POPERINGHE. Briefwisseling der ToekomsL Versehillige lijdingen. BURGERSTAND Huwelijken. Sterfgevallen. I5r«fi>tJJsakkcrij. - Met 20 dezer, is er een nieuw reglement door onze Regen lie uitgegeven en in gang gebracht hetwelk het bakken en den verkoop van het brood regelt. De bakkers mogen het verkoopen aan den prijs dien zij goedvinden te stellen. liet brood moet van zuiver tarwe of rogge gemaakt zijn.— Hel moet 1/2, 1,1 1/2 of 2 kilos wegen. De prijzen moeten bij iederenbakker langs buiten zichtbaar aangekondigd zijn. Eene schaal met gewichten moet ten allen tijde op den toog staan ten einde op het verzoek van eenieder het brood te kunnen wegen. Het te verkoopen brood moet zich in den winkel bevinden. Bedienden, door de stad aangesteld, zullen een gestadig toezicht in stad uitoefenen. Van rïcu II" tot <lcn IS" April 1873. cfunnrT™ Mannelijk geslacht 5) GEBOORTEN VrouJlijka 8j te zamen, 11. Mathieu, Augustus, leeraar, en Delhaye, Justina, zonder beroep. Spilliaert, Leo, onder-lieutenant bij het 1" Reg' linie en Mieroo, Celina, zonder beroep. Vandenbussche, Constantinus, onderwijzer in de gemeente school, en Nuytten, Ludovica, zonder beroep. Nevejan, Carolus, werkman, en Obyn, Virginia, kantwerkster. Bewachter, Alphonsus, metser, en Verschaeve, Maria, kleérmaaksler. Metsu, Maria, 75 jaren, werkvrouw, echtgenote van Josephus Vandorpe, Zaalhof. Markey, Ludovicus, 55 jaren, zonder beroep, ongehuwd, Kasselstraat. Van Looy, Anna, 56 jaren, werkvrouw, weduwe van Joannes Velghe, Boesinghestraat. Libberecht, Joanna, 72 jaren, winkelier ster, weduwe van Joannes Vandelannoite, Sterrestraat. Ceuninck, Jacobus, 71 jaren, zonder beroep, weduwaar van Justina De Waeghenaere, Klaverstraat. Deweerman, Virginia, 65 jaren, zonder beroep, ongehuwd, Lange Thouroulstraat. Kinderen beneden de 7 jaren. -Mannelijk geslacht. 0, Vrouwelijk geslacht, 2. te zamen 2. 17 April 1875. LIBERALE FEESTVIERING. Gelijk het Nieuwsblad het Zondag laatst voorzeid had, was het Paschen mestdag luisterlijke feest bij onze liberale mu ziekmaatschappij. Ter gelegenheid van den feestdag van ha ren Voorzitter SI. Van Merris, heeft de muziek ten 5 ure namiddag aan dezen heer, onder het bijwezen van eene groote menigte volk, eene serenade gegeven, na welker uitvoering zij zich buiten de Zwijnlandpoort ter wandeling begeven heeft onder bet gespel van hare schoonste marchen en pas redoubles. Het is niet noodig op deze vreugdebetooning te boffen want de ontzachelijke toeloop van volk, die op den wijk van het Witte Peerd, de steenwegen van den Abeele en van Boeschepe bedekte, getuigt genoeg met welke gunstige ge voelens het publiek van Poperinghe jegens deze kunstmaat schappij bezield is. Na dit uitstaptje, waarvan al de liberale herbergiers van dien hoek geprofiteerd hebben, keerde de muziek al spelen en trommelen naar haar lokaal terug waar een verkwikkend avondmaal haar afwachtte. Het getal eerleden die aan die.... braspartij (taal van hel vuilblad) deel genomen hebben was zoo groot en vervulde zoo overvloediglijk de eetzaal en de aanpalende kamer dat al de tafelgenooten zijdelings moesten zitten om elk aan zijnen gebeur eenen arm te kunnen vrij laten. M. Dhontondervoorzitter der maatschappij, uraagde eenen tost voor aan M. Van Merris in welken hij de spreek woordelijke mildheid en den uitstekenden kunstijver van den heer Voorzitter op eene schitterende wijze deed uitschijnen door de melding der grootsche zaal welke hij op zijne eigene kosten ten dienste der maatschappij doet bouwen. M. Van Merris bedankte het talrijk gezelschap over de geestdriftige en' sijmpathische toejuichingen waarmede allen den heildronk van SI. Dhont onthaald hadden, en stelde eenen tost voor op den voorspoed der maatschappij, zeggende dat het gebouw- waarvan de heer Ondervoorzitter kw am gewag te maken een gedenkstuk van erkentenis was voor de verkleefdheid en de toegenegenheid welke de maatschappij nooit opgehouden heeft hem te betoonen gedurende zijne 22 jaren publiek leven. De mannen van het Nieuwsblad weten tegen die broeder lijke vermaken niet anders in te brengen dan een doodversle- ten schimpliedje dat altijd 't zelfde ismaar de politieke voorstellen en de groote beloften welke Mr de Bisschop in i860 en volgende jaren aan M. Van Merris gedaan heeft en welke deze heer inel verontweerdiging verstooten heeft, zou den, even als de loopingen nog in latere tijden gedaan door onbeschaamde dekens, hun den mond moeten stoppen. W anncer de christelijke schrijvelaars van het vuilblad hunne baatzuchtige lasteringen uitwerpen tegen hunne libe rale evennaasten, dit zijn al harde waarheden en zalige vermaningenmaar als de liberalen katje weer doen en eenige schandelijke gebeurtenissen ophalen die over tijd in sommige katholijke familien plaats gehad hebben, 't en is al geen waar. Dus al wat wij in de Toekomst bedeklelijk gezeid hebben van eenige uitstekende tijpen van het oud katholijk Poperinghe, T zijn al leugens. Het bewijs hiervan is: dat die lijpen, volgens de verzekering van het vuilblad, al brave en onplichtige menschen zijn, en dat er niemand zulke dingen gelooft. 't Geen die brave menschen moet troosten, zegt dit stin kend blad, 't is dat de Toekomst bijna door niemand gelezen is, dat de eene die schimpgazette gebruiken ,0111 naar Portu gal te gaan en de andere dezelve met eene tang in het vuur werpen, en dat de herbergiers zelve beschaamd zijn van dien spuigbak op tafel te laten liggen. (Welke lekkere en welvoe- gelijke spreuken Wil men welen waarom sommige herbergiers de Toekomst wegsteken en maar te lezen geven aan die welke er naar vra gen ?:t is omdat zij bijna overal gestolen is zoohaast zij ver schijnt, zoo wel door katholijken als door liberalen die verlangen om dezelve door geheel hun huisgezin en door hunne kennissen te laten lezen. Schoone vertroosting voor de onnoozele slachtoffers van al die leugens Onder deze en andere vertroostingen welke liet vuilblad aan die bedrukte herten geeft wij vinden maar ééne gegrond, 't is dat zij allen zullen mogen naar den Hemel gaan, dewijl Onzen Heere zalig verklaard heeft degene die vervolging lijden voor de rechtveerdigheid. Niets is immers rechtveerdiger dan de zwartmaking der liberalen cn de witmaking der katholijken. KATHOLIJKE KROEGVERHAKEN. In 't vuilblad van Zondag laatst heeft men een fantastiuk historietje gelezen van eenen persoon onzer stad die van de statie tot omtrent de Markt op eene leer gedragen werd. Aangezien het heilig blad de feiten niet wil vertellen zoo als zij gebeurd zijn, en wij het als eenen plicht achten dezelve op eene juiste wijze uit te leggen, geven wij hier deze klucht in hare eenvoudigste rechtzinnigheid Op Goeden Vrijdag is het 't gebruik dat het baldakien ge dragen wordt door die welke onze katholijke opperburgers (zoo als zij zich zeiven noemen) als de weerdigsle der paro chie aanzien. Vrijdag laatst dan, de kerken bezoekende, zagen wij eenen grooten zwaren kerel, dragende dat hij zweette en lezende dat zijne tanden er van daverden, en wij bewonderden de godvruchtigheid van dit onlangs verloren schaap dat tot den heiligen schaapboer weder gekeerd was. Maar wat was onze verbaasdheid toen wij hem eenige uren daarna ontmoetten in den staat waarin men eertijds vader Noë, zaliger memorie, gevonden heeft Onze man waggelde de.straten door, eenen geur van hei ligheid verspreidende die zijnen oorsprong wat leeger dan zijn zuiver hert gevonden had. Ook in eene herberg getreden zijnde om nog wat zijnen onuitblusschelijken dorst te laven, de omstaanders liepen het huis uit, roepende: wat kua ge beur is dat Eindelijk is hij buiten gerocht cn Leene-waarts opgetrokken al schaapsprongen doende die hem van tijd tot tijd de diepte der grachten deden meten tol dat hij, zich eindelijk op een ta pijt van klavers bevindende, nedergevallen is in den siaap der onnoozelheid. E3en goègebuur, die onze man had vinden liggen, is naar stad geloopen en men heeft dit katholijk verken (stijl van het Nieuwsblad) met groote ceremonie in het omgekeerd balde- kien, die den vorm had van eenen trog, tot zijne woonst gedragen, opdat er op de kalsijde geene teekens van zijnen doortocht zouden gebleven zijn. Passchendaele, 15 April 1873. Mijnheer de Opsteller, De woelige correspondent van Passchendaele, willende tot eene volksoverheersching komen, weet bijna niet meer onder welke heuvelen zich verbergen om zijne inzichten te duiken. De katholieken onzer gemeente welen zelfs niet wat van zijne wantaal maken. Zij staan verbaasd als over iemand die zij zien, maarniet hooren spreken, en wachten noch altijd op dat groot geluk, welke hij hun beloofde! Wij, wij doen niet dan lachen, 'l zij groene, geel of rood, enfin wij lachen met de machtelooze pogingen van dien man. om den vrede te herstellen dien hij zoo jammerlijk alhier verbroken heeft. Eertijds was de gemeente stil en rustig, de vriendschap bestond onder alle rangende inwoners waren, om hunne lieftalligheid, in de beste betrekkingen met de vreemdelingen en de omliggende gemeente-bewoners. Men mag zeggen, (buiten een zot drie, vier, waarop niemand acht nam,) dabden passchendaelenaar in zijnen handel alleraangenaamst was. De priester had zijn genoegen in zijn ministerie; de burg meester in zijn administratie. Ja maar, dat kon niet lane duren. Men trachtte in het geheim twist tusschen de leden des gemeentcraads te zaaien men stelde stoutmoediglijk voor M. Bayart aan den kant te zetten. Overal waar men hem kon tegenwerken, liet men het voor de moeite nietzijn zoon, die zijne priesterlijke studiën deed, ontmoette alle slack van tegenkanting Wie was het die alsdan de kandidatuur van den burgmees ter ondanks de geestelijkheid en haar klein getal aanhangers kloekmoediglijk ondersteunde, en die defligerwijze de snoode voorstellen van den dag bestreed? De katholijke correspondent kent hem wel hij weet hoe de vijanden van M. Bayart om tot het oogwit van verdeeldheid te geraken alsdan hunne armen voor hem openden hij weet nog welke beloften men hem deed wilde hij zijne vrienden verlaten, die hem eerlang beschermd hadden, en hoe men hem de goede trouw onder de voeten deed trappen In de afgezonderheid waarin men hem gebracht had, legde men hem op, van onder zijne te voren ergste vijanden, kandi daten te kiezen die hem de wet moesten voorspellen, waaraan hij zich maar te onderwerpen had. Wij willen voor dezen oogenblik de oorzaak niet opzoeken, waarom M. Bayart onder het voorig ministerie niet genaamd is geweest. Daar is iets waarvan hij, meer dan wij, het geheim bezit Iets waarin M. Bayart moet verwonderd zijn, ondanks al de blazingen van zijne valsche vrienden, is de uitslag der laatste gemeentekiezingen, voor wat zijne kandidatuur betreft, zijn verborgen vijanden, niet tegenstaande al den wierook die zij hem toezwaaien, kunnen deze kiezing niet goedkeuren, en daar is de grondige reden waarvoor men thans de gemeente wil muilbanden, de verdeeldheid ten diepste wil doen door gaan, de repulatien schenden, de familjen verdrukken, de neringdoenders in hunne belangen kreuken, immers alles doen om van Passchendaele een kerkhof te maken. De verde diger van dit stelsel noemt onze gemeente Hun Passchen daele Die roekelooze volksbedrieger zal daar altijd moedige mannen vinden, die hunne rechten kennen, die deze van iederen belg waarborgen; hij zal daar mannen ontmoeten aan wien hij den naam van schijnheiligen toewerpt, maar die op tijd en stond hem den sluier der schijnheiligheid zullen afrukken, en die krachtdadiglijk kenbaar zullen maken met wat snoodheid hij de menigvuldige ondeugden van deze die hij zegt te moeten verdedigen, op zijne politieke vijanden werpt. De kunst van onze eigene gebreken op een ander te leggen, bezitten wij niet. Wij zullen volheiden met de oprechtheid en rechtzinnigheid die de liberale grondbeginselen voorschrijven, waar door zijne verwijtselen en zijne leugen- taal, eens ten onderen zullen moeten doen. 2. Generaal Thiebault, de nieuwe minister van oorlog, heeft eene beslissing genomen om de soldalen die krachtens een bevel of met verlof per spoorweg reizen, te vervoeren met eene vermindering van 50 Het is waarlijk ongelooflijk welke uitbreiding de handel in konijnen in Vlaanderen genomen heeft. Wekelijks verzendt men uit Thourout, Staden, Thielt, Ruiselede, Lessen cn Gent meer dan vijftig duizend konijnen naar Engeland, waar zij talrijke liefhebbers vinden, terwijl men ze hier maar I fr. 50 tot 2 fr. het stuk kan verkoopen. Het bereiden der vellen le vert te Gent werk aan meer dan 2000 werklieden: deze vellen worden naar Amerika, Frankrijk eu Rusland verzonden. Gedurende de afgeloopende maand Maart, zijn er 6068 brieven, ten gevolge van slechte adressen, ter zijde gelegd. Van dit getal zijn er, na de opening, 4,552 kunnen besteld of aan de verzenders terug gegeven worden de overige 1516 zijn in de scheurmand geworpen. Dinsdag 15 April, ten 1 uur, heeft de exprestrein van üuitschland, tusschen Nessenvaux en Pepinster, op eenen koopwarentrein gestooten. De locomotief is in den schok vei brijzeld de mekamcien en de stoker werden op den grond geworpen den eersten werden de twee beenen verpletterd en de tweede had verschillende wonden. De reizigers zijn er met den schrik af gekomen. Verscheidene koopwaren-wapgons zijn vernield. Denzelfden dag en bijna op hetzelfde uur is het grauwvuur uitgeborsten in eene galerij der koolmijn la Chartreuse. Vier werklieden hebben zware wonden bekomen. De zaak van de internationale dievenbende te Brussel neemt alle dagen eene grootere verhouding. Er worden talrijke huiszoekingen gedaan door het gerecht. Een der aangehoudene was reeds beschuldigd van bedriege- hjk bankroet en het onderzoek zijner zaak heeft eene soort van zwarte handelsbende doen ontdekken, die op eene groote schaal werkte om de handelaars te bedriegen. De hoeveelheid aangeslagene voorwerpen door de juslicie is zeer aanzienlijk. Onder de aangehoudenen is er een die al twaalf veroordec- hngen op den hals heeft. I)e Indèpendance bevestigd dat het kontrakt der leening eergisteren is geteekend. Het gedeelte dat wordt uitgegeven is van 230 miljoen, nominal kapitaal. Er is 65 miljoen voorbehouden voor de openbare insckrii- i ving. 1 Het zijn versehillige bankhuizen die het ovenVe gedeelte der leening nemen. De interest is 3 p. h. De koers van uitgaaf is 81 fr. De nemers genieten van den intrest te rekenen van 1 Juni 1873. De eerste storting zal van 14 fr. p. h. zijn, en de overige van 11 Ir. ieder, zijn verdeeld op termijnen vaa 1 Juni 18/3

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1873 | | pagina 2