Stads Nieuws.
Lijkkransje op den kleinen Paul Ilameüus.
Victor Vande Wegiu
om alle goede werken voor te staan en aan te moe
digen, vraagt ten alle kante bij de besturen inlich-
tingen en voorstellen voor het uitreiken van
dergelijke belooningen.
Indien wij ons niet bedriegen die belooningcn
zijn van vierderlijen aard: i° Decoratie van le
klas van de orde der Burgerlijke verdiensten, 2°
Decoratie van 2e klas, 5° Eermetaal van le klas,
4° Eermetaal van 2e klas.
Kortom, de titels worden onderzocht, overlegd
en gewegen en daarop volgt een Koninklijk besluit,
waarbij de onderscheidingen toegestaan worden.
De lijst der twee duizend en oneffen beloonde per
sonen, bewijst dat het Staatsbesuur,zoo als het be
taamde, alle politieke inzichten ter zijde gesteld
had en slechts onder den indruk der edelste gevoe
lens had gehandeld.
Men moest denken dat een dergelijk werk ten
allen kante krachtig zou toegejuichd worden; maar
men was niet weinig bedrogen. Nauwelijks werden
de lijsten afgekondigd of de lucht weergalmde van
reclamatiën en schreeuwerijen. Drij vierde der
beloonden betuigden hunnen spijt; velen weiger
den de hun toegekende onderscheiding, anderen
hebben ze aanveerd, maar levens besloten dezelve
nooit te dragen. De vrienden der beloonden hielden
een leven en de dagblaars stonden vol reclamatiën.
Waren de menschen in 't algemeen begaafd met
de wenschelijke ootmoedigheid, met eene oprechte
menschenliefde, dat zou veel stiller en stichtcnder
afgeloopen zijn.
Die schreeuwerijen nemen meest allen haren
oorsprong in eene overdrevenc eigenliefde of ik
zucht, die toch de moeder is van nijd en afgunst.
Dewijl er vier klassen van belooningen waren, er
moest eene vergelijking gemaakt worden tusschcn
de diensten en de zelfopoffering van personen die
verschillige steden of plaatsen bewoonden. Die
vergelijking kan niet juist en rechtveerdig gedaan
worden door eiken beloonde op zijn eigen, zelfs
niet door een stedelijk bestuur; de vergelijking
dier diensten kon maar gedaan worden door het
hooger of middenbestuur, hetwelk in bezit was van
al de verslagen en inlichtingenten anderen de
toestand is overal dezelfde niet geweest; in de eene
plaats was de ziekte heviger dan in de andere
hier was het een gevaarlijker en vuiler kwartier
dan elders; daar moest men uit eigen beweging de
zieken gaan opzoeken en kosteloos bijstaan en el
ders werd men geroepen en betaald voor zijne
zorgen... Kortom er zijn duizend en nog meer om
standigheden die daarbij moeten in aanmerking
komen.
Wij twijfelen geenszins of het is na rijp overleg
dat hel Koninklijk besluit is genomen geweest, en
wij schrijven het meeste deel der reclamatiën toe
aan paallooze eigenliefde of overdrevcne camara-
derij.
Wij zeggen het meeste deel, want het is moeilijk
zulk een werk te verrichten zonder leemten te la
ten en personen te vergeten of niet naor waarde te
schatten. Maar de eigenliefde is eene der onge
duldigste passiën van het menschdom.
Wij vinden dat het Gouvernement met alle om
zichtigheid gehandeld heeft en dat het zich niet
veel zal bekommeren met de jeremiaden van al die
mannen, die aangedaan zijn van eene overdrevcne
lintjeskoortsdeze ziekte is bij lange naar zoo ge
vaarlijk niet als de cholera, maar zij is wel zoo
verdrietig.
Met de oogen vol tranen, had de herder dit alles aanhoord
en sprak toen
Vader, gij kunt hem in dit leven niet meer bedanken
Verwonderd riep de ouderling Wat zegt gij daar, weet
gij dan wie hij was
Indien ik mij niet bedrieg, was het mijn vader zelf. Dik
wijls heeft hij mij de gebeurtenis van den slag verhaald en
zegde dan Zou de man nog leven die zoo dapper aan mijne
zijde streed en die ik uit den slag heb gedragen
O God en alle Heiligen I deze goedhartige man zou uw
vader geweest zijn
Hij had eene wonde aan de linker wang, zegde de Inr-
der, de splinter eener lans had hem gewond, misschien vóór
hij u uit den slag droeg.
Ja, zegde de ouderling, ik heb bemerkt dat zijnen
wang bloedde toen hij mij droeg. O mijn kind, mijn zoon 1
Over twee jaren is hij gestorven, hernam de knaap, en
nu moet ik voor een kranke loon, want hij was arm, deze
geiten hoeden.
De ouderling omhelsde hem. O God zij gedankt dat ik
d ze weldaad nog kan vergelden! Kom, mijn zoon, in mijne
woning; een ander kan deze geiten hoeden. En zij traden
vrolijk naar hel dal en Zijne woning. De ouderling was rijk in
land en vee en eene eenige dochter was^zijne erfgename.
Kind 1 zegde hij, het was de vader van dezen jongeling die
mij het leven redde. Indien gij hem kunt beminnen schenk
ik u hem als echtgenoot
Lief en bevallig was de knaap, lange blonde lokken golfden
rond zijnen schedel en minzaam en helder waren zijne
blikken. Zij vroeg drij dagen om zich te bedenken, maar de
derde dag duurde haar reeds te lang. Zij schonk den jonge
ling hare hand en den ouderling weende vreugde-tranen ter
wijl hij hen zegende en riep: Nu ben ik de gelukkigste
mensch der wereld.
De eerste trein die vrijdag morgend ten zes ure van hier
naar Kortrijk vertrekt, heeft bijna een ongeluk ondergaan.
Omtrent de herbergden Steenen haan gekomen, tussehen
IJperen en den Verbrandemolenberg, ontmoette hij eene koe,
waarschijnlijk uil hare weide ontsnapt, die op de riggels ge
rockt was. Het arme beest werd dóór het machien bij den
kop vastgeklamt en wel 200 meters ver gesleept; na eene bil
en de helft van den kop afgereden te zijn geweest, gerocht
het onder den trein en werd er om zoo le zeggen als gemalen,
hetgeen de breuk veroorzaakte der keting van de vier laatste
wagens, die van den trein afgescheid werden.De trein hield stil,
laadde de reizigers op die zich in de achtergeblevene wagens
bevonden en vervoorderde zijnen weg. De koe was niet meer
kennelijk, zoodanig was ze verminkt en gemalen.
Het oudste klokje (dagteekenende der jaren 1400) onzer
stad, dat der vischmarkt, is vermaakt.... of liever, men heeft
het gegeven om te vermaken. Wanneer men het thans luidt,
geeft het zulk een aardigen klank dat de eerste de beste koe
belle veel beter klinkt 1 Is het misschien het eflfekt van de
massa verschen haring welke ter merkt gebracht wordt of is
het arm hiokje geborsten Het laatste schijnt het geloove-
Iijkste.
Gisteren was het 10 jai'en dat de Vlaamsche Ster onzer stad
haar bestaan begonnen heeft. Sedert heeft deze maatschappij
veel doorgestaan, veel gewerkt en toch altoos alle moeilijkhe
den overwonnen. Heden avond,in stadsverlooneelzaal, begint
zij haar tooneelsaizoen. Wij wenschenhaar veel bijval tot be
looning van haren moed.
M. de arrondissements-kommissaris van IJperen heeft za
terdag tot de eraanbesteding overgegaan van den steenweg van
Kemmel naar Wijtschaele.
Dit werk is toegewezen aan sieur Vallayes ten prijze van
124,900 franks. Dus een afslag van 5,100 fr. op den prijs
der eerste aanbesteding en bovendien moet den weg met zee
zand in plaats van zand der streek uitgewerkt worden.
Een schrikkelijk ongeluk komt heer Ilameüus, doktor al
hier bij het 10° regiment, te treffen. Een zijner kinderen, een
vierjarig knaapje, welk in den tuin gaan spelen was, vond
men Dinsdag nanoen in een klein en zeer ondiep regenputje
verdronken 1... Hel is onmogelijk de hartverscheurendedroc
heid en het rouwend tooneel af te schetsen, welke deze ran
in het ouderlijk huis, bij het regiment waar den heer Ham
lius als een vader bemind wordt, en zelfs in de stad heeft
weeg gebracht.
Het volgende dichtstukje, dat wij met graagte opnemen,
ons door den heer luitenant Vande Weghe toegezonden, a
(AAN DE OUDERS).
Gode zond een engel uit den hemel,
Glansend op deze aarde neer
En Hij zei' hem haal me ginds uit 't stofgewemel,
Veur mijn hemel,
Nog een engeltje te mier.
De engel wiekte golvend naar beneden,
Zoekend vloog hij de aarde rond
Schoon was 't knaapje dat hij veur het eeuwig Eden,
Hier beneden,
Veur Gods lieven hemel vond.
De engel vloog met 'l zieleken naar d'lloogen,
Ziele der verdronken' spruit
't Lijkje alléén o ijslijk bleef voor de oudrenoogen 1
Weggevlogen
Was het zieltje 't lichaam uit 1
o Moeder, die meendet in teederen hoogmoed,
Dat immer uw knaapje hel uwe zou zijn
Wist gij niet dat God aan uw Paul had gefluisterd
Dn bist kind een engel, en englen zijn mijn.
Men zegt dat het lijden van 't moederlijk harte,
Geen andere leed op deze aard' is gelijk
Thans voel ik, o vrouw, welke bittere smarte,
Gij voeldet op 't zicht van uw Paultje zijn lijk.
o Vader, die wis eene lachende toekomst
Iri 't naadrend verschiet van uw knapclijn zaagt
Waar blijft thans dit droombeeld,als 't noodlot geheven,
Die hope verbrijzelt en 't kinneken vraagt
Thans komt u een zwaaide het vaderhart boren,
Bij 't ziellooze lichaam van 't jeugdige wicht
Vergeefs zijn thans tranen uw klachten verloren,
Geen bide die 't hoofdjen van 't kindeken richt.
IJperen, 17 October 1807.
Bin... Berlin, bin bom bam I Blom... tin, terlin tin ton
-YYuk is dat nu? Nog 'ne keer 't carillon I het hee
maandag en dissendag ook gespeeld... Gaat 't niet meer at
ders doen
Waarom is 't nu
'k En weet het niet... Ei Lowrj 1 weet gij niet waaro
het carillon nog 'nen keer speelt We zijn vrijdag vandag
Voor Sint-Lukasmesse, ziet je den drapeau niet uitst
ken in den Akademie,.. en al de kindezs met hunne proft'
sors naar de mis vertrekken, zie....
Nem verduiveld! Ja 't zal dat zijn... Maar waart
speelde het maandag en dissendag
Maandag, voor 't keuninkschieten in den salon, t Is
baas die keunink is. Maar van dissendag, 'k heb het i
aan twintig gevraagd en niemand en weet helmisschien
Tjeppen het weten die daar komt,.... He Tjeppen 1
Wuk doet 't
Weet je niet waarom 't carillon dissendag speelde
Jaa 'k, l was soupé van peerdenvleesch in de herb
den Voerman, builen de Dixmudepoort, en 'twas 'nen
cour die het doen spelen heeft.
Het beestje gaat zeker hooveerdig geweest zijn a's
het carillon hoorde spelen van zooveel eer aangedaan te
den.
Wie, zegt ge?
Het peerd.... waarvan mengeëlen heeft.