taal onzer koen- en roemrijke voorvaders te verheffen en te verheerlijken. De spreker beweert, en dat te recht, dat onze moedertaal een juweel is, ceu gedenkstuk der oudheid, een wonder van kunde, van vernuft en volmaaktheid. Maar wie wi el dit enkel kleinood van ons ro< mrijk voorgeslacht naar waarde le schal len Eilaas, enkel de ingevvijdin 1 Vei franschte wiudblazers en verbasterde Vlamingen kunnen onze rijke en krachtvolle moedertaal waarderen, niet meer dan de eenvoudige dorpe ling de prachtige {gedenkstukken, welke door onze voorvaders gesticht waren en heden nog Int sïei.iad onzer steden maken. Jiij prill de hoogte des torens, hij telt de figuurtjes die de praaigeboiivven versieren, de mannetjes die op de doeken der groote meesters gepenseeld zijn, maar zijne ziel is niet getrof fen, zijn geest blijft onberoerd.In de uitstorting zijner juiste veroutweerdiging roept despreker: Hoe langoog zal tiet als eene schande beschouwd worden de taal le spreken die moeder u leerde Dat de vlaamsche taal haren oorsprong neemt in de oudste oudheid is geenszins te betwijfelen. Men wijze, zegt de spre ker, wanneer de germaan eerst hot licht zag en ik zal u liet tijdstip der geboorte onzer taal aanduiden! Heuler wieg is in de nevelen der oudste otidlftid verborgen. Ten einde zijne redenering kracht bij te zetten haalt de spreker treffende ver gelijkingen uit de oude en latere geschiedenis. Den rijkdom der vlaamsche taal bewijzen is geene lastige laak, ook heeft de spreker mjt beknopte en duidelijke redens volkomen zijn oogwit, bereikt. Onder and re heeft hij de ver gadering verbaasd met de vorming van virr-en-zeslig verbin dingen met het woordje vulk lol stam daarmede vormde hij vier-en-zestig woorden die allen eene klare, juiste en onbe twistbare bcleekenis hadden. Dat is een voorrecht dat orize taal hoven alle talen van Romaanschen oorsprong geniet en waarvan men enkele voorheelden in de oude gneksche taal aantreft. De spreker bewijst dat de groote nederduitsche geniën de zer taal overheerlijk konoen schikken tol de hoogdravende en zangerige poëzij hij meldt de gewrochten van Vondel, Bil— derdyk, Eevt, Tollens, Van Ryswyck, Ledeganck, enz., en zegt dat zij zich onderscheiden duor hunne fijnheid, levendi ge kleur en kieschheid, niet minder dan die der zangers van Chio, van Tibeer eu dan de wellustige dromerijen van Ana- creon. De spreker sluit zijne schoone rede nagenoeg met de vol gende woorden, waarin al het vuur z jner verkleefdheid tot de moedertaal doorstraalt: De Zwitser moge vrij zijne hemel- hooge bergen en watervallen roemen, de Spanjaard schildere vrij zijnen hemel van azuur,Rome en Athene mogen hunnen dichters tot de hoogste transen verheffen, wat mij betreft, mijne moedertaal is mjn droom, mijn droom en mijn leven. Luidruchtige toejuichingen begroeten den spreker bij zijne aftreding van het spreekgestoelte. -— Een koninklijk besluit van 8 Maart, verdeelt als volgt het kontingent van 10,000 man, vastgesteld door de wet van 20 December 1800 voor de lichting' der indicie van 1807 Provincie Westvlaanderen, 117!); Ooslvlaanderen, 1550; Antwerpen, 100!); Brabant, f <>97Henegauw, 1778; Luik, 120!); Limburg, 409; Luxemborg, 408; Namen, 093. Het Staatsblad bevat een kon. besl. van 7 Maart, waar bij in overeenstemming met de wetgevende kamer A, eene som van 500,000 fr. wordt verleend, om de kosten le dekken voor het verveerdigen van 32 miljoen fr. in zilver B. De intrekking van het oud klein zilvergeld. Het gouvernement zal den tijd bepalen en de voorwaarden vaststellen bij de uitwisseling der oude met de nieuwe munt. Men heeft te Marseille de tijding ontvangen dat cr op 8 dezer op het eiland Metelyn eene verschrikkelijke aardbeving heeft plaats gehad het eiland is nog slechts een hoop puineii. Er zijn verscheidene honderde personen bij deze ramp omge komen. - Bij de ontscheping van het aangekomen Belgiesch Le gioen van Mexiko, te Antwerpen, zaterdag avond, is generaal Paris in de Schelde gevallen, en is er dadelijk nog levend uil- getrokken. Dc beweging was onbeschrijflijk; men riep, men woelde,

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1867 | | pagina 2