De clericalen door'zscli zelve afgeschild eed. Stads Nieuws. De bijeenkomst was zoo talrijk dat een groot gedeelte der belanghebbenden de zaal niet konnen binnentredendit heeft niet belet dat zij al zoo wijs naar huis zijn gekeerd, als de begunstigden die de redevoeringen van M. Langrand hadden ge hoord, dewijl noch deze noch zijne clericale ge zellen, die het woord hebben gevoerd, hunne aan hoorders eenige klaarheid hebben gegeven. Ook veel aclionnarissen, in hunne verwachting te leur gesteld, hebben aangedrongen, de eene om eene vereffening te bekomen, de andere om ten minsten de tijtelen der met hun geld aangekochte eigen dommen te mogen zien; maar nikskcs! Alles wat zij, na onstuimige woordenwisselingen, hebben kunnen bekomen, het is van door de 40 meest ac tie-bezitters, drie commissarissen te laten noemen, om ten koste der maatschappij de in Hongarië aan gekochte grondpanden te gaan erkennen en waar deren. Wij zijn nieuwsgierig om te weten hoe deze drie commissarissen, die het land en de taal niet ken nen, die waardering zullen doen. Het spreek woord zegt: Die leeft zal zien, maar in dit geval wij twijffelen er grootelijks aan en moeten ons be palen met de dragers van actiën aantemoedigen om zich met geduld te wapenen liet Journal d'Ypres deelt ons, in zijn n1 van den 1" April, een artikel mede uitden Courrier de Uruxelles, voor opschrift dragende: Lasteiung in het guootehetwelk verwijtselen aan de liberale drukpers bevat, die duizendmaal meer aan hunne eigen partij toepasselijk zijn. In alle landen, zegt dit artikel, wordt de laste- ring beschouwd als eene misdaad voor de wet en voor de gewetenser bestaat nergens eene wet- geving die zich bepaalt met de diefte en de 5> moord te straffen, en de eerlijke lieden zonder verdediging te laten legen de vergiftige en leugen- achtige aanhalingen. Zou hetgene men nergens ziet, wel in ons België worden ingeplaatst? Gaan wij overvallen zijn van eene voortdurende laster koorts De vraag is eenvoudig en gemakkelijk om opte lossen. Sedert twintig jaren dat de liberale partij het staatsroer in handen heeft, zijn al de Ministers en hunne politieke vrienden dagelijks door de jesui- tieke drukpers gehoond en gelasterd geworden; tot de Vorst toe werd door hun beledigd bijgevolg het verachtelijk gebruik waarvan zij de invoering schijnen te vreezen, is wezcnllijk door hun zelve op eene aanhoudende en sluwe wijze bewerkstel ligd geworden. Hetgene merkwaardig is, en ten vollen bewijst dat die schrijvers, die de oogen door eenen balk verduisterd hebben, een strooi in die van hunne tegenstrevers beknibbelen, is dat zij deze, ter gelegenheid van een boekdeeltje, al de bijzonder heden van het proces Bebuck te kennen gevende, beschuldigen van de listen, door eenige jesuiten begaan om de erfenis Debuck aftepersen, aan het order in het geheel toewijten, terwijl zij in den- zeilden artikel eene onbetamelijke uitdrukking van eenen franschen schrijver aan de geheele liberale partij ten kwade duiden, ais of de menigte kon ver antwoordelijk zijn van de overdrevenheden van eenen alleen. Het wonderlijkste van alles is dat de schrijver met denzelfden adem zegt: dat niets zoo verachtelijk is dan de misdrijven van een lid be gaan aan een geheel order toetepassen. Indien hij daardoor verstaat de schanddaden die eenige broeders vóór de Assisen hebben gebracht, wij deelen in zijne gevoelensmaar in de zaak dei- erfenis Debuck, die de gal van den Courrier de Uruxelles heeft ontstoken, is het geheel anders. De leden van het order, die op eene ongehoorde wijze den erfgenaam in den geest van zijnen oom hebben zwart gemaakt, en die, door het ophitsen der bijgeloovigheid van den overledene zich van hem hebben meester gemaakt om hem zijn belang rijk hebbenschap aftepersen, hebben hel onge- twijffeld niet gedaan in hun eigen helang, maar wel ten behoeve van het klooster of heter van het geheele order; de zakken geld uit het huis Deboei naar het klooster overgebracht, en de verklaringen van het groot getal getuigen, in de zaak gehoord, bewijzi-n in overvloed dat het in geener wijze de eigene belangen waren van de Paters, die Deboei overvielen, welke zij ter harte namen, maar wel die van het klooster; en wij durven er bijvoegen, dat. indien de onwettigheid der gift door die getui genissen niet klaarlijk ware bewezen geweest, on gel wijffel d het gedeelte der erfenis hetwelk men niet kon verbergen, nooit naar de rechthebbenden zou terug gekeerd zijn. Indien de liberalen al de bijzonderheden van dit merkwaardig proces door de drukpers hebben her- haald, zij hebben slechts waarheden doen kennen, die door de stukken van het proces zijn bestatigd geweest, en zij hebben zich dus noch van laster noch van leugentaal plichtig gemaakt. Het doel van de jesuitieke dagbladeren is dus klaarblijkelijk van den indruk, die de zaak Debuck op het algemeen heeft gemaakt, te verzachten; en, volgens hunne gewoonte, zij verwijten daarom aan de liberalen de misdrijven welke zij zelve hebben begaanWij herhalen het, er is niet eene overdre venheid door eenen radicaal, in welk land het wezen moge,begaan, waarvan zij de liberale partij niet trachten verantwoordelijk te maken, en als eenige Paters, die geene eigendommen mogen be zitten, door listen en bedrog een belangrijk heb benschap van eenen onnoozelaar afpersen, zij zijn verontwaardigd omdat men de testamentenstekkers heeft ontmaskerd. De zaak gaal ons niet aan, maar wij hebben op het artikel van het Nieuwsblad geantwoord, omdat het onze politieke vrienden lasterde, en dat met inzicht van de aandacht van zijne eigene lasterin gen aftekeeren. De trekking voor den Tuchtraad der Burgerwacht heeft Zondag plaats gehad, zie hier den uitslag Effectieve leden Podevyn,H., luitenant; Allaer, J., serjant, Roffiaen, L., korporaal; Bouckenaere, E., wacht. Bijvoegelijke ledenPyssonnier, Th., luitenant; Antony, H,, serjant; Wyckaert, L., korporaal; Cardinael, Ed., artill'. De stad IJperen komt een harer trefïelijkste burgers te ver liezen. M. Ed. Cardinael, brouwer, Gemeente-Raadslid, en lid der Kerk-fabriek van St. Pieters, is den 7 dezer alhier over leden. M. Cardinael was een rechtschapen man, van iedereen geacht. Zijn onveranderlijk en standvastig karakter verwierf den aigemeeneo eerbied, rijk en arm te gelijk betuigen hunne rouw en zegenen zijne nagedachtenis. Zijne bedroefde familje verliest bij hem eenen besten vader en vriend. Zijne teraai dbestelling zal maandag plaats hebben en alsdan zal men zien hoeveel vrienden hij op aarde nalaat. In het begin der week,heeft het zandkonvooi op den ijzeren weg van Rousselare naar IJperen, eene halve uur van deze laatste stad, eenen aardewerker het hoofd verbrijzeld. Zijn naam is Jacobus Derudder, en is vader des huisgezins. Bij koninklijk besluit van 4 april is de heer E Van den Boogaerde doctoor in de rechten, lot greffier bij de rechtbank van eersten aanleg te Jlperen benoemd. Bij koninklijk besluit van 4 april, is de heer F. de Boo, kandidaat-notaris te IJperen, tot Oostvleteren benoemd in ver vanging van wijlen de heer Poupart. M. August Carpentier, advokaat alhier, is bij koninklijken besiuite Vrederechter te Rousbrugge benoemd. Bij koninklijk besluit van 4 dezer, zijn MM. J. Vanhove, kapitein bij 't löe, van tweede klas benoemd, en A. Berben, luitenant id., ais kapitein van derde klas. Heden Zondag, ter gelegenheid van Paaschen, in de Sint- Jacobskerk, alhier, zal men eene mis met groot orkest uit voeren, gecomponeerd door onzen jeugdigen stadsgenoot M. Arthur Van Eislande, thans muziekmeester te Thurnhout. Men spreekt veel lof over den samenhang der religieuseen muziekale ingevingen die in dat gewrocht voorkomen. Wij kennen M. Van Eislande, zoon, van over lang, want over weinige jaren liet hij het publiek de eerste uitvoering ^wonderen van een door hem verveerdigd muziekstuk, ge- tijteld Zan-Kas. Deze uitvoering had plaats bij het aanvangen eener vertooning der Viaamsche Ster, waarvan dien heer als dan orkestmeester was. Zeggen hoeveel bijval de jonge kuns tenaar genoot, overtrof aller verwachting en van toen af voor zegden wij hem eene schitterende loopbaan. Reeds ziet men over de daken der huizen en gebouwen on zer stad de stellingen uitsteken waarmede den toren van Sint- Pieters kerk bekleed is. Mocht de herbouwing van dien toren geschieden, zonder dat men ongelukken te betreuren hebbe, die maar al te dikwijls, bij zulke gevaarlijke werken, voorval len, die, buiten de levensverliezen,nog ongelukkige weduwen en weezen maken. Wij manen dus den werkman tot de groot ste voorzichtigheid aan. KUNST- EN LETTERKRIKG. Jongstleden maandag, 6 dezer, gaf de heer Edward Van Biesbrouck, Voorzitter van den Kring, in Stads-schouwburg, de door ons aangekondigde Conferencie over Noord-Neder land 's geliefkoosden volksdichter Tollens. Reeds vóór het ge stelde uur was er een vrij aanzienlijk publick tegenwoordig. Het deed ons waar genoegen onder de aanwezigen er niet slechts het puik onzer begoede burgerij aan te treffen hel ontbrak ook geenszins aan kunstminnende damen maat hei viel ons hoogst aangenaam er verscheide uitstekende mannen te vinden, namelijk onzen gewezen minister, M. A. Vandenpeereboom, onzen senator M. Mazeman, onzen arron- dissements kommissaris, M. Carton, enz., enz. zmks strekt hun tot eer. Onzen lezeren een breedvoerig overzicht geven der schoone redevoering', waarop den heer Van Biesbrouck ons vergastte, valt geenszins in ons bestektijd en plaats ontbreken ons daartoe. Gaarne zouden wij over zoo een welgekozen onder werp als Tollens en zijne Werken wat meer gezegd heb ben. Doch, vergenoegen wij ons met het volgende De achtbare redenaar ving aan met ons voor oogen te leg gen hoe het met de Nederlandsche Litteratuur, vóór, na en ten tijde dat Hooft, Vondel en Vader Cats hun snaartuig be speelden, gesteld was. Na in breede termen hierover uitge weid te hebben, ging hij tot den held zijns onderwerps over. Volgens den achtbaren spreker, hebben wij, Belgen, het volle recht den gevierden Noord-Nederlandschen Volksdich ter als onzen medevaderlander te beschouwen, dewijl hij te Rotterdam, uit eene oud adelijke familie, van gentsche oude ren geboren werd. De vader des jongen Tollens beschikte zijn zoon afvroeg tot den koophandel. Maar eene verhevenere neiging had in het gevoelvolle hart des jongelings wortel ge schoten en wies immer, immer welig op. Werd hij een voor- beeidelijk koophandelaar, hij bekleedde op jeugdigen leeftijd, in de rij der Nederlandsche dichters eene plaats, die vele be nijden mochten. Om zijn gezegde te staven en om de ver diensten des kunstvollen mans te doen uitschijnen, gaf hij le zing eeniger gewrochten, echte kuustperels, hier en daar uit den welriekenden bloemhof des grooten volksdichters ge plukt. In zijne slotrede drong de achtbare spreker er vooral op aan om de aanwezende personen te doen begrijpen, dat zij, die door hun vernuft en door hunne kunde aan 's volks veredeling arbeiden, meer lof verdienen dan zij, die over millioenen beschikken, welkdanig gebruik zij er ook van ma ken. Des heeren Van Biesbrouck 's talent als redenaar kan geens zins betwist worden hiervan gaf hij reeds in verschillige om standigheden, schitterende bewijzen. Van hem mag men met waarheid zeggen dat, onder dit oogpunt, hij een lieveling dei- Voorzienigheid is. Zijne spraak is niet vervrongen, niet ge maakt, maar natuurlijk en drukt zich met alle gemak uit. Daarenboven bezit hij nog de benijdenswaardige kunst om zijne toehoorders de woorden en zinsneden zijner lippen te doen opvangenkortom, in hem zijn al de vereischte hoeda nigheden vereenigd die een goed redenaar kenschetsen. Wij wenschen hem veel geluk, en voeden ons met de hoop, dat hij het daarbij niet zai laten berusten. Woensdag aanstaande, ten 7 ure des avonds, houdt Mijn heer LENAERIS, van Antwerpen, eene voordracht over de Dood vaa ïï-isms AgmeesscBis. Deze voordracht wordt gegeven in de zaal van Stadsschouwburg. De toegang is kosteloos. Historische heriniici-ingcn van II Jf per eis. 12 April 1649. De stad werd overrompeld door een spaansch leger, van 20,000 man sterk, onder het hevel van markies Sigismorid, opperhoofd der artillerij van Nederland. Heeie van Beaujeu was gouverneur der stad,die voor bezetting had Ö000 voetgangers en 800 peerden; die gouverneur, on der voorwendsel zijne levensmiddelen te sparen, deed 1400 burgers uil de stad trekken omdat zij te veel de Spanjaards ge negen waren. J April 1678. Men kondigde een bevel af bij hetwelk er aan burgers en soldaten liet spelen met de teerlingen ver- kons" WaS de t,e, berSen 'ler Stad' °P pe6ne van !<l)() Pata" 14 April 1759. Het magistraat van IJperen grboodt, door den openbaren roeper, liet afschaffen der hordessen, die, het eene in hout, het andere met schaliën of anderzins ge dekt soms tot midden der straten kwamen. Deze maatregel bracht eene ware verbetering aan stad toe. i;j April 1699. Mariinus de Rutabon, bisschop van peren, en Barantin, militaire intendent, legden den eersten

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1868 | | pagina 2