VAN IJPEHEN. 4 FRANKEN 'S JAARS Politiek. Stads,- Kunst- en Letternieuws. Verschilüge Tijdingen. Markten. Bekendmakingen. KIEZING voor den Provincialen Raad van IVestvlaanderen, te IJperen. Ernest Mergheljnck, Pi eter Beke, aftredende Bayart, le(ien- Edmond Titeca, Aanheule advokaat. Politieke berichten. I»i: GOEDE VOKST. VOOR IJ PEREN. Fr. 4-50 VOOR BUITEN STAD. Aankondigingen 12 centimen den regel. Reklamcn 25 centimen. a ma «uiü ZONDAG, 24 MEI 1868. Bureel: Dixmudestraat, 59. Alle inzendingen vrachtvrij. De volgende candidaten worden door de Liberale Associatie van het arrondissement voorgesteld aan den keus der kiezers, tegen de kiezing van Maan dag aanslaande De eerste Kamer der Staten-Generaal van Hol land heeft met 18 stemmen tegen 16, het voorstel van een adres aan den Koning te zenden over den toestand van het land, verworpen. De amerikaansche Senaat heeft president John son vrijgesproken.Er waren 54 senateurs aanwezig. Voor de veroordeeling moesten er volgens de Grondwet 36 stemmers zijnnu, daar zijn er maar 55 geweest. De Étendard zegt, dat de particuliere depechen, gedagteekend op 13 Mei, uit Tunis via Cagliari zijn ontvangen, volgens welke de fransche konsul de beij een ultimatum zou hebben gezonden. Het mexikaansch congres heeft de doodstraf af geschaft. In de zitting van den 18 Mei van het Tolparle- ment heeft de voorzitter van de bondskanselarij, M. Delbruck, gezegd, dat volgens de traktaten En geland, Frankrijk, Belgie, Italië en Spanje alleen recht op de tolvermindering hebbende, de gouver nementen het inzicht hadden een wetsontwerp aan te bieden, deze voordeden aan de overigelanden uitbreidende. De rechten op de wijnen zouden worden behou den. Deze vermindering zal maar worden toege staan aan de landen, die de Zolverein-Slalen zullen behandelen als de meest bevoordeeligde stalen. IIcl is zeker dat koning Theodorus zich heeft gezelfmoord. Een soldaat van het 55e zweert, dat hij getuige is geweest van het feit, en, wat nog be- langrijker is, de twee geneesheeren, gelast het lijk. te erkennen en een onderzoek te doen over de oor zaak van de dood, verklaren zonder aarzelen, dat Theodorus zich zelf moet gedood hebben. Hunne denkwijze is bevestigd door de getuigenis van den schildknaap zelve van den koning die hem schijnt getrouw te zijn gebleven tot aan zijne dood. Dc eensgezindheid tusschen de twee Kamers van den oostenrijkschen Reichsralh, nopens de wet op de geloofsbelijdenissen, is volledig. Na de bekrachtiging van den keizer, mag men zeggen, dat het concordaat in Oostenrijk dood is. In onzen Senaat is er Dinsdag eene uitnemend belangrijke kwestie ter sprake gekomen, namelijk de regeling van het werk der vrouwen en kinderen in de fabrieken en werkhuizen. De regeling van het werk der kinders en der vrouwen is eene der grootste behoeften van onzen tijd. Het is een der uitgangspunten tot verdere ver beteringen en wij hopen, dat de heer minister eer lang de belofte zal houden van de zaak ernstig te onderzoeken en er zijne meening over te zeggen. Het is reeds te lang dat verscheide fabriekanten zelve eene dusdanige wet gevraagd hebben. a tA ti afexmi ri i: V&jÊsajisa» Zcvcnste Jaar. DE TOESOMSf, «sa Wij vinden dit verhaal in het reisboek van een Duitscher, zijnde eene episoot uit het leven van koning Willem IV, der Nederlanden. Het was kermis. Jong en oud in het dorp, waar het navol gende gebeurde, danste op de klanken van een viool en een trom, wier gebons hooren en zien deed vergaan; de speelman met de viool zat op een plank, die op twee tonnen rustte. Het was een mannetje wiens dikke buik hem den bijnaam van 'i smeerbuik had doen geven. Tegen de deur van de herberg, waar het lustige volkje zich geheel aan de vreugde overgaf, leunde een man, wiens kleedij duidelijk deed zien dal hij niet tot de dorpsbewoners behoorde. De vreemdeling zag lachend een der mannen na die zijn weenend kind op den arm had genomen en zich met het zelve in den kring der dansers had begeven. Plotseling wierp Smeerbuik zijnekrassende viool ter zijde, sprong van zijne zit plaats en waggelde ter deure uit, terwijl de dansers hem ver baasd nazagen en den dronken speelman naschreeuwden muzijk, muzijk <i Wacht even, jongens, sprak de vreemdeling, laat den ouden man gaan, ik kan ook spelen t Hij klouterde op een der tonnen, en begon eene wals op de oude valsche snaren te zagen, terwijl het gebons van den trom ieder ander menschenkind dan de boeren, het trommel- «deesch had doen bersten. Toen de dans geëindigd was, kwamen een aantal boeren met volle bierkruiken op den nieuwen speelman af, die met hen drinken moest, wanneer hij hun niet boos wilde maken. De dans was weder geëindigd, de boeren kwamen op nieuw met hunne bekers, en de vreemdeling werd gedwongen op nieuw te drinken. Het begon reeds duister te worden, en de vreemdeling legde de viool neder, terwijl hij zich tot vertrek ken gereed maakte, maar dit was eerder gezegd dan gedaen. li Hij moet hier blijven, riepen zij, smeerbuik is dron ken en kan niet meer spelen, en hij mag ons nu niet in den steek laten. Wij zullen u goed betalen, brulde een ander, en ge noeg te eten geven. Spelen of wij slaan hem de beenen stuk»! <i Neen, sprak een lief boerenmeisje. lk verzoek het u met deze kus. Bij het uitspreken van deze woorden raakte zij de lippen van den speelman met haar bevallig mondje. De speelman lachte en speedle weder, en de boeren dansten weder in een kring rond, terwijl aller oogen van vreugde en het genot van sterken drank schitterden. Eindelijk werd de tafel gedekt. Er kwam vleesch, eieren, ham, brood, gestoofde peren en kaas de tafel scheen er onder te zullen breken. Al de boeren gingen er aan zitten en aan den speelman werd goed- of kwaadschiks eene plaats aangewezen. Hoe oud zijt gij, vroeg een der boeren hem. Dertig jaar. Verdient ge ook een stuk brood met uw gekras Niet te ruim. Waar woont gij ii In den Haag. ii Ik begrijp toch niet, dat een man die zoo goed speelt wei nig verdient en nog minder eet en drinkt. Zijt gij gehuwd Hebt gij vrouw en kinderen Ja, vrienden. ii Toen legde een der boeren een stuk papier op tafel, pakte vijf groote stukken vleesch en vijf sneden brood bij elkander, voegde er vijf van de grootste peren bij, en pakte alles zorg vuldig in eene mand. Hij bond het paket met zijne kouseban den bijeen en gaf dit den speelman met de wooiden daar, vriendje, dat is voor je wijf en je jongens. Toen geloofde de speelman dat hij kon vertrekken, maar een langen boer riep uit <c neen, vriendje, eerst moest gij nog wat spelen en wij daarbij zingen. Zijne tegenwerpingen baatten niet; de speelman moest spelen en weldra klonken He toonen van het Wilhelmus door het vertrek. De speelman staakte zijn spel, gaf met krachtvolle stem de toon aan, en twee groote tranen biggelden over zijne wangen. Nadat het lied gezongen was, danste men een pater tje om de tafel en het schoone boerenmeisje koos den speel man, en loonde hem met een hartelijken kus. Toen kon hij vertrekkentwee der boeren lieten niet af en vergezelden hem tegen zijn zin een eind weegs, waarna de speelman verdel ging, met zijn pak levensmiddelen onder den arm. Het was een jaar later. Weder zat smeerbuik waggelend op zijn ton en weèr sprong hij plotseling van de stellaadje af. Nu moesten de boeren zonder muzijk dansenhet giug slecht, want wie danst gaarne zonder muzijk. Ach, was de speelman

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1868 | | pagina 1