Stads Nieuws. Briefwisseling der Toekomst. VerscWllige lijdingen. Niet te doen. vriendekens Niet te doen Wat! een sukkelaar, in de diepste ellende ge dompeld, steelt een brood en wordt veroordeeld veroordeeld door een jurij, waar gij, Langrandisten, deel kunt van maken. En gij, groote dieven, gij volksbedriegers, gij zoudt mogen het geld binnenpalmen, zonder dat er u strenge rekening gevraagd wordt, zonder dat gij geslagen wordt niet in den bander Heilige Kerk, o neen, want die zegent u en comtefieert u, maar in den ban van al wat eerlijk en treffelijk is! Allo dan Ge meent toch zeker niet dat Belgie zoo laag is gevallen. Het masker af, bedriegersDen rugge bloot, die ven En hier voor de rechtbank der publieke opinie Ho zie ik vergeet het niet, ik zag het, en nog spookt bij al die echte smeerlappen historiën, het beeld, het spreekeiul beeld van den armen man mij voor oogen. Een arme werkman was hij geweest. Door spaar zaamheid en iever had hij hel zoo verre gebracht iets meer dan duizend frank bijeen te krijgen. Denkt eens: duizend frank, de goede man, en op een dorp, op St-Amand Oostakker, 'k Heb den man gekend en die er nu leven en waken kenden hem ook. 't Was 't spaarpotje voor zijnen ouden dag. Een schelm hij is dood. en God wil zijne ziel hebbenvertelde hem zoo schoon van Langrand, beloofde zoovele goudbergen, dat die arme vriend hem zijn duizend frank gaf. Helaas Langrand viel in duigen, gelijk alles wat niet cn deugt. De brave werker door wanhoop gedreven, ziende dat zijn bestaan, ondanks al zijn werken en zwoegen, niet meer verzekerd was, hing zich op. O zie, 'k heb dien braven man gezien, dien ge hangene, dat slachtoffer van Langrand en zijne bende Dien braven huisvader heb ik gezien, die ehristelijk was, spaarzaam, van goede gedoene En dat beeld komt mij telkens voor de oogen, als ik weet, en in mijn ziel weet, dat de beulen van dien braven man ministers zijn, gouverneurs, en wat weetik al meer Schande voor ons Land, indien zulke schelmerij en moeten ongestraft blijven. Schande voor de publieke eerlijkheid, indien het genoeg was gouverneur te zijn om te mogen helpen onze arme Vlamingen te bestelen Schande voor de wereld en voor God, indien, wat de tribunalen, schijnt bet, niet treffen kunnen, niet kon getroffen worden door bet brandmerk van een eerlijk man Bedriegers en dieven! Slad Gent.) BRIEFKAARTEN. BURGERSTAND Huwelijken Sterfgevallen, De rechterzijde onzer Volksvertegenwoordigers- kamer het vonnis van de openbare denkwijze vreezende, heeft, in de zitting van den 25 Nov., de discussie versmacht, door de sluiting te stemmen met 64 tegen 46. Noodlottige politiek, die ons tot eene omwente ling moet leiden M. Wasseige, minister van openbare werken, heeft een amendement voorgesteld, strekkende opdat de brief-kaarten van 5 centiemen, in geheel het koninkrijk zouden mogen cir- culeeren. Men weet dat de tegenwoordige omloop van die kaarten, niet verder dan het poslkanton gaat. In den beginne had men gevreesd, dat die brief-kaarten het getal der brieven zoude hebben doen verminderen maar dit is het geval niet geweest. Van 4 Januari tot 50 September werden er 594,755 kaarten afgeleverd, welke eene som van 29,756 fr. 75 c. hebben opgebracht, en niettemin is hel ge tal der brieven vermeerderd: Van 4 Maart tot 25 September 4870 verzond men er 129,166, terwijfer op hetzelfde tijdstip van 4871, niet minder dan 165,739 werden verzonden. Men mag dus, zonder voor groote verliezen te moeten beducht zijn. de brief-kaarten aan 5 c. door het gansche koninkrijk laten verzenden. Dit amendement werd aangenomen met 80 stemmen tegen 2. De voorgestelde maatregel zal zoo spoedig' mogelijk wor den toegepast. IJperen, 25 November 1874. koormaatscïiappij. - Deze belangvolle Maat schappij heeft haar S,e Cecilia-feest weerdiglijk gevierd met den Woensdag een Banket en den Donderdag een Muziekaien avond te geven. Het Banket was bijgewoond door al de werkende leden en eenige uitnoodigingen. Men moet in zulke feestjes tegenwoor dig zijn om te kunnen begrijpen wat eene Maatschappij is waar eensgezindheid en broederliefdo bestaat. Na het Banket, dat onder alle opzicht overheerlijk was, ging men over tot het zingen van koort-n,romancen en kluchtliederen die al de reeds opgeruimde gasten zeer wei zijn bevallen. Wij hebben met Veel genoegen bemerkt dat de toasten hun nen lijd gedaan hebben Het feest van Donderdag was eene echte triomf voor de Maatschappij. Builen al de eereleden hebben wij eenige vreemdelingen bemerkt die hunnen avond vrolijk hebben doorgebracht. Alles was even wel, schoone stemmen zijn be wonderd geweest en het kluchtlied de Pompier de N...., ge geven door den bekenden farceur, heeft tot tranen toe doen lachen. De inrichters van deze twee feesten hebben blijken gegeven hunner fijne gevoelens van bijeeribrenging; ook zij plukken er de vruchten van: want nergens, wij zijn er over verzekerd, treft men voortreffelijkere Maatschappij aan. N'oiJer!ii!Kt<iCli 'S'iioiutI. - Het Nederlandsch Tooneel, onder de Directie van MM. Fauconnier en Van Doe selaer, heeft Dinsdag alhier eene allerschoonste vertooning gegeven. Het zangspel Brutus en Cesarhet blijspel Hij is niet jaloerse,h neen T is 't Katje, zijn beiden zeer wel afg'é- loopen en lieten niets te wenschen over, voornamelijk wat het muziek belieft. Het tooneelspel Neef Siegel is dat wat meest den publieke beviel. De gebondene tooneelen, de goede ver tolkte rollen en den buitengewonen bijval van M. Van Doese- laer, in de rol Neef Siegel, hebben van dezen tooneelavond eene ware verrassing voor het publiek geweest. De zaal kon beter bezet worden; maar de ijperlingen zijn ontrouwig in eene eerste vertooning van vreemde ïoooeei- spelers, daar zij zoo dikwijls in aanraking zijn geweest met fransche croüten. Nu is die proef gedaan en wij zijn verzekerd dat, indien M. Van Doeselaer zich moest op nieuw in onze stad aanbieden, hij een buitengewoon groot publiek zal aan treffen. M. Van Doeselaer schijnt het reeds vermoed te hebben, daar wij komen te vernemen d it hij zich voorstelt een abon nement, in te richten van4 verlooningen te geven te beginnen van Dinsdag en acht dagen cn voort te gaan van 44 dagen tot 14 dagen tusschenruimte. De prijs zal zijn 6 franken de eerste plaats en 5 franken de tweedede inschrijvers zullen naar gebefte hunne inschrijving kunnen verdubbeien doch dezen die niet ingeschreven heb ben zullen van de vermindering van prijzen niet meer kunnen genieten. Eerstdaags zullen de lijsten ten huize worden aan geboden Vlaamseiie Ster. - Deze Tooneeimaatschappij zet onvermoeid hare repetition voort om op 10 December hare 1° vertooning te geven. De keus der .stukken, die nieuw zijn, en de welbekende faam dfef akteurs geeft haar dé verzekering van eenen goeden uitslag. Militie. - De jongelingen geroepen om deel tema ken van de militieklas van 4872 (diegenen geboren in 4852) worden aanzocht zich te doen inschrijven in de bureelen ten Stadhuize van den 20 dezer maand tot den 5i December aan staande van 9 ure 's morgens tot 's middags, de Zon- en Feestdagen uitgezonderd. vaaa desa 17 int *3-2 Xovemfoes». „..„„„..ttiyt Mannelijk geslacht 4) 0 GEBOORTEN J, te zamen, 8. Vrouwelijk 4) Bertier, Karolus, kuiper, en Schoonaert, Victorina, kant werkster. Rommens, Napoleon, daglooner, en Terdaeghe, dementia, kantwerkster. Cales, Leopoldus, luitenant bij het 5" linie-reg', en Dewaele, Emma, zonder beroep. Cre- mer Theodoras, steenhouwer, en Beranée, Eugenia, dienst meid. Nys, Felix, 5b jaren, echtgenoot van dementia Dt-llem, Meenenstraat. Devos, Petrus, 84 'jaren, zonder beroep, weduwaar van Maria Bogaert, Lombaardstraat. Baillieui, Alphonsus, Meenenstraat. - Depuydt, Joanna, 74 jaren, zonder beroep, ongehuwd, S' Jans-Hospitaalstraat. De- perep, Rosalia, 76 jaren, zonder beroep, weduwe van Petrus Bossaert, Boomgaardstraat. De correspondent van Poperinghe heeft te laat opgepast; tot ter naaste weke dan. Men schrijft ons uit eene gemeente niet ver van hier Het laatste Te Deum heeft aanleiding gegeven tot eene be lachelijke handelwijs van wege den zielenbestierder der paro chie, iets dat helaasthans niet zeiden voorvalt en waardoor het gezag en den eerbied die men placht aan eerweerdige geestelijken toe te kennen nu toch zoo deerlijk vervallen zijn De runderpest die op nieuw woedt is oorzaak dat er eenige mannen van ons leger op de grenzen geplaatst zijn tot het na komen der noodige reglementen, om den voortgang van den geesel tegen te houden. Onze knappe jongens trachten hunne snipperuurtjes aange- nameiijk door te brengen met hier of daar kennis te maken. Dit verveelt den heer Pastor. De kapitein bevelhebber der af- deeling ontving eene uitnoodiging, op een met boter en koffi geplekt papierken geschreven, die hem verzocht tegenwoordig te zijn op het Te Deum, ter gelegenheid van den naamdag van onzen Koning. Toen de kapitein met zijne mannen aan kwam was men bezig met de mis te zingen en de kerk vol voik zijnde moest hij, wilde hij niet buiten blijven, om zoo te zeggen met geweld door de menigte dringen om zijne be hoorlijke plaats te kiezen. Vooraleer het Te Deum te beginnen, beklom M. de Pastor den predikstoel en deed eene herderlijke aanspraak. Zijne taal was geweldig, hij stampte en sloeg op zijnen stoel der vvaer- heid. Om de pest onder de beesten tegen te houden brengt men die onder de menschen, met alhier jongelingen te zenden die maar uit zijn om onze vrouwen en dochters te misleidenIk heb Zondag laatst gehoord dat er alweer eene is geweest die zich niet geschaamd heeft in eene (lierdicht bijzijnde herberg met eenen dier jongelingen te kouten! Het is schande voor onze gemeente dat er zulke vrouwspersonen zijn! Schuwt zul ke bedriegers, en wanneer zij tegen u komen kouten, doet uwe schoen of kloefen uit en slaat die op hunne kakel dat middel is het beste om hun van u af te houden Al de aanwezigen schoten in eenen lach en klapten in de handen; eenige riepen bis! Tie Pastor om uit zijn vel te sprin gen van colère gaf een groolen slag op den preèkstoel, en riep uit: lacht maargijgij zult de schuld zijn dat ik mijn Te Deum niet behooi lijk zal kunnen zingen want ik stik van gramschap. Wat zegt ge van die grap, heer opsteller X. De opsteller zegt dat het jammer is zulks te moeten zien; want dat zulke overdrevenheden het geloef en het priesterge zag meer kwaad dan voordeel bijbrengen. ■«-T- 11 ■.miBasaa^' Yooa het openen van het verhoor van deKamer van 22No- vember verdringt zich eene talrijke menigte in den koer van de Kamers, langs den kant der Orahgerie-straat. Op voorstel van M. Anspach, burgemeester der stad Brussel, en opdat de orde niet zou gestoord worden, had men een oud reglement in het leven geroepen. Iets wat lofhaar moet geheeten wor den. Ja, de ministers moeten omverre, maar zonder kasseiden of ruitenbreken, 't kan wel anders gaan. Ook de plaats van het Paleis der Natie krioelde van 't volk. Tot dicht bij den trap was het eene onweèrstaanbare massa. Onophoudelijk weèrgalmden de volgende kreten Leve 4 857 Leve Bara >i Weg met de bedriegers Weg met de dieven A bas 't ministerie In 't midden van de roepen, om half vijf zoo wat, heeft M. Anspach de zitting verlaten en heeft zich aan de voorname deiir van het Parlement vertoond. Het gelukte M. Anspach erin de plaats te doen ontruimen door duizenden en duizenden burgers, die met verontwaardi ging tegen de Langrandisten vervuld zijn. De menigte maakt eene dubbele haag in de straat der Wet. Het is eene overgroote zee, waaruit bij ieder oogenbiik ont zaggelijke kreten opgaan. Niemand, die van dicht of verre aan de bende van Langrand behoort, of hij krijgt eene verdiende bestraffing. Bestraffing met woorden slechts, 't Brutaal geweld past niet aan liberalen. En daartusschen de geroepen van Leve Bara Leve Anspach In de Kamer de tribunen krielden van volk. Alsook de Kamer op haar eigen. Tot zelfs Brasseur was tegenwoordig M. Cornesse wilde eens heel slim zijn en de discussie dood eenvoudig escamoteeren. De heer procureur-generaal Simons had in zijne wijsheid besloten dat de rechter-commissaris der failliet, M. Vanderstraten, het recht niet had van de papieren der failliet, het eigendom der schtildeischers, ten berde tc brengen. Maar de voorzitter der handelsrechtbank van Brussel, M- Dansaert, antwoordde dat M. Vanderstraeten slechts gehan deld had als een eerlijk man.

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1871 | | pagina 2