VAN IJPEREN. S B;1 4 FRANKEN 'S JAARS V 434. Negenste Jaar. ZONDAG, 17» JULI 1870. Politiek. Stadsj- Kunst- en Letternieuws. Yerschillige Tijdingen. Markten. Bekendmakingen. Politieke berichten. VOOR IJPEREN. Fr. 4-50 VOOR BUITEN STAD. Aankondigingen12 centimen den regel. Reklamen: 25 centimen. Bcreel Dixmudeslraat, 59. Alle inzendingen vrachtvrij. Volgens de laatste dijdingen die uit Parijs wor den ontvangen, zou het geschil, dat ontstaan is be trekkelijk de kandidatuur van prins von Ilohenzol- lern tot den troon van Spanje, niet vereffend zijn. Ziehier eene verklaering, door M. de Gramont, minister van buitenlandsche zaken van Frankrijk, in de zitting van donderdag van het Wetgevend Korps gelezen De gezant van Spanje heeft officiëelijk donder dag aangekondigd, dat prins Leopold von Hohonzol- lern van zijne kandidatuur tot den troon van Spanje heeft afgezien. De onderhandelingen, die wij met Pruisen hebben aangeknoopt en die nooit geen ander doel hebben gehad, zijn nog niet geëindigd; het is ons dus onmogelijk er van te spreken en heden aan de Kamer en het land een algemeen verloog over de zaak te onderwerpen. Men zegt dat het franscli gouvernement zich niet voldaan acht met den afstand van prins Leo pold von Hohenzollern men verwacht zich aan eene bijeenroeping van de lleichstig van Noord- Duitschiand voor de aanstaande week. In de engelsehe Kamereven als in het italiaanSch Parlement hebben de ministers verklaard, dat zij alles zullen aanwenden wat mogelijk is, om den vrede in Europa te handhaven. Donderdag laatst is in het Concilie de verklaring der onfeilbaarheid van den Paus gestemd. 88 stem men waren er tegen. 64 en anderen stelden voor waarden. LAATSTE tijdingen. Eene erge tijding is uit Frankrijk toegekomen M. de Gram out heeft het franscli Wetgevend Korps het besluit aangekondigd van oorlog legen Pruisen. l)e geruchten die uit Brussel toekomen, zijn dezeDe Koning zou het dekreet intrekken waar hij de Kamers gesloten werden het huidige Minis terie zou zich achteruittrekken voor een Ministerie van zaken, samengesteld uit kopstukken der beide politieke partijen en de kamerleden zouden beroe pen worden op eene buitengewone zitting. Een der middels die de clericalen gebruikt heb ben om de meerderheid in de kiezing van den 14" Juni te bekomen, is de belofte van gespaarzaamhe- den te doen op de militaire uilgaven, van de be groeiing van oorlog merkelijk te verminderen en van het contingent der miiicie op den voormaligen voet te bepalen. Men kan het niet miskennen, deze belofte die aan vele kiezers toelachte en op de me nigte eenen grooten invloed heeft uitgeoefend, is groolendeels een der redens geweest waarom vele kiezers voor de clericale kandidaten hebben ge stemd. Welnu, een wel onderricht nieuwsblad bevestigt dat met den dag dat liet nieuw Ministerie was ingehuld, een onzer merkwaardigste generaals aan den Minister van Oorlog bad geschreven om hem te kennen te geven, welken nadeeligen indruk dusdanige beloften op het leger uitoefende, cn dat den nieuwen Minister hem schriftelijk heeft geant woord, dat men geene veranderingen zal doen aan de begrooting van oorlog, dat het leger geen éénen man, noch het materieel geen eenen nagel, zal ver liezen. En hetgeen dit zeggen bevestigt, het is dat het Ministerie, noch in liet rapport aan den Koning, noch in den Moniteur van dergelijke verzachtingen melding maakt In liet jaar ons Heere 1846 leefde er in ons land een zeer godvreezend man ■mm Sauaiessspraak twsseSlieia «less SeHeooI meester, «Jen Koster e&ï Jass Goedgclniur. De Koster. Zoo, Meester, de Kamers zijn ontbonden en den 2 Augusti ïullen de kiezingen plaats hebben 0111 de aftre dende leden te vervangen. De Meester. Te vervangen Ik hoop het niet. De Koster. Ja, de pastoor zegde mij gisteren dat het zeker was dat er geen een liberaal in de twee Vlaanderen zal herkozen worden. De Meester. Uwe pastoor neemt zijne begeerten voor wezenlijkheden, en, door zijne politieke driften verblind, hij gevoelt niet dat, indien zijn zeggen zich moest verwezenlij ken, het een groot ongeluk voor het land en zelfs voor den Godsdienst zou zijn. Voor hel land, omdat de clericale partij, zonder tegenkan ting aan hare slechte driften overgelaten, de vrijheid voor alle andere dan voor haar zou uitdeoven en ons schoon land van eenige ecuwen zou doen achteruittreden. En voor den Godsdienst omdat de overdrevenheden en de aanvallen tegen de vrijheden, den eerbied voor de dienaren des autaars uit— dooven en dat velen, ten ongelijke, den Godsdienst zelfs met de haatzuchtige handelwijze der geestelijkheid vermengende de verantwoording op denzelven doen wegen. De Koster. Het land heeft gesprokende kiezing van den 14" Juni heeft bewezen dal het van het Ministerie Frère- Bara niet meer wilt. De Meester. Zeg liever, Koster, dat de Bisschoppen, wiens vertrouwelingen een verbond hebben gemaakt met de afbrekende utopisten, van de misnoegen dat de vermeerde ring der rechten op de genever op eenige slijters en herber giers had opgewekt gebruik hebben gemaakt om het Minis terie, dat gedurende 15 jaren op eene schrandere wijze het land bestuurd en hetzelve tot den hoogsten bloei had verhe ven, om te werpen. De Koster. Het is onwederleggelijk dat het toch tegen Frère en Bara is dat de kiezers den 14 Juni hebben gestemd en dus dat zij voor hun ook den 2 Augusti niet zullen stem men. De Meester. Het zijn die mannen niet die in het spel zijn, maar wel de gematigde liberale partij die de vrijheid van eenieder en den vooruitgang zonder verwarringen be werkt, en indien, zoo als het alle ware vaderlanders verhopen, de kiezing van den 2 Augusti, hun de meerderheid weder geeft, deze telt in haren schoot, schrandere mannen genoeg om een Ministerie te kunnen daarstellen zonder de heeren Frère, Bara, enz., die gevoeld hebben dat zij voor het oogen- blik onmogelijk zijn, en of wilde de Koning het, hunne por tefeuille niet zouden wedernemen. De Koster. Het nieuw Ministerie wil dat het land zich vrijelijk uitte en daarom heeft het aan al de openbare ambte naren stiptelijk verboden van zich met de aanstaande kiezin gen te bemoeien. Jan. En hebben de Bisschoppen insgelijks verboden aan de pastoors, kapelaans, kosters en kwezels van kandidaten voor te stellen en dezelve door hunnen godsdienstigen invloed te ondersteunen en misbruik te maken van biecht- en preêk- stoel om de liberale kandidaten tegen te werken en van over hemel en hel te beschikken alsof zij de sleutels derzelve in hun bezit hadden, ten einde de eenvoudige kiezers te over weldigen. De Meester. -Ja, slechts in zulk een geval zou het kiezers korps, aan zich zeiven overgelaten, de ware uitdrukking der openbare gevolens kunnen doen kennen, anders het verbod aan de ambtenaren gedaan van de liberale kandidaten te on dersteunen, is eene ware listige en kwaadtrouwige en partij dige middel. Jan. Des te meer dat het Ministerie, zeker zijnde van de medewerking der geestelijkheid en der tus»chenkomst van pastoors en kapelaans geen ander agenten noodig heeft om zijne belangen te verdedigen. De Koster. Hoe het zij, de pastoor en ik, wij verhopen wel dat de kiezingen van 2 Augusti aan de cathoiijke partij eene groote meerderheid zal geven. De Meester. Zoo veel te beklagelijker voor haar, want indien zij in zoo een geval niet door eene aanzienelijke min derheid wierd weèrhouden van vrijen gang te geven aan de Jesuitieke vordering'en, de afbrekers, hare vrienden van he den, zouden van de gelegenheid gebruik maken om Troon, Grondwet en Godsdienst te bevechten en God alleen is bekend met de onheilen die het gevolg er zouden van zijn. Jan. Dat is zoo waar dat degene die zich vooruitgangers noemen, slechts met dat vooruitzicht een verbond hebben gemaakt met de clericaten om in de kiezing van 14 Juni het Ministerie om te werpen. De Koster. Zulks is niet te vreezen, de Ministers hebben verklaard dat zij de vrijheid van eenieder zullen eerbiedigen en de stoffelijke belangen van het land zullen bevorderen. De Meester. -Een spreekwoord zegt: De hel is ver vuld met goede inzichten en het ware ongerijmd geweest van anders te spreken dan zij het gedaan hebben maar lus- schen beloften cn daden er bestaal een afgrond en met de beste voornemens het clericaal Minielerie kan niet afwijken van de voorschriften van den Syllabus, die aanbeveelt van al de hedendaagsche vrijheden te bevechten en zooveel mogelijk de maatschappij eenige eeuwen achteruit te doen gaan. Jan. Een voorbeeld hiervan is hetgene dat met den heer De Decker is voorgevallen; hij ook had goede inzichten, maar met den dag dat hij dezelve ter uitwerking wilde brengen, men deed hem zoo eenen hevigen oorlog aan dat hij het Mi nisterie moest verlaten cn eenen zoodanigen afkeer der zaken opvatte dat hij tot van het ambt van Representant toe is blijven afzien. De Koster. Gij ziet alles in het zwarte, Meester. De Meester. Ja, omdat ik de overtuiging heb, dat, in dien de Jesniterij meester wordt, het ons zou leiden tot eene omwenteling die de ondergang van ons schoon Vaderland zou zijn EEN EERSTE BEDROG.

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1870 | | pagina 1