VAN IJPEREN. t 4 FRANKEN 'S JAARS Nr 449. Ncgenstc Jaar. Politiek, Stads,-Kunst- en Letternieuws. Aerschillige Tijdingen, Markten. Bekendmakingen. Stads Nieuws. VOOR IJPEREN. Fk. 4-50 VOOR RUITEN STAD. Aankondigingen: 42cenlimcn den regel. Reklamen: 25 een timen. ZONDAG, 50" OCTOBER 4870. Büreel Dixmudeslraat, 59.Alle inzendingen vrachtvrij. Hen prija mn centiemen Het klerikaal Ministerie beroemt zich het land van den inval der krijgsvoerende legers te hebben gered en de nieuwsbladen zijner partij sturen hem daarover dagelijks lof toe; zij vinden geene uit drukkingen sterk genoeg om zijne schrandere voorzichtigheid Ie doen uitblinken. Voor wie met het voorgaande bekend is, het is de fabel van den gaai die zich versiert met den stcert van den pauw. Inderdaad, indien hel Ministerie over het leger heeft kunnen beschikken om onze grenzen te doen eerbiedigen indien Mac-Mahon de tweede dag des slags van Sedan, onze onzijdigheid niet over het hoofd heeft gezien om, volgens zijnen voorstel, met het fransche leger door Belgic op de zijde van de Pruisen te vallen, heeft afgezien op de aanmerking dat hij nog een leger van 60,000 mannen meer op den nek zou hebbenindien Engeland onze onzij digheid onder zijne bescherming heeft genomen, het is dank aan de maatregelen door het vorig libe raal Ministerie genomen, in weerwil der tegen woordige Ministers en hunnen aanhang. Wij zeg gen in weerwilwant eenieder moet zich herinne ren de onophoudelijke aanvallenzoowel in de Kamers als in de drukpers, dagelijks tegen het be houd van het leger aan de liberale partij gedaan en de pogingen om hel militarism hatelijk te maken en de kiezers, onder voorwendsel van gespaar- zaamheid, tegen het Ministerie te doen stemmen omdat het onze verdedigingsmiddels niet wilde verflauwen. En thans dal de ondervinding heeft bewezen hoe nuttig liet is een leger te hebben om onze onzij digheid des noods te verdedigen want ons land, zonder dat, zou hel tooneel van den oorlog geweest zijn en dus, door de krijgsvoerende benden ver woest geworden en meer schade toegebracht ge weest dan ons leger sedert onze onafhankelijkheid heeft gekost. Het zijn die zelfde mannen die, als- toen, geene uitdrukkingen hard genoeg vonden om de maatregelen te beknibbelen die ons van zoo groote ongelukken hebben gered, die nu de onbeta melijke stoutheid hebben zich dezelve toe te eigen en er zich over te beroemen. Men spreekt van een voorsel aan het advies der Bestendige Deputatien onderworpen, voor doel hebbende van de gemeentewet te wijzigen, ten einde de besturen der gemeenten die meer dan 2000 zie len tellen, te bemachtigen van giften en legaten, onverschillig de bestemming derzelve, te mogen ontvangen. Wij kunnen het niet gelooven, want het zou de kloosterwet zijn welke destijds eenen opstand in het land te weeg bracht die men zou willen doen herleven. Hoe zeer hetMinisterie onder den invloed der Jesuiterie is geplaatst, kunnen wij niet veron derstellen dat, na drie maanden bestaan, hetzelve onvoorzichtig genoeg zou zijn om wetten voor te dragen die den afkeer van al wie redeneert zou op wekken en zoo niet nu, toch eerst, of laatst ccne omwenteling zou kunnen te weeg brengen. DE TOEKOMST S nw Bieden uf /cast tmen He Vn&elie Hef verirehnren van Hen I&zeren- Weg belkomen ten trureele rein ons Mud nun Zie onze vierde btuHzijHe. ise S.ansdweÜas' Saa ESeïgae. In het hertogelijke paleis, te Brussel, heeft zondag eene belangrijke plechtigheid plaats gehad. Al de officieren der burgerwacht van Brussel en de voorste den, door M. den generaal Pietinckx hijeen geroepen, veree- nigden zich des middags, in groot uniform, in de ruime zaal van het paleis. Weldra deed M. den generaal Renard, onlangs benoemd tot inspecteur der burgerwachten van het koninkrijk, zijne intrede, vergezeld door M. Pietinckx en de officieren van den staf der burgerwacht. M. Renard richtte zich tot de aanwezige officieren en deed eene aanspraak die, rijp overwogen, ons maar al te wel toont wat het nieuwe ministerie, waarvan M. de generaal Renard in deze omstandigheid de tolk is geweest, van Belgie wil ma ken. Niets min of meer dan eene natie welke van het hoofd tot de voeten gewapend iseene natie zoo ais de Pruisen waar iedereen verplicht zijn zal het soldaten pak op de schouders te laden. Diezelfde mannen die, vóór de kiezingen, niets anders noo- dig hadden dan een troep gendarmen voor gewapende macht, diezelfde klerikalen, willen thans van het land maar eene ka zerne maken. Diezelfde klerikalen, die ons vermindering van krijgslasten beloofden, zijn voornemens ons millioenen en millioenen te komen afpersen, om iedereen burger onder het knellende sol daten juk te doen buigen. Zij die voor de kiezing schreven en verklaardenKiest niet voor de liberalen, want deze zullen de burgerwacht herinrich- ten, u allen de wapens doen opnemen, en met u omspringen, net als met de ongelukkige miiicianen, die het onderspit moe ten delven voor het slecht nummer, dat hun te benrl valt. Diezelfde mannen zijn nauwelijks aan het roer, of ze roepen ons toe: Gij zult allemaal soldaat zijn, gij zult onder dezelf de regeltucht staan als 'l leger; wij zullen u, onzijdig land, vervormen tot eene hardnekkige krijgsnatië zooals Pruisen. 't Is nogmaals eene nieuwe vrucht, welke wij zullen pluk ken uit het bewind van het nieuw ministerie; doch wij koeste ren de hoop dat iedereen krachtdadig zal protesteeren, zoo als wij, tegen het daarstellen van een algemeen systema van hardnekkige militaire dwingiandij. IJperen, 29 October 1870. Bijna geheel de afgeioopene week hebben de menschen, al hier zoowel ais in andere streken, getuige geweest van het heerlijk zicht eens noordlichts. Telkenmale dat de scheme ring van den ondergang der zon geheel onder den gezicht einder verdwenen was, deed er zich aan ons oog een grootsch schouwspel voor: dicht de aarde zag men gekleurde strepen die al de verschiüige lichten van den prism weêrgaven en die zich verder uitbreidden in een grooten rooden gloed. Dit schoon zicht werd men meest ten noord-westen ge waar; maar een avond verspreidde zich de gloed rond de aardbol, zoodanig dat veel verwonderde menschen aan eenen grooten brand geloofden. Dat nu eenvoudige menschen daarin iets zonderlings mee- nen te zien, daar zij nooit geleerd hebben wat zulks is of waar het zijnen oorsprong neemt, en er bij gevolg, onder de huidige politieke verwikkeling en schrikkelijke tijden zich laten dooi' hunne verbeelding misleiden, kunnen wij gemak kelijk verstaan; maar dat men in sermoenen, door mannen die het volk zouden moeten onderwijzen, hetzelve hoort ver stompen door de gedrochtelijkste en stoutste leugens, en het den schrik op het lijf jagen door middel van een noordlicht, dat is onvergeeflijk en wij verklaren dat zulke kerels onweer- dig zijn van het ambt dat zij bekieeden Woensdag avond, rond 7 ure, hoorde de concierge van de Rechtbank zulk een groot geschreeuw en lawijt dat hij, gewapend met een lanteern, ging onderzoeken wat voor tooverij het rustig Paleis der Wet op dit uur kwam storen Eenige zalen doorkruist hebbende merkte hij met verwonde ring niet een levende schepsel en hij wist niet meer wat den ken. fie ja er gebeuren zooveel aardig'e dingen en dan al die roodigheid in de lucht Hij hoorde nogeens hetzelfde ge rucht in eene andere kamer en deed ijlings de deur open. Hij zag vóór hem staan een reeds bejaarde man met blauwen kiel en een familje-parapluie, heersch van schreeuwen cn zijne vuisten gezwollen van kloppen. Die man was eenvoudig eene getuige die men vergeten had en die da&r van korts na den noen zat te wachten tot dat men zijn naam uitriep om zij nen eed af te leggen en te spreken Hij moest met den iaatsten trein van Rousselaere vertrekken, maar het convooi was ai- lang weg en hij is moeten blijven te IJperen logeeren. Men verzekerd ons dat de benoeming van M. Sartel, als Voorzitter der Rechtbank van IJperen, sedert vijf weken aan de onderteekening des Konings is onderworpen. Tot nu toe zijn er nog geen gekwetsten alhier aan gekomen, alhoewel onze Stadsregeering reeds maatregels ge nomen had voor het ontvangen derzelve. Nu met de overgave van Metz, is het waarschijnlijk dat, door het groot getal gekwetsten aldaar aangetroffen, men alhier ook zal moeten in het algemeen menschlievend werk helpen mededoen. Vrijdag namiddag zijn de reizigers van Poperinghe met den trein afkomende, genoodzaakt geweest aan de nieuwe ijzeren brug bij de herberg De Sterre af te stappen, daar het zeer onvoorzichtig had geweest met den trein er over te rij den, doordien de muren van het nieuw gemetst Sas der Vaart door de natuur des gronds gezonken waren. Men zegt dat men eene nieuwe wachtzaal zal maken van het gebouw, over eenige jaren door den heer Baron Mazeman aldaar gesteld en thans dienende voor hoppe-stapel. Dit laatste deelen wij onder voorbehouding mede. Zondag laatst, 23 October, om 4 ure namiddag, is eene strooi-schelf, inhoudende 3000 schooven en toebehoo- rende aan de heer Delanote-Peene Karei, landbouwer te Rousbrugge-Haringhe, de prooi der vlammen geworden. De schade word berekend op 150 fr. en was niet verzekerd. De oorzaak word toegeschreven aan de kwaadwilligheid.

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1870 | | pagina 1