f jrovr
Ei
Kesï'eiiste Jaar
en
'nieuws, 1 er
Politieke berichten.
VOOR iJPEREN. Fr. 4-50 VOOR BUITEN STAD
Aankondigingen: 12eenlimen den regel.
Reklamen: 25 eenlimen.
ZONDAG. 27" FEBRUARI 1870.
Hl-"''''-:
Bikeéi. Rixinudeslraal, 59.Alle inzendingen vrachtvrij.
iige
ii dingen.
igcn.
De ondervraging der linker zijde in de franschc
Kamer is Woensdag geëindigd meteene bijna een
parige stemming van vertrouwen in het ministerie.
236 stemmen legen 18 hebben verklaard dat zij
het ministerie zullen ondersteunen.
Honderd negentien personen, ten gevolge der
laatste wanorders aangehouden, zijn Maandag in
vrijheid gesteld.
De Journal Officiel kondigt een dekreet af, het
hoog gerechtshof te Tours bijeenroepende tegen
den 21 Maart, om prins Bonaparte te beoordeelen.
De Gazelle des Tribunaux bevestigt dal het on
derzoek heeft vastgesteld, dat de prins het slachtof
fer van eenen aanval is geweest.
L'Aveni>\ dat te Luxemburg verschijnt en dat
lol hiertoe gewerkt heeft aan de aanhechting van
hel groot hertogdom bij Frankrijk is van denkwijze
veranderd en predikt nu den terugkeer van Luxem
burg aan België.
Onder de dagbladeren die inlichtingen over liet
Concilie hebben medegedeeld is er geen dat zoowel
ingelicht is als de Gazelle van Aügsbourg
Het hof van Rome heeft den briefschrijver van
het blad, die er sedert 20 jaren verblijft en geheel
vreemd is aan de onbescheidenheden, uit die stad
verbannen.
De priester Friedrich, theologeant van kardinaal
von Hohenlohe is op zijne beurt verbannen, altijd
onder verdenking van de briefwisselaar derGazette
van Angsbourg te zijn. Indien dat nog wat voort
gaat zal de kardinaal zelf nog wel uit Rome worden
gezet, in alle geval, indien de II. Geest er toe be
slist het Concilie de uitroeping van het nieuw ge
loofspunt in te geven,
loochenen dat de politie er toe medcgeholpen
heeft.
De Gazelle van Augsbourg kondigt haren 21"
brief af over het Concilie, van den korrespondent
die de Paus lot hiertoe nog niet heeft kunnen vin
den om hem uit Rome te verdrijven.
Don Carlos is te Lyon aangehouden, waar hij
zich heen begaf om er generaal Cabrera te ontmoe
ten en zich vervolgens naar Spanje te begeven. De
agenten der overheid hebben hem herinnerd dal
het fransch grondgebied met uitzondering voor het
Noorder departement hem verboden was.
Don Carlos is naar Zwitserland gegaan.
godsdienstige oefeningen te verrichten? Zijn zij
niet onder alle betrekkingen beschermd, zoowel
door hel Opperbeheer als door de Gemeenlebestu-
zal men niet kunnen ren? Hunne jaarwedden zijn verhoogd geweestde
Het is onbegrijpelijk op welke wijze hel Nieuws
blad durf te werk gaan om zijne lezers in dwaling
te brengen en hunnen haat tegen hel Gouverne
ment oplehitsenhet durft zeggen dat er in het
Keizerlijk alleenheersehend Gouvernement van
Frankrijk meer vrijheden bastaan dan in Belgie
Daar, zegt het, bestaat de vrijheid van den
Godsdienst, en zij wordt door Staatsbestuur be
schermd Welnu, wij vragen het, aan alle redelijke
menschen. waarin wordt den Godsdienst bij ons
verhinderd? Zijn de geestelijken niet vrij van na
goedvinden binnen en buiten de kerken hunne
pasloorshuizen zijn in ware speelhoven veranderd:
zij mogen kloosters slichten zoodanig dat er weinig
buitengemeenten bestaan die het hare niet hebben.-
zij mogen scholen van allen aard openen en aldaar
na goedvinden vijanden van Vorst, Ministers en
Grondwet vormenzij mogen het land met con
gregatiën, anders gezegd met geheime maatschap
pijen bedekken, zonder dat iemand de bevoegdheid
heeft van te onderzoeken welke grondstelsels zij
aldaar aanpreêken- de Bisschoppen mogen vrij en
rechtstreeks met Roomen handelen en mandemen
ten uitgeven die het beheer beknibbelen; zij mo
gen zich zelfs strafloos toelaten, en een ieder weet
welk schandelijk misbruik zij er van maken, van
alle ambtenaren dagelijks te hoone'n, te lasteren cu
te beliegen, de Ministers en tot den Vorst toe ont
snappen aan hunne driftige uitvallen niet, terwijl
hel in Frankrijk geheel anders is.
Al dal hel onderwijs betreft hangt aldaar af van
de Staats Universiteit; de toestand der lage geeste
lijkheid is aldaar in het algemeen ten platte lande
beklagelijk: hunne woonsten zijn dikmaals boe
renhutten waarin aide levensgemakken ontbreken;
zij mogen geene geheime vereenigingen oprichten
zonder de toestemming van het beheer; de Bis
schoppen die door den Keizer worden benoemd
mogen met Roomen niet handelen dan door de
I.
II.
IIL
O
WH1» nUlW
VRUT <0 l\ r'.
Op! Vlamingen ten strijd voor taal en recht
Het strijdperk in, waar zoo véél hélden vielen
Dat naar, de dood in 't bilkinnen van 't gevecht,
Ken droom slechts zij, vereenend onze zielen
Hel kwam, dat volk, den rug door jok gekromd,
W ij zouden saam als broeders leven
l!e Vlaming zag niet dat het was vermond,
En ging vol moed aan zijne zijde sneven.
Doch, bloedig pleit is nauwelijks volbracht,
Of "t masker vait: de Vlaming wordt verstooten,
Zijn geesteS gloed zijne tale -wordt versmacht.
Door zijn verraderlijke bondgenoten.
Ken leeuw, die slaapt, was lang het vlaamschc volk.
En menig slang kwam 'tbloedvan't hart hem zuigen,
Doch het ontwaakt... en grijpt naar zwaard en dolk
Schouwt rond \v;e eerst het in hel stof doet buigen.
Hoor wat vreemd gerucht
Davert door.de lucht
De aarde kreunt en zucht...
Wild trompetgeschal,
En musketgeknai,
Klinkt langs berg en da!
't Is 'l vlaainsche volk, dat zich vergaart,
Met oorlogsros en roer en zwaard,
Wéér zijn vadren waard
Gij vraagt waarheen?... Ten strijd, ten strijd
Daar waar i gevecht het hevigst woedt,
Daar ijlt de held en stort zijn bloed,
Aan 's volkeais recht gewijd.
Men moest het Vlaamsch in ons verpletten
Door onverbreekbre stalen wetten
Dit is ik heh ja gehoord de taal
Van onzen lieven broeder waal,
En wijl hij ons zoo vóórt blijft zweepen,
Zoudt gij nog met den naam van broeder dweepen,
O diep gezonken Vlaming Neen vooruit
Thans nemen wij het vast besluit,
Niet langer meer als slaaf te zwerven,
Maar vrij te worden of te sterven
Geslepen is het zwaard,
Gezadeld 't oorlogspaard,
Niets mag, niets kan den strijd vermijden
Want ai te lang reeds duurt ons lijden.
Waar ik de bliksem, 't pleit waar' ras beslist
Ik stortte neer op 't helsch gebroed
Dat ons, ons recht sinds veertig jaar betwist,
En 'k smoorde 't in zijn bloed
Men spreke niet van broederband,
Die Viaam en Waal verbinden,
Te zwaar zijn veertig jaren schand,
Wrij blijven zoo geen vrinden.
Op Vlamingen ten strijd voor taal en recht,
Hel strijdperk in, waar zoo veel helden vielen
En dat de dood in 't bliksmen van 't gevecht
Een droom slecht zij, vereenend onze zielen 1
Antwerpen, 18G9. X.