YAN IJPEREN. DE KLEINE WIEGSTER. 4 FRANKEN 'S JAARS Stads.- Kunst- en Letternieuws. Yerscliiüige Tijdingen. Markten. Bekendmakingen. Politiek. Politieke berichten. Nr 2@§. - Zesde Jaar. VOOR IJPEREN. Fr. 4-50 VOOR BUITEN STAD. Aankondigingen 12 centime» den regel. Rcklamen 25 cénlimen. De fransche Monileur bevestigt nu ook, dat de Garibaldisten door deZouaven uit het stadje Bagna- rera gedreven zijn. Op andere punten hebben er schermutselingen plaats gehad, waarbij de opstandelingen de over hand behaalden. Een honderdtal pauslijke kara- biniers zijn door de Garibaldisten met de bajonnet uiteen gedreven. Te Rome hcerscht er eene groote gisting. Elk oogenblik verwacht men er zich aan, dat de bur gers tc wapen zullen komen. Intusschentijd doet het Italiaansch gouverne ment talrijke troepen vooruit rukken om de pause lijke grenzen te bewaken. Generaal Cialdini voert bet bevel over deze troepen. Het was deze generaal die te Castelfidardo bet bevel voerde, en het is zeer wel mogelijk, dat bij geroepen zal zijn liet werk dat bij daar begonnen beeft in "tkort te voltrekken. Zal Pius IX, wanneer zijn tijd gekomen is, om het tijdelijke met het eeuwige te verwisselen, wer kelijk 's pauzen wereldlijk gezag met hem in het graf nemen? Zal Giovanni Maria graaf van Mastaï-Ferrelli, de laatste paus zijn, die als we reldlijk souverein in den Kerkdijken Staat regeert Alles schijnt aan tc duiden, dat een bevestigend antwoord hierop gegeven moet \vorden, en het cin- de van bedoelde souvereinitcit niet slechts moge lijk, maar reeds zeer waarschijnlijk is. Yan ver schillende kanten toch wordt als zeker bericht, dat Frankrijk de bescherming van den paus, als we reldlijk vorst, niet zal uitstrekken tot de opvolgers van Pius IX, maar na diens overlijden met het nieuw gekozen hoofd der katholieke christenheid bepalingen zal vaststellen lot waarborging van 's pauzen souverein gezag, als geestelijk opperhoofd, als kerkvorst. Is het waar dat Frankrijk alleen tot de dood van Pius IX den Heiligen Stoel bescher men zal, dan mag men ook als niet zoo geheel on mogelijk verwerpen de veronderstelling, dal de italiaansche regering het recht zal erlangen, garni zoenen in den Kerkdijken Staat Ie leggen, met uilzondering vooreerst nog van R.ome en dal het florentijnschc kabinet dit recht liever beden dan morgen wil krijgen, behoeft wel geen beloog. De toestand van Yictor-Emanuel's regering wordt eiken dag hachelijker, en de intrekking of wijziging der September-konventie wordt dooi den drang der omstandigheden al meer en meer gebiedend gevorderd. Reeds dringen de italiaan sche bladen er met nadruk op aan dat de italiaansche troepen naar Rome zullen trekken, alvorens de opstandelingen of de vrijwilligers voor de poorten dier stad verschijnen; en dat die vrij- D'idtï ZONDAG, 15 OCTOBER 1867. Dixmudestraat, 59. Alle inzendingen vrachtvrij. willigers den weg naar de Slad der Zeven Heuvelen hebben ingeslagen, wordt in een telegram gemeld. Dit telegram moge misschien heden nog eene on ware tijding behelzen, dat zij waar zal worden lijdt geen twijfel. De inlichtingen, door den fransehen zaakgelas tigde tc Rome aan zijn gouvernement gezonden, zijn altijd geruststellend, terwijl al wat wij van eenen anderen kant vernemen van tegenoverge stelde beteekenis is. Yan den eenen kant meldt men, dat de toestand kalm is en dat de slechten uitval der opstandspoging de radikale partij defi nitief van hare ontwerpen heeft doen afzien; ter wijl wij van eenen anderen kant vernemen, dat dc beweging nog maar begonnen is en nat zij bin nen kort met eene nieuwe krachtdadigheid zal uit breken. Volgens het blad Italia zouden de talrijke ban nelingen, die door de pauslijke politie uit Rome zijn verwijderd, op weg zijn naar de grenzen cu zouden niet lang meer wachten zich voor de poor ten van Rome aan te bieden. Uit Duilschland verneemt men niet veel bijzon ders. Al de partijen schijnen het eens om tot de eenheid van het duilsche vaderland te komen. De reaklionairen zoowel als de demokraten onder steunen hierbij M. von Bismark. Zij willen van «■g.yT:<0. niVap Eüreee DE TOEKOMSÏ, Zacht trek ik aan 't snoertje, En schok hem in slaap, Mijn minnelik broertje, Pen teederen knaap Daar ligt hij verloren ln 't bedje van teen, Waar ik eerstgeboren', Eens sliep, ook zoo kleen Waar eens lieve moeder Mij ook heeft geschud, Daar wieg ik mijn broeder, Den kleinsten der hut. Dan, wanneer hij ingesluimerd daar misschien van moeder [droomt, Of van vader dien hij zien zal als hij van den akker koomt Druk ik op zijn rozenmondjen eenen zoeten warmen kus, En schiet hij dan schreiend wakker,ziet hoe ik zijn wrevel sus: Zacht trek ik aan 'l snoertje Der wieg van den knaap, En zoo valt mijn broertje Weêr zachtjens in slaap. Op zijn eerste schrreuwe,vlieg ik naar zijn klein en donzen bed Graag laat ik voor hem gespelen, mijne pop en mijn raket Zonder morren, steeds geduldig, zingend wieg ik 't lieve kind, Tot het weêr in zijnen sluimer al zijn lieve droompljes vind', 'k Laat vallen dan 't snoertje, Want vast is den slaap Van 't minnelik broertje, Den teederen knaap. Maar er zijn ook bange stonden die ik bij de wiege slijt, 't Is wanneer het kindje ziek is en 'k niet weet waaraan het Dan zing ik geen wiegeliedje, maar met de oogen vol getraan: 'k Bid en 'k smeek den God der kindren dat Hij broertje bij will' Al trekkend aan 't snoertje, [staan Weêr valt hij in slaap, Mijn ziekelik broertje, Het arreme schaap. Met het krieken van den uchtend loop ik naar zijn wiegsken [weêr, God verhoorde mijne bede, want mijn broerken lijdt niet meer Opzijn lippen speelt een lachjen waarin weêrgezondheidblinkt', En die lach schijnt mij te zeggen wijl hij weêr insluimer zinkt: Trek zusje aan het snoertje En wieg mij in slaap, Want ik ben uw broertje Het arreme schaap Kom, wieg me verloren In 't bedje van teen, Waar gij eerstgeboren', Eens sliept, ook zoo kleen; Waar eens lieve moeder U ook heeft geschud, Kom wieg er uw broeder, Den kleinsten der hut. IJperen, 1807. Victor Vande Weciie.

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1867 | | pagina 1