'VAN MPEREN.
4 FRANKEN JAARS
;V 567. Tiende Jaar.
m
Politiek. Stads.- Kunst- en Letternieuws. Verschillige Tijdingen. Markten. Bekend ma k ingen
Pol i tieke berichten
Stads Nieuws.
VOOR IJ PEREN. Fr. 4-50 VOOR BUITEN STAD.
Aankondigingen: 12 cenlimen den regel.
Reklamen: 23 centimen.
dia
£3
ZONDAG. 10" DECEMBER 1871.
H Bureei. Dixmudestraal. 59..Alle inzendingen vrachtvrij.
De personen die een abonnement op
de TOEKOMST nemen voor 1872, zullen dit blad
van heden tot Nieuwjaar gratis ontvangen.
Eene drukfeil in het veranderen der vertrekuren
van den ijzeren-weg begaan hebbende, geven wij
verder de verbeterde label.
Donderdag, om 2 ure namiddag, heeft M. Thiers
aan de Nationale vergadering lezing van zijne
boodschap gegeven.
Daar is hel belangrijkste nieuws welk wij lieden
uit het buitenland ontvangen.
's Gravenhage, 7 December. Twrecde Kamer.
De minister van oorlog, M. Engel vaart, heeft
verklaard dat hij zijne portefeuille ter beschikking
des Konings heeft gesteld.
De voornaamste rede van zijn ontslag is, dat er
verschil bestaat tusschen hem en de overige minis
ters nopens de inrichting van het leger door eene
wet.
Rome 7 December. De koning is naar Floren
ce vertrokken. Generaal Faidherbe is te Florenlie
aangekomen.
Men verzekerd dat verscheidene gedeputeerden
hel inzicht hebben voor te stellen al de budjelten
van 1872 in eens te stemmen met een enkel arti
kel.
Men meldt dat de eerste petitie die in het ila—
liaansch parlement zal worden gediscuteert, met
meer dan 9000 handteekens is bekleed en volgens
welk de uitdrijving der jesuiten uit het nieuw ko
ninkrijk wordt gevraagd.
Dat is zeer wel voor Italië, maar voor onsBelgen,
is dat zoo plezierig niet, want het is stellig dat een
groot deel van die gevaarlijke zwaarljes alhier zul
len overgewaaid komen.
De Moniteur van 7 December kondigt in bui
tengewoon supplement de samenstelling van het
nieuw kabinet af.
Het eerste besluit tegengeleekend door M. d'A-
nelhan zelfs, de dagteekening van den 7 dragende,
benoemt M. den graaf de Theux de Meylandt, lid
van den ministerraad.
Minister van finantien. M. Jules Malou, staats
minister en lid van den Senaat;
Minister van justitie, M. T. De Landtsheere,
provintiaal raadslid, advokaat;
Minister van binncnlandsche zaken. M. K. Del-
eour, lid der Kamer;
Minister van buitenlandsche zaken, M. de graaf
d Aspremont-Lynden, lid van den Senaat;
Minister van openbare werken, M. Monclieur;
lid der Kamer;
Met generaal Gnillaume daarbij die, zijn ont
slag niet is aangenomen, maakt dat bel volledig
nieuw ministerie uit.
Het afdanken van het. Ministerie, maatregel dooi
den Koning genomen, is zeer gewichtig. Sedert
onze onafhankelijkheid is zoo een ontslag nooit
moeten gegeven wordenmaar in de thans be
staande omstandigheden wat bleef er aan den Vorst
te doen? de mannen van Langrands-bende boezem
den oenen afkeer in bij al wal eerlijk was, zooda
nig dat hunne impopulariteit eindelinge van den
troon terugkaatste. Z. M. is verplicht geweest,
aangezien de Ministers zich tegen wind en water
aan hunne porlefeuiilen vastklampten, hun dezel
ve terug te vragen.
voordeeligen
wisseling van den lieer Brasseur
De gevallen Ministers hadden moeten gevoelen
dat, wanneer men door baatzucht of onkunde bij
duizende ongelukkigen op eerte zoo schandelijke
wijze heeft bedrogen en ten onderen gebracht, men
zich niet mag blootstellen uiIgeschuifeld le worden,
noch den openbaren geest niet ophitsen mei hunne
medeplichtigen door ambten of eereteekens te be-
zij moesten dus, zoohaast de brief-
mel Langrand ter'
kennis der menigte werd gebracht, bun ontslag ge
vraagd hebben.
De Patrie is toornig over bet ontslag der Minis
ters en wij begrijpen zulks: die mannen waren de
verslaafde werktuigen der Bisschoppen om hunne
eischen te doen aannemen en ons zachtjcns tot
aan de middeleeuwen te doen achteruit gaan; reeds
verseheide wetten waren in dien zin bereid om
door de jaknikkers der Kamer te doen stemmen.
God weet of de nieuwe Ministers zich zoo blinde-
linge aan de bevelen der Monseigneurs zullen on
derwerpen liet, is te hopen van neen, en indien zij
dit verstand hebben zij zouden voor langen tijd
misschien bei Staatsroer in handen kunnen houden.
In wiens rang zijn de omwentclaars? Al de kle
rikale nieuwsbladen zouden wilen doen geloovcn
dal de liberalen de pliehtigen zijn die hel volk heb
ben opgehitst om in de straat beloogingen te doen.
Dit strijdt met alle waarheid,want de echte libera
len, diegenen aan wien de clericale den naam van
doctrinairen geven, beklagen meer dan alle ande
ren de wanorders die te Brussel hebben plaats ge
had. omdat zij bunnen zegenpraal van de vrije uit
werking der grondwet verwachteden. Dc cleriealen
hebben er anders over beschikt, wanneer de heer
Bara aan dc Ministers hunne
schurkerijen Langrand beeft verweten enh nn in
vurige woorden de benoeming van een hunner
medeplichtigen als Gouverneur van Hasselt beeft
ten kwade geduid, in plaats van te antwoorden
hebben zij door hunne verslaafde meerderheid het
sluiten der beraadslaging doen stemmen; zij heb
ben zich alsdus ingebeeld, dat, met den mond te
stoppen aan hunne tegenstrevers en dus met palen
te stellen aan de vrije uitwerking der grondwet, zij
de publieke verachting zouden kunnen uildooven
maar zij hebben zich misgrepen: de openbare geest
heeft eene vernedering voor liet land gezien in de
verheffing van eenen plichtige die zoo veel duizende
ongelukkigen heeft helpen ten onderen brengen
met den mond te sluiten aan degenen die door liet
bekendmaken der briefwisseling Brasseur hunne
verachting voor de bende Langrand wilden uitdruk
ken, hebben zij de algemeene gevoelens gekwetst
en aldus zelfs de volksuitdrukkingen opgewekt.
Het Journal d'Ypres, niet wetende boe zijn ge
vallen patronen wit wasschen, neemt zijn gewoon-
1Uken toevlucht tot bedrog, lastering en kwade
trouw. Het is daarom dat, het een verhaal doel van
al de ondernemingen die, in België sedert dertig
jaren, hebben mislukt; hel zou willen doen geloo-
ven dal de bestuurders, waarvan wij er eenigen
kennen, en die uit hun eigene penningen de dragers
van actiën buiten schade hebben gesteld, zich ook
aan schelmerijen hebben plichlig gemaakt. Indien
er van die maatschappijen ten onderen zijn gegaan
er waren ten minste geene bestuurders die, gelijk
de bende Langrand, valsche winsten veinsden om,
onder zich, millioenen te kunnen verdeelenEr
waren er ook geenen die de spaarpenningen der on
gelukkige menigte door listige bedriegerijen hebben
afgeperst om zich te verrijken, om nieuwsbladen le
ondersteunen en om in de kiezingen namingen van
vertrouwde partijgenoten te bewerken.
medewerking
in de
LOUIS-PHILIPPE EN LEOPOLD II.
De klerikale blaren maken veel gerucht over
eenen brief welken Louis-Philippe aan Guizot
schreef en waarin hij zcide
ff atIk zou toegeven aan betoogingen, zon
der eenig gezag dan hel plezier van diegenen
welke ze makenIS ooit
Ziedaar, zeggen de klerikale blaren, zoo had Le
opold II ook moeten spreken.
Dit voorbeeld is waarachtig goed gekozen.
'Waar is Louis-Philippe naartoe gegaan met de
openbare denkwijze ie verachten
-i M\
Sill
a ut (i a
DE
KOMST
IJperen, 9 December 4871.
v* koormitafschappij. Donderdag aanslaande, 14
Dec., geeft de Koormaatscbappij een Concert voor heeren en