VAN IJPEREN.
4 FRANKEN \S JAARS
Nr 389. Achtste Jaar.
Politiek. Stads,- Kunst- en Letternieuws. Verschillige Tijdingen. Markten. Bekendmakingen.
Politieke berichten.
De Heilige Kerk van 't Nieuwsblad.
VOOR LI PEREN. Fr. 4-50 VOOR BUITEN STAD.
Aankondigingen 12 cehtimeit den regel.
Reklamen 25' centimen.
ZONDAG, 5n SEPTEMBER 4869.
Bureel: Dixmudeslraat, 59. Alle inzendingen vrachtvrij.
De gezondheid van keizer Napoleon is voor het
oogenblik het voorwerp aller gesprekken, zoowel
in de politieke als in de handels-wereld van Fran
krijk. De veronderstellingen en uitleggingen zijn
talrijk ten gevolge der nolas in het staatsblad en
andere officieusc bladen verschenen, om het pu
bliek gerust te stellen. De waarheid is, dat er nooit
eene ernstige verwikkeling heeft bestaan en dat er
sedert eenige dagen eene wezenllijke verbetering
in den toestand des keizers is gekomen.
De l'ransche Senaat heeft Woensdag het onder
zoek begonnen van den senalus-consulte. Men is
algemeen van gevoelen, dat de discussie niet meer
dan acht dagen zal duren; er zijn lieden die bewe
ren dat zij zeer hevig zal wezen; dat is niet zeer
zeker, want de senaleurs zien er zoo kwaad niet
uit.
De keizerin en de keizerlijke prins zijn te Ajaecio
aangekomen en worden legen 5" September te Pa
rijs verwacht.
Spanje wordt geheel kalm. Het gouvernement
stelt een einde aan de carlislische beweging door
zich zeer grootmoedig.te toonen. Het is de beste
manier om zich te wreken en de openbare denk
wijze op zijne zij de te krijgen, want het publiek
loont altijd gedegenheid voor den overwonnene,
indien de overwinnaar misbruik maakt van zijne
voordeden. Het is te denken, dat men nu zal te
welen komen waar don Carlos zit want tot hiertoe
kan niemand stellig zeggen waar het hoofd van
dien mislukten opstand zich bevindt.
Don Carlos, de pretendent tot den troon van
Spanje heeft eindelijk besloten de fransch-spaansche
grens te verlaten. Na afscheid genomen te hebben
van de gelukzoekers, aan zijnen persoon gehecht,
heeft zich naar Gratz bij zijne moeder begeven.
Eene boodschap van den koning van Denemar
ken, van 27" Augusti, roept de keizers tegen 22n
September bijeen om de leden van de folkething
te kiezen.
Uit New-York wordt gemeld, dat de aankoop
van Cuba door de Cubanaars met hulp van de Ver-
cenigde Staten gesloten is. De Spanjaarden hebben
nog geene beslissingen genomen nopens Cuba.
Het Nieuwsblad van Zaterdag laatst is in den
derden hemelhet heeft eene zinsnede in een on
zer artikels gevonden die kan verdraaid en verkeerd
uitgelegd worden Het trouwloos hlad aarzelt! niet
op muren en daken te roepen dat de Toekomst den
oorlog aanpredikt tegen de HEILIGE KERK!...
Het lasterbladhet heeft zeer wel begrepen wat
wij wilden zeggen het weet wel, het huicheblad
dat de Toekomst de HEILIGE Kerk, de kerk vol
gens het Evangelie, volgens Gods ingeving, meer
eert, meer bewondert, meer naar waarde schat,
dan hij, wier taal zoo deerlijk afsteekt met de zaak
welke het schijnt te verdedigen
Nogeens, schijnheilig Nieuwsblad, de Toekotnst
eert en bewondert het Geloof en de II. Kerk, dui
zend malen meer dan al de Nieuwsbladeren en
huns gelijken, die noch voor laster, noch voor leu
gens achteruit deinzen om alles uit den weg te rui
men wat eenigzins hunne plannen tegenkant.
Maak den onnoozelen lezeren alles wijs wat gij
wilt; schilderd hun de Toekomst af zóó leelijk, zóó
afgrijselijk mogelijk; doch, al uw gezegde valt in
duigen wanneer men uwe daden van nabij beziet.
De Heilige Kerk zooals ze van Christus is ingesteld
is de grootste, de edelste der instellingen; maar
sedert zijn de menschen met hunne driften geko
men die, om dezelve den vrijen toom te geven niet
gevreesd hebben die HEILIGE Kerk in eene Kerk
te herschapen, welke niets heiligs meer bevat dan
de naam! Want het was in deh naam der II. Kerk
dat de spaansehe Inkwisitie ingesteld werd; het
was in den naam der H. Kerk dat Alva in ons Bel-
gie zóóveel menschen levend deed radbraken, le
vend verbranden, de oogen uitsteken, de tong en
de nagelen uitrukken, het vel afstropenHet
was in dienzelfden heiligennaam dat men in Frank
rijk op Sint-Barlholomeus nacht, zóóveel duizen-
de menschen vermoord heeft! Hel is altijd in dien
naam geweest dal mende brandtoorls en den dolk
aan het werk zag, dat men de afgrijselijkste euvel
daden zag plegen
Was dat alles door de HEILIGE Kerk gedaan
Neen, verstandige lezers, het waren de men
schen met hunne driftenEn heden nog is het
hetzelfde. Wij beroepen het Nieuwsbladdie alles
tracht wit te wasschen wat onrein in de clericale
DE TOEKOMST
Een schrikkelijk en bijna ongehoord voorval komt eene
achtbare familie te treffen en werpt een rouwfloers over onze
stad: de heer Ernest Merghelynck is den 28" Oogst 11., om 7
ure des avonds schielijk overleden, en, tot overmaat van ramp,
kwam de dood des anderdags insgelijks zijne weduwe, Mevr.
Merghelynck, geboren Laura Carton, ten 11 1/2 ure des
voormiddags naar de eeuwigheid slepen. De jammer en deel
neming van iedereen waren zooveel te meerder, daar beider
dood wordt toegeschreven aan het nemen van eenen vergifti
gen geneesmiddel, die hun door eenen uitlandschen drogist
bij misslag toegezonden was. 11e familie heeft goed gevonden
de zaak in de handen der Justicie te leveren, diensvolgens
nteenen. wij ons te moeten onthouden van alle verdere beden
kingen echter verklaren wij dat noch doctqors noch apo
thekers der stad daar voor iets in zijn.
M. Ernest Merghelynck was slechts 57 jaren oud en hij
heeft omtrent twee derden van zijn leven toegewijd aan het
openbaar welzijn. Hij was destijds Gemeente-Raadslid, Pro
vinciaal-Raadslid, lid van de Bestendige Deputatie en thans
nog bekleedde hij de ambten van Voorzitter des Bureels van
Weldadigheid en van Provinciaal Raadslid. Zijne lange en
uitstekende diensten hadden hem de gunst des Konings ver
worven en hij werd over eenige jaren vereerd met het Kruis
der Leopoldsorde. Op een weerdiger borst kon dit vleiend
juweel niet gehecht worden: BI, Merghelynck had al de hoe
danigheden van eenen edelmoedigen burger en van eenen
verdienstvollen openbaren ambtenaar. Ofschoon hij eene
machtige fortuin bezat was hij met kleinen en grooten aan
minnig en gespraakzaamtrotschheid (die al te gewone
plaag van vele kortzichtige rijken) was hem gansch onbekend;
edelmoedig en milddadig was hij in de ruimste maat, en hij
maakte het loffelijkste en menschlievendste gebruik van zijne
fortuin de ellendigen en gebreklijdenden vonden bij hem
troost in woorden en daden, dat is dat hij, bij het uitreiken
éener volle en behulpzame hand, de ellendigen moed en hoop
wist in te spreken. Ziedaar de man als burger.
Als openbaar man was de betreurde afgestorvene van een
voorbeeldig karakter. Onafhankelijk van inborst, hij was vrank
en rechtzinnig; edel van gemoed, hij was dienstveerdig enuiter-
mate aansprekelijk; vast in zijne diep overwogene principiën,
hij was onwrikbaar in zijne strekkingen, hij zag het doel im
mer voor zijne oogen en nimmer week hij van den weg af die
er naar toe leidde hinderpalen kon hij bemerken, maar hij
bevlijtigde zich om ze uit den weg te ruimen; in openbare en
politieke betrekkingen had hij nooit met niemand af te reke
nen, want hij betaalde comptant en gaf ook geen crediet;
zijne toestand was altijd klaar en de zuiverheid zijner inzich
ten werd nimmer betwist. De verstandelijke vooruitgang, de
zedelijke en stoffelijke welvaart zijner stads- en landgenoten
had hij steeds in 't oog zij waren gedurig het voorwerp zij
ner bekommeringen en het doel van al zijn streven. Ook heeft
de man in zijne onderscheiden openbare kwaliteiten ontelbare
diensten bewezen. Als politiek man had hij enkel tegenstre
vers en geene vijanden; als burger waren alle menschen zijne
vrienden.
Aan de zijde van zulk eenen man paste wel de goedhertig-
ste vrouw, die men immer ontmoette. Mevrouw Merghelynck
was te IJperen en in de omstreek oprecht volkslief om hare
buitengewone minzaamheid en hare leêrhertige gevoelens;
van het begin van het jaar tot het einde was zij op den zoek
om rampen te lenigen, ellendigen te helpen en op te beuren,
verdrukten te troosten en moed in te spreken. De behoeftigen
beschouwden haar als hunnen bewaarengel en spreken thans,
met de tranen in de oogen en het herte vol van dankbare ge
voelens, den naam uit van hunne weldoenster. De edele over
ledene draagt met zich in het graf de zegeningen van duizenden
zielen, die hare weldaden hebben mogen schatten.
Is het dan te verwonderen dat de rouw over zulk een ver
lies te IJperen en in de omstreken zoo groot is? Geenszins,
en wij rneenen waarheid te spreken met te zeggen dat het
rampspoedig verlies van die waarde echtgenoten moet be
schouwd worden als een openbaar ongeval.
Mevrouw Merghelynck was slechts 51 jaren oud.