VAN IJPEREN.
4 FRANKEN 'S JAARS
Nr .307;. - Zevenste Jaar.
Politiek. Stads.» Kunst- en Letternieuws. YurschiUigft Tijdingen. Markten. Bekendmakingen.
Politieke berichten.
ees er gelukkig.
Victories Van de Wegihï.
VOOR ÏJPEREN. Fr. 4-30 VOOR BUITEN STAD.
Aankondigingen 12 centime» den regel.
Reklamen 23 centimen.
Sii'SSfis1
Tn rrVrA^
ZONDAG, 9 FEBRUARI 1868.
Bureel: Dixmudeslraat, 59. Alle inzendingen vrachtvrij.
Het fransch gouvernement heeft begrepen, dat
het geen recht kon doen aan de eischen der terug
werkende partij. De staatsminister, M. Rouher,
heeft dinsdag in het wetgevende Korps verklaard,
dat zekere onrust zich had verspreid over de tijdig
heid van de wet op de drukpers maar dat, na een
rijp onderzoek, het gouvernement vast besloten had
haar te handhaven.
De Moniteur universel heeft dinsdag laatst het
dekreet van uitveerdiging der wet op de leger-in-
richting en de mobile nationale afgekondigd.
De wet op de drukpers is zoo het schijnt donder
dag in het Wetgevende Korps gestemd, de boek
drukkerij en het boekverkoopen zijn vrij geworden.
Het zijn twee groote vooruitgangen, waarover de
drukpers zich zal verheugen, ondanks de uitzon
deringswetten, waaraan zij nog onderworpen blijft.
De tweede Saksische Kamer heeft in hare zitting
van 1 dezer mededeeling hekomen van een konink-
lijk besluit, de afschaffing der doodstraf medebren
gende.
Te Florenlie is; Garibaldi weder het onderwerp
der gesprekken. Vrij algemeen is men daar van ge
voelen dat hij weldra zijnen veldtocht op nieuw zal
aanvangen.
Te Londen hebben dertien duizend aldaar ge
vestigde Ieren hunnen naam gezet onder het adres
aan de koningin, hetwelk door het parlementslid
Digby Seymour was opgesteld en aanbevolen met
doel om te doen uitkomen, dat geenszins alle Ieren
leden van de feniansche broederschap zijn of hare
bedrijven goedkeuren. Het adres zal den 10 dezer
der koningin worden aangeboden.
Het spaansche gouvernement heeft eene wet
voorgedragen, waarhij het gemachtigd wordt, om
spoorwegondernemingen, wier finantien in ver
warring raken, door zijne rechtstreeksch tusschen-
komst in haar beheer weder in goeden gang te
brengen.
Met 17 tegen 13 stemmen heeft de landdag van
Saksen-Weimar den i dezer verworpen het voor
stel tot invoering van het algemeen stemrecht.
Hoe langer de beraadslaging over de herinrich
ting van ons krijgswezen duurt, hoe minder belang
onze volksvertegenwoordigers daarin schijnen te
stellen.
Bij de eerste naamoproeping waren dinsdag de
leden der Kamer niet in bevoegd getal en men
heeft drij kwartieren moeten wachten, vooraleer
men tol de tweede naamoproeping kon overgaan.
En nogtans geld het eene zaak, welke voor het
vaderland van hel hoogste gewicht is namelijk zijne
verdediging tegen huitenlandsche aanvallen.
e
Als de Kamer der Volksvertegenwoordigers niet
meer spoed aan den dag begint te leggen, dan is
het te vreezen dat zij dit jaar met het wetsontwerp
op de legerherinrichting niet zal gedaan krijgen.
Bijna geheel de zitting van woen dag is gewijd
geweest aan net onderzoek van een punt van di
plomatische geschiedenis.
IPÜS
a a/êO=\
'k Stond op den drempel der deur,
mistroostig' Jjij vader en moeder
Daar zou de afscheidskus
gaan tusschen ons drieën herklinken
Daar zou 't laatst vaarwel t
van der lippen ontvliên en tot weêrziens.
Broeders en zusterkens zaten
beklemd in den huize te vveenen
Allen zij hadden mij lief,
lief als men 'nen broeder kan minnen.
Moeielik had ik rhij uit
der geliefden omhelzing zoo even
Kunnen ontrukken. Der kleinen
gejammer bekneep mij den boezem.
Enkel een stond nog, en klinken
zou de ure die haast mij als lootling
Ver van het huis ging drijven,
en ver van het dorp dat ik liefhad
Waar reeds twintig lenten
de zon op mijn hoofd had geblonken,
Eu waar twintig maal
ik de koude des winters gevoeld had.
Waar 'k in den eenvoud smaakte
het zoete des veldliken levens,
Ver van der steden gewoel
en den ijdlen gejubel der wereld.
Andere lootlingen kwamen
alreeds in der verte genaderd,
Doende de lucht en de buurt
niet wilde gezangen hergalmen.
Thans sloeg de ure der afreis
en het harte vol weemoed,
Sloot ik vader en moeder
Nog eens op den zwoegenden boezem.
Nimmer vergeet ik het, neen,
hoe vader mij drukte de handen,
En hoe moeder mij weêr
nog kuste en herkuste het voorhoofd
Beide zij weenden, en beide
zij spraken vertroostende woorden,
Die mij de ziele verkwikten
als dauwdrop 't zengende hloemken
Nimmer vergeet ik ze neen,
die woorden van hemelschen balsem
<i Gode zij immer met u,
kind wees er, o wees er gelukkig.
Wees er gelukkig! o wensch
die als gids der onzekere toekomst,
Immer den zwervenden kinde
in der grauwe versmeltende verte,
Als een onsterfelik licht,
hem zal leiden, bewaken en voorgaan
Of soins donkere wolken
verduistren het hemelgeweifsel,
Of ook de starre des heils
op der loopbaan helder moog' blinken.
Wees er gelukkig dat is
dat immer uw engelbewaarder,
Ziel en gemoed u bevrije
van smetten en schuldige vlekken
Dat hij dit zalige pand,
u zuiver ais immer beware,
Zoo als de schepper het u
bij uwe geboorte verleend heeft.
Dat hij u 't schoone leer' kennen
van alles wat edel en goed is,
Immer het goed van het kwaad,
en het valsch van het ware leer' scheiden.
U steeds wekke ter deugd -
en ter heiligste plichtenbetrachting.
Dat hij het hobblige pad
steeds onder de voeten vereffen',
Waar bij dc rozige bloem,
ook wast het verlokkender onkruid
Waar steeds huichlarij
in den mantel der deugd is gewikkeld,
En waar logen en laster
verschuilt in den listigen glimlach.
(Wordt voortgezet).