De klericale partij
door cone katholieke beoordeeld
Stads Nieuws.
Kunst- en Letternieuws.
Briefwisseling der Toekomst.
hcttholijke prateling.
boezemen voor het wereldlijk onderwijshet be
gint met de spokerij der francmaconnerij op te
halen, olsof al dat ambtenaar is van deze maat-
sehappijen zouden deel maken; en omdat een
overdreven vrijdenker eencn onbetamelijken uit
val heeft gedaan legen het catholicismusalsof
deze uivaf, indien hij wezentlijk heeft plaats gehad
door alle gematigde liberalen welke het Ministerie
toegenegen zijn niet zoo crnstiglijk afgekeurd
werd als door de clericalen zelve. Deze handelwijze
is laag en verdient geschandvlekt te worden.
De schrijvers van het Nieuwsblad en limine pa
tronen weten zoowel als iemand dat er wezentlijk
gccne samenzweering tegen den Godsdienst beslaat;
en, als zij dat bevestigen, zij weten dat zij het be
heer lasteren; maar, bij gebrek aan gegronde be
zwaren legen bet Staats- of Gemeenteonderwijs,
zij herhalen in alle gelegenheden de plichtige uit
vallen van cenen slecht bezielden overdrijver, alsof
de geheele liberale partij in fzijne gevoelens deelde
en dezelve in uitwerking trachtte te brengen; zij
schijnen te vergeten dat er in alle partijen, en in de
elericale nog meer dan in de onze, schelmen be
staan, die dezelve zouden onteeren, indien hunne
daden en hunne gebrekelijkheden niet persoonlijk
waren.
Inderdaad, indien wij op onze beurt in dier voe
gen handelden, indien wij de schanddaden moesten
herhalen, die in de elericale gestichten teMeenen,
te Kortrijk en in meer dan honderd andere steden
sedert een getal jaren zijn begaan en voor de ge
rechtshoven zijn ontwikkeld geweest, en naar het
voorbeeld der elericale nieuwsbladeren de claricale
partij daarvoor moesten verantwoordelijk maken,
wij zouden met meer grond dan zij mogen zeggen
Moeders, wacht u van uwe kinderen te zenden
naar gestichten, die, orn ons te bedienen van de
uitdrukking van het openbaar ministerie in het
proces Note, kuilen van onzedelijkheid zijn;
maar verre van ons, wij zijn eerlijk en onze gewe
tens laten ons niet toe van de schanddaden in die
en vele andere gestichten begaan aan het clericaal
onderwijs in het algemeen toe te wijten.
Wij ondersteunen het Staats- en Gemeente
onderwijs omdat het op eenen betamelijken voet is
ingericht en aan het toezicht, zoo wel van de gees
telijkheid als van het beheer is onderworpen maar
wij deelen niet in de gevoelens van Msr Malou, dat
alle middels goed zijn, zelfs de oneerlijkste, om ons
doel te bereiken.
geworden tot drie jaren gevang over onkuische
aantastingen, begaan op kinderen beneden de 15
jaren aan zijne zorg toevertrouwd in de broeder
school van Argenleuil. Üe bepleiling van deze
schandelijke zaak heeft met gesloten deuren plaats
gehad en heeft de veroutweerdiging van al de te-
genwoordigen opgewekt.
(Vervolg).
De genoemde Julcs-Theopbile Teulié, in religie
broeder Ansbert, is bij vonnis van bel Hof van As
sisen te Parijs, in date van 12" dezer, veroordeeld
V.
Vicioricn Yandè Weghe.
li ij onderzoekt achtervolgens de wel op do liefdadigheid.
De ware katholieke liefdadigheid bestaat in zijn goed te ge
ven, er zieli zeiven van te berooven, in aanstonds en in 't leven
afstand te doen en zelf te geven. Hij hecht weinig prijs aan
die weldadigheid na de dood, waarvan de erfgenamen al de kosten
doen.
Zulkdanige liefdadige werken,zegt de schrijver,gebeuren
enkeiijk, ingevolge de wet en door de wet, want indien het
erfrecht een natuurrecht is, zoo is het recht van testamenten
te maken, enkel een burgerlijk wezen.
i> Wie dus eene fondatie doet, weet dat de wettelijke in-
stelling welke hij maakt, onderworpen is aan al de verande
ringen der wet.
Die bewerking antwoordt aan 't verwijt welk men doet
aan de nieuwe wetgeving dat zij den wil der stichters overtreedt. De
stichter wist wel dat de wil, welke hij uitdrukte niet langer
kou staan als de wet die hem tot steun dient.
De fondatiën zijn niet afgeschaft, integendeel, hun be
slaan is gewaarborgd. Maar de openbare overheid, welke
alleen den wil der stichters voortzet, wanneer deze overleden zijn
met hunne plaats te nemen of wel met dit mandaat aan andere
op te leggen, mandaat dat altijd vvederroepelijk is, verandert
ook de voorwaarde van het bestaan der stichting.
i> Vroeger stelde de wet, om den wil der overledenen voort
te zetten, zommige personen aan; in plaats van die personen
nog aan te stellen, doet zij haar werk zelf zonder mandataris,
dat is geheel het verschil.
De dwaling in die zaak komt hieruit voort, dat men denkt
dat liet (Ie wil van den overledene is, welke de stichting maakt.
ii Dit is zoo niet. De stervende drukt eenen vvensch uit en
niets meer. üe wet geeft aan dien wcnsch eene uitvoering
wanneer het openbaar belang het vereischt, zoo niet. Als de
mensch sterft heeft hij zijne rol gespeeldt, zijn wil sterft met
hem. 't Is maar door eene fictie der wet dat die wil kan voort
leven met op de wet te steunen.
ii Dit is dus eene kwestie, besluit BI. Garcia, waar het ge
loof en de zedeleer niets in te zien hebben.'t Is enkel een wet
telijk vraagpunt.
Gelijk wij gezegd hebben, is het de politieke klerikale partij
welke van die wet ten onrechte een geloofpunl heeft gemaakt,
on gelijk altijd onnoodig de religie met de politiek heeft ge
mengd. (Vervolg hierna).
Dan had gij wis in veldelijken huiskring,
een lot gesmaakt vol levenslust en heil
en op uw schoot had thans het kroost der minne
u toegeknikt, voor u zijn kussen veil.
En dan, wanneer de last der oude dagen,
in u verdooven zou des levens kracht,
dan had ge uw kroost, vergaderd rond uw doodsbed,
gezegend en een woord van troost gebracht.
't Is droef, O vrouw, van 't pad der deugd te dwalen,
maar ban de hoop nog niet uit uwe ziel
verkoel uw lijden aan heur zoete zalving
wel hem, die opstaat, zelfs hoe diep hij viel
O wees, als eens die andre Magdaleen was,
die ook de bloemen van heur hart verkocht;
o wees als zij die in 't berouw vertrouwend,
vergiffenis aan 's Heilands voeten zocht.
Nog zal de wereld u met vreugd ontvangen,
kom, speeigenoote, naar uw dorpken weer;
waar vriend en kennis u met open armen
slechts zegt: bemin en zondig nimmermeer
IJperen, November 1869.
IJperen, 20" November 1869.
Dij koninklijk besluit van to November zijn benoemd bij
het korps Pompiers van IJperen: lot Luitenant, de heer
Valcke Joseph, en tot Onder-Luitenant, de heer Brunfaut
Auguste.
Maandag laatst, om 1! ure voormiddag, is er in de hoofd
kerk dezer stad een plechtig Te Deutn gezongen geworden ter
gelegenheid van het patroonfeest van Z. 31. onzen Koning.
üe maatschappij de Vlaamsche Ster heeft Zondag laatst hare
2e abonnements-vërtooning, in tegenwoordigheid eener voile
zaai, gegeven. Del publiek was zeer te vrede over zijnen avond.
Reeds zijn de leden aan hetstudeeren om hunne 5° vertooning
te verwezenlijken op den derden Zondag van December,
Woensdag aanstaande hebben wij nogeeus fransch spekta
kel. De liefhebbers zijn verwittigd dat zij eene keurige vertoo
ning mogen verwachten, want het uitgelezen gezelschap on
der het bestier van den heer Caliste-Pasquet heeft niets gedaan
dan gewonnen bij het I.lpersch publiek naarmate het zijne ta
lenten heeft kunnen waardeeren.
Zie hier het programma dezer vertooning
Gavaut, Blinard et O', comédie en 5 actes.
Les Deux Timides, comédie-vaudeville en I acte.
Programma der stukken welke Zondag middag, 21 dezer,
in de Groote Hallezaal zullen uitgevoerd worden door het mu
ziek van het 10* linie-rog', onder het bestuur van M. Walhain.
1. La Vie Parisienue, quadrille, Offenbach.
2. Obéron, ouverture, Ch. Weber.
5. La Zingarella, grand air de Venzano, V. Render.
4. Blaise, grande Fantaisie, Rossini.
Zondag namiddag, 2! November, viert de Burgerwacht
onzer stad de naamfeest van Z. BI. Leopold II, met een prach
tig banket, gegeven in het hotel Het Oud Zilveren Hoofd, bij
M. Podevyn.
De muziekanten hebben insgelijks hunne feesten ingericht
om luisterlijk de II. Cecilia-dag te vieren. Zondag ook groot
banket en Blaandag solemneele mis en lof in St. Jacobs- en S t.
Maartenskerken. De Koorzangers-maatschappij helpt ook die
dag opluisteren.
Een koninklijk besluit van 10 dezer bemachtigt 1° den
Gemeente-Raad van Wijtschate eene geldlichting te doen van
20,000 fr.voor het maken van eenen steenweg; 2" het Bestuur
van Weldadigheid derzelfde gemeente om titels op den Staat
van Belgie 4 '1/2 lot 15,800 fr. teverkoopen om de opbiengst
er van aan de gemeente in leening te geven.
KUNST- EN LETTERKRING.
In algemeene vergadering van Woensdag 5° dezer, droeg
de heer A. Böhm, buiten zijne opgelegde spreekbeurt, een
fransch opstel voor waarin hij de verheven en bekoorlijke
schoonheden der natuur in eenen bloemrijken stijl voor oogen
bracht en beminnelijk maakte.
Wij zullen niet beproeven eene ontleding van dit opstel te
geven wat overigens te veel tijd en plaats vorderen zou, maar
ons enkel vergenoegen met te zeggen dat een kunstenaar ais
BIr A. Böhm, die de tafereelen der natuur in hunne minste
bijzonderheden beschouwt en met een onnavolgbaar talent op
het doek weet af te malen, alleen zulke poëtische en gevoel
volle taal spreken kan.
Ook werd zijne voordracht wel ontvangen en hartelijk toe
gejuicht
In de zitting van 10 dito, deed de heer A. Verduyn zijne
verplichte spreekbeurt gestand. Dit achtbaar lid gaf in een'
vloeienden en kérnachligen schrijftrant, eene breedvoerige en
weldoordachte schets der oorlogsfeiten van Frankrijk's groot
sten veroveraar Napoleon sprak over den slag van Waterloo
en drukte, eindigende, zijne spijt uit, hij gebrek aan tijd, dit
schoonen belangvol gewrocht niet te hebben kunnen afwerken.
In de bijeenkomst van Woensdag jl. hield/de heer E. Van
Eeckhout, ter volbrenging zijner aangewezen beurt, eene re
devoering waarin hij al het belang deed zien van de keus eens
vriends en het geluk of het ongeluk die daarvan afhangt, llij
kenmerkte en schandvlekte de valsche vriendschap en ver
klaarde waarin de oprecht goede vriendschap bestaat. Hij be
sloot met te zeggen dat indien deze alleen door alie menschen
uit hart en ziel bewerkt wierd, men nog zoo een gelukkig le
ven op aarde zou doorbrengen.
De BIaatschappij|der Vlaamsche Bibliophielen heeft eenen
bundel gedichten uitgegeven van den IJperschen schrijver
Claude de Clerck. Deze stukken, sedert lang verwacht, zijn
voorafgegaan door eene inleiding, in welke de heer professor
Serrure spreekt van al de Vlaamsche dichters, door de stad
IJperen geleverd, en hunne gewrochten in overzicht neemt.
Het werk is te bekomen bij den heer boekhandelaar C. Vvt, te
Gent, ten prijze van 7 franken.
Poperinghe, 17 November 1869.
Wij hebben waarlijk ongelijk van te willen redeneren met
het Nieuwsblad, want het is de rede niet, maar de drift, die
dit blad doet spreken.Deze drift is bij deszeifs sch rij velaar zoo
hevig dat hij, in zijne dolzinnigheid, niet weet wat hij zegt en
de triesligste pratelingen uiteendoet. Sedert de liberale neder
laag van 26 October, zegt hij, de poperingsche sluizen zijn
wijd opengesteld, en de zever en de vuiligheid stroomen met
groote vloeden over naar den ijperschen vuilnisput. Vier en
twintig uren daarna die mengeling is t'IJper verklonterd, en
Eskulaap van Poperinghe maakt van dit medicament pillen om
's wekelijks ingenomen te worden tegen de trilling der zenu
wen; hij maakt ook van die verklonterde vloeden trekplaasters
die, op den neus gelegd, de dolzinnigheid uit het hoofd trek
ken. De schrijver zegt niet of Eskulaap naar IJper gaat om
zijne pillen en plaasters te maken, of of hij de klonters van
die vuile pastei naar zijne apothekerij te Poperinghe doet ve-
derbrengen.
Daar de kalholijken, ten gevolge der reclamation die de libe
ralen tegen de kiezing gemaakt hebben, zeeraangedaan zijn op
het zenuwstelsel en in het hoofd, wij raden hen aan van zich