Stads Nieuws.
haling van al de overdrevene uitvallen der ïtaliaan-
sche clubisten? Wat hebben de zaken van Italië
gemeens met de onze, anders dan den clericalen
tegenstand aan de uitbreiding van den vooruitgang?
Dat de schrijvers van bet Nieuwsblad zich dus
gerust stellen, er heerscht geen gevaar van om
wentelingen anders dan degene die gelijk in Polen,
in Ierland en bij ons zelfs door den jesuitieken
boel zijn opgehitst; maar gelukkiglijk het onder
wijs heeft bij ons reeds te veel vooruitgang gedaan
opdat men de menigte nogmaals zoo liglelijk hare
eigen belangen aan die der caste, welke haar wilt
onderdrukken, zou kunnen doen opofferen; het
bewijs hiervan is dat al de leugens, de lasteringen
en de ophit ingen, die de clericale nieuwsbladeren
zich toelaten, geen den minsten invloed meer op de
redelijke personen uitoefenen, liet is ook daar de
reden waarom die partij zoo heviglijk de uitbrei
ding van liet onderwijs bevecht.
Het Nieuwsblad is onbegrijpelijk. Sedert dat de
bijzonderste opsteller de stad heeft verlaten, het
heeft nog iets in droevigheid en veel in dommigheid
gewonnen; men moet hel meer dan eens lezen om
er iets van te verstaanhet is eenen mengelmoes
van scheldwoorden tegen de heeren Frère, Brun-
faut, Mazeman, Bergé, de Stuers, enz., die geenen
grond hebben en slechts iels bewijzen dat is dat
de onverdraagzaamheid zijn hert ovcrbeerscht, en
dat het in alle werelddeelen opzoekt, welke buiten
sporigheden overdrevene vrijdenkers zich toelaten,
om al dat hier eerlijk en achtbaar is van medeplich
tigheid te kunnen beschuldigenHet is een weinig
eerlijke middel om zijne vijanden hatelijk te ma
ken maar de schrijvers van het Nieuwsblad en
zijne patroonen bekommeren zich daarmeê weinig;
de Bisschop Malou heeft hun immers geleerd dat
alle middels goed zijn om te zegè'npralen, en die
ongclukkigen, als zij trachten te doen gelooven dat
de liberalen de misachting willen werpen op de
geestelijkheid, zij gevoelen niet dat het zij zijn die
met hunn-e walgelijke artikelen de verachting trek
ken op degene die hun aanbevelen en ondersteu
nen indien het door geene politieke driften
verblind ware, het zou sedert lang ontwaard heb
ben dat de achting, welke de geestelijkheid voor
maals genoot, haar ontsnapt. Dit is waarachtig
niet te verwonderen, als zij hare heilige zending
zoo verre miskent, dat zij, in plaats van den vrede
aantepreêken en de partijen te verzoenen, van de
eenvoudigste omstandigheden gebruik maakt om
haat en tweedracht te zaaien.
Wij deelen hieronder het afschrift mede van eenen brief
door M. de Stuers aan het Nieuwsblad toegezonden, in ant
woord op het artikel van gezegde blad, betrekkelijk de voor
drachten van den heer Bergé.
Aan Mijnheer den Uitgever van het Nieuwsblad van Ypre.
Mijnheer de Uitgever,
Om te weten waarom ik M. Bergé verzocht heb voordrach
ten (conferentiën) over de scheikunde te geven, hoeft men
maar, zegt gij, het vorig leven van den geleerden professor
te onderzoeken, alsook de regels van het Vrijdenken (Libre
Pensee) die gij vertaalt op de volgende wijze
<i Elk lid neemt op hem 1° van noch bij zijn sterfbed, noch
bij zijn graf een priester te willen2° van voor de wet al
ii leene te trouwen; 5° van zijne kinderen niet te laten doo-
pen, noch te laten vormen, noch ze hunne eerste commu-
ii nie te laten doen.
Gij beschuldigt mij dus op eene verachtelijke wijze van niet
tot den Katholijken Godsdienst toe te hooren. Ik ben zeer
verwonderd mijn geloof te moeten verdedigen in een Blad
dat de leering van Jesus-Christus beweert te belijden.
Overigens, in politiek behoor ik tot eene partij die de
scheiding der twee vermogens wil, en ik erken aan niemand
het recht eenen burger, w ie hij ook zij, voor zijne godsdiens
tige meeningen aan te randen.
De gelegenheid gehad hebbende, M. Bergé als professor in
scheikunde te waarderen, dacht ik aan mijne medeburgers
nuttig te zijn met voordrachten (conferentiën) te helpen in
richten, voordeelig aan iedereen, en die kunnen aangenaam
maken eene wetenschap welke in onze eeuw veel bijgebracht
heeft om het algemeen welzijn te vergrooten.
Mij met de filozofische gedachten van M. Bergé in het ge-
geel niet bekommerende, zou ik ze misschien nooit geweten
hebben zonder uwe onvoorzichtige aanslagen, byzonder ge
vaarlijk voor den Katholyken Godsdienst.
Dus hebt gij mij verplicht M. Bergé over zijne gedachten te
ondervragen. Zie hier de vertaling van zijne uitdrukkingen
liet artikel van het Nieuwsblad, (of Journal d'l pp.es),
bevat niet anders dan'dwalingen. Oordeel
i> 1° Ik ben geen voorzitter van de Vrijdenkers (Libres
Penseurs), en verre van deel dezer maatschappij te maken,
ii heb ik zeer dikwyls hare daden afgekeurd.
a 2° Gevolgenllijk ben ik de schrijver niet der uittreksels
i> van een werk, niet door mij, maar wel door M. A. Puraye
ii geschreven.
i> Vermits de heeren opstellers van het Journal d'Ypres het
ii werk bezitten waarvan zij uittreksels geven, zouden zij wel
gedaan hebben den schrijver er van te noemen, in plaats
ii mij een schrift toe te eigenen dat het mijne niet is.
liet artikel I van het Vrijdenken (Libre Pensee), waarvan
ii ik stichter-voorzitter ben geweest, luidt als volgt
i>Het eerbiedigt de pérsonelijke vrijheid, maar het
ii eischt ook dat men den wil des overledenen eerbiedige,
ii wanneer deze wil vrij uitgedrukt geweest is.'»
ii Ziedaar hoe het Vrijdenken (Libre Pensee) de vrijheid
ii schendt
ii Het is nog eene dwaling het Vrijdenken (Libre Pensee)
ii van godioochening te beschuldigen. Elkeen kent de rede-
ii voering door M. Tiberghien uitgesproken, hij de herne-
ii ming der lessen van de Hoogeschool van Brussel. De acht-
i> bare Rector heeft grondstelsels van de meest gevorderde
ii spiritualische school voorgedragen zijne redevoering was
i> zelfs wel weinig verdraagzaam ten opzichte der godlooche-
ii naars en nochtans M. Tiberghien is eeh der stichters van
i> het Vrijdenken (Libre Pensee). De verwarring die het
ii Nieuwsblad van Ypre (Journal d'Ypres) doet tusschen het
ii Vrijdenken (Libre Pensée) en de maatschappij der Vrijden-
ii kers (Libres Penseurs), is vrijwillig. De Katholijken zijn
ii verblijd over deze gelijkenis van naam, en daar de Vrijden-
ii kers (Libres Penseurs) zich soms belachelijk maken en bij
ii wijlen onbehoorlijk gedragen, wil de katholijke drukpers
ii er profijt uit trekken met eenen klaarblinkenden kwaden
ii wil. ii
Nu moet gij overtuigd zijn dat de princiepen van M. Bergé
hem beletten aan anderen filozofische gedachten op te leggen.
Te Ypre geroepen om van Scheikunde te spreken, heeft hij
zich van zijn onderwerp niet verwijderd al zijne aanhoor
ders, liberalen of katholijken, kunnen er van getuigen, en gij
weet ook dat de goede uitslag van den achtbaren spreker,
hier gelijk elders, geheel volkomen gemeest is.
Gij hebt mij valschelijk inzichten toegeschreven die de mij
ne niet zijn, en ik ben niet verantwoordelijk voor het kwaad,
dat volgens u is te weeg gebracht. Indien er iemand plichtig
is, zoo zijt gij het in de oogen van iedereen, gij die aan mijne
medeburgers leeringen heeft doen kennen die van velen onbe
kend waren, en die door M. Bergé zelf verworpen zijn.
Ingevolge het recht mij krachtens art. 15 van het Besluit
van 20 Julij 1851 gegeven, verzoek ik u mijn antwoord in
uw volgende nummer op te nemen.
Aanveerd mijne groetenissen.
G. de STUERS.
Zondag heeft de cavalcade, het huwelijk van Cassander,
verschillige straten der stad doorloopen en nogal een rond
sommeken ontvangen.
Zondag gaf bet fransch tooneelgezelschap vanRoubaix zijne
sluitings-verlooning. Er was mangel aan publiek, doordien de
vorige vertooning veel te wenschen liet in de uitvoering. Het
is aardig dat IJperen zóó moeilijk een goede franscbe tooneel-
troep kan samen houden.
Maandag en de overige dagen der week hebben wij op
rechte marsche buien gehad maandag borst er een onweder
over onze stad los. De donder is te Vlamerlinghe gevallen en
heeft geene ongelukken tenzij een weinig schade veroorzaakt
door het afslagen eerier schouw.Dien dag hadden wij op eene
halve uur tijds: hagel, donder, sneeuw, wind, regen en
schoon weder
Donderdag had het laatste concert plaats dat door de Koor-
maatschappij van ditsaizoen zal gegeven worden. De zaal was
zeer goed voorzien, de verschillige stukken goed uitgevoerd
de romancen, de twee-, drij- en koorzangen lieten niets te
wenschen, ten zij dat alles in het fransch was en onze schoone
moedertaal er niet een enkel klein plekje gevonden heeft
Woensdag lest had alhier de Prijskamp voor het Volle Vee
plaats, welke gewoonlijk a,ie jare gegeven wordt door onze
Landbouwmaatschappij de twee leste jaren is het houden
dezes Prijskamps verhinderd geweest door de veepest. Een
zestigtal dieren waren alhier tentoongesteld. De landbouwers
en liefhebbers zegden in het algemeen dat het eene verzame
ling was van beesten, die uilmuntteden door hunne volmaakte
vormen, en die bewijzen dat de veeteelt hier grooten voor
uitgang gedaan heeft, sedert de inrichting dier jaarlijksehe
Prijskampen. Er zijn verscheide dieren aan buitengewone
hooge prijzen verkocht geweest.
Zie hier aan wien de verschillige prijzen door den Jurij toe
gewezen werden
Ie Prijskamp. Volle Koeien, gekweekt in 't besturend
arrondissement, sedert ten minste zes maanden.
18 mededingers.
1* prijs. Eene zilveren medailje en eene premie van 100 fr.
Onrart, Benoit, Dickebusch. 2e prijs. Eene idem en eene
premie van 75 fr. Delannoy, Charles, Beninghelst. 5,
prijs. Eene idem en eene premie van 40 fr. Debeer Floriniond
Proven.4= prijs. Eene bronzen medailje en eene premie
van 50 fr. Verfaillie, Charles, Langemarek.
2" Prijskamp. Volle Veerzen, hebbende meer dan twee
tanden en in 't besturend arrondissement gekweekt sedert ten
minste zes maanden. 8 mededingers.
1° prijs. Eene zilveren medailje en eene premie van 100 fr,
Dehem, Adolf, Waasten. 2e prijs. Eene idem en eene pre
mie van 50 fr. Couvreur, J.-B., Meessen. 5° prijs. Eene
bronzen medailje en eene premie van 25 fr. Veys, Isidoor,
Vlamerlinghe.
5® Prijskamp. Volle Veerzen, hebbende maar twee of min
dan twee tanden en in 't besturend arrondissement gekweekt
sedprl ten minste zes maanden. 20 mededingers.
1" prijs. Eene zilveren medailje en eene premie van 80 fr,
Delanote, Dominicus, Rousbrugge. 2° prijs. Eene idem en
eene premie van 60 fr. 5e prijs. Eene bronzen medailje en
eene premie van 40 fr. (De 2C en 5" pr. zijn verdeeld geweest
tusschen Debruyne, Engel, IJperen, en Volbout, Jacob, id.)
4® prijs. Eene bronzen medailje en eene premie van 25 fr.
Coache, Pieter, Vlamerlinghe.
4e Prijskamp. Geiten (boks).
Prijs. Eene bronzen medailje en eene premie van 10 fr.
Percque, Felix, IJperen.
5e Prijskamp. Geiten.
Prijs. Eene bronzen medailje en eene premie van 10 fr.
Moniez, Josef, IJperen.
Wij vernemen dat de werkstaking, in de koo'mijnravan
Charleroi ontstaan, aanhoudt en zich voortzet. Versterkingen
van gendarmen, alsook detachementen van linietroepen en ka-
valeriezijn naar Chatelineau moeten gezonden worden, waar
men verscheidene pietmolens geplunderd heeft.
De luitenant der gendarmerie is erg gekwetst in een gevecht
met de oproerlingen. De orde is te Chatelineau hersteld. Maar
de wanorders hebben zich uitgebreid te Couillet, te Gilly en (e
Montigny-sur-Sambre. Te Couillet heeft men de fabriek van
M. de Dorlodot geplunderd. Te Montigny zijn er in eene ont
moeting met de troepen tien personen gedood en gekwetst.
KUNST- EN LETTERKRING.
In eene vroeger bijeenkomst werd er lezing gegeven uit het
Jourhal des Beaux-Arts, van eenen brief des heeren Adolf
Siret, Letterkundige en Arrondissements-Kommissaris te St-
Nicolaus, waarin hij met een uitstekend talent, op zulke schit
terende wijze en in zulken wegslependen stijl de duchtigste
zweepslagen toebrengt aan een factum van den heer Taine,
leeraarbij de School van Schoone-Kunsten, te Parijs, welke
verblind door eene overmaat van nationale vooringenomen
heid en misschien van afgunst voor ons roem- en kunstrijk
verleden, den belgischen volksaard met de bespotte! ijksle
kleuren afmaalt, en ons ede! ras alle onderscheiding in smaak,
in vlijt, in kunstgevoel en zucht voor de wetenschap ontzegt.
De lezing van de warme verdediging van den heer Siret wek
te in de vergadering geestdriftige toejuichingen op en men
besloot dat er aan dien Vaderlandsminnaar eenen brief van
bedanking zou toegestuurd worden.
lil eene volgende zitting werd er lezing gegeven van een
geheel ander artikel uit la Morale hid óp endanteeen wijs-
geerig nieuwsblad van Parijs, in welk er verslag gegeven
wordt over den Cathèchisme de Morale,waarmede een
IJperling, de heer Ch. Vercamer, Bestuurder van een bijzon
der onderwijsgesticht te Brussel, eenen schitterenden uitslag
bekomen heeft in den Prijskamp, ten gevolge van het jongste
Congres van Berne, uitgeschreven. De vleiende termen van
gemeld verslag, zoo vereérend voor den man die er het voor
werp van is, werden in dra Kring met diepe gevoelens van
deelneming en genoegen onthaald, te meer daar het zelden
gebeurd dat eene dergelijke waardeering in de hoofdstad van
frankrijk den uitheemsehen ten deele valt. Na de lezing van
dit artikel en na eene korte beraadslaging, werd er eenparig-
ijk besloten dat de Kring den heer Vercamer, als inboorling
onzer stad, kennis zou geven van zijne gevoelens van deelne
ming en hem zijne gelukwenschingen toesturen. Deze beslis
sing werd onmiddelijk ten uitvoer gebracht
De heeren Siret en Vercamer, komen thans elk van zijnen
kant, een zeer vereerenden brief in antwoord aan den Kunst
en letterkring te schrijven, waarin zij in diepgevoelde woor
den hunne erkentenis aan de leden betuigen.
Wij ici nemen met genoegen dat de derde openbare koste-
looze voordracht zal gegeven worden, Maandag, 6 April, ten
8 ure s avonds in Stadsschouwburg. De heer Ed. Van Bies-
louc oorzitter van den Kring, heeftop zich genomen
en teer professor Leynaerts te vervangen, die tot heden in
de onmogelijkheid is geweest aan zijne belofte te voldoen. De
spieker zal handelen over het leven en de werken van den
vermaarden volksdichter Tollens.
Historische herinneringen van IJtpcren.
29 Maart 1764, De kasselrij van Veurne, koopt voor 100
R»rhaenArM far Öksche »'ente af, welke zij aan het Sinte
Yiv if-, beiden had, krachtens bevel van Lodewijk
te /11 &et>even, ten einde dit broederschap schadeloos
erk i? :°T het VerlT r ziin lokaal> welk in stads ver-
sterkingswerken ingepalmd werd.